Een kijkje in de “woondozen" van het grootste vluchtelingenkamp van Duitsland

FYI.

This story is over 5 years old.

nieuws

Een kijkje in de “woondozen" van het grootste vluchtelingenkamp van Duitsland

In het grootste vluchtelingenkamp in Duitsland op het Berlijnse vliegveld Tempelhof wonen momenteel 1300 vluchtelingen op een kluitje.

Haidar wacht al zes maanden op wat gaat komen, in een cabine van 25 vierkante meter die hij met drie andere mensen deelt. Hij heeft nog geluk, want sommige mensen delen zo'n zelfde ruimte met elf anderen, terwijl andere cabines maar twaalf vierkante meter groot zijn. Dit is het vluchtelingenkamp op het voormalige vliegveld Tempelhof in Berlijn. Het vliegveld werd in 1927 gebouwd, maar is in de jaren dertig door de nazi's aanzienlijk uitgebreid. Het is bekend vanwege de iconische architectuur, enorme omvang, en de rol die het terrein speelde bij het opzetten van de Berlijnse luchtbrug, waarmee de bevolking van West-Berlijn in de tijd van de muur werd voorzien van de nodige goederen uit het Westen.

Advertentie

Momenteel dient het volgens Tamaja, de vluchtelingenorganisatie die het kamp op Tempelhof runt, als onderdak voor 1.300 vluchtelingen die op permanent onderdak en integratie in de samenleving wachten. Het is op dit moment het grootste vluchtelingenkamp van Duitsland, en het is eigenlijk de bedoeling dat mensen hooguit zes weken in deze tijdelijke opvang verblijven. Maar door het gebrek aan beschikbare woningen, die voor een hogere levensstandaard in de stad zouden moeten zorgen, zitten veel mensen die we hebben gesproken al langer dan zes maanden in het kamp.

De lucht binnen is dik en warm, en de beveiliging houdt op een afstandje de wacht als we door de gangen langs de cabines lopen – langs schoonmakers die de was verzamelen, en kinderen die aan het spelen zijn. Terwijl ze een enorm dak boven hun hoofd hebben, drie maaltijden per dag krijgen en fatsoenlijke voorzieningen hebben, zorgt het gebrek aan ruimte en integratie ervoor dat de vluchtelingen zich onveilig voelen. Ik wilde een kijkje nemen in deze woonruimtes (of "dozen" zoals de bewoners ze zelf somber noemen), om een nooit eerder vertoond en intiem inzicht te geven in hoe het is om onder deze volstrekt unieke omstandigheden te leven.

Issa (25) uit Bagdad in Irak

Ik zit al sinds november vorig jaar op Tempelhof. Ik woon hier met twee vrienden uit Bagdad. Wij kunnen spreken van geluk, omdat we de enige drie mensen zijn die in deze 'doos' wonen, maar anderen wonen met meer. Ik mag dus eigenlijk niet klagen, maar het blijft een doos. Het belangrijkste verschil tussen hier wonen en thuis in Bagdad, is dat ik me in Bagdad binnenshuis erg op m'n gemak voelde, maar als ik de deur uitging voelde ik me onveilig. Hier is het precies andersom. Ik voel me buiten meer op mijn gemak dan hierbinnen.

Sayed (37) komt uit Mazar-i-Sharif in Afghanistan

We gingen direct naar Tempelhof toen we aankwamen, en we zijn hier nu iets langer dan vier maanden. Ik heb geen idee wat me hierna te wachten staat, of voor hoelang ik hier nog zal wonen. Ik heb er geen goed gevoel bij om hier te zijn, mijn geestelijke conditie wordt steeds slechter. Er is geen nieuws over waar we zullen belanden, en ik ben ontevreden over het gedrag van sommige mensen hier. Vanochtend hadden we een conflict met een paar beveiligers. We worden ook geconfronteerd met integratieproblemen. Ik woon met twee andere families in mijn cabine, met twaalf mensen in totaal. Ik moet daar wel vrede mee hebben, want ik heb geen andere keus.

Hamza (28) en Akram (16) uit Quneitra in Syrië

We wonen nu zes en een halve maand op Tempelhof. Ik vind dat dit geen leven is zo. Onze broers vechten in Syrië, en wij zijn hier aan het vechten. De leefruimte valt ons het zwaarst, en hoe we hier door de mensen worden behandeld. We worden anders behandeld, als vluchtelingen, niet als fatsoenlijke mensen. Het voordeel is wel dat we nu immuun zijn voor slechte woonomstandigheden. Alle acht mensen in onze ruimte hebben elkaar op weg naar Duitsland ontmoet. Iedereen noemt het een "doos" – dus hoe denk je dat het voelt om in zo'n ruimte te leven? We mogen geen eigen voedsel of melk het gebouw mee in nemen. We dachten dat een land als Duitsland ons een beter leven kon bieden, en daarom hebben we het risico genomen om hierheen te komen.

Abdulrahman (19) uit Damascus in Syrië

Ik zit nu vijf en een halve maand op Tempelhof. Ik woon samen met mijn zus en mijn oom, en een andere jongen uit Damascus woont ook bij ons. Ik vind de leefomstandigheden hier erg slecht, en het is ongezond om met zoveel mensen in zulke krappe ruimtes te leven. Maar we hebben een groep van goede vrienden, die voornamelijk uit Syrië en Palestina komen, en we hebben ook nog wat vrienden die buiten het kamp wonen, dus soms gaan we bij hen langs. Het verschil tussen de woning van mijn vrienden en hier is enorm. Het is bij hen een stuk schoner, ze hebben hun eigen elektriciteit, ze hebben een koelkast om eten en drinken in te bewaren, en ze hebben gas om mee te koken. De selectie van mensen die naar woningen mogen verhuizen is erg oneerlijk, want er zijn mensen geweest die hier na ons terecht zijn gekomen en ook weer eerder zijn vertrokken. Ze zeggen dat gezinnen als eerste huisvesting moeten krijgen, maar ik vind dat wij ook een gezin zijn, want ik ben met mijn zus en met mijn oom. Mijn ziel is ongelukkig, maar ik probeer te blijven lachen.

Advertentie

Ahmed (31) uit Al-Hasakah in Syrië

Ik ben hier nu zo'n zes maanden met mijn twaalfjarige neefje. Ik was in Syrië met eenmaster Landbouweconomie bezig toen ik vertrok. We leefden in een land vol milities waar geen staat of wat dan ook regeerde. Mijn neefje is aan veel geweld blootgesteld en we maakten ons zorgen over zijn trauma. Als kind zijnde is het voor hem makkelijker om met de beperkte leefruimte om te gaan, maar hij mist zijn ouders heel erg en hecht veel emotionele waarde aan de plek waar hij woonde. Ik kende de mensen waarmee ik nu samenwoon niet van tevoren, ook al komen we allemaal uit dezelfde stad. Ik begin binnenkort met mijn studie aan de Technische Universiteit, en ik maak me zorgen over waar ik kan zitten studeren. Ik moet dan namelijk mijn eigen ruimte en privacy hebben. Ik weet niet hoe ik daarvoor ga zorgen.

Nadia (37) uit de provincie Lowgar in Afghanistan

Ik woon hier nu vier maanden met mijn man en vier kinderen. Het is erg moeilijk om hier te zijn, het lawaai is hier waarschijnlijk het moeilijkste om mee om te gaan. Mijn dochter heeft een psychische stoornis, en als er lawaai is, dan wordt ze moeilijk hanteerbaar. Mijn kinderen kunnen hier in het kamp niet hun huiswerk doen als ze uit school komen, maar ze leren wel Duits en ik ben erg blij voor hen. Mijn zoon wil niet naar buiten gaan om te spelen, dus ik moet hem dwingen om dat wel te doen. Hij vindt het moeilijk om met andere kinderen om te gaan en om hier vrienden te maken. Mijn wens voor mijn kinderen is dat ze hier kunnen studeren en hun dromen kunnen waar gaan maken.

Advertentie

Omar (20) uit Damascus in Syrië

Ik ben sinds oktober 2015 in Duitsland en hier op Tempelhof. Ik woon met zeven andere mensen die ik hier heb ontmoet, en we kunnen goed met elkaar opschieten. Als vrijgezelle man is het oké, ik kan hier best zo wonen. Maar als ik getrouwd was of een gezin had, zou ik tegen hen zeggen dat ze niet hierheen moeten komen, omdat de leefomstandigheden niet goed zijn. Het leven hier heeft wel wat weg van het leger. Het eten is slecht, maar veel van ons hebben dienstplicht gehad, dus we zijn hier wel aan gewend – al waren de toiletten schoner in het leger. Ze doen de lichten aan om zes uur 's ochtends, en weer uit om tien uur 's avonds. En als je te laat bent voor het eten, krijg je niks.

Mohamad (18) uit Mayadin in Syrië en Khaled (19) en Sherko (25) uit Mosul in Irak

We hebben elkaar ontmoet op Tempelhof en wonen met zijn zessen in deze kamer. We kunnen goed met elkaar opschieten, maar er is soms wel een gebrek aan privacy. Toch voelt het als één grote familie, wat fijn is. We proberen veel om te gaan met mensen buiten het kamp, jongens en meisjes, en we zijn dankbaar voor hun gastvrijheid. Maar we voelen ook dat ze een zekere weerstand hebben tegen ons, wat denk ik vooral voortkomt uit angst. Rond Kerstmis gingen we vaak naar Alexanderplatz, en toen een vriend en ik een keertje luid pratend over het plein liepen, draaiden twee meisjes die voor ons uit liepen zich op een gegeven moment om, keken naar ons, en grepen daarna hun tassen stevig vast en liepen snel weg.

Haidar (24) uit Kirkuk in Irak

Ik ben al zes maanden op Tempelhof. We wonen hier met z'n vieren. Ik kom uit een gegoede familie uit Irak, en toen ik hoorde over de mogelijkheden en kansen in Duitsland, was dit niet wat ik verwachtte. De leefomstandigheden hier zijn niks in vergelijking met hoe ik vroeger leefde. Ik wil graag terug naar huis, maar de problemen in Irak worden steeds erger, dus voor nu moet ik het hier mee doen. Ik denk dat ik over twee jaar nog steeds op Tempelhof woon. Het is voor Duitsers al moeilijk om woonruimte te vinden in Berlijn, laat staan voor ons. Maar het is maar net hoe je het bekijkt; ik zie de "doos" als mijn studeerkamer, als een bibliotheek.

Michaela (19 ) en Kutzing (19) uit Eritrea

We zijn hier nu zes maanden, en we zijn vrienden uit Eritrea die samen hierheen zijn gereisd. We wonen hier met zijn vieren, en komen allemaal uit Eritrea. We zijn christenen, maar er zitten vooral moslims in dit kamp. Maar er zijn geen problemen. We willen graag werk vinden hier in Duitsland; het maakt niet uit wat.