FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Ik zei ‘ja’ tegen elke man die me aansprak op straat

Om erachter te komen waarom mannen vreemde vrouwen proberen te versieren op straat, ging ik twee weken lang in op elke openingszin die naar m'n hoofd geslingerd werd.
Een foto van een stelletje op straat die we op het internet vonden. Afbeelding via

Ik stond op een zaterdagavond op de metro te wachten op station République in Parijs toen een vreemde vroeg: "Zullen wij elkaar eens wat beter leren kennen?" "Oké," antwoordde ik. De man bevroor en staarde naar me alsof ik hem voor de gek hield.

"Echt? Zeg je nou echt 'ja'?" vroeg hij lachend. "Dat ben ik niet gewend!" En om eerlijk te zijn was het voor mij ook nieuw.

Ik had besloten dat ik twee weken lang zou proberen om 'ja' te zeggen tegen elke vreemde die me aansprak op straat en me probeerde te versieren. Gewoon, om te zien wat er zou gebeuren. Ik wilde erachter komen waarom mannen zomaar vreemde vrouwen aanspreken, wie ze zijn, of hun tactieken ooit werken, en vooral of ze zich ervan bewust zijn dat veel vrouwen het helemaal niet zo gezellig vinden om nageroepen of versierd te worden als ze over straat lopen. De enige beperking die ik stelde aan mijn experiment was mijn intuïtie. Je moet altijd luisteren naar het waarschuwende stemmetje in je hoofd en maken dat je wegkomt als je je onveilig voelt in een situatie – zelfs als degene waar je mee bent zegt dat er niks aan de hand is. Maar de gast die me aansprak op het metrostation deed geen alarmbellen afgaan bij mij.

Advertentie

Dus begonnen we te praten. Het was een beetje ongemakkelijk; ik stond er zo stijf als een lantaarnpaal bij, hij zat op een plastic stoeltje met z'n handen in zijn schoot. We stelden ons aan elkaar voor. Hij heette Hicham. "Judith," zei ik.

"Ik hou van Parijs omdat de vrouwen hier altijd van dat soort chique roze jurken dragen," voelde hij zich geroepen om me te vertellen. We begonnen te kletsen over dat hij uit Picardië komt en voetbal speelt. Helaas leek hij nogal ontzet toen hij erachter kwam dat ik geen tiener meer ben.

"Wat? Ben je 29? Ik geloof je niet," zei hij teleurgesteld. Ik probeerde nog wanhopig het stilgevallen gesprek te redden door elke vraag die in me opkwam op hem af te vuren. "Is het zwaar om een sporter te zijn? Waar in Picardië kom je vandaan? Hou je van, eh, dingen?" Tegen die tijd antwoordde hij alleen nog maar in gemompelde eenlettergrepige woorden. Gezellig was anders.

"Ik zal je niet meer ophouden, Judith. Je vriend wacht vast op je," zei hij in een laatste poging om van me af te komen. We stonden stilletjes naast elkaar te wachten op de metro – twee minuten lang, die eeuwig leken te duren, waarin we niets tegen elkaar te zeggen hadden en nergens anders heen konden. Een beetje alsof je in de lift staat met je baas. Toen de metro eindelijk aankwam, stapte ik snel in en zette ik mijn koptelefoon op. Ik zag hoe hij bewust zo ver mogelijk van mij vandaan een stoel uitzocht. Niet echt een vliegende start voor mijn 'ik ga gewoon overal 'ja' op zeggen'-experiment.

Advertentie

Die zondag, toen ik terugkwam van een uitzonderlijk zweterig rondje hardlopen, kwam een gast op me af terwijl ik de sleutel in het slot van mijn voordeur stak.

"Hou je van sporten, schat?" vroeg hij.

"Ik doe m'n best," antwoorde ik, waarschijnlijk net iets te aardig.

Hij was in de veertig en droeg een beige windjack – hij zag eruit alsof hij iemands vader was.

"Dat is mooi! Ik hoop wel dat je genoeg ondersteuning draagt? Want het ziet eruit als er meer dan genoeg zit om te ondersteunen daar, als je begrijpt wat ik bedoel!"

"Toch?" Om er zeker van te zijn dat ik inderdaad begreep wat hij bedoelde, begon hij gebaren te maken die tieten moesten uitbeelden en zijn lippen te tuiten. "Als ik dapper genoeg was zou ik vragen of ik ze mocht aanraken. Fuck it, ik ben dapper genoeg! Mag ik? Ik heb geld, als je wil!" Dat was het moment waarop ik hem onderbrak.

"Nee. Ik wil gewoon naar huis en ik voel me hier niet op mijn gemak bij," zei ik. Ik moest er gelijk aan denken dat als deze gast me verkrachtte en er een politieonderzoek zou komen, ik er waarschijnlijk van beschuldigd zou worden dat ik niet duidelijk genoeg 'nee' had gezegd tegen hem. Het is treurig dat vrouwen zo moeten denken.

"O, je had moeten zeggen dat je je een beetje onzeker voelt over je lichaam," grapte hij.

Ik stapte snel naar binnen en smeet de deur dicht. Elke vrouw heeft weleens zo'n engerd ontmoet – of misschien wel vijf. Gelukkig heb ik wel gemerkt dat hoe ouder ik word, hoe minder viezeriken ik aantrek. Toen ik tussen de veertien en achttien was kwam ik zoveel griezels tegen. Mannen vroegen of ik met ze naar een hotel wilde, of maakten een bef-gebaar met hun vingers terwijl ze me aanstaarden. Er is blijkbaar iets aan de kwetsbaarheid van tieners dat ze aantrekkelijk vinden.

Advertentie

Hoe dan ook, deze klootzak daargelaten, het experiment moest doorgaan.

De volgende man die ik ontmoette, heette Yacine. Het merendeel van de mannen die me aanspraken in de afgelopen twee weken hadden een Arabische achtergrond. Ik twijfelde of ik dit überhaupt moest vermelden, omdat ik niet de idiote raciale vooroordelen die sommige mensen erop nahouden wilde bevestigen, maar het is wel waar. Ik had het daar ook over met Yacine.

"O ja, proberen ze je vaak te versieren? Dat komt misschien wel doordat wij gewoon een betere smaak hebben als het op vrouwen aankomt!" zei hij lachend. En daarmee wuifde hij kalmpjes mijn amateuristische poging tot een sociologische analyse weg. Het maakte mij niet uit. Yacine en ik zaten op een roestig bankje boven Belleville Park, met perfect uitzicht over heel Parijs. Van alle mannen die me aanspraken was hij verreweg mijn favoriet.

Ik moet toegeven dat Yacine erg knap was, en de manier waarop hij me aansprak was best origineel, op zich. Hij liep gewoon op me af en vroeg of ik een joint met hem wilde roken.

"Ik ben aan het detoxen, maar ik wil best een sigaretje roken," loog ik.

Er waren veel mensen in de buurt – kinderen die aan het spelen waren, toeristen – dus ik voelde me veilig. Ik voelde me zelfs goed. Zo goed dat ik mezelf een hijs van de joint liet nemen. Yacine zei dat hij in een kleine buitenwijk woonde in Seine-Saint-Denis. Hij zei dat hij nooit echt vrouwen probeert te versieren op straat, behalve "in uitzonderlijke gevallen, als een vrouw zo mooi is als jij." Waarschijnlijk gewoon een van z'n vaste versiertrucjes, maar toch.

Advertentie

"Ik probeer te settelen en serieuzer te worden. Ik wil een gezin en een leuk huisje, zoals mijn ouders hebben. Dat komt waarschijnlijk gewoon doordat ik ouder word. Ik ben al dertig." Hij gaf toe dat hij niet denkt dat hij de vrouw van zijn dromen gaat ontmoeten op straat, maar hij vindt het leuk om het toch te proberen. Soms werkt het, soms krijgt hij een solide 'nee'.

"Ik snap wel dat het irritant kan zijn voor meisjes om zo aangesproken te worden. Sommige gasten zijn echt respectloos. Maar ik denk dat ik het allemaal beter snap. Mijn ex klaagde vaak over al die 'vervelende gasten' die haar nariepen op straat, maar ze klaagde ook als niemand haar aansprak, want dan voelde ze zich lelijk. Echt waar!"

Dit stelletje heeft elkaar misschien ook wel leren kennen op straat. Maar waarschijnlijk niet. Foto via

Het was niet onplezierig om te luisteren naar Yacine die de complexiteit van de man-vrouwverhoudingen probeerde te doorgronden. Hij lachte veel en was vrolijk. Ik waardeerde hoe praatgraag hij was, omdat er daardoor geen ongemakkelijke stiltes vielen. Hij stelde me niet zoveel vragen over mijn werk, maar was wel geïnteresseerd in de kleinere details: hij vroeg of mijn voeten niet pijn deden van de hoge hakken die ik droeg, en van wat voor sporten ik hou. Ik denk dat het daarom zo leuk was om met hem te praten: hij had ook daadwerkelijk iets te zeggen. Het gesprek duurde meer dan veertig minuten, en toen we afscheid namen gaven we elkaar een zoen op de wang en gaf ik hem zelfs mijn nummer. Hij belde me meteen om te checken of het nummer wel echt was.

Advertentie

Bij alle andere gasten die ik ontmoette veranderde de toon van het gesprek al snel wanneer ik ze vertelde dat ik een journalist ben. Er was bijvoorbeeld een man die ik ontmoette op een donderdagavond terwijl ik op een bankje op een vriendin zat te wachten.

"Vertel me alsjeblieft dat je niet op je vriend zit te wachten!" Ik kon er wel om lachen. Abdelkarim was 23 en woonde in Saint-Denis. We zullen nooit meer dan dat over hem te weten komen, want zodra ik hem vertelde wat mijn baan is, was hij al snel uitgepraat.

"O, echt? Je bent een journalist? Dus je bent een vrijmetselaar? Hou op met liegen, je bent een vrijmetselaar. Of je vader is er één?"

Ik probeerde me niks aan te trekken van zijn haat jegens journalisten en uit te leggen dat ik geen vrijmetselaar ben, maar ik had niet echt het gevoel dat ik daarmee verder kwam. We lieten het er maar bij.

De volgende dag kwamen er twee studenten op me af in de buurt van de Sorbonne. Ik zat op het terras toen ze naar me toe kwamen en vroegen of ik een biertje met ze wilde drinken. De jongens, die allebei geschiedenis en politicologie studeerden, waren erg verbaasd dat ik 'ja' zei. Maar de stemming sloeg weer om toen ik mijn identiteit onthulde. "Je schrijft een artikel voor VICE? Ik lees alleen de internationale kranten, die zijn veel beter. Le Monde is veel te rechts, en Libé is al helemaal niks," zei een van hen, terwijl de ander instemmend knikte.

Advertentie

Toen we onze biertjes op hadden vertrok zijn vriend om de bus te pakken, en liep ik met Matthieu naar het dichtstbijzijnde metrostation. We hadden niets meer tegen elkaar te zeggen, dus lachte ik maar een beetje nerveus. Hij bleef mompelen over de oppervlakkigheid van hedendaagse nieuwszenders, de "dictatuur van emoties", "dezelfde beelden die de hele dag worden uitgezonden," enzovoorts. Ik had minder geduld voor hem dan voor Abdelkarim. Toen we op het punt stonden om afscheid te nemen, besloot hij toch een poging te wagen.

"Wil je met mij mee naar huis? Ik woon hier vlakbij. Het is daar wat…"

Ik vroeg me af of hij de moed zou kunnen opbrengen om die zin af te maken. Met welk bijvoeglijk naamwoord zou hij zijn onzedige voorstel af maken? We stonden op klaarlichte dag op Boulevard Saint-Michel, broodnuchter. Ik moet toegeven dat het wel dapper van hem was.

Ik bleef stil en keek hem aan. Wat waarschijnlijk niet echt hielp.

Als ik een aardig meisje was, had ik gewoon kunnen glimlachen om duidelijk te maken dat ik wel snapte waar hij heen wilde, of kunnen weigeren zonder hem de tijd te geven om zijn zin af te maken. Ik had zelfs kunnen doen alsof ik hem niet begreep en gewoon kunnen ontsnappen door te roepen: "Het is laat! Ik moet maar eens gaan." Maar zo aardig ben ik niet, en ik genoot ervan om hem te zien zoeken naar het juiste woord.

"Het is er…nou….het is er rustiger," besloot hij.

Zoals je waarschijnlijk wel kan raden, sloeg ik zijn aanbod vriendelijk af.

"Maar waarom dronk je dan een drankje met ons?" mompelde hij terwijl hij zich omdraaide. "Hoe dan ook, Judith is echt een sletterige naam." Hij had er blijkbaar dan weer totaal geen moeite mee om die zin over zijn lippen te krijgen. Lees ook: Zo versier je vrouwen (een gids voor mannen, geschreven door vrouwen) Ik was 24 uur lang in de Basic-Fit De ultieme gids om seks te hebben met millennials