FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Waarom het charmeoffensief van de politie me vaak woest maakt

Ellie Lust in 'Wie is de Mol?', feelgoodfilmpjes, agenten die voor de camera kampvuurverhalen vertellen – het is allemaal erg bedenkelijk.

foto via Instagram

Vorige week werden de deelnemers van Wie is de Mol? bekend gemaakt, en was heel Nederland in rep en roer. Nou is dat altijd zo als er ergens iemand een scheet heeft gelaten die iets met Wie is de Mol? te maken heeft, want de mensen vinden Wie is de Mol? een extreem belangrijk programma. Maar dit keer was de reuring helemáál compleet, want politiewoordvoerder en turbolesbie Ellie Lust is een van de deelnemers.

Advertentie

Ellie Lust is de geweldigste vrouw op aarde ooit – zoals ik eerder al eens in deze ode aan haar heb beschreven – en misschien ga ik dus wel een aflevering bekijken. Ellies baan is om bij Opsporing Verzocht huidskleuren en posturen van dieven te beschrijven, en daarnaast dubieuze politieoptredens recht te lullen. Daarom verheug ik me erop de echte Ellie te zien, als ze bijvoorbeeld in een camouflagebadpak van een omvallende toren abseilt.

Het enige is, dat komen we niet te weten. Niet omdat het er ook in Wie is de Mol? om gaat om de boel te foppen, maar omdat Ellies deelname één grote PR-stunt is. Dubbele fop! Ze zegt dit zelf in een interview met At5: "[We] hebben echt heel erg goed een afweging gemaakt in hoeverre dit iets kan doen voor de politie." Ik vind het eerlijk gezegd nogal bedenkelijk, om als politie te besluiten de woordvoerder aan een nogal intens spelletjesprogramma te laten meedoen, om het imago op te poetsen. Net als dat ik veel andere manieren waarop de politie de harten van burgers probeert te veroveren bedenkelijk vind. Hier wat voorbeelden van politie-PR waar ik stevig de kriebels van krijg:

Op politie.nl/blogs vind je spannende politieverhalen, in geschreven - en in videovorm. De video's van een agent die in een studio z'n spannendste verhaal vertelt zijn gemonteerd met onheilspellende muziekjes en beelden ertussendoor. Maar het is vooral de vertellende agent waar het bijtende ongemak zich opdringt.

Advertentie

Kijken naar een filmpje als hierboven voelt precies alsof je tijdens een kerstdiner van je schoonfamilie naast een aangeschoten oom zit, die beseft dat je geen kant op kan en die kans aangrijpt om eens uitgebreid kampvuurverhalen te gaan vertellen, over de avonturen die hij als jonge jongen heeft meegemaakt. Voorover buigen, wegkijken, ogen dichtknijpen, stiltes laten vallen, zachter praten en dan opeens hard – zijn het typische tactieken van ooms die een spannend verhaal vertellen. Of tenminste, een verhaal dat ze zelf spannend vinden (bovenstaand verhaal gaat in feite over twee kids in Ede die hun hond aan het uitlaten waren).

Een relatief nieuw wapen in de strijd om het imago van de politie op te krikken is de bodycam, waarmee agenten hun spannendste achtervolgingen en nobelste daden kunnen vastleggen. Dat werkt, want de filmpjes worden veel bekeken, zijn soms best spannend, lopen altijd goed af en bieden daarmee tegenwicht aan filmpjes waarin de politie er slecht vanaf komt, omdat er sprake is van onnodig politiegeweld of wat voor ongepast gedrag dan ook.

Toch kun je je afvragen of het wel totaal ethisch is om, zoals in het filmpje hierboven, stoer te doen met beelden van een arrestatieteam dat een schreeuwende, verwarde man overmeestert. Het zal ongetwijfeld op een correcte manier gebeurd zijn – anders hadden ze dit filmpje niet online gezet – maar dan nog laat je trots zien hoe je iemand inrekent die zelf niet weet wat-ie doet omdat-ie niet toerekeningsvatbaar is.

Advertentie

De politie zit bovenop social media. Sommige agenten zetten ongeveer alles op Facebook en Twitter, waarbij ze soms flink over de schreef gaan, zoals we hier al eens schreven. Maar ook als ze niet te ver gaan, voelt het toch best raar dat ze continu verslag doen van hun baan. Is politiewerk niet te serieus en belangrijk om zo uitgebreid op social media te gooien? Is het sowieso niet gek om de hele tijd je werkzaamheden op Facebook te gooien?

Deze agenten verrichtten een goede daad door de kinderen van een moeder die naar het ziekenhuis moest eten te geven en daarna af te wassen – oprecht heel nobel en hartverwarmend. En toch roept zo'n post vooral irritatie bij me op, omdat het riekt naar zelfpijperij. Als ik een goede daad verricht – laten we zeggen dat ik een omaatje help oversteken – en ik maak er een foto van die ik vervolgens op Facebook zet om complimenten over mijn heldendaad in ontvangst te nemen, zou ik mezelf een ontzettend ijdele lul vinden. Zelfs ondanks het feit dat ik niet betaald krijg om mensen te helpen, en het omaatje dus volstrekt belangeloos had helpen oversteken, zou ik mezelf een ijdele lul vinden als ik er vervolgens mee zou pochen.

Ook dit filmpje laat zien dat agenten geen boosaardige boemannen zijn die de hele dag bonnen uitschrijven en burgers een pak slaag geven, maar goedhartige mensen die 'traumabeertjes' uitdelen aan kindjes die hun voet tussen de spaken hebben gekregen. Maar zo'n filmpje roept argwaan bij me op, omdat het er allemaal zo onbeholpen dik bovenop ligt. Ik krijg bijna het gevoel dat het publiceren van zo'n ongelooflijk feelgoodfilmpje moet verhullen dat agenten eigenlijk gewoon boosaardige boemannen zijn die de hele dag bonnen uitschrijven en burgers een pak slaag geven.

Advertentie

Goed. Nou kan je zeggen: ja hallo, iedereen doet aan PR en reclame en het beeld dat je uitstraalt is natuurlijk duizend keer rooskleuriger dan de werkelijkheid. Zo kun je aan de gang blijven – een slager die de hele dag dooie beesten in elkaar staat te hakken, adverteert ook met een gezellig schaaltje worst en twee boffende peuters:

Deze foto hangt in een slager waar ik soms kom

Dat is waar. Dit is ook dom, en als die rechterpeuter een keer met zijn melktandjes ongelukkig neerkomt op de glijbaan zal ik er geen drie dagen om rouwen, maar er zijn duidelijke verschillen tussen een slager en de popo. Waarom ik er bij de slager om moet lachen en bij de politie niet, komt denk ik door twee dingen.

Ten eerste heeft de (overheid en dus de) politie een geweldsmonopolie: ik moet de bak in als ik iemand een pegel op z'n neus geef – maar de politie mag geweld tegen mij gebruiken. Ik word geacht dat te accepteren, en dat doe ik ook, maar wel onder de voorwaarde dat de politie zich 100% correct gedraagt. Ik ben dus veel sneller wantrouwig. Op zo'n overduidelijke manier een overdreven positieve werkelijkheid presenteren irriteert me daardoor veel meer dan wanneer de slager me een beetje fopt. Ik mag geen geweld gebruiken, de politie wel, ik accepteer dat, maar als ze dan vervolgens met hun nobele pikken in mijn gezicht gaan lopen zwaaien, door te koketteren met het uitdelen van een traumabeertje aan een schattige kleuter, dan activeert dat mijn frons.

Ten tweede hangt het geweldsmonopolie samen met het belastingmonopolie: ik word gedwongen om belasting te betalen. Dat wil ik misschien niet, maar het moet toch. Van dat geld wordt de politie betaald. Dus als die dan een beetje goeie sier gaat lopen maken met feelgoodfilmpjes van hoe fucking fantastisch ze zijn in het uitvoeren van het werk waar ik ze voor betaal, dan maakt me dat een beetje kwaad.

Als politie doe je het dus niet gauw goed. En dat is maar goed ook. Als je het mij vraagt is het redelijk belachelijk dat de woordvoerder van de politie – die ik gedwongen betaal om mijn veiligheid te garanderen en die geweld tegen mij mag gebruiken – bij wijze van PR-stunt in een spelletjesprogramma gaat lopen deelnemen om de politie in een goed daglicht te zetten. Dat ik me er extreem op verheug om de blond bestekelde superkoningin/powerpolitievrouw/turbolesbie Ellie Lust van een razende stoomtrein te zien bungeejumpen, of wat ze dan ook doen bij Wie is de Mol?, doet daar niks aan af.