FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Ben jij onvriendelijk genoeg om in de hippe Amsterdamse horeca te werken?

Doe hier de test!

Net in Amsterdam komen wonen en op zoek naar een uitdagende bijbaan? Of zit je dagelijks van 9 tot 5 op kantoor en wil je het roer helemaal omgooien? Wil jij werken op een van de zogenaamde hotspots van onze hoofdstad, waar men bij elkaar komt om een drankje te doen, een dansje te wagen, even heerlijk te loungen of om gewoon een vorkje te prikken in een organische salade met lijnzaad? Dan is een baan in de hippe Amsterdamse horeca misschien wel iets voor jou.

Advertentie

Om een indicatie te krijgen of jij hiervoor geschikt bent, hebben we deze test voor je samengesteld. Door tien simpele vragen te beantwoorden kom jij er snel achter of jij het in je hebt om een echte hippe horecatopper te worden, of dat je beter je heil ergens anders kunt zoeken. Succes!

Vraag 1. Een klant wil wat te drinken bestellen aan de bar. Wat doe je?
A) Je vraagt wat hij wil drinken en schenkt het voor hem in.
B) Je ziet de klant bij de bar staan en kijkt even zijn kant uit. Daarna loop je naar een collega toe om te vragen wat hij gisteravond heeft gedaan en wie zijn favoriete kandidaat van Heel Holland Bakt is. Tijdens dit gesprek kijk je nog een paar keer in de richting van de wachtende klant. Door het lange gesprek met je collega krijg je een droge mond, en als je uitgepraat bent schenk je daarom wat te drinken voor jezelf in. Na een paar slokken slof je naar de wachtende klant toe en geeft hem een geïrriteerde knik, waarna hij kan bestellen.

Vraag 2. Hoe zorg jij ervoor dat nieuwe klanten terug komen naar de hippe horecagelegenheid waar je werkt?
A) Je lacht vriendelijk naar ze, heet ze welkom en zorgt dat ze het naar hun zin hebben.
B) Je vraag je af wie die mensen zijn. Je staat net gratis drank te uit te delen aan je collega’s die net klaar zijn met werken, en nu dit! Je krijgt gewoon per uur betaald en het staat niet in je contract dat je het mensen naar de zin hoeft te maken, dus wat kan jou die nieuwe klanten schelen? Je hebt wel wat beters te doen dan goede eerste indrukken geven. Je kijkt de nieuwe klanten zuur aan, gooit een paar bier voor hun neus en gaat weer naar je vrienden toe. Gelukkig blijft het bij dat ene biertje en vertrekken ze.

Advertentie

Vraag 3. Vanavond sta je bij de garderobe. Hoe reageer je als jij iemands jas niet terug kunt vinden, terwijl hij wanhopig voor je staat en wel een nummertje heeft?
A) Je voelt je hier erg rot over en gaat er alles aan doen om de verloren spullen te zoeken. Diegene heeft namelijk betaald om zijn spullen weer terug te krijgen, en jij hebt het verknald.
B) Je zegt dat het niet jouw zaak is. Terwijl je een gaap onderdrukt wijs je op het bordje waarop staat dat je niet aansprakelijk bent en vraag je de zeikerd te wachten totdat iedereen weg is. Jammer voor hem als zijn vrienden nu allemaal zonder hem vertrekken, jij verdient je geld toch wel.

Vraag 4. De volgende avond sta je geld te vangen bij de toiletten. Een klant zegt dat hij het onzin vindt om naast entree ook nog 50 cent te moeten betalen voor een toiletbezoek, terwijl er in de wc een natte drol aan het plafond hangt.
A) Je gaat de drol van het plafond halen en de boel schoonmaken. Dat klanten moeten betalen voor de wc is nog tot daar aan toe, maar je kunt er in ieder geval voor zorgen dat ze er een schone wc voor terugkrijgen.
B) Je hebt genoeg van dit arrogante gedrag en gaat ook nog natte drollen aanbrengen op alle beschikbare muren.

Vraag 5. Je pauze is aangebroken, maar er is nog één klant die geholpen wil worden. Hoe reageer je?
A) Je helpt de klant, het is hoogstens dertig seconden werk.
B) Te laat! Had hij maar eerder moeten zijn. Nu heb je je sigaret al in je bek hangen en ben je al begonnen met vrienden te WhatsAppen. Als de klant vraagt of je hem nog wilt helpen dan snauw je hem zonder hem aan te kijken toe dat je pauze hebt en maak je dat je wegkomt. Terwijl je de deur uit rent steek je een denkbeeldige middelvinger op naar de klant.

Advertentie

Vraag 6. Je laat een drankje in de buurt van een klant vallen. Een deel ervan spettert op zijn kleding. Wat doe je?
A) Je voelt je kut, zegt sorry en biedt de klant een gratis gerecht of wat te drinken aan.
B) Je roept hard ‘GODVERDOMME EN DE TYFUS!!’ en flikkert een servetje in zijn richting.

Vraag 7. Een klant geeft geen fooi. Hoe reageer je?
A) Het is niet zo leuk, maar tja, het gedrag van het hippe Amsterdams horecapersoneel nodigt ook niet echt uit tot het geven van fooi, en zolang er geen fooi gegeven wordt blijft het personeel onvriendelijk, en zolang het personeel onvriendelijk blijft wordt er geen fooi gegeven. Het is een vicieuze cirkel die alleen doorbroken kan worden als het personeel misschien een heel klein beetje vriendelijker gaat doen tegen de klant.
B) DIE KANKERLIJER GEEFT GEEN FOOI? De volgende keer trek ik een korst van mijn knie en prak ik die door zijn eten heen.

Vraag 8. Het is al wat later en het terras gaat sluiten. Er zitten nog klanten buiten en jij moet ze vertellen dat ze naar binnen moeten. Hoe pak je dit aan?
A) Je loopt naar ze toe en vraagt ze vriendelijk of ze hun drankje binnen op willen drinken. Als ze vragen waarom, dan leg je uit dat dat nou eenmaal moet van de gemeente en dat je er verder ook niets aan kunt doen.
B) Je walst het terras op en roept tegen niemand in het bijzonder dat iedereen naar binnen moet, terwijl je over de klanten heen buigt om hun halfvolle glazen op te ruimen. Als ze vragen waarom, rol je met je ogen en roep je nog wat harder dat ze naar binnen moeten, deze keer recht in hun gezicht.

Advertentie

Vraag 9. Een klant wil betalen, bijvoorbeeld omdat hij verder wil met zijn dag. Wat doe je?
A) Je helpt de klant zo snel mogelijk. Betaling door de klant is zoals in elke business de hoeksteen van het winstproces!
B) Je laat de klant wachten tot je klaar bent met het op iTunes opzoeken van je favoriete nummer van Lykke Li, en negeert dat de klant ongeduldig met zijn pinpas op de bar begint te tikken. Als de mogelijkheid er is help je een klant die iets te drinken wil bestellen voordat je de persoon die weg wilt helpt, want een biertje tappen is leuker om te doen dan om het pinapparaat helemaal op de bar te tillen.

Vraag 10. Een klant wijst je er op dat je onvriendelijk bent. Hoe reageer je?
A) Je verandert je gedrag. Je werkt namelijk in de horeca en daar hoor je vriendelijk te zijn. Stom dat je hier niet aan gedacht hebt, het zal je niet weer gebeuren.
B) Je schiet meteen in de verdediging en zegt dat die klant zelf ook niet bepaald een pretbek heeft. Daarna kijk je hem minachtend aan en zou je het liefst willen overgeven op zijn gezicht. Volgende keer dat je deze klant ziet gooi je aids in zijn glas.

De uitslag.

Het meeste A’s?
Helaas, jij bent veel te vriendelijk voor de hippe Amsterdamse horeca. Probeer het eens in een winkel voor babykleding.

Het meeste B’s?
Gefeliciteerd, jij hebt de juiste instelling voor een baan in de hippe Amsterdamse horeca! Onverschillig, laks, snel geïrriteerd en uitermate onvriendelijk. Welkom aan boord! Zet je zuurste gezicht op, je kunt morgen al beginnen.