FYI.

This story is over 5 years old.

Eten

Eten is slecht voor je ziel

Volgens het jaïnisme mag je niks eten dat ooit gegroeid of gebloeid heeft – maar dan kom je ook wel van je slechte karma en wat overtollige kilo’s af.

Jaïnisten mediteren. Foto via Wiki Commons.

In prehistorische tijden moesten mensen nog met stenen jagen op hun avondmaal – of keihard wegrennen als de prooi niet wilde opgeven. Spoel even door naar de moderne tijd, waar we dankzij technologie vrijwel geen enkele moeite meer hoeven te doen voor ons eten. Magnetron, koelkast en oven faciliteren ons gulzige leven. Maar ondanks alle #foodporn op Instagram en bloggers die de laatste voedseltrends vastleggen, zijn er over de hele wereld nog steeds gemeenschappen met een hele eigen keuken en strikte dieetdisciplines.

Advertentie

Mensen leggen zichzelf graag beperkingen op als het op eten aankomt – of dat nou politiek of ethisch gemotiveerd is, uit gezondheidsoverwegingen gebeurt of door een eetstoornis of willekeurige neuroses. Daarbij komt dat bijna 84% van de wereldbevolking een religie aanhangt waarvan de heilige teksten voorschriften geven over het dieet van de gelovige. De meeste religies verbannen bepaalde voedingsmiddelen – hoewel dat niet in elke religie op evenveel waarde geschat wordt. Het christendom en mormonisme hebben bijvoorbeeld wat lossere regels over voeding in vergelijking tot het boeddhisme, hindoeïsme, de islam en het Jodendom.

Maar hoewel koosjer, halal of vegetarisch eten voor sommige mensen al wat overdreven klinkt, is er een religie die alle andere overtreft. Jaïnisme gaat zo ver met dieetvoorschriften dat het die van alle andere primaire religies – zelfs die met strenge regels – op onbeperkte vreetbuffetten laat lijken.

Jaïnisme is een van de oudste religies uit India en heeft op dit moment vijf miljoen aanhangers. De naam is afgeleid van het woord Jin in Sanskriet, wat ‘overwinnen’ betekent en samenhangt met de eeuwige strijd van de aanhangers om alle lichamelijke behoeften en de banden met het aardse te overwinnen. Wie dat voor elkaar krijgt bereikt uiteindelijk moksha (verlichting). Moksha verlost de gelovige uit de cyclus van wedergeboorte, zodat hij niet steeds opnieuw herboren hoeft te worden in deze verrotte wereld. Om die moksha te bereiken mogen jaïnisten ook geen geweld gebruiken tegen levende, karmische wezens, die allemaal een ziel hebben. Overigens is volgens deze leer bijna alles een karmisch wezen: insecten, planten, gewortelde groenten en micro-organismen worden ook meegerekend.

Advertentie

Hiërarchie van wezens in de ogen van jaïnisten, via Wiki Commons.

Die karmische cyclus resulteert in ’s werelds meest intense dieet: het betekent geen vlees, geen vis, geen eieren, geen knoflook of uien of wat voor gewortelde groente dan ook, geen honing (want dat is gewelddadig tegenover bijen), geen alcohol, geen gefermenteerd eten (dat is weer gewelddadig tegenover micro-organismen), geen ongefilterd water (daar zitten kleine organismen in), geen paddenstoelen, geen zwammen en geen gist.

De echt toegewijde aanhangers mogen ook niet ’s avonds eten, en al het voedsel dat je ’s nachts vergeten bent in de ijskast te zetten kan je ook vergeten – dat is geweld tegen micro-organismen die een feestje vieren in je restjes. Aan de zuivelgroep hoef je sowieso niet te beginnen.

Shrimad Rajcandra, jaïnist en mentor van Mahatma Gandhi. Foto via Wiki Commons.

Behalve dat ze maar weinig soorten dingen mogen eten, wordt het dieet binnen de extreme vorm van jaïnisme nog heftiger omdat aanhangers zichzelf opleggen dat ze maar net genoeg eten om hun lichaam in stand te houden. Ze kennen meer dan dertig soorten van gedeeltelijk en totaal vasten – van 8 dagen tot een kuur van 180 dagen – wat zorgt voor een grondige reiniging voor de ziel.

Maar het meest extreme aspect aan alle religieuze restricties in het dieet van jaïnisten is de kunst van santhara, een religieuze eed van vrijwillige dood door vasten.

Op dit moment ondergaan ongeveer tweehonderd mensen per jaar de santhara – normaal gesproken vooral ouderen, zieken of mensen die alle aardse gehechtheid losgelaten hebben. Dit fatale vasten wordt gezien als een gezegende daad om het lichaam te reinigen. Mensen doen het om zich te ontdoen van negatieve karma en moksha te bereiken. Met deze gezochte, uitgestelde dood door een volledige onthouding van eten en water hebben ze ruim tijd om te mediteren, al het fysieke en emotionele los te laten en kunnen ze sterven op een vredige manier, omringd door medegelovigen die over hen zingen.

Er is recentelijk een debat ontstaan over of santhara opgevat moet worden als zelfmoord of een vorm van euthanasie – beide illegaal in India. Maar de intenties om deze praktijken illegaal te maken worden gezien als een ongrondwettige schending van godsdienstvrijheid voor aanhangers van het jaïnisme. Het lijkt erop dat het recht op santhara en een haast martelaarachtige dood voorlopig wettelijk beschermd is, wat betekent dat micro-organismen en maden weer rustig adem kunnen halen.