Een middag in Molenbeek, de Belgische ‘broedplaats voor terroristen’

FYI.

This story is over 5 years old.

nieuws

Een middag in Molenbeek, de Belgische ‘broedplaats voor terroristen’

VICE News ging naar de Brusselse wijk waar twee betrokkenen bij de Parijse aanslagen vandaan komen, en sprak met de bewoners.

Een politieagent bewaakt een straat in Molenbeek waar speciale eenheden een huis doorzoeken. Foto door Geert van den Wijngaert/AP

De dag nadat de Belgische politie invallen en arrestaties verrichtte in de Brusselse wijk Molenbeek in verband met de aanslagen in Parijs, ging een groep lokale moslims van deur tot deur om witte posters te verspreiden. De posters waren een oproep tot vrede in hun stad.

Toen de avond viel, hingen de straten van Molenbeek – dat nu bekend staat als een broedplaats van terrorisme – er vol mee.

Advertentie

"Niemand wil hier meer komen omdat ze denken dat we allemaal gevaarlijk zijn. Maar we proberen de wereld duidelijk te maken dat hier goede mensen wonen," zegt Louiza, die een boodschappentas draagt vol posters waarop 'Molenbeek' staat met een vredessymbool op de plaats van de letter 'o'.

Dat is een bijna onmogelijke taak. De wereld richtte haar boze blik voor de zoveelste keer op het stadsdeel, nadat bekend werd gemaakt dat twee broers die betrokken waren bij het Parijse bloedbad uit Molenbeek kwamen. Het was het zoveelste incident dat de wijk verbindt aan terrorisme en diepgeworteld extremisme. De gemeente Sint-Jans-Molenbeek heeft rond de honderdduizend inwoners, waarvan het grootste gedeelte moslim is, en levert volgens een onderzoek het hoogste percentage buitenlandse jihadstrijders aan Syrië en Irak per inwoner. Volgens schattingen heeft België een gemiddelde van veertig jihadisten per miljoen inwoners. Dit is vier keer zoveel als dat van Groot-Brittannië en het dubbele van Frankrijk.

Eerder dit jaar kamde de politie Molenbeek uit, op zoek naar verdachten van de aanslagen op Charlie Hebdo . Een Fransman die veroordeeld werd voor de moord op vier mensen in het Joods Museum van Brussel in 2014, zou er ook gewoond hebben.

"Ik stel vast dat er bijna altijd een link met Molenbeek is, dat is een gigantisch probleem," zei de Belgische minister-president Charles Michel op zondag bij een uitzending van De Zevende Dag . "Er wordt ingezet op preventie, maar we moeten ook repressief optreden."

Advertentie

"Er is jarenlang laks met de zaak omgegaan, daarom moeten we nu een tandje bijsteken', zei minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Jan Jambon in dezelfde uitzending. 'We gaan proberen de situatie die in Molenbeek geschapen is, onder controle te krijgen."

Wat dat precies inhoudt, moet nog blijken. Toch zeggen de Molenbeekse activisten vastberaden te zijn om op de een of andere manier hoop en voorspoed te verspreiden.

De gemeente is de op één na armste in België en kampt met een enorme criminaliteit en werkloosheid. Wellicht is het simplistisch om dit als de hoofdreden voor radicalisering aan te wijzen, maar het is opvallend dat deze verontrustende geschiedenis zich hier blijft herhalen.

Marc, een Belgische man die al veertig jaar in Molenbeek woont en werkt, zet voor één van de 22 moskeeën van de wijk zijn boodschappentas neer. Hij zag de wijk met de generaties veranderen en verklaart de situatie als volgt:

"De eerste stroom van immigranten uit landen als Marokko en Turkije moesten zó hard werken om hun families te voeden, dat ze niet genoeg tijd hadden om hun kinderen op te voeden zoals ze dat eigenlijk zouden willen. Daarbij is het moeilijk om hier goede educatie te krijgen. Mensen zien de behoeftes van deze plek nogal eens over het hoofd. Nu hebben we dus een probleem. Een nieuwe generatie wendde zich tot het internet om te leren over het leven en stond zo open voor slechte invloeden."

Advertentie

"Hadden die families maar de kans om hun waarden door te geven aan hun kinderen. Ik ben een christen met veel goede moslimvrienden. Wat ik heb geleerd is dat de islam niet over geweld gaat, maar over vrede."

Hij merkt op dat het makkelijk is om anoniem te blijven in Molenbeek. De huur is goedkoop en mensen kunnen er ongemerkt komen en gaan.

Een man die voor de gemeente werkt en niet wil dat zijn naam gepubliceerd wordt, zegt dat hij zich soms onzeker voelt over het werk in Molenbeek. Criminaliteitspreventie gaat volgens hem erg moeizaam, net als het ontwikkelen van een betekenisvolle band met de gemeenschap. "Toch was ik zeer geschokt door de laatste gebeurtenissen en het verband met Parijs. We hadden het niet verwacht."

"Tegelijkertijd kan ik zeggen dat meerdere steden in België en Europa tegen dezelfde problemen aanlopen. Zoiets kan ergens anders ook gebeuren."

Molenbeek ligt slechts een paar kilometer van het Brusselse centrum vandaan. Het is niet – zoals het vaak wordt omschreven – een verre buitenwijk. Op straat komen de luidste geluiden van spelende kinderen op een schoolplein. Een eenzame voetbal rolt door de straat. Aan het centrale plein staat een grote kerk en buiten een café drinken mannen muntthee.

Ahmed, die een kleding- en huishoudartikelenwinkel runt, wordt driftig wanneer hem wordt gevraagd waarom Molenbeek populair is onder extremisten in Europa. "We zouden ons hier niet hoeven te verantwoorden voor de acties van een paar radicalen," zegt hij. "Er hoeft hier niets te veranderen. Het probleem is het politieke klimaat in België, in Frankrijk en hier in deze stad."

Advertentie

Voor de burgemeester van Molenbeek, Francoise Schepmans, is het pijnlijk om te horen dat haar gemeenschap de overheid de schuld geeft. Wanneer haar wordt gevraagd of ze zich kan vinden in de reputatie van haar gemeente, schudt ze haar hoofd en zegt langzaam: "Het doet pijn, heel veel pijn."

"Het probleem met een gemeente als die van ons is dat we meer politie en geld nodig hebben om actie te ondernemen. Het is heel moeilijk om het alleen te doen."

Malika Saissi zit in een café tegenover het kantoor van de burgemeester, omgeven door kleurrijke schilderijen van Frida Kahlo, Mr. T en Marilyn Monroe. Ze houdt hier wekelijkse bijeenkomsten voor lokale artiesten, families en activisten.

"Ik hou van mijn stad en vind dat hier vele goede dingen gebeuren," zegt Saissi, die voor gemeenschapscentrum De Vaartkapoen werkt. "Je vindt hier veel mensen die op de universiteit studeren, activisten en mensen die dromen van een betere toekomst."

De broer van Mohamed Abdeslam, Brahim, stierf tijdens een zelfmoordaanslag in Parijs en zijn andere broer Salah is voortvluchtig. Foto door Leila Khemissi/AP

Ze is het eens met Schepmans dat Molenbeek vaak over het hoofd wordt gezien als het gaat om de verdeling van subsidies en overheidssteun. "Ze zijn decennia te laat met hun pogingen om het leven hier te verbeteren," zegt ze. "Mijn eigen zoon zei gisteren tegen me dat hij zich schaamt dat je geen baan krijgt als je vertelt dat je hier vandaan komt. Dat is heel verontrustend."

Saissi zegt dat ze goed bevriend is met de familie van de broers Salah en Ibrahim Abdeslam, die betrokken waren bij de aanslagen in Parijs. Hun andere broer, Mohammed, werd ook gearresteerd en weer vrijgelaten op zondag.

"Natuurlijk ken ik hen. Daar schaam ik me niet voor. Het is een familie waar ik me mee identificeer," zegt ze. "Hun moeder is heel ruimdenkend, modern en aardig. Ze heeft die kinderen veel liefde gegeven. Nooit had ze extreme denkbeelden. Ze heeft hen met goede waarden opgevoed. Het probleem ligt niet bij de familie, maar bij de omgeving."

Saissi zegt dat het lijkt alsof de zonen van deze vrouw een dubbelleven leidden en gehersenspoeld zijn. Daar voegt ze aan toe dat ze verrast was dat de jongens betrokken waren bij de Parijse aanslagen. "De gemeenschap moet worden geholpen, niet veroordeeld. Er waren geen tekenen aan de wand dat ze geradicaliseerd waren," zegt ze.

"We zoeken naar oplossingen voor het terrorisme. Maar we moeten ook oplossingen zoeken voor de families die op deze manier hun kinderen verliezen. De overheid moet deze mensen helpen om hun hoop op een betere toekomst te realiseren. We moeten hen de mogelijkheid geven om in vrede te leven."