raci
Alle foto's zijn van de auteur
Identiteit

Verhalen van racisme in rusthuizen

Ik ging naar drie rusthuizen om er Viviane, Mireille en Rolande te volgen. Alledrie zijn ze zorgassistenten, ze vertelden me over hun dagelijkse leven met de ouderen.
Caroline Lecomte
Brussels, BE

Enkele weken geleden zat ik in de wachtzaal van een medisch centrum in Brussel. Aan de balie begon een oudere dame haar stem te verheffen waardoor ik opkeek van mijn telefoon. “Ik heb een afspraak met de neger.” Geshockeerd kijk ik om me heen en zie mijn eigen beschaamde blik gespiegeld in die van de persoon tegenover mij. De conciërge - zelf een zwarte man - die de vloer dweilde, antwoordt, “De Afrikaanse dokter, mevrouw.” “Ja, ja, het negerinnetje, dat zei ik toch.” 

Advertentie

Ik vroeg me af hoeveel goed het doet om de ouderen te corrigeren. Zijn ze na zoveel jaar nog steeds in staat hun gewoontes te veranderen? Maar zou het niet te gemakkelijk zijn om alles te laten gaan onder het mom van ouderdom en vergeetachtigheid? 

Ik heb drie Belgische rusthuizen bezocht, plaatsen die niet immuun zijn voor dit soort scenario's. Viviane*, Mireille en Rolande, alledrie zorgassistenten, spraken met mij over racisme en hun dagelijks leven met ouderen.

Viviane (42) Jette

In het kantoor van de zorgverlener, doet een vrouw haar Adidas schoenen af en ruilt ze om voor witte crocs. Ze schenkt haar kopje koffie uit een thermos. Er komen maar een paar druppels uit en ze zucht. Ze had nood aan een extra dosis motivatie deze ochtend. Viviane moet naar de tweede verdieping van het Jetse rusthuis, en dan op het einde van de gang naar rechts. In deze grijze, met-vinyl-bedekte gang verblijven de bewoners met dementie en andere mentale aandoeningen. Viviane ademt diep in en fluistert zichzelf toe “Wees kalm en geduldig, lieve Viviane.” Ze stapt de lift binnen. Het lichtje van nummer 2 brandt wanneer ze de knop induwt.

“Tweede verdieping,” verklaart de lift wanneer ze aankomt. En dan gaan de deuren open. In de kamer op het einde van de gang woont een tachtiger die best nostalgisch is naar zijn jaren in Belgisch Congo. Viviane weet dat dit geen pretje gaat zijn. Het is nog maar een paar weken geleden dat meneer Peeters* tegen haar uitvloog: “Mij wil water drinken.” En dat is niet de eerste keer dat Viviane zo’n uitspraken moest horen. Dit is een generatie die opgroeide in een politiek klimaat dat conservatieve wereldbeelden verkoos.

Advertentie

De meer radicale mensen vinden er dan hun plezier in om terug te keren naar een tijd toen ze machtiger waren.

Vele psychologen observeerden al hoe ouderen - geconfronteerd met een snel-veranderende wereld -  proberen een houvast te vinden bij wat ze kennen. Volgens psychologie professor Steve Taylor worden onze mentale structuren alleen maar meer verstard. Ouderen hebben het moeilijker zich aan te passen en verandering te aanvaarden. Dit kan een gevoel van overweldiging en vervreemding met zich meebrengen. De meer radicale mensen vinden er dan hun plezier in om terug te keren naar een tijd toen ze machtiger waren. Viviane twijfelt even, en klopt dan op de deur. 

“Dag meneer Peeters. Mag ik binnenkomen?” Viviane gaat de kamer binnen, het is er donker. De gordijnen zijn dicht om het ‘s middagse zonlicht buiten te houden. Op de TV speelt er een documentaire over wilde dieren. Viviane zet het geluid dat op maximum staat wat stiller en de interactie verloopt vlot. De man is - voor het moment - nog vriendelijk. Hoe dan ook heeft Viviane geleerd dat het beter is om de opmerkingen te negeren dan in discussie te treden. Wat heeft dat voor nut als morgen alles toch weer vergeten is? 

photo 14.jpg

Mireille (37), Luik

“Raad eens wat hij zei! Hij zei dat hij niet door een vuile zwarte vrouw wil worden gewassen.” Ze lachen allemaal. Het is lunchpauze voor de zorgverleners van een tehuis in Luik. Rond de tafel bespreken ze van alles. Mireille slikt haar hapje vol-au-vent in en gaat erop in: “Een vrouw op het derde verdiep vertelde me dat ze nog nooit iemand zo zwart had gezien… hoewel ik metis ben.” Ze lachen nog eens en schudden met hun hoofden. Mireille werkt hier al acht jaar. Ze steekt haar bestek weg en maakt zich klaar voor haar rondje van de namiddag. Die begint in kamer 201. 

In kamer 201 verblijft een oud dametje die het woord “makak” vooral graag gebruikt. En dit desondanks meerdere waarschuwingen van het personeel. Mireille weet hoe ze er al lachend mee om kan. Ze heeft dat met verloop van tijd wel geleerd. Maar op zo’n momenten denkt ze vooral aan haar 17-jarige dochter, die ooit eens al huilend thuiskwam van school. Een jongen had haar negerin genoemd op de bus. Het was de eerste keer dat dit haar overkwam. Sindsdien zit Mireille met haar in, bang dat ze niet sterk genoeg zal worden.

Advertentie

In kamer 201 verblijft een oud dametje die het woord “makak” vooral graag gebruikt.

Het was met oog op haar dochter en de toekomst van haar dochter dat ze koos om actie te voeren. In 2016, na ettelijke weken uit te leggen aan een bewoner dat ze het woord “negerin” beu was, besliste ze te gaan praten met het bestuur. Het bestuur koos ervoor om in te grijpen en stuurde een maatschappelijk werker om met de patiënt te gaan praten. Maar zo’n twee dagen later, desondanks de waarschuwingen van de zorgverlener, begonnen de uitspraken opnieuw in het rond te vliegen. Mireille zei dan maar tegen zichzelf dat ze zich gewoon kalm moet houden. Ze weet goed hoe ze dat moet doen. Maar ze maakt zich zorgen. Haar dochter vertelde haar enkele weken geleden dat ze ook een verpleegster wil zijn. En ze weet wat haar te wachten staat. 

Het wordt snel donker buiten en de neonlichten verlichten de gangen van het tehuis met hun kille kleuren. Mireille doet haar crocs terug af, haalt haar sneakers uit haar locker, doet haar jas aan en zegt gedag tegen haar collega’s. Omdat ze weet dat het bestuur niets gaat doen om haar te steunen, zoekt ze sympathie en steun bij haar collega’s. Tijdens de pauzes kan het personeel er even van tussenuit en iemand anders vinden die naar hen luistert. Mireille is duidelijk niet de enige in de afdeling die deze aanvallen moet doorleven. Soms, na een serieus vermoeiende dag, wisselt ze met haar collega’s een moeilijkere patiënt, die er misschien beter mee om kunnen. Haar collega’s en de steun zorgen ervoor dat ze er tegenaan kan. En later zal dat ook zo zijn voor haar dochter. 

Advertentie
photo 13.jpg

Rolande (32), Brussel

Rolande werkt al twee jaar in een rusthuis in het centrum van Brussel. Ze legt uit aan twee trainees hoe alles te werk zal gaan de komende uren. Toen ze het kantoor verlieten hield ze een van de twee tegen: “Bereid je maar voor, de man is enorm racistisch. Probeer het te negeren.”

Voor jezelf opkomen is niet gemakkelijk. In 2005, bijvoorbeeld, legde een trainee van Marokkaanse afkomst een klacht neer tegen een racistische bewoner in een home in Vlaanderen. De correctionele rechtbank van Gent koos de kant van de trainee. Ze wees daarmee op artikel 444 van het Belgische strafwetboek, dat eender welke daad van discriminatie, haat of geweld op basis van afkomst of nationaliteit of etnische origine veroordeelt. De veroordeelde moest daarbij 1375 euro betalen. Maar de meeste werknemers zijn terughoudend om een klacht in te dienen, omdat het hun job zou kunnen kosten. 

Rolande zegt dat het haar niet veel kan schelen, dat ze het gewoon is en het haar niets meer doet. Misschien is dat ook zo. Of misschien probeert ze zichzelf gewoon te beschermen. Misschien passen deze mensen zich aan door copingmechanismen en overlevingsstrategieën toe te passen, en de ernst van de situatie te minimaliseren. Dit mentale mechanisme is vaak hetgeen die ze helpt vooruit te gaan.

“Bereid je maar voor, de man is enorm racistisch. Probeer het te negeren.”

Het is niet alleen de bewoners die een bron van racisme kunnen zijn. Tijdens haar laatste jaar stage, was drie vierde van de ploeg stagiaires van buitenlandse afkomst. Rolande vertelt dat de andere 25% een voorkeursbehandeling kreeg. Zij en haar vrienden kregen vaak de meest senile en moeilijke patiënten en dus vaak ook de meest vuile. De witte studenten kregen zelfs de schema’s een dag op voorhand, zodat ze zich beter konden voorbereiden. Rolande begreep eindelijk volledig dat een benadeelde behandeling hetgeen was dat wat ze kon verwachten in het dagelijkse leven. 

Advertentie

Naast de bewoners, zijn er ook nog de families. Als de kinderen van een bewoner van de derde verdieping op bezoek komen, dan weet Rolande dat het nutteloos is haar collega met de stijle, blonde haren te vergezellen. Ze praten niet tegen haar. En als Rolande wel spreekt, dan zullen ze antwoorden tegen haar collega. 

Tijdens een conferentie van de strijd tegen racisme, georganiseerd door, de Commissie voor de Gezondheid en Bijstand aan personen van het Brussels Parlement, had Unia - een onafhankelijke publieke dienst die vecht tegen discriminatie - enkele aanbevelingen. Gebaseerd op de getuigenissen van slachtoffers van racisme of discriminatie van hun patiënten of oversten, zag Unia enkele structurele problemen. Onder deze aanbevelingen stelt de vereniging voor om vanaf het begin duidelijke leefregels voor de bewoners en voor de teams op te stellen; om de organisatie van de lokalen te heroverwegen en de gevolgen voor het verplegend personeel van het werken in de groep "dementen" of "gezonden" te evalueren; om managers verantwoordelijk te stellen voor het letten op discriminerende handelingen; en om aanpassingen voor te stellen voor specifieke problemen zoals kleding, het dragen van religieuze symbolen, enz.

photo 15.jpg

Rusthuis Ursulines, Brussel

Verschuild achter de mooie façade van het voormalig Ursulinenklooster, in Brussel, leeft een rijke diversiteit. In de brasserie van het rusthuis spelen vier mannen een spelletje Scrabble. Twee Belgen, een Marokkaan en een Italiaan. De directeur van het tehuis, Kenis Arne, vertelt dat sinds de diversiteit is toegenomen tussen de ouderen de laatste jaren, de hoeveelheid racistische opmerkingen verminderd is. Maar toch verdwijnt discriminatie niet op magische wijze. Mohammed, een bewoner op de tweede verdieping, vertelt vaak aan de zorgverleners dat hij ongelukkig is. Twee van de bewoners op het eerste verdiep willen zelfs niet met hem praten. Kenis Arne, die ook diversiteitstrainingen geeft in verplegingsopleidingen is duidelijk tegenover zijn personeel, hij zegt dat communicatie van groot belang is. De directeur kondigt vanaf het begin de regels aan die binnen deze muren gelden. Hij vraagt dan ook aan de verplegers om de problemen tussen patiënten te bedaren. Hij stelt voor om te beginnen met kleine taakjes, aangename dingen, zoals een wandeling in de tuin, ze begeleiden naar de eetzaal of deel te nemen aan een potje scrabble. Volgens hem werkt deze manier 9 op de 10 keer.

In sommige instellingen is de oplossing simpelweg om een witte zorgverlener te koppelen aan een racistische patiënt.

Advertentie

Op basis van het initiatief van een van de personeelsleden, hangen er foto’s op alle muren van de eetzaal. Deze tonen kaarten van de wereld, met kleine gekleurde stipjes. De landen die de bewoners hebben bezocht worden zo aangeduid. Het doel is om zo een gemeenschappelijk goed te creeëren tussen de patiënten en het personeel, om gesprekken te starten. Echter “is het, helaas, al voorgevallen, dat we patiënten hebben moeten vragen ons te verlaten,” legt de directeur uit. In dit geval zoekt het rusthuis wel voor een nieuw verblijf voor de persoon in kwestie. Maar, hij vertelt ook wel dat dit enkel mogelijk is omdat het tehuis deel uitmaakt van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) van Brussel. De instelling kan het zich dus veroorloven een inwoner te verliezen. Volgens de getuigenissen wordt dit amper gedaan in privé tehuizen. In sommige instellingen is de oplossing simpelweg om een witte zorgverlener te koppelen aan een racistische patiënt. Volgens Kenis Arne is dit een enorm problematische manier van handelen. Maar blijkbaar is het verlies van een patiënt - en dus een financiële bijdrage - veel belangrijker dan het welzijn van de werknemers die het slachtoffer zijn van racisme. 

photo 7.jpg

*de echte namen zijn bekend bij de redactie

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.