Leven als kotstudenten is voor Le 77 het geheim van hun succes

FYI.

This story is over 5 years old.

VICE Student Guide

Leven als kotstudenten is voor Le 77 het geheim van hun succes

“Omdat we onder een dak wonen, kunnen we altijd meteen naar de studio in ons huis."
LB
foto's door Laurane Bindelle
Brussels, BE

Eerst en vooral: VICE België zit nu ook op Instagram.

VICE duikt volop in het studentenleven, en alles wat daarbij komt kijken — van smartdrugs en soa's tot TD's en studiestress. Lees meer in de VICE Student Guide.

Op het terras van de Bar du Matin ontmoet ik drie muzikale kerels die samen op huisnummer 77 van een straat in Laken wonen. Peet (rapper), Morgan (beatmaker) en Rayan (manager) lijken nog niet lang wakker. Félé Flingue, de andere rapper, is nergens te bespeuren. De jongens hebben wel een andere rijzende ster meegebracht die ook onder hetzelfde dak woont: Blu Samu, die we enkele maanden geleden al de pieren uit de neus hebben gevraagd en dus niet nog een keer lastig gaan vallen met onze vragen. Zij krijgt wat rust. De groep die ik vandaag interview zit echter niet stil. Sinds ze in 2015 hun huis-tuin-en-keukenproject begonnen, is Le 77 een van de populairste namen in de Belgische rap game geworden.

Advertentie

Omdat het nieuwe academiejaar begint en Le 77 dat aftrapt op Brussel Brost, besloot ik hen te vragen naar hun oude studentenleven. Al hebben ze ook serieuzere zaken te vertellen, zoals hoe ons onderwijs artiesten beter kan ondersteunen.

le-77-blu-samu-brussel-interview

Blu Samu (links) en de kerels van Le 77.

VICE: Ha, kerels. Donderdag openen jullie het nieuwe academiejaar op Brussel Brost. Roept dit herinneringen op aan de tijd dat jullie zelf studenten waren en tussen het publiek stonden in plaats van op het podium?
Peet: Mensen denken vaak dat alles heel plots is gebeurd voor ons, maar eigenlijk ging dat heel geleidelijk. Alles begon hier in de Bar du Matin in Elsene, met een optredens in ruil voor een hot dog. Daarna kwam steeds weer van het één het andere, maar ik kan je garanderen dat we serieus hebben moeten werken om voor vijfduizend man op Dour te kunnen optreden. Al blijft het zot dat wij nu degenen zijn die het publiek entertainen.
Morgan: Die verandering van perspectief - op versus voor het podium - is wel iets dat ik hard heb beleefd. Uiteraard is optreden op Couleur Café, waar ik zelf talloze keren als festivalganger was, een ongelofelijk gevoel. Ik heb altijd de andere kant van het festival willen ontdekken, en nu is het zover.

Zouden jullie proffen ooit hebben gedacht dat jullie dit gingen doen?
Morgan: Ik denk het wel, zeker de docenten waarmee we goed overeenkwamen, die dus ook wisten hoe gedreven we met muziek bezig waren.
Peet: Ik ben pas beginnen rappen na de middelbare school. Mijn proffen wisten van niks. In die grote aula’s op de unief is dat nu ook niet het eerste waarover je praat. Dat veranderde pas toen ik aan het INRACI [Brusselse film- en radioschool, red.] begon te studeren.
Rayan: We hebben ons allemaal op die school ingeschreven met omdat we er muziek wilden maken. Maar het werd al snel duidelijk dat dat niet helemaal het geval was, en dat de nadruk eerder op filmmuziek lag.
Peet: Ons onderwijs zou wat dat betreft wel wat mogen veranderen. In plaats van vakken op te leggen aan jongeren, zou het zich beter aanpassen aan hun passies. Ik was een fervent skater als jonge gast en als mijn ouders me de kans hadden gegeven om mijn tijd daaraan te besteden, dan was ik wel pro skater geworden in plaats van op de schoolbanken weg te rotten.

Advertentie
le-77-peet-morgan-brussel-interview

Onze hoofdstad telt best veel artistieke opleidingen. Maakt dat van Brussel een onuitputtelijke bron van kunstenaars?
Peet: Zoals we al zeiden, ik weet niet of je studies je echt helpen bij je artistieke ontwikkeling. Bij sommige mensen waarschijnlijk wel, maar niet bij mij.
Morgan: Ze vertellen je dat je sowieso moet blijven doorgaan met je studie, ook als sommige onderdelen je niet liggen, omdat je er ooit voor hebt gekozen. Maar eens je aan zo’n opleiding begint, merk je al snel dat je allerlei verplichte theorielessen moet volgen die nergens toe leiden. Er is veel te weinig praktijk.
Peet: Jongeren moeten gewoon op voorhand meer informatie krijgen, zodat ze goed weten waar ze aan beginnen. Ik herinner me dat toen ik aan het SAE studeerde om geluidstechnicus te worden, ik me na een tijdje helemaal niet meer kon concentreren, niet in het minst omdat ik toen mijn soloproject wilde afwerken.

Peet, je teksten gaan vaak over de vermoeid zijn door je horecawerk. Hoe combineer je dat met je muziek?
Peet: Grappig genoeg werk ik momenteel niet meer zo vaak in de horeca en heb ik het gevoel dat ik er eens terug in moet vliegen. Kwestie van niet enkel met muziek bezig te zijn. Het is belangrijk om ook regelmatig andere dingen te doen, en zo nieuwe mensen te ontmoeten en inspiratie op te doen. Momenteel heb ik nog een day job nodig om rond te komen, maar ook wanneer ik van de muziek kan leven, zal ik mij met andere dingen blijven bezighouden.
Morgan: Ik werk ook in een restaurant en het lukt wel om dat met muziek te combineren. Omdat ik geen vaste uren heb, kan ik op voorhand doorgeven wanneer ik beschikbaar ben. Da’s natuurlijk heel handig. Al het geld dat ik zo verdien naast de muziek is mooi meegenomen.
Peet: Ik ben ervan overtuigd dat je, als je er de tijd en de energie voor hebt, zeker een bijbaantje moet houden. Dan heb je meer geld, en je breidt tegelijk je netwerk uit.

Advertentie
le-77-peet-morgan-brussel-interview

Over uitbreiding gesproken, jullie verwijzen vaak naar Amerikaanse cultuur. Hoe zorgen jullie ervoor dat de Belgische identiteit van Le 77 daar niet onder lijdt?
Morgan: Ik denk dat vooral Felix (Félé Flingue, red.) verantwoordelijk is voor dat Amerikaanse aandeel, een beetje op z’n gangster uit Compton. Pierre, die wat minder van die stijl is, zorgt voor het nodige tegengewicht.
Peet: Het draait vooral om humor en het metaniveau. Dat is wat onze identiteit bepaalt. Amerikanen nemen heel dat gangstergedoe serieus, of zo willen ze toch overkomen. Dat is bij ons helemaal niet zo.
Morgan: Luister maar naar ‘Handek’ bijvoorbeeld. Wij hebben helemaal niets tegen flikken, dat is een foute interpretatie. Het is gewoon iets dat Pierre had bedacht.

De clip van ‘Handek’ is nogal in elkaar geknutseld en zit vol goedkope special-effects, maar jullie maken ook clips van hoge kwaliteit en uitgebreid scenario’s. Hoe maken jullie die keuze?
Morgan: We selecteren een nummer dat we willen ‘verfilmen’ en dan bekijken we wat het best past, zonder op voorhand vast te leggen of het een ‘kwalitatieve’ clip moet zijn of niet.

Hoe belangrijk is jullie samenwonen voor jullie succes?
Rayan: Dat is inderdaad een belangrijk onderdeel van hoe alles is verlopen. Het publiek ziet ons als een hechte groep muzikanten, en zonder al dat samenhokken hadden we ook nooit deze groep gevormd.
Peet: Maar goed, altijd samen zijn heeft evenveel voordelen als nadelen. In het begin was het een tornado van creativiteit en ideeën. Daarna waren er ook moeilijkheden en tegenstrijdigheden, hoogte- en dieptepunten. Uiteindelijk blijft het wel een enorm voordeel om onder één dak te wonen, want zo kunnen we altijd meteen naar de studio in ons huis.

Aangezien jullie allemaal eerder in andere groepen zaten, mag ik ervan uit gaan dat Le 77 een volwassen project is?
Morgan: We zijn misschien volwassener in die zin dat we meer matuur zijn, maar op het vlak van muzikale ontdekkingen zijn we dat nog lang niet. We willen samen nog een heleboel muziekstijlen ontdekken.
Rayan: We hebben onze zaakjes wel wat beter op orde. Vroeger was het iets meer rock-’n-roll, dronken op het podium staan en niet meer op de maat kunnen rappen. Dat soort dingen.
Peet: Ook op het gebied van smaak ben ik volwassener. Als ik luister naar wat ik vroeger maakte tegenover m’n werk van nu, dan merk ik toch een groot verschil. Al een geluk, toch?

Nu donderdag trapt Le 77 het nieuwe academiejaar op gang op Brussel Brost. En dat is gratis.

Volg VICE België razendsnel op Twitter en Facebook - en mis niets meer van alles wat we maken.