Een ode aan de lange nachten die ik doorbracht op LimeWire
Illustratie door Esme Blegvad

FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Een ode aan de lange nachten die ik doorbracht op LimeWire

Mp3’s downloaden, een muzieksmaak ontwikkelen en het internet begrijpen – in de jaren nul leerde LimeWire het ons allemaal.
Daisy Jones
London, GB
EB
illustraties door Esme Blegvad

Voor één specifieke generatie bestaan er twee soorten ‘online’. Je hebt het online van vandaag de dag, waarbij een groot deel van ons bestaan zich op het internet afspeelt. Onze smartphones zenden non-stop signalen uit vanuit onze broekzak, ’s avonds verslinden we uren aan series op Netflix, en tussen het eten door appen we onze vrienden. Maar dat is nu. Vroeger – in de jaren nul – had je een heel ander soort online. Een online dat zowaar naast een ‘offline’ wereld bestond. In deze versie van online moest je een computer aanzetten, en aanhoren hoe hij met veel gezucht en gesteun opstartte. Je moest wachten tot je moeder eindelijk de telefoon ophing, voordat je de inbelverbinding kon gebruiken. Alleen zo kreeg je toegang tot de geheime wereld die in dit grote, grijze, oververhitte blok zat. Maar het allerbelangrijkste was nog wel dat deze mystieke wereld uit niet veel meer bestond dan software als MSN, Internet Explorer, en – voor sommigen van ons – LimeWire.

Advertentie

LimeWire was een gratis open source-programma waarin bestanden gedeeld en gedownload konden worden. Het programma komt uit 2000, maar werd tien jaar later door de rechtbank stopgezet, na een juridische strijd van vier jaar met de Amerikaanse muziekindustrie. Tegen die tijd was het echter al even obscuur als Napster, wat LimeWire voorging. Nieuwe apps deden hun intrede en muziek streamen werd de norm. Het idee dat je een mp3-bestand zou moeten downloaden, voelde prehistorisch aan. Begin tegen iemand onder de 21 jaar over LimeWire, en ze zullen denken dat je het over een nieuwe wietsoort hebt. Maar voor mij en andere mensen die voor het midden van de jaren negentig geboren zijn, was LimeWire een ware schatkist. Dit klinkt misschien raar voor iemand die YouTube en Spotify gewend is, maar het feit dat je de titel van een nummer kon intypen om het binnen een seconde te laten verschijnen, voelde als een gigantische openbaring.

Image via Wikimedia

Toen ik dertien of veertien was ging deze nieuwe wereld, die zowel anoniem als oneindig leek te zijn, voor me open. Iedere dag gebruikte ik de tijd tussen het avondeten en het slapengaan om ernaar te ontsnappen. Urenlang scrolde ik door de bestanden, net zolang tot de woorden en getallen voorbij bleven flitsen als ik mijn ogen dichtdeed. Het leek alsof ik in de Matrix zat. Ik ontdekte bands als My Bloody Valentine terwijl ik op zoek was naar een nummer van Sonic Youth (zoveel nummers waren onder verkeerde namen geüpload). Ik dompelde me onder in jaren negentig filmsoundtracks (om een of andere reden waren Human Traffic en Trainspotting er erg populair) of stuitte op de meest fantastische muziek die ik nooit eerder had gehoord (zoals Bowie’s cover van Sorrow). Als je destijds muziek wilde downloaden, moest je je eerst een weg banen door pornobestanden met namen als “6girlslesbianthreesomexxxgangbang.wav” en nutteloze links vol virussen, die een zwerm pop-ups op je scherm loslieten. Maar als je al deze moeite eenmaal had doorstaan, kon je met je downloads doen wat je wilde. En dus brandde je een cd met je nieuwe muziek. De namen schreef je met een stift op het glanzende schijfje, om hem vervolgens voldaan in je Discman te stoppen. Dit hele ritueel eromheen gaf het een bevredigend en vernieuwend gevoel. Sinds LimeWire verleden tijd is, is het me niet meer gelukt om dat gevoel nog ergens anders te vinden.

In een artikel op Hazlitt weet Helena Fitzgerald de vibe en energie van die vroegere internetexcursies precies te beschrijven. “In haar begindagen had het internet iets seksueels over zich heen. Dat is ook de reden waarom we ons er zo graag mee bezighielden,” schrijft ze. “Het was een plek waar we over dingen konden praten die we in het echt nooit zouden durven zeggen.” LimeWire was voor mij niet ‘seksueel’ op de manier waarop chatrooms dat destijds voor mensen waren, maar het had zeker een bepaalde geheime en intieme kant die me enorm aantrok. Zoals Fitzgerald ook beschrijft in haar stuk, ga je in je puberteit op zoek naar je smaak, je verlangens en wie je wil zijn. Op LimeWire kon je dat doen, door uren te zoeken naar de muziek die je op dat moment wilde luisteren. En doordat je het gevoel had dat niemand met je meekeek, kon dat werkelijk van alles zijn. De enige manier waarop je voor de jaren nul muziek kon luisteren, was via de radio of tv. Maar daar luisterde je vaak samen met anderen naar, waardoor het onmogelijk was om helemaal je eigen ding te doen. Dankzij LimeWire hoefde je ineens niet meer te doen alsof je de muziek op TMF of MTV leuk vond. Eindelijk kon je nachtenlang ongestoord de albums van Britney Spears downloaden, of jezelf verliezen in Noorse metal. Wat je ding ook was: LimeWire zorgde ervoor dat je een eigen smaak kon ontwikkelen.

De magische wereld waar LimeWire ons aan voorstelde is niet verdwenen. Het is simpelweg zo normaal geworden dat het ons amper nog opvalt. Urenlang verdwalen in de uithoeken van het internet is niets bijzonders meer. Oneindig doorklikken op soundcloud-links of het youtube-algoritme je de weg laten wijzen langs Japanse pop uit de jaren tachtig, is lang niet zo speciaal meer als dat vroeger leek te zijn. De energie die het proces vroeger uitstraalde is ook anders. Je hoeft niet langer een machine op je slaapkamer aan te zetten, om vervolgens met het oog van een detective door alle troep heen te speuren. Nu kan je gewoon op je telefoon naar muziek luisteren, waar je ook bent. Het spannende is eraf – het voelt niet meer alsof je afdaalt in de duisternis om jezelf te vinden.

Toch mis ik LimeWire niet. Hoewel ik altijd vol nostalgie op het programma zal terugkijken, is het zonder twijfel beter dat jongeren nu gewoon naar muziek kunnen luisteren op platformen als Spotify. Niemand heeft zin om overladen te worden met virussen tijdens een zoektocht naar een niet-bestaande metalmix, of per ongeluk op een filmpje van een onthoofding te stuiten terwijl je eigenlijk naar t.A.T.u. wilde luisteren. Desondanks ben ik blij dat de software een nieuwe wereld voor me liet opengaan. Als LimeWire niet had bestaan, had ik waarschijnlijk nooit alle B-sides van Placebo uit mijn hoofd gekend. Ik had de soundtrack van The Virgin Suicides dan niet op cd gehad, en ik zou pas veel later hebben begrepen dat er meer muziek bestaat dan de muziek die cool was om naar te luisteren. LimeWire maakte een muziek- en internetnerd van me, en ik weet zeker dat ik niet de enige was.