FYI.

This story is over 5 years old.

welzijn

Vier jonge Nederlandse mannen vertellen hoe het is om een eetstoornis te hebben

"Ik moest vechten om serieus genomen te worden."
Illustratie van Nanna de Jong

Steeds meer Nederlandse mannen laten zich behandelen voor een eetstoornis, maar worden niet altijd serieus genomen – door zowel mensen in hun omgeving als hulpverleners – omdat het een 'vrouwenziekte' zou zijn.

Naar schatting lijdt tien procent van de Nederlanders aan een eetstoornis. Hoewel eetstoornissen gewoonlijk worden weggezet als een kwaal voor jonge, witte vrouwen, bestaat vijf tot tien procent van deze groep uit mannelijke patiënten. Dit aantal, dat overigens alleen de mannen vertegenwoordigt die daadwerkelijk hulp zoeken voor hun stoornis, neemt landelijk rap toe. Toch horen we nog veel te weinig over en van deze 'onzichtbare' mannen.

Van alle aandoeningen vallen eetziektes onder de meest seksegebonden stoornissen. De media doen er niet veel aan om dit te veranderen – met sporadische uitzonderingen daargelaten, waaronder de controversiële Netflix-serie To the Bone (2017) waarin acteur Alex Sharp de 19-jarige anorect Luke speelt.

Hoewel vrouwen met een eetstoornis al niet erg happig zijn op het inschakelen van psychologische hulp, heerst er onder mannen nog meer schaamte om ervoor uit te komen. Cultureel stigma, het idee dat een eetziekte 'afbreuk' zou doen aan iemands mannelijkheid en heteroseksualiteit, speelt hierbij een rol. Maar ook in de reguliere hulpverlening schort het geregeld aan begrip. Vaak worden mannen met een eetstoornis onder-gediagnosticeerd en zijn de behandelingen vooral gericht op vrouwen. Hierdoor herkennen veel mannen een eetziekte minder makkelijk bij zichzelf en voelen ze zich vaak niet gezien of welkom bij hulpverleners.

We spraken vier jongens die een eetstoornis hebben of hadden, over hoe het is om je te moeten vermannen voor een ernstige ziekte die bij de andere sekse 'hoort'.

Lees verder op Tonic