Afrikaanse textielcultuur
Foto : Eva Blue/Unsplash
Identiteit

Hoe de Afrikaanse textieltradities verweven raakten met (neo)kolonisatie

En hoe de Sub-Saharaanse textielcultuur er weer los van kan komen.
AL
Brussels, BE

Als partner van Black History Month Belgium biedt VICE een reeks artikels aan rond de thema's die dit jaar centraal staan: het verleden en de toekomst van zwarte culturen.

De kolonisatie heeft een grote invloed nagelaten op veel Afrikaanse spullen, tradities en gebruiken. Dat geldt ook voor de Afrikaanse textielcultuur. De kans is groot dat de traditionele Afrikaanse stof zoals wij hem kennen, eigenlijk in Nederland wordt geproduceerd. In het midden van de 19e eeuw werd wax ingevoerd door Nederlandse kooplieden. Ze maakten er stoffen van om in de Nederlandse kolonies te verspreiden. Het fabricageproces van dit soort stoffen is uit Indonesië komen overwaaien, een andere Nederlandse kolonie. Probleem is dat de gewaxte stoffen andere, traditionele Afrikaanse stoffen - compleet overschaduwen — zoals de Afrikaanse lendendoek (niet te verwarren met het lapje stof waarmee Disney Tarzan kindvriendelijk probeerde te houden, red.) 

Advertentie

Er is een duidelijk verband tussen de dominante aanwezigheid van wax op de textielmarkt en het koloniale verleden. Wie zich verdiept in traditionele stoffen, stelt meteen ook de Westerse overheersing van Afrika in vraag.

VICE interviewde antropoloog Stella Nyanchama Okemwa. Zij verbleef meer dan een jaar in Kenia om deze stoffen - en de symbolen en verhalen die erachter schuilgaan - te bestuderen.

Nog tot 25 april kan je de door Stella Nyanchama Okemwa gecureerde tentoonstelling ‘Pagne Africain: A Pan-African Fabric Exhibition’ bezoeken in het Modemuseum in Hasselt.

VICE: Hey Nyanchama. Kan je eerst even uitleggen wat we onder een Afrikaanse lendendoek moeten verstaan?
Nyanchama:
Afrikaanse lendendoeken zijn kledingstukken die hoofdzakelijk van katoen zijn gemaakt. Ze worden geverfd met een mengsel van planten, indigo, gefermenteerde modder en wax. De prints op de doeken kunnen symbool staan voor status, hiërarchie en trouw aan bepaalde stammen. En ook de kleuren hebben een specifieke betekenis: zo staat zwart voor levensduur, volwassenheid en trouw. Groen symboliseert vruchtbaarheid en een drijvende kracht. 

Wat weten we over de oorsprong van de Afrikaanse lendendoek?
Er is veel dat we niet weten over Afrikaanse stoffen. Hun oorsprong en de evolutie ervan is eigenlijk één groot vraagteken. Een groot deel van de geschiedenis van de Afrikaanse lendendoek is etnografisch gereconstrueerd. Dat gebeurde aan de hand van mondelinge overdracht, archeologische opgravingen en cultureel erfgoed. Het zijn Europese ontdekkingsreizigers die voor het eerst informatie hebben vastgelegd over Afrikaans textiel.

Advertentie

Maar wax is wel de bekendste van deze textielsoorten?
Veel mensen denken dat wax de enige Afrikaanse stof is. Dat klopt niet. Er zijn heel veel Afrikaanse stoffen, zoals ‘faso dan fani’, ‘heilig bos’, ‘kikoi’, ‘kitenge’, ‘khanga’ en ‘bogolanfini’. In de negentiende eeuw werd wax populair in West-Afrika. Vandaag domineert de stof er nog altijd de textielmarkt. Het wordt voornamelijk gebruikt om katoen te bewerken: de stof wordt ermee geverfd. Die techniek heet batik en werd geïntroduceerd door Nederlandse kolonisten. Het is dus een Afrikaans exportproduct dat nadien opnieuw geïmporteerd werd. 

“Wax staat symbool voor de kolonisatie van Afrikaanse stoffen.”

Ik ben vooral geïntrigeerd door ‘khangas’. Ze worden gebruikt als communicatiemiddel - soms zelfs op politiek vlak. Wat is het verhaal achter die stof?
Het verhaal achter de ‘khanga’ is ook de aanleiding geweest voor mijn eigen interesse in Afrikaans textiel. Oorspronkelijk droegen zeelieden kleine sjaaltjes om hun nek, ‘lesso’s’.  Die sjaaltjes waren te klein, dus begonnen ze er verschillende aan elkaar te naaien: de ‘khanga’ was geboren. Later werden de stoffen gepersonaliseerd met spreekwoorden, poëtische zinnen en metaforen. 

Advertentie

De samenleving in Kenia is heel gestructureerd, er zijn veel regels. Dat heeft er mee voor gezorgd dat veel mensen gemarginaliseerd worden. Sommige onderwerpen zijn taboe voor vrouwen. Ze gebruiken ‘khangas’ om hun gevoelens uit te drukken over specifieke mensen, en de maatschappij in het algemeen. Sommigen dragen een doek waarop ‘Mwanamke mazingira tuanataka, usawa, amani, maendelo’ (Wij [vrouwen] willen gelijkheid, vrede en vooruitgang) staat gedrukt. 

In het begin waren het vooral de elite die dit soort praktijken beoefenden. Later draaiden de rollen om en gebruikte de armere bevolking de opschriften om kritiek te uiten op de bourgeoisie. De ‘khangas’ evolueerden zo tot een belangrijk communicatiemiddel om boodschappen van liefde, steun, dank of informatie over te brengen. 

De ‘khangas’ worden voor vanalles gebruikt. Als huishoudlinnen of als cadeau bijvoorbeeld. En als je bij iemand op bezoek gaat is het ondenkbaar om zonder ‘khanga’ te arriveren. Daarom worden ze altijd per twee verkocht: een voor jezelf en een om weg te geven. Op politieke bijeenkomsten worden ze gedragen om steun te betuigen aan een bepaalde kandidaat. Of om de aandacht te vestigen op een maatschappelijk relevant thema. Toen Barack Obama werd verkozen en herkozen tot president van de Verenigde Staten, zag je overal blauwe en rode khangas verschijnen. Daarop stond ‘Hongera Barack Obam’ (gefeliciteerd Barack Obama, red.) gedrukt. 

Advertentie
dress.code modemuseum_Hasselt_Mine Dalemans (2 van 19).jpg

Foto : Mine Dalemans

De Afrikaanse stoffen worden ook als hoofddoek gebruikt. In de tijd van kolonisatie en slavernij, had die manier van dragen een andere betekenis voor de slaven dan voor de kolonisten. Kan je daar meer over vertellen?  
Slavenmeesters drongen de hoofddoek op aan zwarte vrouwen om hen zo te deseksualiseren en te onderwerpen. Maar voor de slaven was het een herinnering aan de traditionele waarde van de doek: een koninklijk voorwerp dat al lang voor de kolonisatie bestond.

Er zijn nog altijd Afrikaanse vrouwen die een hoofddoek dragen zonder diens oorsprong te kennen. In Sub-Saharaans-Afrika stond het dragen van een hoofddoek symbool voor bescheidenheid, spiritualiteit en welvaart. Het was ook een een vorm van non-verbale communicatie over de status van een vrouw. 

De Afrikaanse en de koloniale visie op Afrikaans textiel liggen mijlenver uit elkaar. Die kloof komt voort uit wat ‘epistemologisch onrecht’ wordt genoemd: bepaalde stemmen worden uit het dominante discours gewist. In sommige culturen bestaan er bepaalde onderwerpen waarover niet wordt gesproken. Het is te zeggen, dingen die niet met buitenlanders worden besproken. Omdat het simpelweg hun zaken niet zijn. Men wil zo vermijden dat buitenlanders in het debat betrokken raken. Toen etnologen Afrikaanse vrouwen kwamen interviewen, besloten zij bijvoorbeeld niet in te gaan op die uitnodiging. Ze wilden geen witte mensen betrekken in een discussie die hen niet aanbelangt. Dat kan worden beschouwd als een daad van verzet. Als gevolg daarvan bleven witte onderzoekers het verhaal vanuit hun eigen perceptie vertellen, zonder te weten hoe de vork daadwerkelijk in de steel zit. 

Advertentie

“Het is bedroevend om te zien hoe witte mensen gefascineerd raken door onze stoffen. Plots willen ze het belang en de waarde van de Afrikaanse textielcultuur bespreken. Alsof we die zelf nog niet kennen.”

Dus het probleem is dat de geschiedenis is geschreven vanuit een Eurocentrisch standpunt?
Het is niet verwonderlijk dat er zo weinig informatie bestaat over de Afrikaanse textielcultuur. Ethiopisch katoen bestaat al sinds de eerste eeuw, maar Afrikanen hebben geen uitgebreide geschreven cultuurgeschiedenis. Westerse kolonisten hebben ervoor gezorgd dat Afrikanen elke vorm van informatie werd ontzegd. Dat onze stoffen worden beschreven vanuit een ‘white gaze’, is ook een vorm van kolonisatie. Zelfs de gebruikte symbolen, waaronder de adinkra-tekens, werden pas zeer laat erkend. Nochtans gaat het hier om een echte, gecodificeerde taal die evenwaardig is aan de hiërogliefen. Er zijn geschriften die tot op de dag van vandaag niet ontcijferd zijn. 

dress.code modemuseum_Hasselt_Mine Dalemans (9 van 19).jpg

Foto : Mine Dalemans

Nederlandse wax is dus een product van de Nederlandse kolonisatie? 
Wax staat symbool voor de kolonisatie van Afrikaanse stoffen. De Nederlanders zijn erin geslaagd om de techniek om stoffen te verven, te kleuren en te bedrukken onder de knie te krijgen. De grondstoffen - het katoen en de patronen - worden in Afrika verzameld. Dat kost hen twee keer niks. Vervolgens worden de stoffen in Nederland bedrukt, om ze vervolgens tegen buitensporig hoge prijzen in Afrika te gaan verkopen. Dit fenomeen maakt deel uit van de problematische  winningspraktijken die in Afrika plaatsvinden. Hetzelfde geldt trouwens voor cacao.

Advertentie

Het is hoog tijd om een einde te maken aan ‘African Dutch wax’. Deze kledij is afkomstig uit Afrika, en we hebben alle kennis en technieken om ze zelf te vervaardigen. Afrikanen hebben echt geen witte mensen nodig om hun kleren te bedrukken. Dat is een complete misvatting. Wij waren de eersten die onze kleren verfden met natuurlijke producten zoals gefermenteerde modder, kruiden en bloemen. Het is bedroevend om te zien hoe witte mensen gefascineerd raken door onze stoffen. Plots willen ze het belang en de waarde van de Afrikaanse textielcultuur bespreken. Alsof we die zelf nog niet kennen.

Wat vind je van ontwerpers die Afrikaanse motieven in hun collecties gebruiken?
De haute couture heeft zeker het recht om zich te laten inspireren door de zwarte cultuur. Want ja, die is ook gewoon mooi. Maar het is ook belangrijk dat de originele ontwerpers respect en erkenning krijgen voor hun werk, dat ze erbij betrokken raken. Het gaat erom dat de geschiedenis en de betekenis van de ontwerpen moet worden erkend en gedeeld, zodat het publiek niet denkt dat deze stukken uit een fabriek afkomstig zijn. 

Er moet erkenning en dankbaarheid komen, op welke manier dan ook. Dat is een kwestie van eerlijkheid en ethiek. Afrikaanse ontwerpers en hun creaties worden niet beschermd door het auteursrecht. Maar het feit dat zij dat auteursrecht op hun ontwerpen niet bezitten, betekent niet dat deze ontwerpen niet rechtmatig aan hen toebehoren. 

“Auteursrecht gaat over macht en berooft Afrika van haar eigen creaties.”

Het probleem met auteursrecht is dat het zwart op wit op papier moet staan?
Precies. Auteursrecht is een zeer westers begrip, veel mensen weten niet eens dat ze hun werk moeten laten registreren. Zonder auteursrecht kan iedereen zich iets toe-eigenen, zolang men maar als eerste de aanvraag indient. Met andere woorden: er zit een gat in het systeem. Mensen gaan om ter snelst achter de auteursrechten aan, en zo wordt er heel wat gestolen. Dat is hoe Monsanto een patent legde op Afrikaanse plantenzaden, en hoe China het auteursrecht op ‘kiondos’ - Keniaanse manden - heeft verkregen. Dat betekent dat de Chinezen nu in al hun fabrieken ‘kiondos’ mogen produceren. Kenia zal nooit kunnen bewijzen dat het gaat om een oorspronkelijk Keniaans product. 

Afrikaanse stoffen vertellen de ongeschreven verhalen die tijdens de kolonisatie werden stilgezwegen. Ze spreken zich uit over politieke voorkeur, maatschappelijke kwesties en de maatschappelijke status van hun dragers. De stoffen vertellen een geschiedenis en maken een belangrijk deel uit van het culturele erfgoed. Maar als er niets verandert, zal hun boodschap verloren gaan in de fabrieken en winkelrekken van grote multinationals. Auteursrecht gaat over macht en als we niet oppassen, wordt Afrika straks beroofd van haar eigen creaties.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.