Natuurlijk is er nu ook een 'slim' vogelhuisje

Net als bij de langverwachte WiFi koelkasten, begint het Internet der Dingen steeds meer voorwerpen met elkaar te verbinden. Een 'connected' vogelhuisje, dames en heren, valt daar nu ook onder.

Het vogelhuisje is gemaakt door  Valentina Chinnici en haar medestudenten in een korte cursus van Arduino co-oprichter Massima Banzi's genaamd "Internet of Trees" aan de Domaine de Boisbuchet in Lessac, Frankrijk. Arduino is een open source elektrisch platform voor soft- en hardware dat gemakkelijk en voor iedereen te gebruiken is. Het vogelhuisje bestaat uit twee Arduino Yun microcontrollers, een Adafruit Neopixel strip (LED strip), een geïmproviseerde infrarood gewichtssensor, twee nestjes en natuurlijk good ol'WiFi.

Chinnici komt uit London en is een actieve maker en lerares in de ' Maker beweging'. Ze beschrijft het project op haar Tumblr Across Education. Chinnici vertelde me via de email dat ze al eerder met Arduino Uno en Leonardo-modellen had gewerkt, maar dat dit haar eerste keer was dat ze een Yún gebruikte, een vereiste voor de "Internet of Trees"-cursus.

"Het concept was om 'connected' apparaten te creëren om een brug te slaan tussen mens en natuur," vertelt Chinnici. "De eerste paar dagen waren gewijd aan de basis van Arduino en de laatste paar dagen aan de ontwikkeling van de 'connected' apparaten. Onze groep kwam met het idee om een vogelhuisje te bouwen. Daarna hebben we ons opgesplitst in kleinere subgroepen en zijn we begonnen met het werken aan ons project.

Chinnici zei dat de studenten verplicht waren om de processen van het project te analyseren vanuit twee verschillende perspectieven. De eerste had te maken met het design van een fysieke object en de tweede was gericht op de technologieën die betrokken waren bij de uitvoering.

"Het idee was om een traditioneel object te ontwerpen, dat vanaf buiten was verbonden met een nest/lamp die binnen stond," schreef Chinnici. "Het 'connected' vogelhuisje is een interactief object dat in staat is om de aanwezigheid van een vogel in het huisje te communiceren naar het nestlampje. Daarnaast geeft het ook informatie over de grootte van de vogel zelf."

Twee Taiwanese studenten maakten het metalen nestlampje (waar ze de Adafruit Neopixel strip in stopte) en Chinnici legde zich toe op het begrijpen van de technologie. Ze maakte daarbij een prototype met een Leonardo (een microcontroller boord) en implementeerde het allemaal op een Yún met de hulp van Banzi.

Chinnici vertelt dat als een vogel zich in het huisje nestelt, er door middel van de infrarood gewichtssensor een WiFi-signaal verstuurd wordt die de Arduino Yún notificeert. Vervolgens activeert de Arduino Yún het nestlampje. Van daar verlicht de Arduino Yún een Adafruit Neopixel strip (een LED-strip), die een "regenboog effect" creëert. Een paar seconden later verandert het licht in groen, geel of rood - afhankelijk van het gewicht van de vogel.

Om de gewichtssensor te bouwen moesten Chinnici en haar medestudenten een infraroodsensor onderin het vogelhuisje boren. Deze sensor detecteert de neerwaartse afstand tussen de twee lagen in het vogelhuisje. De bovenste laag wordt omhoog gehouden door vier kurkachtige mini lagen met springveren eronder die in de vier hoeken van het huisje zijn geplaatst. Hierdoor kon de sensor functioneren als een primitieve weegschaal.

De code die Chinnici gebruikte om de LED strip te besturen kwam van Philip Burgess' Arduino Library-pagina op de Adafruit website. Blijkbaar is het nog een flinke uitdaging om deze LED-strips te besturen, maar Burgess' 'how-to' versimpelt het proces dankzij een stap-voor-stap handleiding.

Het 'connected' vogelhuisje ziet er misschien meer uit als een leuk experiment dan een revolutionaire stap in het Internet of Things, maar het laat ook de potentie zien voor alternatieve paden binnen die trend. Misschien kan dit groeiende netwerk meer zijn dan een hulpmiddel voor de commerciële sector. Het zou bijvoorbeeld ook een technologisch hulpmiddel kunnen zijn die een brug tussen natuur en de mens slaat, zoals Chinnici suggereert.