FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Een persoonlijk gesprek met Europarlementariër Marietje Schaake over geloven in wat je doet

Als jong mens in het Europees Parlement gaan zitten, om zonder cynisme de wereld beter te willen maken: hoe doe je dat in godsnaam?

Foto door Bram Belloni

Ik vind het vaak lastig om mijn positie te bepalen, als het gaat over politieke kwesties en maatschappelijke gebeurtenissen. Mensen die wel over alles een hele heftige mening klaar hebben, en die mening graag onophoudelijk de wereld in toeteren, zijn over het algemeen mensen waar ik tijdens het eten liever niet naast zit. Maar soms, heel soms, kom je mensen tegen die zeker van hun zaak zijn, zonder daarbij vervelend te zijn. Zo was ik een poosje terug op bezoek bij het Europees Parlement in Brussel en toen was daar D66-Europarlementarier Marietje Schaake (Leiden, 1978) die een informeel praatje hield over wat ze deed. Ik dacht eerst: pff, D66 en het Europarlement, dat zijn niet de twee meest sexy en populaire instituten van dit moment. Maar toen merkte ik hoe belangrijk ze het werk vond dat ze deed en hoeveel ze erom gaf. Ze sprak over mensenrechten, het belang van digitale wetgeving, het harde, harde werk om overeenkomsten met andere partijen erdoor te krijgen en het belang van een sterke positie van Europa. Toen dacht ik: jij bent jong en je bent zo zeker over zaken waar ik totaal niet zeker over ben. Hoe kan dat? Ik wilde het niet een te politiek gesprek maken, maar erachter komen hoe je als politicus zorgt dat je blijft geloven in wat je doet, zonder cynisch te worden, en hoe je over zaken als integriteit nadenkt.

(Voor de openheid en erkenning van mijn journalistieke subjectiviteit wil ik graag vermelden dat ik ooit wel eens D66 heb gestemd.) VICE: Ha Marietje, hoe gaat alles?
Marietje Schaken: Wel goed! Op politiek gebied zijn er momenteel niet zoveel dingen te vieren, maar met mijn leven gaat het goed hoor. Oké. Heb je leuke ouders?
Wat? Haha, nou ja, heel leuke ouders. Ze hebben mij en mijn broer en zus altijd heel vrij gelaten in onze keuzes en ik spreek ze nog steeds heel vaak over alles waar ik mee bezig ben. Wat doen ze?
Ze zijn nu met pensioen, maar mijn vader was ondernemer als consultant transport en logistiek, mijn moeder was hoogleraar in de geneeskunde. Hoe ben je begonnen met politieken?
Eigenlijk ben ik er gewoon ingerold. In mijn studententijd deed ik vrijwilligerswerk: ik hielp bijvoorbeeld bij de crisisopvang voor daklozen die de nonnen in de Warmoesstraat runden. Na mijn studie liep ik stage bij het Joegoslavië-tribunaal en daar merkte ik pas echt goed hoe smerig mensen elkaar kunnen behandelen en hoe belangrijk het is dat staten daar tegen optreden. Toen ik een fellowship deed in het Huis van Afgevaardigden in de VS kwam ik voor het eerst van binnenuit in aanraking met hoe een parlement werkt. En toen?
Daarna begon ik vervolgens een eigen adviesbureau en was ik vaak in Amerika. Dat was tussen 2006 en 2008. In die tijd werd ik enorm gegrepen door het optimisme rondom de campagne van Obama. Mensen hadden weer het gevoel dat ze de wereld zouden veranderen. Een vriendin wees me toentertijd op de mogelijkheid me namens D66 kandidaat te stellen voor het Europees Parlement. Op de dag van de deadline had ik een reminder voor mezelf gezet, en op het laatste moment besloot ik het toen toch te doen. Waarom?
Ik was aangestoken door het idee van 'waarom niet?' Ik stond op een lijst met dertig mensen, maar ik was jong en mensen vonden het leuk dat ik een outsider was en zo kreeg ik een enthousiast team om me heen van mensen die me hielpen campagne te voeren. Zo kwam ik met behulp van voorkeursstemmen op de tweede plaats op de lijst in het Parlement terecht. Je houdt je nu bezig met mensenrechten, digitale wetgeving en handelsverdragen. Hoe bepaal je op een dag waar je aan werkt?
Nou, zoals alle banen is dit er een waarbij je zowel langetermijndoelen hebt en op de actualiteit moet reageren. Daartussen schippert het. Het is een beetje als een winkeltje dat je runt. Maar in plaats van producten en klanten moet je op een andere manier mensen en ideeën bij elkaar brengen. In het Europees Parlement gaat dat vaak over onderhandelingen voeren met andere partijen en fracties, om mensen op een lijn te krijgen om ze te laten meestemmen op zaken die voor je uiteindelijke doelen belangrijk zijn. En hoe bepaal je die langetermijndoelen dan?
Ja, dat is vooral een gut-feeling. Je ziet iets en denkt: hier moeten we iets mee. Het kriebelt en dan ga je nadenken over hoe je dat uitvoert. Je ziet iets op het nieuws, je hoort iets, en je gaat erachteraan. Dan ga je na of er anderen zijn die zich daar al mee bezighouden, je organiseert bijeenkomsten waarvoor je andere politici uitnodigt. Je zet de agenda. Dan kun je zien of anderen je steunen, en dat is nodig, want de politiek is een constant spel omcoalities te vormen zodat je mensen achter je voorstellen krijgt. Maar, fundamenteler dan, hoe vind je iets van iets? Sorry als het vaag klinkt. Maar hoe weet je zeker dat je het juiste vindt?
Ja, dat is eigenlijk een drive die ik altijd al heb gehad. Het gaat om het resultaat bereiken. Oké. Dat gevoel van een ingeving krijgen klinkt overigens wel als creativiteit.
Dat is het ook een beetje. Politiek bedrijven is creatiever dan mensen denken. Zit er ook negativiteit in die creativiteit? Wat is bijvoorbeeld het meest House of Cards-achtige moment dat je meemaakte?
Het komt weleens voor dat mensen je tijd verspillen en je op zo'n manier een hak zetten. Laatst ging het over die Saoedische blogger Raif Badawi [een jongen die tot duizend zweepslagen veroordeeld was omdat hij kritische dingen schreef over onder meer de islam op zijn blog]. Ik had met de Christen-Democratische fractie in het Europees Parlement eindelijk een overeenkomst gevonden waar zij het mee eens waren over een tekst voor een resolutie tot zijn vrijlating. Ze strubbelden tegen en onderhandelden 'tot de bodem': de tekst werd zoveel mogelijk afgezwakt dus. Maar op het laatste moment stemmen ze dan toch tegen. Waarom?
Ik denk door het belang dat ze hechten aan goed banden met het Saoedisch regime. Dat vind ik een verkeerde afweging. Als je niet tegen stokslagen als straf bent, waar dan wel tegen? En hoe pak jij dat dan aan? Kun je daar iets aan doen?
Wat ik kan doen is tegen journalisten praten, om het verhaal naar buiten te brengen. Maar veel media letten helemaal niet op wat wij hier doen. Veel zenders hebben niet eens een correspondent hier trouwens. Dus weinig media hebben dit specifieke verhaal opgepikt. Ik denk dat iedereen wel het probleem kent van voor een baas werken en dan soms dingen moeten doen waar je niet achter staat. Ik kan me voorstellen dat dat in de politiek nog zwaarder is dan normaal. Hoe behoudt je je integriteit en overtuiging als je je associeert met zaken als 'Europa', D66 en zo meer?
Nou, ik heb natuurlijk al bepaalde lenzen waardoor ik naar de wereld kijk. Dat is een D66-lens, een vrijzinnige lens, een internationale lens. Dus ik zit op een goede plek, dat helpt. Wat ook helpt is dat ik steeds besef dat democratie betekent dat je met mensen samenwerkt die allemaal hun eigen doelen willen verwezenlijken. Daardoor kun je nooit de honderd procent bereiken van wat je wilt. Dat is eigen aan de democratie. Maar dat is goed. Verder weet ik dat als ik er alles aan heb gedaan om mijn doelen te bereiken, ik tevreden kan zijn. Meer kan je niet doen, dan je best. Lukt dat ook weleens niet?
Hoe bedoel je, om er alles aan te doen? Nou, niet zo vaak. Ik werk heel hard. Soms is het beste resultaat slechts dat het niet erger is uitgepakt. Dat is geen sexy verhaal, maar dat weet je dan voor jezelf. Daarom moet je weten waar je anker is. Waar je je voldoening uit kunt halen. De verhalen die me het meest geraakt hebben, stonden nooit in de krant. Maar daar kan ik dan even goed voldoening uit halen.

"Soms is het beste resultaat dat het niet erger is uitgepakt. Dat is geen sexy verhaal."

Wat voor verhalen zijn dat? Of is er een reden dat ze niet in de krant staan?
Het is te gevoelig om op specifieke gevallen in te gaan, maar er zijn constant mensen die onterecht vast zitten – of het nu kritische journalisten in Azerbaijan zijn, of bloggers in Egypte. Soms kun je ook publieke druk uitoefenen, zoals toen ik mensenrechtenadvocate Nasrin Soutoudeh uit Iran nomineerde voor de Sakharov-prijs. Ze won de prijs en ik was in 2013 op bezoek in Iran. Ons contact was vooral met officials, maar we ontmoetten ook mevrouw Soutoudeh zelf. Ze was toen net vrijgelaten uit de gevangenis, maar mag twintig jaar niet als advocate werken en heeft haar paspoort nog niet teruggekregen. Pas toen ik op straat door talloze mensen werd bedankt voor onze ontmoeting met haar begreep ik hoeveel impact de erkenning van het werk van Soutoudeh had betekend voor allerlei Iraniërs. Daar doe je het voor. Dat vrij krijgen van mensen, hoe doe je dat?
Je kunt achter de schermen contact zoeken met diplomaten, maar ook publiekelijk iemands naam vaak noemen. En die dingen zijn hard nodig hoor. Er zijn zoveel mensen die wereldwijd vastzitten, en in het bijzonder mensen in de Arabische wereld die naar aanleiding van de opstanden voor democratie en rechtvaardigheid nog steeds vastzitten. De jongere generatie daar zit in een slechte situatie: er is veel corruptie, onderdrukking. Ik had gehoopt dat de Arabische opstanden tot een fundamentelere ommekeer hadden geleid. Maar dat is niet gebeurd. Toch moeten we aandacht houden voor de situatie waarin vrijdenkers daar verkeren. Is politiek de beste manier om de maatschappij te veranderen? Ik heb niet per se het gevoel dat politici als helden worden gezien.
Nou het is zeker niet de enige manier. En ik wil ook helemaal geen held zijn – wat ik wil is dat mensen vertrouwen hebben in de democratie en in volksvertegenwoordigers. Ik merk dat jonge mensen afhaken, niet meer gaan stemmen, zich niet betrokken voelen bij de democratie. Dat is niet goed. Hoe zou je jonge mensen overhalen de politiek in te gaan?
Als je je eigen toekomst geen vorm geeft, doet een ander het voor je. Er worden nu dingen beslist over de toekomst, die jongeren van nu straks aangaan. Ik vind het heel belangrijk dat mensen daar dan ook zelf over meebeslissen. Maar wat is het alternatief? Wat gebeurt er als ze dat niet doen?
Het gevaar is dat een kleine, luidruchtige, goed georganiseerde minderheid voor de meerderheid bepaalt. Het is juist tijd dat de stille meerderheid minder stil is. Als je jong bent doe je soms andere dingen dan wanneer je ouder bent. Hoe erg denk je dat het je politieke carrière zou schaden als je ergens met een pil op de foto staat?
Je moet natuurlijk een beetje uitkijken en nadenken, voor je iets onverstandigs doet, zeker als je dat op Facebook plaatst. Dat gezegd hebbende denk ik eerlijk gezegd niet dat het zo gek veel uitmaakt. Het is tegenwoordig veel belangrijker dat je als politicus jezelf bent, en die authenticiteit ook kunt uitdragen. Iedereen heeft een verhaal, dat maakt politici menselijk. Iets anders, over je positie bepalen. Laat me je iets voorleggen. Mijn vriend Joey is de afgelopen tijd keirijk geworden met een poederdrankje verkopen, maar hij is ook een libertaristische Ayn Rand-aanhanger geworden en hij steunt Voor Nederland financieel. Ik vind het een fantastische gast, maar ik ben niet echt down met zijn meningen. Ik vind dat hij de verworvenheden van de verzorgingsstaat te laag inschat. Hoe ga jij om met zulke vrienden?
Zorg dat je blijft praten. En wat mij heel erg helpt is om het democratisch proces gewoon te nemen voor wat het is. Je leeft nou eenmaal in een wereld met mensen bent die anders tegen de dingen aankijken dan jij. Dus het is geven en nemen, en soms niet je zin krijgen. Soms is het beste dat je kunt behalen door mee te doen met het democratisch proces dat de situatie niet erger wordt. Zoals ik al zei, dat is niet echt een heroïsch verhaal, maar het is wat het is.