Een biertje met misschien wel de oudste barman van Amsterdam

FYI.

This story is over 5 years old.

Eten

Een biertje met misschien wel de oudste barman van Amsterdam

Bernhard is inmiddels 77, staat al 28 jaar achter de bar bij café Hoppe, en hij is echt niet van plan om te stoppen.

Welkom bij Last Call, een rubriek waarin we bij doorgewinterde barmannen en -vrouwen aan de bar hangen om wat van hun levenswijsheid op te doen. Van hoe je over een gebroken hart geraakt tot welke drankjes je niet moet bestellen als je niet uitgelachen wil worden.

Het is maandagmiddag, de zon schijnt en ik heb om vier uur een afspraak met naar verluidt de langstwerkende ober van het stokoude café Hoppe op het Spui in Amsterdam. Café Hoppe voelt als een oude Nederlandse film: in het lokaal staan marmeren ronde tafeltjes en een grote houten bar. Er is nergens een hangplant of steigerhouten kast te ontdekken en er klinkt geen muziek. Op de grond ligt zand, afstammend uit de tijd waarin mensen pruimtabak naast hun kopstootje gebruikten en het op de grond uitspuugden.

Advertentie
Bernhard3

Alle foto's door Frederieke van der Molen.

Café Hoppe bestaat sinds 1670 en dient dus al dik driehonderd jaar als plek voor mensen op zoek naar een goed gesprek en een borrel. Deze muren dragen zo veel geschiedenis dat ik er duizelig van word. Wat zou ik die muren graag uithoren.

Maar gelukkig is Bernhard van den Haak er. De goede man is inmiddels 77 en staat al 28 jaar achter de bar bij café Hoppe. Zelf werk ik inmiddels een jaar of 8 in de horeca, maar ik ben niet van plan dit mijn hele leven te blijven doen. Bernhard is niet van plan om te stoppen.

Bernhard belichaamt een van de belangrijkste kenmerken van de kroeg: on-Amsterdamse vriendelijkheid achter de bar. Als je een pakje sigaretten bestelt, krijg je het pakje opengemaakt op een schoteltje. En ook al staat het café in alle reisgidsen, de kroeg wordt gedomineerd door stamgasten en toeristen zijn hier figuranten.

Bernhard draagt een klassieke stropdas en zijn overhemd is netjes gestreken, wat perfect past bij zijn witte onberispelijke golvende haar. Hij geeft me een hand en vraagt wat ik wil drinken. Ik kies een plek om te gaan zitten en vanaf dat moment heb ik niet meer door dat dit een interview is; Bernhard is een meester in vrouwen inpakken. Ik heb een nieuwe stamkroeg.

Bernhard6

MUNCHIES: Hallo Bernhard, leuk dat u even tijd wilde maken. Hoe bent u bij Hoppe terecht gekomen? Bernhard van den Haak: Ik heb eerst 21 jaar de snackbar naast café Zwart gepacht. Toen ik dat niet meer zag zitten ben ik gestopt, maar dan moet je natuurlijk wel wat anders hebben. Drie maanden deed ik niks, en toen vroeg ik of ik hier aan de slag kon. Dat was moeilijk: ik was 48 en eigenlijk te oud. Dus ging ik verder solliciteren, maar toen vroeg de bedrijfsleider van toen ineens of ik niet alsnog een proefdag kon draaien. Ik begon op 4 december in 1985, mijn eerste vrije dag hierna was op 17 december, mijn verjaardag, en toen ben ik gebleven.

Advertentie

Waarom wilde je zo graag de horeca in? Toen ik die snackbar had zei ik altijd al tegen mijn vrouw dat ik na een jaartje of 10 wel graag bij Hoppe zou willen werken. Dat heb ik altijd gewild, en dat is dus uitgekomen. Ik hou van het harde werken en van de interactie met mensen, en heb veel affiniteit met het café. Horeca is entertainen, het hoort bij mij.

Hoe was het hier dertig jaar geleden? Hoppe zelf is niks veranderd. We zijn een keer van eigenaar gewisseld en het personeel verandert wel eens, maar wat we deden, doen we nog steeds: nette broek, goed gekleed en goeie service.

Ik werk al sinds 1963 op het Spui en in die tijd is vooral de buurt veranderd. Vroeger zat de tent al om 12 uur 's middags vol, maar de werkgelegenheid hier omheen is heel anders geworden. De kranten – Volkskrant, Telegraaf, Trouw – zitten hier niet meer, die kwamen hier altijd om te lunchen en voor een borrel. Die zaten er om 5 uur nog en dan belden ze op naar de krant dat ze niet meer terugkwamen. Dat hoef jij niet te proberen denk ik, maar dat was toen heel gewoon. Toen de kranten verhuisden gingen de medewerkers naar een andere tent. Ik weet niet welke, mijn geheugen is ook niet meer wat het was.

Bernhard7

En wat voor mensen komen hier nu vooral? Jong en oud. Vrijdag en zaterdag zit het hier vol met studenten, maar de sfeer blijft hetzelfde. Zoals bijvoorbeeld vorige week, toen vertelde een jongen die hier vaker komt dat zijn nichtje uit Ierland even in Nederland was, en alleen naar Hoppe was geweest. Ze heeft nog nooit zo'n gezellige avond gehad. Je moet echt een keer als vrouw alleen hier in het oude gedeelte komen zitten; je wordt met open armen ontvangen en iedereen kletst met je.

Advertentie

U houdt veel van het vak. Dit is genieten ja. Mensen denken weleens dat ik een vermoeiend beroep heb, maar hard werken is niet erg als je het maar met plezier doet. Ook vinden ze soms dat ik met pensioen moet, maar ik ga pas weg als de bedrijfsleider zegt dat het van hem niet meer hoeft. Sinds vorig jaar werk ik nog maar één keer in de veertien dagen – hij denkt zeker dat ik het niet volhoud. En er zijn natuurlijk een hoop studenten, die moeten ook werken, die hebben het meer nodig dan ik. Voor mij is dit gewoon leuk, maar studenten moeten hun studie en huisje betalen.

Gaat u zelf wel eens een biertje drinken of ergens een hapje eten? Nou, een biertje drink ik alleen hier. Uit eten wel ergens anders soms, als ik met mijn kinderen ga, maar je hebt zaken waar ik me echt erger aan de bediening. Die mensen pakken biertjes bij de rand vast – ik heb ze wel eens teruggegeven hoor. Dat is hetzelfde als aan iemands handen likken, dat zeg ik dan ook tegen ze. Vaak zijn het etiquettedingen waar ik me aan erger. Vroeger namen we de jas aan van iedereen, dat gebeurt tegenwoordig niet meer.

Heeft u wel eens bekende mensen over de vloer hier? Moet ik namen noemen? Ja hoor. Maar dat weet iedereen. Ik ben ook bekend wist je dat?

Bekend? Ja ik ben de Heinekenman, ik stond op heel veel posters met zo'n viltje in mijn hand. Die hangt ook boven hier, ik laat 'm je zo zien.

Bernhard1

Graag! Kwamen er naast u nog andere bekende mensen hier? Herman Brood kwam hier regelmatig. In de ochtend. Hij zat dan aan een glaasje melk met Piña colada, ananaslikeur. Dat is lekker in je warme melk. Moet je er een?

Advertentie

U bent wel een charmeur hè? Het gaat om mensen vermaken. Kijk, jou pak ik bijvoorbeeld helemaal in [hij heeft gelijk]. Als je één vrouw inpakt, lachen en noem maar op, dan kunnen de mannen een borreltje meer drinken. Als ik aan een tafeltje kom, kijk ik het stelletje aan en ik weet wat ze willen drinken.

Kun u bij mij ook inschatten wat ik drink? Volgens mij hou jij wel van een biertje. Nee? Nee hè. Jij gaat meer voor sterk. Whisky? Weet je wat, als je weer eens een whiskytje drinkt doe er dan een of twee druppeltjes water bij, dan wordt-ie stukken zachter. Dan hoef je er ook geen ijs meer in te doen, dat kan echt niet. Probeer het eens.

Wat drinkt u het liefst? [Hij houd zijn bierglas omhoog] Een biertje. Ik heb vroeger nog wel een cognac gedronken, maar voor de rest niks. En soms een rood wijntje, voor bij het eten. Witte wijn vind ik niks. Ik heb wel een tijd gehad dat ik rode wijn ook dronk als bier, maar dat is niet zo goed voor je hoor.

Zakt u op uw leeftijd nog wel eens een avond door? Ik bezit natuurlijk wel de horecamentaliteit: zolang het alcohol is, slik je het door. Maar weet je wat het gekke is? Ik word niet meer dronken. Mijn vrouw zegt wel eens: "Ik kan merken dat je te veel gedronken hebt, maar je bent niet dronken."

Bernhard8

Wat was het meest memorabele moment in uw tijd hier? Toen ik mijn snackbar nog had, kwam er een jongen een hamburger eten op de laatste dag van zijn studie. Hij betaalde niet en liep gewoon weg, omdat hij wist dat hij niet meer terug zou komen. Hetzelfde deed hij die avond bij heel veel tenten. Vier jaar geleden komt er hier bij Hoppe een man binnen met zijn zoon. Ik kijk hem aan en zeg: "jou ken ik!". Ik vergeet nooit gezichten. "Volgens mij heb jij je laatste dag hier in Amsterdam je hamburgers niet betaald bij mij." Zegt hij tegen zijn zoon: "Dat flik jij niet he?". Dat vind ik nou echt leuk, en hij heeft toen zijn hamburgers betaald, dertig jaar later.

Advertentie

Heeft u wel eens te maken met lastige gasten? Die heb je altijd wel natuurlijk: dronken, onbeschofte, of mensen zonder geld. Ik had een keer een man die veel te beschonken aan mijn bar nog wat wilde bestellen, en toen ik zei dat hij niks meer mocht werd hij boos, hij zei dat hij een steen door de ruit zou gooien. Ik kijk niet zo snel ergens van op en zei: "Perfect! Ga je gang, die ruit is net aan vervanging toe." Je kunt dat één keer bij me doen, gezichten vergeet ik niet.

Studenten gooien altijd maar hun jassen op de barkrukken, terwijl je ze hier gewoon kan ophangen aan de kapstok. Dan gaan ze met me in discussie en dan geeft ik ze eigenlijk altijd gelijk. Ik hoef mijn gelijk niet te halen, later komen ze er wel achter dat hun gedrag niet in orde was, en dat is voor mij voldoende.

Bernhard

Blijft dit werk altijd leuk? Ik ga pas stoppen als ik echt niet meer kan. Ik kan natuurlijk niet fulltime meer werken, en mijn geheugen, tja dat is niet meer wat het was, maar dat hoort er bij. Op de maandagen dat ik werk, help ik tot twaalf uur 's middags in de keuken en daarna ga ik bedienen. Zodra ik aan een tafeltje kom, sta ik te animeren.

Heeft u advies voor een nieuwe generatie horecatijgers? Ik wil me daar niet te veel mee bemoeien, ik wil niemand vertellen wat-ie moet doen. De meesten die hier rondlopen heb ik wel wat geleerd, haha. Kleding, hygiëne en de basisvaardigheden van het lopen van een dienblad, dat zijn dingen waar ik waarde aan hecht. En natuurlijk altijd vriendelijk blijven aan tafel en nooit met een kwaad gezicht rondlopen. Ik probeer altijd met mijn ogen te lachen, meer niet. Soms kijk ik wel even geconcentreerd, en als mensen dan vragen waarom ik zo ernstig kijk, zeg ik: "Ik denk even aan mijn vrouw."