FYI.

This story is over 5 years old.

Een Misdadig Nummer

RT to Kill

Hoe de grens tussen grap en doodsbedreiging wat vaag werd.

De grap had zich moeten ontwikkelen aan de hand van drie getwitterde foto’s. Op de eerste was een geweer te zien, op de tweede een bloedend slachtoffer, en op de derde zat een jongen naast een politieauto op de grond.

Op 11 maart stond twitteraar @StillDMC ’s nachts voor een raam in de binnenstad van Los Angeles. Daar maakte hij een foto van zijn geweer. De loop stond gericht op – wat leek – een paar voorbijgangers die op een straathoek in de verte stonden. Om iets na middernacht twitterde hij bij de foto dat hij bij honderd retweets een voorbijganger neer zou schieten. Al snel had hij meer dan honderd retweets.

Advertentie

Een half uur later twitterde hij: “Man down. Mission Completed.” Deze keer met een foto van een jongeman die op de grond lag, met zijn hand op zijn borst. Op de donkere, pixelige foto leek het alsof de man een wond op zijn borst had.

De volgende dag werd de twintigjarige Dakkari McAnuff gearresteerd door de politie van Los Angeles. In het politierapport staat dat de rechercheurs afbeeldingen hebben gevonden van een onbekend soort geweer dat op verschillende straten in Los Angeles is gericht. @ StillDMC werd ontmaskerd als McAnuff en zijn verblijfplaats werd bevestigd. Rond het middaguur arriveerde de politie bij het appartementencomplex van de 22-jarige Zain Abbasi, waar McAnuff op dat moment over de vloer was.

Volgens Abbasi werd hij door de congiërge van het gebouw naar diens kantoor geroepen, waar rechercheurs hem en een andere vriend in de boeien sloegen. Helikopters cirkelden boven het complex, sluipschutters stonden klaar op het gebouw aan de overkant en meerdere politiewagens blokkeerden de parkeerplaats.

De rechercheurs vroegen Abbasi om McAnuff naar beneden te roepen. Op het moment dat McAnuff het appartement uitkwam werd hij aangehouden door tien agenten, die met getrokken wapens op hem lagen te wachten. Ze doorzochten het appartement en vonden het wapen van de twitterfoto: een ongeladen luchtbuks.

De hele groep werd in de boeien geslagen en meegenomen. McAnuff werd gearresteerd “op verdenking van criminele bedreigingen”. Zijn borgsom bedroeg 50.000 dollar (ongeveer 38.000 euro).

Advertentie

Het was allemaal bedoeld als grap, natuurlijk. Met hun vrienden Moe en RJ vormen McAnuff en Abbasi de groep MAD Pranksters. Het zijn jongens tussen de 19 en 22 jaar oud uit Houston, Texas. Ze zijn allemaal naar LA verhuisd om het te maken in de entertainmentindustrie. Dit was volgens Abbasi hun ontgroeningsstunt: een poging tot een ‘social prank’.

Dat het allemaal een grapje was, had duidelijk moeten worden na drie tweets. De eerste tweet was een vage foto van een geweer en een dwingend verzoek. De tweede het bebloede slachtoffer en de laatste, elf uur na de tweede gepost – een foto van McAnuff met zijn handen op zijn rug geboeid, naast een politiewagen en politieagent. De tekst bij de laatste tweet was: “Last night before I got arrested. SMH. Fuck whoever snitched. And Fuck LAPD!” The MAD Pranksters hoopten natuurlijk dat dit toneelstukje viral zou gaan. Wat dat betreft is “100 RT’s and I’ll shoot” een hit. De grap werd duizend keer geretweet voordat Twitter McAnuff’s account blokkeerde. De tweets werden zelfs wereldnieuws.

In de media werd McAnuff afgeschilderd als een slapende moordenaar die elk moment kan kon toeslaan, óf als een roekeloze klootzak. Maar overal werd het feit dat hij een speelgoedgeweer in zijn handen had nogal gebagatelliseerd. De tweet leek een blik op een verontrustende toekomst. Moordenaars in spe zouden worden aangestuurd door vreemden via social media. Moderne gladiatoren zouden strijden in een digitaal Colosseum met een voyeuristisch massapubliek.

Advertentie

In andere woorden: de gamificatie van moord.

De MAD Pranksters zijn ervan overtuigd dat hun stunt overduidelijk een grap was en dat de LAPD dat al wist voordat McAnuff werd gearresteerd. En als de politie dat niet wist, dan hadden ze dat volgens de Pranksters wel moeten weten. De LAPD beweert dat het de aanwijzingen dat het allemaal een grap was heeft bijgehouden.

“De LAPD heeft alles overdreven. Ze hebben het leven van mijn vrienden en mij in gevaar gebracht en ons dwarsgelegen om ervoor te zorgen dat we geen “Fuck LAPD” konden twitteren,” schreef Abbasi in een e-mail. “De politie heeft veel tijd en geld gestoken in deze hele operatie, alleen maar zodat de MAD Pranksters niet van dat recht gebruik konden maken”

Ik probeerde mijn vragen over de operatie rondom de Pranksters aan wat rechercheurs van de LAPD te stellen, maar alleen het PRteam was bereid over de zaak te praten.

“Het getwitterde plaatje werd gezien als een ernstige dreiging. Daarom werden agenten op onderzoek uitgestuurd,” vertelde een woordvoerster me. “We hebben agenten die sociale media in de gaten houden. Tijdens hun ochtendroutine vonden ze deze tweet.”

Het verhaal van The MAD Pranksters roept vragen op over hoe de politie moet omgaan met onderzoeken naar dreigingen via internet. Het socialemedialandschap is onbetrouwbaar, luidruchtig en groeit met de dag. Wat zouden politieagenten moeten weten voordat ze hun wapens mogen trekken?

Advertentie

“We hebben geen wetten overtreden, we maakten gewoon een grap,” vertelde McAnuff.

Dat is natuurlijk een behoorlijke juridische discussie. Op dit moment behandelt het Amerikaanse Hooggerechtshof de vraag of en wanneer online bedreigingen als crimineel moeten worden gezien, en wanneer ze onder de vrijheid van meningsuiting zouden moeten vallen. Anthony Elonis uit Pennsylvania schreef bijvoorbeeld een paar supergewelddadige raplyrics en zette ze op Facebook. In de teksten beschreef hij tot in gruwelijke details hoe hij zijn vrouw en vroegere collega’s zou vermoorden. Elonis bracht vervolgens een paar jaar in een cel door voor het schrijven van zijn facebookposts.

Ondertussen worden stunts als die van de Pranksters steeds populairder. De dubieuze online bedreigingen zijn nog steeds relatief nieuw voor justitie. Tot dusver hebben de autoriteiten geprobeerd een balans te zoeken tussen het toelaten van onvermijdelijk, dom en vooral onschadelijk gedrag en het aanpakken van werkelijk gevaar.

“Er is een categorie binnen vrije meningsuitingen, en dat zijn werkelijke bedreigingen” zegt Clay Calvert, een professor aan de Universiteit van Florida. Hij richt zich op media- en communicatievraagstukken. “Normaal gesproken zou een redelijk persoon een uitspraak kunnen onderscheiden van dreiging of gevaar.” Dat klinkt een beetje dubbelzinnig, en dat is het ook. “De definitie van een werkelijke dreiging is helaas

Advertentie

niet echt duidelijk,” zei Calvert.

De MAD Pranksters merken op dat ze de agent die die zijn auto aan hen leende als decorstuk voor hun laatste tweet, precies hebben uitgelegd wat ze van plan waren. Het geweer was overduidelijk nep en zo ook de schijnbare moord. In andere woorden: de LAPD had moeten weten dat nooit een echte dreiging is geweest.

Abbasi beweert dat een van de rechercheurs het kantoor binnenliep waar ze werden vastgehouden, vlak voordat zijn vriend McAnuff werd gearresteerd. Daar zag hij Moe, degene die de het lijk speelde, en zei: “Oh kijk, daar hebben we de dode.” In het dossier van de Pranksters staat dat er meer dan zestien uur was verstreken tussen de eerste tweet en het arrest. Dat lijkt meer dan genoeg tijd om contact op te nemen met de agent die op de foto van de derde tweet staat en om een wapenexpert naar het wapen op de foto te laten kijken. Volgens een agent van de LAPD werd de tweet om half tien ’s ochtends ontdekt. Dus zelfs na het ontdekken van de tweet duurde het nog drieënhalf uur voor er iemand werd gearresteerd, volgens Abbasi.

De LAPD zag zich blijkbaar wel genoodzaakt om genoeg agenten om een klein drugscartel op te rollen op de Pranksters af te sturen. Volgens Abbasi waren er zelfs helikopters en sluipschutters. Het meest opmerkelijke detail van de hele operatie was inderdaad dat de LAPD de jongens onder schot hield. Op het politiebureau zei een vrouwelijke agent tegen hem: “Ik had je in mijn vizier. Als je dat balkon op was gelopen met dat speelgoedpistool had ik je kop eraf geknald.”

Advertentie

Deze jongen had dus gedood kunnen worden voor het twitteren van een foto van een luchtbuks.

De woordvoerster van de LAPD zei dat ze me geen details kon geven over de operatie die geleid heeft tot de arrestatie van McAnuff.

Grap of niet, de stunt toont een verontrustende blik op een toekomst waarin moordenaars sociale media gaan gebruiken. Twitter, Facebook en YouTube hebben wereldwijd nu al miljarden gebruikers. Die gebruikers schrikken er niet voor terug om de meest bizarre, verregaande acties te posten om likes en volgers voor zich te winnen. De 22-jarige Elliot Rodger, bijvoorbeeld, die in mei zes mensen doodschoot in Californië. Ook hij had een behoorlijk publiek op sociale media.

Uit onderzoek is gebleken dat zeker jongeren vatbaar zijn voor online groepsdruk. Dat is waarschijnlijk de reden dat er een video bestaat van een meisje dat haar eigen tampon doorslikt. En een filmpje van een kind dat zijn eigen ontlasting eet met een ijsje. Door onze drang tot realtime zelfpromotie, zou het groeiende aantal mensen dat er alles aan doet om aandacht te krijgen ons niet moeten verbazen. Niemand van deze mensen zal een papiertje ondertekenen waarin staat dat niemand gewond raakt.

McAnuff en zijn vrienden hadden geluk, gezien de omstandigheden. Enkele dagen na zijn vrijlating kreeg hij bericht dat er geen aanklacht werd ingediend. Daarbij is er niemand neergeschoten door scherpschutters van de LAPD.

“Er zullen zeker meer échte bedreigingen komen waarbij sociale media zoals Facebook en YouTube een rol spelen,” vertelt Calvert. “Dit is weer een voorbeeld van de rechtspraak die de technologie moet inhalen.”

We moeten bepalen hoe we een grap van een bedreiging kunnen onderscheiden. Dat kost tijd, die nieuwsconsumenten niet altijd hebben. @StillDMC’s grap mag dan roekeloos en gevaarlijk zijn geweest, maar het is maar een voorbode van wat er komen gaat.