Inderdaad, ik ben een vrouw en ik ben veeleisend
Illustratie door Ashley Goodall 

FYI.

This story is over 5 years old.

Identiteit

Inderdaad, ik ben een vrouw en ik ben veeleisend

Zelfs als ik dat eigenlijk niet mag zijn.

Ik ben een behoeftige en veeleisende vrouw.

Zo veeleisend, dat je er maar moeilijk omheen kunt. Mijn behoeftigheid wordt uitgebreid getheoretiseerd op vrouwonvriendelijke datingfora en adviescolumns die zich richten op mannen. 'Maar je had gezegd dat je me om vijf uur zou bellen'-veeleisend. Een weinig charmant hoopje tranen vol onzekerheid, en een rood aangelopen gezicht.

Maar mijn veeleisendheid – in de kern weinig meer dan een ongemakkelijke hunkering naar bevestiging – is een resultaat van iets veel onheilspellenders: mijn obsessieve-compulsieve stoornis (OCS, of OCD in het Engels). Ik lijd aan Pure Obsessieve OCD, een meedogenloze vorm van OCD, dus mijn gedrag wordt vaak bepaald door verlammende angsten. Ik reageer op die angsten door vervolgens minstens even verlammend gedrag te vertonen. Ik ben altijd bang dat mijn geliefden onverwachts zullen overlijden, of – erger nog – dat ze me zonder enige waarschuwing in de steek zullen laten.

Advertentie

Mijn OCD manifesteert zich niet op zo'n manier dat ik de drang voel om mijn handen continu te wassen of nauwlettend in de gaten houd of ik mijn stijltang wel heb uitgezet. In plaats daarvan stuur ik aan de lopende band emotioneel uitputtende berichtjes: "Ben je goed aangekomen?" "Ben je veilig?" "Houd je nog wel van me?" En pas als ik een antwoord ontvangen heb (of beter nog, een hartstochtelijke liefdesbrief of ander groots gebaar), kan ik mezelf weer tot bedaren brengen – al is dat ook altijd maar van korte duur. Tot dat moment ben ik het slachtoffer van mijn zelfverzonnen, vermoeiende, eentonige verdriet.

Maar het soort opluchting waar ik naar op zoek ben – het soort opluchting dat zich manifesteert in de vorm van een gelezen berichtje, een melding dat iemand online is, of een opgenomen telefoontje – geeft me nooit een compleet voldaan gevoel. Ik ben een wandelend cliché: die vrouw die niet weet hoe ze lol kan trappen. Een gekke, neurotische belichaming van obsessief bedrag, excessief geanalyseerde situaties en tranen. Een meme, zelfs.

Ik stuur aan de lopende band emotioneel uitputtende berichtjes: "Ben je goed aangekomen?" "Ben je veilig?" "Houd je nog wel van me?" Pas als ik een antwoord heb, kan ik mezelf weer tot bedaren brengen.

Tegen de tijd dat Gone Girl in de bioscoop draaide, had ik net mijn SSRI's (selectieve serotonine-heropnameremmer) voorgeschreven gekregen, was ik hypnotherapie ondergaan om mijn onredelijke verlangens de kop in te drukken, en was ik een ontelbaar aantal keren "gek" genoemd door mijn toenmalige vriend. Ondanks het feit dat hij, na een aantal psychoses, maandenlang niet in staat was om een normaal gesprek aan te gaan – een van zijn psychoses werd veroorzaakt door een wilde reis naar Thailand, waar hij zich tegoed had gedaan aan paddo's –, vond hij het alsnog nodig om mij tot "gestoord wijf" te bestempelen.

Advertentie

Ik moet toegeven dat, toen wij Gone Girl samen zagen, "Amazing Amy" me de stuipen op het lijf joeg. Zelf was ik namelijk ook geen karikatuur van gekheid. Ik leidde een heel normaal leven; ik sprak af om koffie te drinken, keek op een ironische manier naar realityshows en had een abonnement op de sportschool. Ik had zelfs een fucking boblijn. En alhoewel er geen banden werden lek gestoken, er geen nummers werden geblokkeerd en ik Neil Patrick Harris' nek niet doorsneed met een betonschaar, stond mijn relatie toch in het teken van giftig en emotioneel schadelijk gedrag.

Maar misschien is dat wel precies wat mijn OCD altijd verergerd heeft: de druk om het te bedwingen. Ruth Bankey beschreef dit als een soort paniekstoornis, die enkel ervaren wordt door vrouwen – in andere woorden, angst om als hysterisch neergezet te worden. Vrouwen krijgen geen toestemming om bepaalde behoeftes te hebben – en dan met name behoeftes die in het teken staan van romantische bevestiging, emotioneel levensonderhoud en een ontelbaar aantal topics op Reddit, zoals "Hoe om te gaan met een aanhankelijke vriendin?" Wanneer onze behoeftes problemen beginnen te veroorzaken, worden we op een kleinerende manier neergezet: gestoord, veeleisend en psychopatisch. Ons wordt aangeleerd om onszelf te minachten, op dezelfde manier waarop mannen die emotionele vrouwen als "de ergste nachtmerrie van de man" neerzetten dat doen.

Advertentie

De westerse geneeskunde heeft lange tijd een angst gehad voor het vrouwelijke. Met pijn en mentale stoornissen die door vrouwen werden ervaren, werd altijd op een zekere manier omgegaan – alsof "gek" uiteindelijk de onvermijdelijke diagnose was. Alsof vrouwen uit een soort gevaarlijke, uitbarstende lavamassa bestaan, vergelijkbaar met een slapende vulkaan – een onstabiele, borrelende, hysterische puinzooi. En alhoewel nog niemand geprobeerd heeft om me tijdens een van mijn paniekaanvallen met een vibrator te behandelen, zijn er nog meer dan genoeg overblijfselen van dat medisch ethos te vinden – zoals te zien is aan hoe geesteszieke vrouwen ook nu nog gezien worden.

Ik zou tegen mijn psycholoog willen kunnen zeggen: "Ik ben gewoon heel behoeftig, op elke mogelijke manier waarop vrouwen eigenlijk niet veeleisend mogen zijn."

Zelfs in de context van een relatie waarin er sprake was van misbruik, was ik degene die actie ondernam om mijn overduidelijke krankzinnigheid de kop in te drukken. Terwijl zijn uitbarstingen gewelddadig waren, waren die van mij vooral veeleisend. Hormonaal in het beste geval – en zonder enige vorm van rationaliteit. Ironisch genoeg wordt OCD vaak neergezet als een soort mentale plaag, waarbij degene die eraan lijdt eigenlijk maar voor vijftig procent gek is: de frustratie ligt precies op het kruispunt tussen enerzijds volledig verlamd zijn angst, en anderzijds bij jezelf nagaan hoe irrationeel je angsten eigenlijk zijn. OCD manifesteert zich in het zoeken naar signalen van gevaar in baldadige songteksten, maar jezelf tegelijkertijd aanspreken op je belachelijke gedrag. OCD vereist bijna een bepaalde mate van rationaliteit: het vereist dat degene die eraan lijdt in staat is haar eigen angsten te rationaliseren, waarna ze zichzelf haat als ze alsnog aan die angsten toegeeft.

Advertentie

Het is heel makkelijk om een vinger richting degene te wijzen die last heeft van de mentale stoornis in kwestie, en om aan te nemen dat geestesziekten geheel individualistisch zijn. Erfelijk. Als een oude trui die je doorgeeft aan je jongere zusje. En alhoewel daar een kern van waarheid inzit, zal het navigeren van mijn "gekheid", als vrouw met een psychische stoornis, altijd een politieke lading hebben.

Vaak voelde ik de indringende blikken van mijn partner – een man die, vervuld van angst en verwarring, toekeek – na een van onze heftige ruzies, waarin mijn verwachtingen weer "veel te hoog" waren geweest en mijn behoeftigheid me de kop had gekost. Deze ervaringen echoën Martin Charcot's bevindingen over hysterie; in de jaren 1880 wees hij, ten overstaan van een kamer vol nieuwsgierige mannen, met zijn beschuldigende vingertje naar een geesteszieke vrouw. Want dat was wat 'hysterie' werkelijk was: een vrouw in mentale zielsangst. Emotioneel, uitgeput en overdonderd.

In plaats van dat men destijds het scenario overwoog waarin genderongelijkheid mogelijk een vervormd beeld van de geesteszieke vrouw creëerde, werd de diagnose hysterie enkel gebruikt om aan te tonen hoe incapabel vrouwen waren op emotioneel vlak. Hoe ze niet op een verantwoordelijke manier om konden gaan met de moeilijkheden die het dagelijks leven met zich meebracht. Tot op de dag van vandaag wordt de veeleisende vrouw, ten overstaan van een zee aan vrouwonvriendelijke adviescolumns en uitgekauwde adviezen, geminacht.

Ik voel me absoluut niet comfortabel over mijn gedrag en behoeftes, en ervoor zorgen dat mijn mentale stoornis voldoet aan vrouwelijke standaarden is nog een hele opgave. Wel zou ik heel graag in alle vrijheid tegenover mijn psycholoog (en haar buitensporige verzameling van kunstplanten) willen kunnen zitten, en met een haast verontwaardigde ondertoon willen kunnen zeggen: "Maar hij liet helemaal niets van zich weten," of "Maar dat kwam omdat hij had gezegd dat hij tegen middernacht thuis zou zijn."

Of nog veel simpeler: "Ik ben gewoon heel behoeftig, op elke mogelijke manier waarin vrouwen eigenlijk niet veeleisend mogen zijn." Zonder me daarbij een soort voorspelbare verhaallijn in een realityshow te voelen.