Joris Magneti, een jonge ondernemer in Londen, weet uit eigen ervaring hoe frustrerend grenzen kunnen zijn. Hij werd geboren in Frankrijk en groeide op in Spanje, vlakbij de Frans-Spaanse grens. Hij herinnert zich tripjes tussen de twee landen voordat de bewegingsvrijheid werd vergroot door het Schengen-akkoord. Het reizen was moeizaam en onnodig ingewikkeld. Magneti en zijn familie moesten geld omwisselen, paspoorten laten zien, en lang in de rij staan.
“Het was geweldig toen de markten en grenzen opengesteld werden,” vertelt Magneti, alsof er een wonder voor zijn ogen gebeurde.
Videos by VICE
Nadat hij werkte als adviseur voor de Verenigde Naties, besloot Magneti om economie te studeren in Oxford. Dankzij de bewegingsvrijheid van de EU-wetgeving, was de verhuizing naar Groot-Brittannië – en zijn beslissing om te blijven – zo natuurlijk dat het zonder enige moeite ging.
Toen Magneti en zijn klasgenote Vana Koutsomitis, zowel Grieks als Amerikaans staatsburger, besloten om een nieuwe dating-app te ontwikkelen, kozen ze ervoor om het bedrijf, met de naam DataPlay, in Londen op te zetten. Magneti en Koutsomitis hadden geen Brits paspoort, maar ze hebben allebei wel het recht om te wonen en werken in Engeland als burgers van de EU. Magneti lacht als hij eraan terugdenkt hoe makkelijk het was om zijn ondernemersdroom werkelijkheid te maken: “In Spanje duurt het weken of zelfs langer om een bedrijf op te zetten. Hier gaat het allemaal heel erg snel. Je kan een bedrijf online registreren!”
Het pad dat Magneti nam om zijn startup in Groot-Brittannië te beginnen is heel gebruikelijk. Aangetrokken tot Engeland door het prestigieuze opleidingsniveau, de vacatures bij grote tech-bedrijven, en het algemene verlangen om naar een grote stad te verhuizen, trekken jonge Europese ondernemers en ingenieurs naar de Britse ontluikende tech-scene. Maar nu ligt het beeld van Groot-Brittannië als een goede omgeving voor innovatie onder vuur door een van de meest politiek ontwrichtende gebeurtenissen in de moderne Britse geschiedenis: het besluit van het land om de Europese Unie te verlaten, en de voortdurende politieke onzekerheid die hieruit volgt.
Ricardo Varela, een Spaanse ingenieur, legt uit dat er voor de Brexit twee duidelijke opties waren voor Europese ondernemers om een startup op te richten: verhuizen naar Engeland, of verhuizen naar de VS. Varela werkte als een ingenieur voor verschillende tech-bedrijven in de VS en Groot-Brittannië voordat hij besloot om zijn eigen bedrijf, Localistico, op te zetten in Londen. “Tot nu toe hoefde je geen twee keer na te denken of Engeland de juiste plek was. Iedereen dacht: het is of de Verenigde Staten of Groot-Brittannië.”
Zeven maanden later wordt het Verenigd Koninkrijk geteisterd door onzekerheden. Maanden lang sprak premier Theresa May in koans in plaats van concreet beleid, bevestigde ze alleen dat “Brexit ook echt Brexit betekent” en dat ze voor een “rood, wit en blauwe” Brexit zal strijden. Eerder deze maand informeerde May het publiek in een toespraak over Brexit, waar ze bevestigde dat Groot-Brittannië niet zal proberen om in de Europese markt te blijven. Maar toen haar naar meer details over de prioriteiten van de overheid werd gevraagd, viel ze terug in vage catchphrases, door dit keer de EU te waarschuwen dat “geen deal voor de Britten beter is dan een slechte deal voor de Britten.”
Er kwam meer informatie over Brexit uit de toevallige blik op notitieblokken dan van officiële statements van de overheid. Gedurende vijf weken bleven alle verzoeken tot commentaar met betrekking tot Brexit aan de overheid onbeantwoord. En terwijl ondernemers gewend zijn aan risico, zorgt elke maand zonder duidelijke informatie over Brexit ervoor dat het beeld van Groot-Brittannië als een stabiele en welkome plaats om je bedrijf op te zetten verzwakt.
“Als alles fout gaat in een startup, dan los je dat op en ga je gewoon verder,” vertelt Stephen Bourke, mede-oprichter van de startup Echo. “Maar als je niet weet waar je op moet reageren, is dat moeilijk te plannen. We moeten de pleister eraf trekken en verder gaan, want dan weten we pas waar we mee te maken hebben. We moeten stabiliseren.”
“We moeten de pleister eraf trekken en verder gaan.”
Terwijl we een kaneelbroodje delen bij een café nabij Googles hoofdkwartier in Londen, vertelt Varela me zichtbaar gefrustreerd: “De manier waarop de overheid dit doet is slechter dan het ding zelf.” We werden omringd door werknemers met koffiepauze. Het duo aan het tafeltje naast ons bleek ons interview te horen en begon zelf te praten over Brexit. “Het gaat niet echt gebeuren,” mompelde de ene man tegen de andere. Veel ondernemers die spraken met Motherboard uitten hun eigen twijfels over of Groot-Brittannië uiteindelijk ook echt uit de EU stapt – een uitkomst die May lijkt te hebben uitgestippeld.
Het slepende wantrouwen dat Brexit niet doorgaat is wishful thinking van een industrie die leunt op Europees talent en makkelijke toegang tot de Europese interne markt. De overheid heeft geen duidelijke indicatie gegeven of startups hulp krijgen om buitenlandse werknemers te betalen na Brexit. Het inhuren en betalen van werknemers buiten de EU is duur in Engeland, en de meeste startups kunnen dat niet betalen. Ondernemers zijn bang dat als EU-burgers een visum-sponsoring nodig hebben in Engeland, startups niet genoeg talent hebben om te werken.
“Als ik mensen uit de VS of Canada wil aannemen, is dat onbetaalbaar,” vertelt Stan Karpenko, een Litouwse ondernemer. “Als Europeanen hetzelfde worden behandeld, zal dit een grote nachtmerrie worden.”
Karpenko kent de waarde van Europees talent uit eigen ervaring. Tot voor kort draaide zijn bedrijf GiveVision alleen maar op immigranten. “Mijn CTO komt uit Polen,” vertelt Karpenko, “Mijn mede-oprichter is Frans, uit Frans-Polynesië. We hebben stagiairs uit de VS en we hebben tijdelijke werkers uit China. We hadden geen enkele Brit.” GiveVision, dat smartbrillen maakt die functioneren als ogen voor blinden, heeft nu twee Britse werknemers in het team van vijf.
Als ik aan Karpenko vraag waarom zijn bedrijf zo weinig Britten in dienst heeft, legt hij uit dat de Britse ingenieurs waar hij mee sprak niet zo “gemotiveerd, geschoold, behendig, en bereid om te werken” overkwamen als buitenlanders. Een andere ondernemer, die anoniem wil blijven, zegt dat Britse afgestudeerden geen risico’s willen nemen, en dus vaker bij grote, gevestigde techbedrijven willen werken dan de gok nemen bij een minder-betaalde, minder-stabiele startup. Terwijl Brexiteers het belang van Britse banen voor Britse werknemers bejubelen, is het niet duidelijk of de Britse werknemers überhaupt deze risicovolle banen willen.
Andere startups zijn sterk afhankelijk van buitenlands techtalent, en het is niet duidelijk hoe Brexit de betaling van EU-werkers moeilijker gaat maken. De bewegingsvrijheid en belastingregeling tussen EU-landen hebben gezorgd voor nieuwe regelingen bij Britse startups. Het team van de Ierse ondernemer Stephen Bourke bij Echo, heeft bijvoorbeeld een medewerker uit Oostenrijk en twee uit Polen. “Ze zijn drie weken per maand daar, en één week bij ons. Wat betekent Brexit voor ons en hen?”, zegt hij. En hij is niet alleen: Varela’s bedrijf huurt ervaren ontwerpers uit Spanje in, terwijl Magneti’s app gedeeltelijk wordt gemaakt door ontwikkelaars in Europa en Zuid-Amerika.
In zekere zin waren de Leave-stemmers die wilden dat Britten de banen van EU-werkers zouden overnemen, aan het dromen over een pre-digitaal verleden. Terwijl er misschien minder immigranten naar de EU zullen komen, zullen er niet minder digitale banen terugkomen.
Na de Brexit moet het Verenigd Koninkrijk beslissen of ze gebruik gaan maken van thuiswerkers, of dat het bedrijven toestemming geeft om goedkope buitenlandse krachten de baantjes te geven. Op het moment lijkt het er eerder op dat het laatste zal gebeuren. Als dat inderdaad zo is, dan zal Brexit geen nieuwe banen creëren voor Britten, en zal nog meer werk de grens over gaan.
Hoogleraar Hanadi Jabado, de hoogste baas van het Entrepreneurship Centre in de Judge School of Business in Cambridge, is bezorgd dat de instabiliteit en de zwakke pond ertoe leiden dat Britse startups massaal opgekocht worden door Amerikaanse en Aziatische bedrijven.
“Het jachtseizoen is geopend”
“Heel vaak zie je dat bedrijven uit de VS hier komen shoppen voor startups. Jonge talenten trekken zo massaal het land uit.” Binnen een week na de Brexit kocht het Japanse bedrijf SoftBank al het Britse onderzoeksbureau AFM. Ze is er heilig van overtuigd dat het bedrijf nog Brits was geweest als de bevolking voor ‘blijven’ had gestemd. “Het jachtseizoen is aangebroken,” zegt ze.
De vraag is nu of een andere stad in de EU de bevoorrechte positie van Londen inneemt. Amsterdam is een van de meest logische alternatieven voor Londen, maar als ik dit scenario voorleg aan Alexandre Covello, oprichter en CEO van AngelsCube, wuift hij deze suggestie weg. Ik vraag of hij denkt dat bijvoorbeeld Berlijn gaat concurreren met Londen in de komende jaren, en hij wijst op een aantal voor de hand liggende belemmeringen: “Ze spreken Duits. De startups, de wetgeving, het geld, de grote namen: ze zijn allemaal in Londen.”
En terwijl Varela, Magenti, en Karpenko allemaal de aantrekkelijkheid van andere steden toegeven – goedkoper levensonderhoud, beter eten, beter weer, gegarandeerde toegang tot de Europese interne markt – heeft niemand het plan om met hun bedrijf binnenkort uit Londen te verhuizen.
Wat me opvalt tijdens de gesprekken die ik heb, naast alle ongerustheid en frustratie, is het idee van ondernemers in Engeland vastberaden zijn om het te laten werken. Bourke bevestigt opnieuw zijn liefde voor Londen.
“Ik heb in Parijs en New York gewoond en voor mij is er niets zoals Londen,” zegt hij. “Het is een complete integratie van mensen. Londen is behoorlijk gemengd, behoorlijk rommelig. Ik zie dat niet veranderen. Als je naar immigranten in Londen kijkt, dan zijn ze CEO’s, ze zijn hedgefundmanagers, ze zijn ondernemers met een startup. Je komt dat nergens in Europa zoveel tegen. Londen gaat niet weg.”
Maar op deze dappere houding na, heeft de stem voor Brexit toch wel voor trillingen gezorgd bij Europese ondernemers. Magenti zucht aan het eind van ons interview, terwijl hij zoveel optimisme liet horen tijdens het gesprek. Ik vraag of hij nog iets toe wil voegen. “Op persoonlijk vlak is het heel erg vervelend,” zegt hij. “Je hoopt dat al deze spanningen op een gegeven moment weggaan, zodat je je kan richten op het werk. Als jouw startup of idee begint in Engeland, dan voel je je geaccepteerd. En vervolgens komt de Brexit, dat is zo verwarrend. Je denkt: willen ze me wel? Het zorgt voor uitsluiting.”