De Iraakse vrouwen die onontplofte mijnen ruimen

femei irak armament explozibil

“Ze zeggen dat dit werk gevaarlijk is, en dat is ook zo – het is 1000 procent gevaarlijk,” zegt de 33-jarige Hoda Khaled uit Basra, een stad in het zuidoosten van Irak.

Samen met dertien andere vrouwen wordt Khaled op dit moment opgeleid om landmijnen en andere onontplofte bommen in het gebied op te ruimen. “Het Iraakse volk heeft veel moeilijkere omstandigheden meegemaakt,” zegt Khaled. “Jarenlang zijn we getuige geweest van explosies, recht voor onze ogen, op de markt, of op straat. Ons werk is gevaarlijk, maar in ons dagelijks leven lopen we net zoveel gevaar.”

Videos by VICE

Volgens de UNMAS, de ontmijningsdienst van de Verenigde Naties, is Irak op het gebied van rondslingerende, achtergebleven bommen een van de meest getroffen landen ter wereld. Ongeveer 2700 vierkante kilometer van het land ligt vol mijnen en andere explosieven – een gebied dat nog groter is dan de provincie Flevoland.

Meer dan een derde van dit gebied ligt in de buurt van de stad Basra, zegt Nibras Fakher Al-Tamimi van het Directoraat Mijnenbestrijding, een Iraakse overheidsinstantie die toezicht houdt op alle inspanningen om de mijnen onschadelijk te maken. Het gouvernement Basra ligt op minder dan 100 kilometer van de Perzische Golf en zit ingeklemd tussen Koeweit en Iran. Het is in alle oorlogen waar Irak de afgelopen halve eeuw bij betrokken was van groot strategisch belang geweest, en daarom ligt het nu bezaaid met explosieven.

Basra, Iraq – een groep vrouwen in militair uniform met medische maskers op.
Een groep vrouwen doet mee aan een training om mijnen op te sporen.

Al-Tamimi zegt dat er tijdens de oorlog tussen Irak en Irak, die van 1980 tot 1988 duurde, miljoenen mijnen in de grensgebieden tussen de twee landen terecht zijn gekomen. De regio was ook de sigaar tijdens de Golfoorlog, toen Irak Koeweit binnenviel en werd teruggedrongen door een internationale coalitie onder leiding van de Verenigde Staten. En toen was er ook nog de Irakoorlog, die in 2003 begon. “Tijdens die laatste twee conflicten werden er miljoenen clusterbommen op de stad gedropt, vooral op de westelijke districten,” zegt Al-Tamimi. “En nog steeds sterven er onschuldige mensen door die bommen: elk jaar vallen er tientallen doden.”

Om de bommen en mijnen sneller op te kunnen ruimen, is het particuliere mijnopruimingsbedrijf Al Bayrak begonnen met het opleiden van vrouwen. Het gaat om een gratis opleiding van 21 dagen, en de deelnemers kunnen het certificaat vervolgens gebruiken om te solliciteren naar vaste banen bij de regering of een ngo. In de noordelijke stad Mosoel had UNMAS ook al een volledig vrouwelijk mijnopruimingsteam, maar het is de eerste keer dat er ook zoiets in het zuiden wordt ondernomen. 

“Zowel de deelnemers van de opleiding als het bedrijf hebben veel hordes moeten overwinnen,” zegt Walid Saadoun, de uitvoerend manager van Al Bayrak, die verantwoordelijk is voor het programma. “Er is van oudsher niet veel werk voor vrouwen in het zuiden van Irak – laat staan als het om dit soort werk gaat. Maar ik geloof dat we dat taboe hebben doorbroken.”

Hoda Khaled – een vrouw in beschermende kleding zoekt naar landmijnen.
Hoda Khaled voert een opdracht uit voor de cursus.

Khaled vertelt dat haar familie het eigenlijk niet eens was met haar beslissing om de opleiding te volgen. “Hun afkeuring had deels te maken met tradities, maar ook zeker met angst voor de explosieven en mijnen,” zegt ze. “Ik hoorde familieleden zeggen dat ze bang waren dat ik een lichaamsdeel zou verliezen of misvormd zou raken.”

Ze geeft toe dat ze aan het begin van de opleiding zelf ook bang was, maar haar angst gleed van haar af naarmate ze meer leerde over het werk. “Ik geloof niet dat er banen zijn die alleen mannen of vrouwen kunnen doen – er zou gelijkheid moeten zijn op alle gebieden,” zegt ze. “De reden waarom ik aan het programma wilde meedoen, is om mijn stad vrij van mijnen en explosieven te maken. Ze besmeuren de stad nu al meer dan veertig jaar.”

Hend Hoessein werkt met een machine die mijnen onschadelijk kan maken.
Hend Hoessein werkt met een machine die mijnen onschadelijk kan maken.

Tijdens de trainingen moeten de deelnemers speciale pakken dragen, inclusief helmen en gezichtsmaskers. Hend Hoessein, een 32-jarige filosoof, zegt ook dat haar familie zich zorgen maakt om haar veiligheid, maar iedereen wel volledig achter haar staat.

“Mijn familie en vrienden zeggen altijd dat ze trots op me zijn,” zegt ze. “Maar er zijn ook genoeg mannen die denken dat vrouwen dit werk niet aankunnen. Ik weet niet of dat voortkomt uit onze tradities of uit angst dat we onszelf weleens zouden kunnen bewijzen, maar ik weet zeker dat sommige mannen ook hartstikke bang voor dit werk zouden zijn.”

“Deze vrouwen hebben zichzelf in ieder geval bewezen, en daarmee ook  stereotypen doorbroken. Het enige waar ik om geef is dat ik mijn land dien, dat op dit moment de steun van zijn bevolking nodig heeft – zowel van mannen als vrouwen.

Basra, Iraq – Een van de onontplofte bommen waar de vrouwen mee trainen.
Een van de onontplofte bommen waar de vrouwen mee trainen.

In 2010 schatte Nermin Othman, de toenmalige Iraakse minister van Milieu, dat er tussen 1991 en 2003 tot wel 55 miljoen clusterbommen op het land zijn gedropt, waarvan 40 procent nog niet ontploft was. Dat maakt de bommen dus niet alleen gevaarlijk in tijden van oorlog, maar ook daarna – en niet alleen voor soldaten, maar ook voor burgers.

Het is een van de redenen waarom clusterbommen in 2008 werden verboden met het Verdrag inzake Clustermunitie (CCM), dat door 123 landen werd aangenomen. De VS heeft het verdrag nooit ondertekend, zoals het land ook niks moest weten van de Ottawa-conventie in 1997, waarop het gebruik en de productie van landmijnen werd verboden. Ondertussen dropte de VS alleen al tijdens de Golfoorlog zo’n 120.000 landmijnen in Irak en Koeweit.

Ondanks alle inspanningen om de bommen onschadelijk te maken, lopen volgens een rapport van ReliefWeb uit 2021 nog zo’n 8,5 miljoen Irakezen kans dat ze op een explosief stappen. Naast Mosoel, waar nog zo’n 8 miljoen ton aan explosieven moet worden opgeruimd, is ook het gouvernement Anbar een gevaarlijke plek waar veel overblijfselen van de oorlog tegen IS liggen. Ongeveer 150.000 vierkante meter van het gebied is niet veilig, vooral rond de steden Ramadi en Fallujah.

Als Khaled en Hoessein de opleiding hebben afgerond, hopen ze allebei werk te vinden in dit veld, of dat nou in de overheids- of in de particuliere sector is. De werkloosheid is op dit moment hoog in Irak, vooral onder vrouwen. Een woordvoerder van het Iraakse ministerie van Planning, Abdoel Zahra Al-Hindawi, zegt aan de telefoon dat 10,9 procent van de Iraakse mannen en 31 procent van de Iraakse vrouwen op dit moment geen baan heeft. Met andere woorden: vrouwen in Irak lopen drie keer zoveel kans om werkloos te zijn.

“Het maakt me niet uit hoe gevaarlijk deze baan is,” zegt Khaled. “Het enige wat ik hoop is dat ik een vaste baan vind als ik klaar ben met de opleiding. Ik hoop dat ik alles wat ik heb geleerd zal kunnen toepassen, zodat ik zoveel mogelijk mijnen onschadelijk kan maken en onschuldige mensen kan beschermen.”

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE Arabia.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.