Er kan een hoop gebeuren in anderhalf decennium. In 2001 had Nederland nog twee vaste Champions League-tickets, was Leeds United een topclub in Engeland en was Kevin Philips de trotse eigenaar van de Europese Gouden Schoen.
In Amsterdam was een jonge spits, die luisterde naar de naam Zlatan Ibrahimovic, bezig naam te maken. Maar Zlatan was toen niet de enige jonge spits bij Ajax van wie veel werd verwacht. Die andere spits was twee jaar jonger en scoorde twee keer zoveel. Hij luisterde naar de naam Ahmed Hossam Hussein Abdelhami, oftewel: Mido.
Videos by VICE
Mido was een toptalent. Op zijn zestiende had hij Egypte achtergelaten om in België te voetballen bij KAA Gent. Drie jaar later was hij de de bekendste Egyptenaar ter wereld. Mido leefde in zijn tijd bij Gent al als een superster. De roddelbladen raakten niet uitgeschreven over zijn relatie met Miss België, zijn huwelijk werd live uitgezonden op de Egyptische televisie. Die uitzending stond dat jaar in de top tien best bekeken televisieprogramma’s van het land.
“Mido wordt in Egypte als een god behandeld,” zei Ronald Koeman, trainer van Ajax, over de negentienjarige Mido na een oefenpotje in Caïro. De spits van Ajax werd overal waar hij ging door mensen belaagd. Een tijd lang was zijn status net zo groot als zijn belofte. “Iedereen is van hem onder de indruk – de scouts, de technische staf. Iedereen die hem heeft zien spelen, ziet hem als een enorm talent,” zei Leo Beenhakker, technisch directeur van Ajax.
Mido en Ibrahimovic maakten allebei hun debuut voor Ajax in seizoen 2001/02. Samen wonnen ze dat seizoen de eerste prijzen van hun carrières, ze pakten de dubbel met Ajax. Maar de twee hadden een heel andere bijdrage aan het succes van Ajax. Ibrahimovic is sindsdien uitgegroeid tot een speler die zijn clubs altijd de titel bezorgt, maar dat eerste seizoen bij Ajax raakte hij flink uit vorm. Na de winterstop scoorde hij maar één doelpunt.
Mido, aan de andere kant, ging als een trein. Hij ramde er in de laatste negen wedstrijden van het seizoen tien goals in en hield Ibrahimovic daarmee op de bank. Mede dankzij de enorme bijdrage van Mido mocht Ajax een speelronde voor het einde van de competitie de schaal omhooghouden. Ajax-supporters gaven Mido de bijnaam “de koning van Caïro”.
In Egypte liep het helemaal uit de hand. “De Arabische straten denken alleen nog maar aan Mido. Het woord ‘Mido’ ligt op het puntje van de tong van elke Arabische man en vrouw. Hij is voor Egyptenaren wat Maradona is voor Argentijnen – misschien wel meer,” schreef The Guardian destijds in een profiel van de spits.
Mido vormde samen met Ibrahimovic en de grillige buitenspeler Andy van der Meyde een losgeslagen vriendengroepje: drie rebelse beloftes met de wereld aan hun voeten. Van der Meyde heeft vaak verteld over straatraces die ze hielden rondom Amsterdam. Zlatan reed in een Mercedes, Mido wisselde tussen zijn Ferrari en BMW. De twee spitsen genoten met volle teugen van hun leven als profvoetballer.
Meestal waren ze dikke maatjes, maar als het mis ging, ging het goed mis. Het bekendste voorbeeld is het kleedkamerincident waarbij Mido een schaar naar Ibrahimovic gooide. “Ik heb Mido toen een klap gegeven, maar tien minuten later gingen we schouder aan schouder de kleedkamer uit,” schrijft Ibrahimovic in zijn autobiografie. “Ik kwam er later achter dat onze teammanager die schaar heeft bewaard als souvenir, om aan zijn kinderen te laten zien.”
Mido en Zlatan waren zich allebei volledig bewust van de hype. Ze genoten ervan en gaven de pers graag soundbites die groot uitgemeten werden. Zlatan leerde daarin veel van Mido. Toen een journalist Mido eens vroeg of zijn vrouw gelukkig was in Nederland, zei hij: “Natuurlijk is ze gelukkig. Ze is met mij. Hoe kan ze dan niet gelukkig zijn?” Het had zo een quote kunnen zijn van Ibrahimovic, zoals hij ze tot op de dag van vandaag geeft als hij met media dolt.
Hoeveel hun persoonlijkheden op elkaar leken, zoveel verschilden de achtergronden van Mido en Ibrahimovic. Mido was een kind uit een steenrijke Egyptische familie. Zijn vader, een succesvolle zakenman, had zijn dure privésportopleidingen betaald. Ibrahimovic werd geboren in Rosengard, een ghetto van Malmö. “Bierblikjes, Joegoslavische muziek, lege koelkasten en de Balkan-oorlog. Dat is alles wat er was bij ons thuis,” schreef Zlatan later.
Een rijkeluiskindje en een kind uit de ghetto, allebei met extreem veel talent en schijt aan gezag. Een tijdje zag het er naar uit dat de twee het Europese voetbal jarenlang gebroederlijk zouden domineren.
De een kreeg dat voor elkaar door zijn enorme zelfvertrouwen te kanaliseren naar een glorieuze carrière. De ander bewandelde door precies dezelfde karatereigenschap een heel ander pad. Na Ajax speelde Ibrahimovic nog voor zes Europese topclubs, waar hij 330 goals scoorde en zestien grote prijzen won. Mido scoorde nog 49 goals in totaal, met onder meer een verhuurperiode bij Barnsley en een mislukt partnerschap met Carlton Cole in de spits. Ibrahimovic kent op dit moment een fenomenale start in de zwaarste competitie ter wereld. De ander is al drie jaar met pensioen en heeft tegenwoordig de omvang van Erika Terpstra.
Mido hield het twee jaar vol bij Ajax. Het schaarincident was de druppel die de emmer deed overlopen bij Ronald Koeman. Er volgden verhuurperiodes bij Celta de Vigo, Marseille (waar hij voorin speelde met een ander toptalent, dat luisterde naar de naam Didier Drogba) en AS Roma, voordat Mido naar Tottenham Hotspur vertrok. Daar vond Mido zijn draai onder de vaderlijke begeleiding van Martin Jol. Na tweeënhalf jaar Spurs begon Mido aan een voetbalreis van vijf jaar. Hij zette voet aan de grond in de lagere divisies van het Engelse voetbal en keerde twee keer op huurbasis terug naar Egypte. Met overgewicht en een waslijst aan blessures besloot Mido al op dertigjarige leeftijd een einde aan zijn carrière te maken.
De laatste jaren van zijn cv – Middlesbrough, West Ham, Wigan, Barnsley – zien er uit als het lijstje van iemand die steeds obscuurdere stadions wil bezoeken. De koning van Caïro veranderde in de zoveelste clubhopper. Na zijn vertrek bij Tottenham scoorde hij nooit meer meer dan vier goals in een seizoen. Mido werd achtervolgd door fysieke problemen en geruchten over een verrotte mentaliteit. Zijn carrière als international staat bol val de ruzies, halfslachtige comebacks en nieuwe verbanningen.
Ibrahimovic is natuurlijk ook niet vreemd van wat conflict met autoriteit, maar de medailles uit zijn Ajax-periode liggen nu onderin een uitpuilende schatkist, terwijl Mido in al die jaren daarna maar twee andere prijzen won – tweemaal onder bitterzoete omstandigheden.
In 2006 haalde Mido’s Egypte de finale van de Afrika Cup. In de finale won Egypte na penalty’s van Ivoorkust. Voor het eerst in tien jaar sleepte het land van Mido weer eens een prijs binnen. Het had het hoogtepunt van zijn carrière moeten zijn, maar hij keek toe vanaf de tribune. Mido had nog gespeeld in de halve finale, waarin bondscoach Hassan Shehata hem wisselde. Aan de zijlijn schold Mido de coach verrot, waarna Shehata de spits uit de selectie zette voor de finale. “Als ik was blijven staan, had ik gescoord. Het spijt me voor de fans, maar ik ga geen sorry zeggen tegen Shehata,” zei Mido daarover na de halve finale. De dag voor de finale bood hij alsnog zijn excuses aan, maar het was te laat.
De andere halfbakken triomf vond vier jaar later plaats, aan het einde van Mido’s carrière. Jol was inmiddels coach van Ajax en haalde Mido in 2010 terug naar de Amsterdamse club. Na wekenlang blessureleed viel Mido vijf keer in. Hij scoorde twee keer en verdiende daarmee zijn eerste basisplaats. Tegen NEC scoorde kopte hij de 1-0 binnen, maar Ajax speelde uiteindelijk 1-1 gelijk. Jol nam daarna zijn ontslag. Frank de Boer nam het roer over en Mido werd binnen een paar dagen op de stoep gezet.
De Boer kreeg de boel op de rails bij Ajax en de club werd uiteindelijk op de allerlaatste speeldag kampioen door FC Twente te verslaan. Twee puntjes scheidden Ajax uiteindelijk van de Tukkers. Niemand herinnert zich het meer, maar Mido heeft daar met zijn twee competitiegoals aan bijgedragen. Tegen de tijd dat de schaal omhoog ging in een uitzinnige Amsterdam Arena was de spits allang vertrokken naar Egypte.
Terwijl Mido drie jaar later pensioen ging, raakte zijn maatje Ibrahimovic op stoom in Frankrijk. Met dertig goals hielp hij Paris Saint-Germain aan de eerste titel in twintig jaar. Weer drie jaar later zette Ibrahimovic de stap naar de Premier League, waar hij dat trucje nu misschien wel weer gaat flikken. Mido is ondertussen een vast gezicht op de Egyptische televisie. Hij liet daar zijn hoofd nog kaalscheren omdat hij een weddenschap had verloren over het kampioenschap van Leicester City.
Op het eerste gezicht is het verleidelijk om het duo te zien als twee kanten van dezelfde munt: twee getalenteerde rebellen, met elk een verhaal dat het belang van mentaliteit en toewijding benadrukt. Maar het zou te simpel zijn om de twee te zien als identieke schuifdeuren die uit elkaar gaan.
Bij Ibrahimovic was populariteit een bijproduct, een resultaat van zijn succes. Bij Ajax was hij niet populair en in eigen land duurde het jaren voordat hij de Jerring Prijs won, de prijs voor de populairste sporter van Zweden. “Ik ervaar die prijs als een teken dat ik volledig geaccepteerd ben, niet alleen als voetballer, maar ook als persoon,” schreef Ibrahimovic daarover. Bij Mido werd de roem al opgedrongen toen hij nog maar een tiener was. Hij was al een nationale held voordat hij de puberteit uit was. Acceptatie en identiteit waren voor hem nooit iets om voor te vechten.
Ibrahimovic behield zijn strijdersmentaliteit en honger naar prijzen, terwijl Mido al snel gedag zei tegen het leven als topsporter. Nu, op 33-jarige leeftijd, zit de jas van een tv-persoonlijkheid hem als gegoten.
Hun levens hebben wat anders uitgepakt, maar de vriendschap van het tweetal heeft stand gehouden. “Ibrahimovic is top,” zei Mido toen hij in 2014 naar zijn oude maatje werd gevraagd. “Hij is de aardigste persoon die er is. Ik sprak hem afgelopen week nog.”
Het is makkelijk om te stellen dat de carrière van Mido een verhaal is van zelfdestructie en vergooid talent. Het is niet niks om de eerste wereldberoemde Egyptische voetballer te zijn. Zijn eigen carrière schitterde niet zo lang, maar zijn maatschappelijke invloed op het land is onschatbaar. “Mido heeft de mentaliteit van de gezinnen hier veranderd,” zei Mahmoud Gouhary, een van zijn eerste trainers, in 2005. “Eerst moesten kinderen altijd goede cijfers halen in plaats van sporten. Nu zijn er ouders die zeggen: ‘Ik wil dat mijn kind wordt als Mido’.”
—
Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.