The George, 1977. De bovenstaande foto is bijgesneden. Bekijk de volledige foto hier
Fotograaf Derek Ridgers, die je misschien kent van de serie Skinheads: 1979 -1984 of zijn foto’s van Ibiza voordat de ravegeneratie er arriveerde, legt al vijf decennia lang het nachtleven van Londen vast op de gevoelige plaat. Door de jaren heen mag de muziek en de kleding veranderd zijn, maar het enthousiasme en de uitbundigheid van de clubbers in Londen is hetzelfde gebleven. Volgende maand verschijnt het boek The Dark Carnival: Portraits from the Endless Night , waarin een selectie van zijn veertig jaar aan feestfotografie te zien is. Ik sprak kort met Derek over zijn leven als fotograaf.
Videos by VICE
VICE: Hoi Derek. Waarom voelde je je aangetrokken tot partyfotografie?
Derek Ridgers: Toen ik in de jaren zestig op de kunstacademie zat, keek ik al graag naar foto’s. Ik scheurde altijd mijn favoriete plaatjes uit tijdschriften om ze te bewaren. Ik heb nog steeds dozen vol uitgescheurde foto’s die soms wel vijftig jaar oud zijn. Ik was een grote muziekfan en begon een camera mee te nemen naar optredens. Dan wrong ik me door de menigte heen naar het podium en deed me voor als fotograaf, zodat ik foto’s kon maken van de bands die ik leuk vond. In 1976 ontstond de punkbeweging, en plotseling zag ik het publiek veranderen. Ik besloot me meer te gaan richten op het publiek in plaats van de artiesten, en begon foto’s te maken van de punkers die ik bij de concerten zag.
Uit welke periode komen de foto’s van The Dark Carnival?
De eerste foto is genomen op de openingsnacht van de eerste punkclub in London: The Roxy. Dat was in december 1976. De laatste foto’s heb ik genomen tijdens Torture Garden, wat eerder dit jaar in Islington werd gehouden. Dus veertig jaar, verspreid over vijf decennia.
Wat is naast de mode de grootste verandering die je hebt gezien in het nachtleven van Londen?
Ik ga tegenwoordig niet vaak meer naar clubs; ik volg het allemaal niet zo meer. Ik denk dat Instagram, selfies en iPhones de nachtclubs tegenwoordig hebben veranderd in één grote fotoshoot. Toen ik begon was ik meestal de enige met een camera in een club.
Wat vind je ervan dat zoveel subculturen tegenwoordig online bestaan in plaats van op straat?
Ik ben niet een van die mensen die gelooft dat vroeger altijd alles beter was. Het grote voordeel van de internetgeneratie is de toegang die zij hebben tot alles, en de manier waarop onze planeet eigenlijk een groot dorp geworden is. Als je naar oude foto’s kijkt, lijkt het alsof het verleden interessanter was, maar dat is ook gewoon een kwestie van selectie. In een club met vijfhonderd mensen zijn er misschien tien interessant, en dat zijn de mensen die je op foto’s terugvindt.
Maar als je nu oude foto’s terugkijkt, denk je dat iedereen er vroeger zo uitzag. Dat was niet zo. Mensen zijn tegenwoordig veel interessanter en vrijer dan toen – maar er zijn veel minder clubs waar ze interessant en vrij kunnen zijn.
Tot slot, wat vind je zo leuk aan het feestfotografie? Wat heeft ervoor gezorgd dat je het zo lang hebt gedaan?
Ik hou van de levendigheid van clubs, en de drang van jonge mensen om zichzelf uit te drukken door middel van hun kleding, en de manier waarop ze zichzelf presenteren. Ik was bijvoorbeeld enorm fan van Leigh Bowery, die zijn uiterlijk gebruikte als een manier van zelfexpressie, en extreem origineel en fotogeniek was. Natuurlijk zijn mensen als Leigh Bowery geen dertien in een dozijn, maar diezelfde drang zit in ons allemaal.
Lucy, Torture Garden, 1997