Myriame Belmyr is een gepensioneerde computerwetenschapper, die beweert dat ze in 1987 door aliens is ontvoerd. Vandaag de dag staat ze aan het hoofd van CERO-France, een organisatie die hulp biedt aan mensen die aangeven ervaring te hebben met buitenaardse ontvoeringen — zogenaamde “ervarenen”.
Een paar maanden geleden sprak ik Belmyr en een paar anderen die ervan overtuigd zijn dat de aliens ze ooit te pakken hebben gekregen. De meesten waren nog steeds getraumatiseerd door de herinnering eraan. Hoewel het makkelijk is om deze ongelofelijke gedachten af te doen als een schreeuw om aandacht of zelfs psychoses, zijn er onderzoeken die aantonen dat dit niet altijd het geval is. John Edward Mack, voormalig psychiater en Harvard professor, bestudeerde bijna 200 gevallen waarin mensen claimden te zijn ontvoerd. In een interview met de Franse schrijver Stéphane Allix voor diens boek over buitenaards leven, legde Mack uit dat “wanneer iemand met mentale gezondheidsproblemen een beleving beschrijft die klinkt als een psychose, krijg je het idee dat wat ze beschrijven nooit is gebeurd. […] Dat is hier absoluut niet het geval. Ervarenen hebben een gezond verstand, stellen veel vragen, en twijfelen ook aan zichzelf. Ze beschrijven een schijnbaar echte, intense ervaring, een licht, en een gevoel binnenin hun lichaam.” Stéphane Allix richtte INREES op — een organisatie die onwerkelijke menselijke ervaringen onderzoekt, zoals bijnadoodervaringen en ontvoeringen door aliens.
Videos by VICE
Om te ontdekken wat er zo ‘echt’ is aan buitenaardse ontvoeringen en om erachter te komen hoe ervarenen ermee omgaan, belde ik met Myriame Belmyr. “In 2008, tientallen jaren na mijn ervaring, sprak ik met Stéphane Allix over ontvoeringen. Via hem kwam ik in contact met andere ervarenen. Er was toentertijd nog geen organisatie die zich bezighield met het helpen van mensen die ooit zijn ontvoerd, dus hebben we toen CERO-France opgericht.”
Mensen die beweren verlamd in de lucht te hebben gehangen, omringd door kleine groene mannetjes die met elkaar communiceren door telepathie, kunnen over het algemeen rekenen op veel sceptische blikken uit de omgeving. Maar Belmyr neemt haar rol heel serieus. De organisatie heeft vijftig leden, die allemaal beweren te zijn ontvoerd. Ze praat met hen en biedt begeleiding.
“Ik heb mensen gesproken die kampten met hevige trauma’s,” vertelt ze me. “Sommigen zochten hulp bij hun huisarts en werden vervolgens in inrichtingen geplaatst.” Het eerste wat Belmyr doet bij een potentieel nieuw lid, is zijn of haar claim onderzoeken. “We beginnen bij iedereen met een diepte-evaluatie. In samenwerking met een team psychologen en hypnotherapeuten verifiëren we elk detail van de ontvoering.”
Eén van de leden van dat team is Nicolas Dumont. Hij is de vice-voorzitter van CERO-France en klinisch psycholoog. “Het eerste wat je moet doen als er een nieuwe patiënt binnenkomt, is diegene ondervragen om erachter te komen of-ie een daadwerkelijke ontvoering beschrijft, of iets anders,” vertelt hij me via de telefoon. ‘Iets anders’ kan veel dingen betekenen. “Iemand kan zijn gemanipuleerd of misbruikt, of kan geobsedeerd zijn geraakt door het idee van buitenaardse ontvoeringen door de media — of hij of zijn kan mislukte hypnoses hebben ondergaan.”
Wanneer er kan worden geconcludeerd dat iemand daadwerkelijk een ontvoering heeft meegemaakt, probeert Dumont de meest voorkomende trekjes van ontvoeringen te ontdekken. In de interviews die ik heb gehouden voor mijn vorige artikel, beschreven alle ervarenen het gevoel dat de tijd was stopgezet, en al het geluid verdwenen was. Er zijn meer veelvoorkomende beschrijvingen, maar Dumont heeft de voorkeur juist deze naar buiten te brengen. Hij wil het voor zichzelf niet nog moeilijker maken om de ervaringen die hij als echt beschouwt, te onderscheiden van de ervaringen waarvan hij denkt dat het fantasieën zijn.
Dumont geeft toe dat er bepaalde gevallen zijn die de CERO-gemeenschap verdelen. “Bij één van onze patiënten ben ik er van overtuigd dat hij een pathologische leugenaar is, maar veel van de andere experts denken dat hij echt is ontvoerd.” Soms gebruikt Dumont hypnotherapie bij zijn patiënten om herinneringen op te halen, maar hij kiest niet snel voor deze optie, omdat “de mogelijkheid bestaat op die manier onjuiste herinneringen te creëren.”
De meeste wetenschappers keren zich af van het buitenaardse onderwerp. “Het is niet bepaald een populaire overtuiging dat aliens bestaan,” zegt Belmyr, “dus zijn mensen niet snel bereid hun carrière op het spel te zetten door die mogelijkheid te overwegen.”
In 2003 werd het COMETA-verslag gepubliceerd in het populaire Franse tijdschrift VSD. Het verslag was een onderzoek naar ongeïdentificeerde luchtfenomenen, niet samengesteld door maffe bloggers met hoedjes van aluminiumfolie tegen de straling, maar door een groep wetenschappers. Onder deze wetenschappers waren André Lebeau, de voormalige voorzitter van de Franse ruimtevertegenwoordiging van de overheid, en Gilles Pinon, een hooggeplaatste figuur in de Franse marine, maar het verslag werd al snel belachelijk gemaakt in de Franse pers.
Sommige astronatuurkundigen hebben hun mond opengetrokken over het onderwerp, zoals de nu gepensioneerde Jean-Pierre Petit, die gelooft dat de mensheid enorm zou kunnen worden geholpen door contact te leggen met buitenaards leven. Zijn kijk op het onderwerp wordt niet bepaald met open armen ontvangen in zijn voormalige vakgebied, wat niet erg verrassend is. Kort geleden is de Franse overheidsinstelling GEIPAN opgericht om onderzoek te doen naar ongeïdentificeerde luchtactiviteiten in Frankrijk. Ik ga ervan uit dat dit goed nieuws is voor Belmyr, maar wanneer ik haar ernaar vraag is ze vooral sceptisch: “GEIPAN weet over de ontvoeringen en is regelmatig in contact met de aliens,” vertelt ze me. “Dat is overduidelijk.”
De gemeenschap van de ervarenen wordt niet goed geholpen door de conventionele wetenschappelijke gemeenschap, maar helpt zichzelf — met behulp van CERO-France en andere soortgelijke organisaties. Als ik Belmyr vraag wat het ultieme doel is van de buitenaardse bezoekers aan de aarde, vertelt ze me dat het “zeker voor genetische doeleinden is. In zowel mijn eigen geval als dat van anderen ben ik er van overtuigd dat het ze daarom te doen was.” Ze denkt dat de aliens die haar hebben ontvoerd, veel van ons hebben geleerd. “Er zijn overeenkomsten tussen ons en hen, maar ze hebben hun eigen manier van leven. Ik weet nog dat ze me vertelden dat ze vooral waren geïntrigeerd door onze emoties en kunst. Daar snappen ze zelf weinig van.”