In de Rotterdamse haven gebeurt iets bijzonders tussen de hijskranen en de loodsen. Aan een kade waar vroeger fruit werd gelost en opgeslagen, wordt nu gewerkt aan een revolutionair project: een drijvende melkveehouderij.
Zes jaar na de totstandkoming van de plannen krijgt ’s werelds eerste drijvende zuivelfabriek nu eindelijk concrete vormen. Tegen het einde van 2018 zullen er 40 koeien leven op 3 etages van zo’n 20 bij 20 meter. Samen zullen zij ongeveer duizend liter melk per dag produceren, die ter plekke verwerkt wordt tot zuivelproducten.
Videos by VICE
Op de bovenste verdieping van de boerderij (totale bouwkosten 2,6 miljoen euro) kan het vee zich laven aan onder meer resten graan en groenten van nabijgelegen voedselproducenten. De weide is overdekt en er worden bomen en struiken gepland om de dieren van schaduw te voorzien. De mest wordt automatisch opgeruimd door robots en de koeien kunnen vrij rondlopen over de twee verdiepingen. In een speciale melkruimte kunnen ze worden gemolken door robots. Mochten de dieren zin hebben in vaste grond onder hun voeten, dan kunnen ze via een loopbrug oversteken naar een weilandje aan de kade.
Op de begane grond van de drijvende stal komen een bezoekers- en educatiecentrum en benodigdheden om de verse melk in kaas en yoghurt te veranderen. Ook komt er een machine waarmee koeienmest wordt verwerkt tot vruchtbare grond.
Veel Rotterdammers zien het project sceptisch tegemoet, maar ontwikkelaar Beladon gelooft dat dit idee wereldwijd navolging kan krijgen in steden aan zee of bij rivieren. Ook stedelingen moeten immers eten en drinken. Beladon is er van overtuigd dat hun circulaire systeem het voedselproductieproces zal transformeren. De veeteelt zal groener worden en stadsbewoners worden opnieuw verbonden met het eten op hun bord.
“Land is steeds schaarser en steeds meer mensen willen in steden leven,” vertelt Minke van Wingerden van Beladon. “We moeten de verstedelijking slim aanpakken, zodat steden kunnen blijven groeien. In de toekomst kunnen we misschien naar Mars verkassen, maar in de tussentijd hebben we andere oplossingen nodig. Ongeveer 70 procent van het aardoppervlak bestaat uit water, dus waarom zouden we daar geen gebruik van maken?”
Gebouwen ontwerpen voor op het water is niet nieuw voor Beladon. Eerder ontwierpen ze een drijvende terminal voor cruiseschepen op de Kaaimaneilanden en een drijvende nachtclub voor in Singapore. Hun drijvende stal is wel het eerste ontwerp dat ook echt gebouwd gaat worden, vooral dankzij privégeld van het ontwerpbedrijf zelf. Beladon heeft geen twijfels dat dit project succesvol zal zijn.
“Mijn man Peter [directeur van Beladon] kwam op dit idee toen hij in 2012 in New York werkte,” zegt Minke van Wingerden. “New York werd getroffen door orkaan Sandy, toegangswegen naar de stad waren onbegaanbaar en binnen twee dagen waren alle supermarkten leeg. Hij realiseerde zich hoe weinig voedsel in steden wordt geproduceerd. Omdat veel mensen in steden wonen is het zinvol om de voedselproductie dichterbij de stad te halen. Toen bedacht hij de drijvende boerderij.”
Eerst vond Van Wingerden het maar een raar idee, maar dat veranderde toen ze de voordelen ervan inzag: voedselproductie op grote schaal, op een milieuvriendelijke manier.
“Je kunt de schaal van deze boerderij makkelijk vergroten door extra pontons neer te leggen. We hebben ook ideeën voor pluimvee en landbouw, voor naast deze drijvende melkveehouderij,” zegt ze. “Hoe meer drijvende boerderijen naast elkaar liggen, hoe beter je gebruik kunt maken van elkaars afval, waardoor het project nog duurzamer wordt.”
Ondanks de vele mogelijkheden waren er ook problemen bij het realiseren van de drijvende boerderij. Er waren meerdere gesprekken met stadsplanners nodig om een vergunning te krijgen en de vraag is hoe omwonenden met het geloei en de geur zullen omgaan. Ook waren er praktische overwegingen die voor zuivelboerderijen op het platteland geen issue zijn.
“Het is een moeilijk project met veel haken en ogen, want koeien zijn groot en zwaar en staan graag bij elkaar,” zegt Van Wingerden. “Als de koeien van de ene naar de andere kant van het platform lopen, moet de boot wel stabiel blijven liggen. Dankzij maritieme technologie kunnen we ervoor zorgen dat de boot niet kantelt.”
“We krijgen ook veel vragen over het welzijn van de koeien,” voegt ze toe. “We hebben mensen ervan moeten overtuigen dat de koeien niet in het water kunnen vallen. Maar mocht dat toch gebeuren, dan kunnen koeien prima zwemmen.”
De koeien zullen ook niet zeeziek worden, benadrukt ze. “Ik kom uit Friesland en daar worden koeien dikwijls per boot vervoerd. Dat gaat prima. De drijvende boerderij wordt heel stabiel. Op een cruiseschip word je ook niet zeeziek. Voor koeien geldt hetzelfde.”
“We zijn ervan overtuigd dat onze koeien hier heel gelukkig zullen zijn en we hopen dat Rotterdammers het leuk zullen vinden om naar de koeien te komen kijken, te zien hoe melk wordt geproduceerd en om de hier geproduceerde etenswaren te kopen,” zegt ze. “Wat ons betreft kan dit de blauwdruk zijn voor de toekomst van de voedselproductie.”