De foto die Ryker Allen als een keerpunt in zijn carrière beschouwt is die van een jongen die hij had uitgenodigd in zijn studio. In de foto draagt de jongen mosterdgele shorts en is hij omgeven door goudkleurig licht. “Hij had direct een betoverende uitwerking op me en ik voelde een sterke aantrekkingskracht,” herinnert de nu 20-jarige fotograaf zich. “Ik was gefascineerd door hem. Ik heb uiteindelijk gedatet met die jongen, nadat ik hem had gefotografeerd, maar ik weet niets meer van de shoot omdat ik me alleen op hem kon focussen. Vanaf dat moment wist ik dat ik jongens wilde fotograferen waartoe ik me aangetrokken voelde of die me als een soort surrogaat-vriendje zagen.” Ryker heeft zich voorgenomen om zijn fotoserie Boys, die queermasculiniteit verkent, door te blijven zetten. Ryker woont nu in New York en werkt als fotograaf en producent voor Hello Mr.-magazine, dat op dit moment wordt uitgebreid met een aantal kleinere queerzines. Hij ging onlangs terug naar zijn geboortestad San Antonio om om zich weer eens onder te dompelen in het leven dat hij achterliet. Hoewel Texas misschien niet beste plek is om op te groeien als queer, was het gevoel van isolatie dat hij als 14-jarige ervaarde iets wat hij weer op wilde rakelen. “In New York is iedereen homo.” En natuurlijk schijnt in Texas het zonnetje lekker.
Hoe kwam je in aanraking met queerkunst?
Ik was 14 jaar en woonde in San Antonio, Texas. Ik stond in een boekwinkel en zag in het krantenrek een tijdschrift staan, Hello Mr. Ik dacht niet meteen: dat is een homotijdschrift – alleen maar dat de cover heel mooi ontworpen was. Ik deed het open en zag queers, zoals ik, werk maken over queerheid. Ik had mijn werk en mijn identiteit eigenlijk nog niet eerder samengebracht. Het was een enorme eye-opener voor me om dit tijdschrift te zien dat helemaal over queerpersonen ging. Sindsdien heb ik me compleet toegelegd op queerkunst. Nu werk ik voor het tijdschrift.
Videos by VICE
Wat was de eerste foto die je nam van een jongen met wie je iets had?
Ik begon met fotografie toen ik tien jaar oud was. Mijn broer was een professionele atleet toen we jong waren, en we reisden veel rond voor zijn wedstrijden. Mijn ouders wilden me koest houden, dus kochten ze een camera voor me. Ik drukte dan een beetje op wat knoppen en keek zoveel mogelijk YouTube-tutorials. Ik begon met stillevens en ging daarna steeds meer richting portretten. Toen ik op de middelbare school zat, werkte ik als trouwfotograaf en maakte ik de foto’s voor het jaarboek. Ik vond het moeilijk om over mijn emoties en mijn kwetsbaarheid te praten maar nu realiseer ik me dat ik met die foto’s wilde communiceren. Vanaf toen begon ik te focussen op mijn ervaring als een queertiener. Dat leidde ertoe dat ik de jongens ging fotograferen waar ik mee scharrelde. Ik nam ook foto’s van mijn vriendjes op de middelbare school, maar beschouwde ze nooit als mijn subjecten.
Welke reactie krijg je meestal als je aan jongens vraagt of je ze mag fotograferen?
Dat gaat op drie manieren. Als ik al met de jongen aan het daten ben, kan het zomaar gebeuren dat ik toevallig een camera bij me heb. Dan worden ze sowieso gefotografeerd. Maar dat gebeurt niet zo vaak. Een andere manier is om jongens te vinden op internet, of via het netwerk van andere jonge queerpersonen of andere jongens waarmee ik gedate heb. Dat was in het begin een beetje moeilijk omdat ik niet echt een portfolio had waaraan je kon zien waar ik mee bezig was en waar ik ze voor vroeg. Vaak aarzelden ze een beetje of waren ze in de war over wat ik aan het doen was. Soms zeiden ze: “Maar ik zie er helemaal niet gay uit.” Of: “Ik pas niet in die categorie,” of “Ik ben geen model.” Dat komt vaak voort uit geïnternaliseerde homofobie. Ze voelen zich niet queer. Maar iedereen ervaart het queer-zijn op zijn manier. De derde manier waarop ik mensen vind is door casting. Nu mensen een beetje snappen waar mijn werk over gaat, is het makkelijker om ze te strikken. Ik heb nu genoeg foto’s geschoten om aan mensen over te brengen wat ik doe.
Hoe gebruik je mode om de stereotypen rond queermasculiniteit uit te dagen?
De afgelopen tijd heb ik veel modefotografie gedaan. Het is een nieuw concept voor mij, en het gaat mij meer om het samenwerken met stylisten die ik bewonder. Ik benader meestal stylisten die queer zijn en die zich niets aantrekken van het binaire concept van kleding. Als het om portretten gaat, is veel gebaseerd op het boek Gay Semiotics van Hal Fischer. Hij fotografeerde de homocultuur van San Francisco in de jaren zeventig, en beschreef de manier waarop homoseksuele mannen zichzelf kleden. Of het nu om een witte zakdoek in de achterzak gaat, of een witte tanktop die in een gewatteerde blauwe spijkerbroek werd gestopt, of een oorbel in het rechteroor – alles had een betekenis. Ik refereer naar deze outfits als een eerbetoon aan de pionieren van de queerfotografie, maar ook omdat mijn werk een vintage-achtige feel heeft. In de jaren zeventig was er geen internet en moesten mannen door middel van kleding met elkaar communiceren.
Het is een onzekere tijd voor de lhbtq-gemeenschap. Wat maakt je optimistisch voor de toekomst van queerkunst en -representatie?
Ik denk dat veel jongeren, of ze nu queer zijn of niet, zich zorgen maken of hun stemmen wel gehoord worden. Wat er nu gebeurt op politiek gebied treft mijn hele generatie en de generatie na ons. Met name op het internet kunnen jonge creatieven werk delen die mogelijk door miljoenen mensen wordt bekeken. Iedereen heeft een eigen queerervaring, maar je kunt al die andere queerervaringen op deze manier ook delen en zien. Er is een grote groei in het aantal queerkunstenaars jonger dan 25. Ik krijg veel berichten van middelbare schoolstudenten, en die doen me vaak denken aan toen ik 14 jaar was en Hello Mr. voor het eerst las. Het is cool dat dit gebeurt. Jonge mensen zijn gefrustreerd en willen hun stem laten horen.
Kun je iets vertellen over het Hello Mr.-stageproject?
We zijn een residentie begonnen dat de The Issues heet, die mentorschap en bronnen biedt voor nieuwe ideeën rond queerpublicatie. Elke nieuwe editie van Hello Mr. zal een nieuw tijdschrift bevatten. De eerste is Brunch Club, een queermagazine dat zich specifiek richt op inclusiviteit binnen de lhbtq-gemeenschap. Hello Mr. is niet alleen een opzichzelfstaande publicatie, maar ook een platform voor nieuwe publicaties en tijdschriften of zines, die in de toekomst volwaardige onafhankelijke publicaties kunnen worden.
Dit artikel verscheen eerder op i-D NL