Het afgelopen jaar heeft op veel plekken het werk stilgelegen, maar boeren zijn stug door blijven ploeteren. En ze moesten ook wel, want in de stad mocht dan alles dicht zijn, maar mensen moesten wel eten op hun bord blijven krijgen.
Giuseppe Laera, een 28-jarige fotograaf uit Mottola, een dorp in de regio Apulië in Italië, legde tijdens de pandemie vast hoe dit er zoal aan toeging. Voor zijn project Campus (‘veld’ in het Latijn) fotografeerde hij zowel jonge als oude mensen, die een manier van leven hebben die nauw verbonden is aan de verschillende seizoenen, maar tegelijkertijd lijkt stil te staan in de tijd.
Videos by VICE
We spraken hem over het landelijke leven, tradities en de voortschrijdende tijd.
VICE: Hoi Giuseppe, waarom ben je dit project begonnen? Giuseppe Laera: Ik heb in mijn leven een hoop gereisd, maar ik realiseerde me dat het vooral voldoening geeft om over plekken te vertellen die je juist goed kent. En ik wil recht doen aan het harde werk dat deze mensen verzetten, aangezien dat niet zo vaak gezien wordt.
Mijn oma werkte op het land en mijn opa had een eigen stuk grond. Als we daar vroeger langskwamen, vertelde mijn ouders altijd over ze. Voor mij is het vastleggen van activiteiten op het boerenland een beetje alsof ik over mijn grootouders vertel, ook al heb ik ze zelf nooit gekend.
**Je bent zelf ook naar het platteland verhuisd om een stuk grond te verbouwen. Heeft dat veel invloed gehad op dit project?
**De beste manier om het verhaal van deze gebieden te vertellen leek me om een jaar lang de natuurlijke cyclus vast te leggen, met steeds de bijbehorende activiteiten: de druivenoogst, de olijventeelt, de veeteelt en het snoeien van de bomen. De cyclus begint met het tot saus maken van de tomaten (om ze te kunnen bewaren), en eindigt met de olijvenoogst en het proces om er olie van te maken.
Als ik de stad was gebleven, had ik het nooit uit de eerste hand kunnen ervaren. Maar omdat ik er zelf was, kon ik er helemaal in opgaan, het geluid van de stilte horen en zien hoe de boeren in de omgeving hun leven leiden. Ik besefte dat ik niet alleen maar kon praten over deze productiecycli; ik moest ze ook zelf ervaren. Daardoor realiseerde ik me ook dat het heel moeilijk is om van de landbouw te leven, misschien wel bijna onmogelijk.
Hoe bedoel je?
Het is moeilijk om er goed mee te verdienen als je geen groot bedrijf bent. Je moet uiteenlopende gewassen verbouwen en goed weten hoe je de opbrengst kunt maximaliseren, en dat zonder al te veel hulp van de regering of de EU. Hoe meer je produceert, hoe meer bescherming en financiële prikkels je krijgt.
Kleine producenten moeten zich dus maar aan zien te passen. Ze zwoegen zich kapot, 365 dagen per jaar. Eigenlijk moet je de teelt ook combineren met veehouden. Daar komt nog eens bij dat de voornaamste business van veel kleine boeren – olijven en olijfolie – nog altijd bedreigd wordt door xylella fastidiosa, een bacterie die een ziekte veroorzaakt waar olijfbomen aan kunnen doodgaan. Maar ik heb geen mensen ontmoet die heel wanhopig waren of bang waren dat ze het niet zouden redden. Ze leken vaak wel vermoeid, maar ook vrede te hebben met de situatie.
**Zeker in Apulië staat grootschalige landbouw vaak gelijk aan caporalato, een systeem dat gebaseerd is op mensensmokkel en uitbuiting van migranten. Volgens een rapport van de boerenvakbond uit 2020 liepen 180.000 mensen het risico om uitgebuit te worden door de landbouwmaffia. Waarom heb je dat niet in je project verwerkt?
**Ik wilde de kleine boeren laten zien, die dreigen te verdwijnen. Ik heb een zwak voor mensen die zich tegen de moderne tijd verzetten. De landbouw is hier altijd hetzelfde gebleven, voor jong en oud. Ik wilde iets positiefs laten zien, voordat ik me op iets duisters als caporalato zou storten, wat me eigenlijk weer een project op zich lijkt.
Je bent geïnspireerd geraakt door de mensen die je gaandeweg hebt ontmoet. Kun je wat meer over hen vertellen?
Campus heeft een hoofdrolspeler: Rino. Hij is even oud als ik en heeft zijn hele leven op het platteland doorgebracht. Ik heb hem ontmoet toen hij me hielp om olijven te oogsten, en ik kwam erachter dat hij ook weet hoe je honderdjarige olijfbomen moet snoeien – daar komt nogal wat kennis bij kijken.
Hij is een van de weinige mensen die dit doen. Dit soort oude bomen zijn heel groot, en hij snoeit ze zo dat ze optimaal groeien voor de oogst. Het verbaasde me hoe goed hij nog wist hoe hij de bomen een jaar eerder had gesnoeid. Hij constateerde tevreden dat de boom exact zo gegroeid was als hij had verwacht. De oudere mensen in de omgeving hebben ook enorm veel respect voor hem. Rino belichaamt een bijna vergeten ambacht. Zijn berekeningen zijn heel precies, ook al doet hij het allemaal uit het hoofd.
Een andere man kwam met een geheel eigen oplossing om te voorkomen dat hij druivensap over zijn armen zou morsen als hij tussen de wijnstokken werkte [zie foto’s onderaan dit stuk]. Er zijn vrouwen die clementines sorteren voor de verkoop en de rest gebruiken voor de natuurlijke compost. En natuurlijk is er de oude Nannina, die met haar familie nog steeds tomatensaus maakt. Dat is een feestelijke traditie, waarbij tomaten worden getransformeerd tot product dat een jaar lang goed blijft.
Een van de mensen die me het meest bijbleef was een jongen die ik vastlegde terwijl hij een bloeiende amandelboom aan het snoeien was. Hij vroeg of ik geen foto wilde nemen, omdat je eigenlijk geen bomen mag snoeien als ze in bloei staan. In werkelijkheid maakt dat volgens hem niks uit en is het gewoon bijgeloof.
**Campus betekent ‘veld’ in het Latijn, maar associëren we tegenwoordig ook met universiteiten. Waarom koos je voor deze titel?
**Zie je die foto van de man in de wijngaarden? Ik wist niet wie hij was, maar vond hem wel een interessante verschijning. Ik vond hem eruitzien als een professor, die druiven bestudeerde met een nauwgezet oog. En toen kwam ik erachter dat hij daadwerkelijk heel deskundig was op dit gebied; iemand die beslist welke druiven geoogst moeten worden en welke niet.
Hij kan dat zo goed omdat hij zoveel uren heeft gestoken in exact dezelfde activiteit. Ik wilde in mijn portretten laten zien hoe waardevol ieders vaardigheden zijn. Het was alsof ik weer op school zat en leerde door de gebaren, keuzes en bewegingen te observeren.
Op het platteland leven betekent ook dat je tijd en energie bespaart. Campus is een onderzoeksproject waarbij ik de lessen van het boerenleven heb vastgelegd; lessen die we kunnen toepassen op ons dagelijks leven. En dat begint met het behoud van het boerenambacht en het respecteren van de grond.
Scroll omlaag voor meer foto’s.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE Italië. Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.