FYI.

This story is over 5 years old.

Money

We vroegen een onderzoeker het hemd van het lijf over extreme armoede

“Heel veel mensen die ik sprak hebben een enorm laag zelfbeeld, kampen met depressies, zijn heel passief geworden, of zelfs een beetje fatalistisch.”
vrouw in woestijn
Foto eigendom van gepotretteerde

Volgens de Wereldbank ben je extreem arm als je van minder dan 1,90 dollar per dag moet leven. Dat is 1,67 euro en – het mag gezegd – bijzonder weinig geld. Maar het is volgens de 33-jarige onderzoeker Anika Altaf lang niet alles wat er over extreme armoede te zeggen valt. Ze onderzocht het fenomeen in Benin, Bangladesh en Ethiopië, schreef er de dissertatie The Many Hidden Faces of Extreme Poverty over en promoveerde er onlangs aan de Universiteit van Amsterdam op.

Advertentie

Anika deed eerder in Ghana en Burkina Faso mee aan een ander onderzoek. Ze wilde er een nieuwe manier van monitoren en evalueren ontwikkelen voor ontwikkelingsorganisaties en -projecten, door de mensen ter plekke te vragen wat ze goede en minder goede projecten vonden en of ze er iets aan hadden gehad. Maar ze kwam erachter dat de allerarmste mensen helemaal niet naar de bijeenkomsten kwamen en überhaupt niet werden bereikt door de hulpprojecten. Daarna wilde ze weten of dat op andere plekken in de wereld wel lukt, en waarom dan wel.

VICE Money wilde weten wat extreme armoede precies inhoudt, hoe het er in de praktijk uitziet en wat eraan gedaan kan worden, dus belden we haar op.

VICE Money: Hoi Anika, Na je eerdere onderzoek ging je door naar Benin, Bangladesh en Ethiopië. Hoe kwam dat?
Anika Altaf: Woord en Daad, een organisatie die onderdeel uitmaakte van het eerdere onderzoek, had het gevoel dat hun partners in Bangladesh, Benin en zowel op het platteland van Ethiopië als in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba de allerarmsten wel bereikten. Dus ik wilde daarheen om er lessen uit te halen, maar na mijn veldonderzoek bleek dat het in drie van de vier gevallen ook niet lukte om de allerarmsten bij hun projecten te betrekken. Ik heb hen toen vragen gesteld als: “Waarom lukt het bij jullie niet?”, “Wat zijn jullie strategieën?”, “Hoe definiëren jullie de allerarmsten?” en “Hoe monitoren en evalueren jullie?”

Advertentie

Ik heb ook gekeken naar andere organisaties, die actief waren in mijn onderzoeksgebieden, om te kijken of het hen wel lukte om de allerarmsten te bereiken, maar dat lukte ook niet. Dus heb ik zelf de allerarmsten gesproken.

Oké, wacht even, wat bedoel jij precies met ‘allerarmsten’?
Het probleem met de definitie ervan is dat er een soort dollar-per-dag-grens is opgesteld, maar ik denk dat dat een heel beperkte definitie is. Ik pleit heel erg voor het opstellen van een lokale definitie van armoede. Ik ben met de lokale bevolking gaan zitten en heb gezegd: “Nou jongens, zeg maar, wie is hier heel rijk, wie gemiddeld, wie is er arm en wie heel arm? En geef mij nou eens beschrijvingen van wat dat dan inhoudt.” Het kunnen hele simpele dingen zijn, maar je krijgt rijke beschrijvingen van wie wie is in die specifieke samenlevingen. Er werd bijvoorbeeld gezegd dat de hele rijken een paar hectare land hadden en de allerarmsten bedelaars waren, werden buitengesloten of vies gevonden werden.

“Ik heb gezien dat de allerarmste mensen zich letterlijk verstoppen. Het is moeilijk om ze te vinden, omdat ze zichzelf een soort van onzichtbaar maken.”

Dat betekent wel dat er geen eenduidige definitie van extreme armoede is.
Nee, maar dat hoeft ook helemaal niet. Ik denk wel dat je in het algemeen kunt spreken van extreme armoede als mensen in drie dimensies heftige gebreken hebben. De eerste is het materiële: dan heb je het bijvoorbeeld over het gebrek aan een huis, voedsel en gezondheidszorg. Als tweede heb je de relationele dimensie: wat is de kwaliteit van de relaties die mensen hebben? Je ziet dat de allerarmsten heel erg worden buitengesloten – niet alleen door organisaties als de overheid, maar ook door hun eigen gemeenschap en zelfs door hun eigen familie. Ten slotte heb je de cognitieve dimensie: hoe arme mensen bijvoorbeeld naar zichzelf kijken. Heel veel van de mensen die ik heb gesproken hebben een enorm laag zelfbeeld, kampen met depressies, zijn heel passief geworden, of zelfs een beetje fatalistisch. Dat zijn de algemene dingen die je kunt zien als je het hebt over extreme armoede. Maar ik ben er geen voorstander van om te zeggen: dit is de extreme armoede overal ter wereld.

Advertentie

Zou je extreme armoede in materieel opzicht verborgen kunnen houden, zodat je misschien geen relationele en cognitieve problemen krijgt?
Dat ben ik niet tegengekomen, maar ik heb wel gezien dat de allerarmste mensen zich letterlijk verstoppen. Het is moeilijk om ze te vinden, omdat ze zichzelf een soort van onzichtbaar maken. Ze willen niet geconfronteerd worden met hun samenleving, uit angst dat ze misschien weer uitgescholden of naar bejegend worden. Je ziet ook dat ze zich dan nog verder terugtrekken en zichzelf gaan uitsluiten. Het is dus ook een grote reden waarom het organisaties niet lukt om hen te bereiken.

anika

Onderzoeker Anika Altaf. Foto door Ralf Mitsch

Maar hoe blijven deze mensen dan in leven?
Veel hangen echt op het randje, maar ze kunnen vaak ook nog wel wat doen: wat hout sprokkelen, water halen of kleren wassen. Er zijn altijd nog wel een of twee mensen die wat hulp bieden, maar het is wel zo dat er dan iets tegenover moet staan – het is niet helemaal belangeloos. Maar ik heb bijvoorbeeld ook een vrouw gesproken die haar kind is verloren aan de honger, omdat zij niet genoeg eten en moedermelk had.

Zou zulke extreme armoede ook in Nederland kunnen voorkomen?
Er zijn in Nederland wel veel vangnetten. Als je weet waar je moet zijn, denk ik dat dit soort dingen niet zullen gebeuren. Maar wij hebben ook daklozen, wij hebben ook steeds meer mensen die naar de voedselbank moeten. Ik denk ook dat mensen zich in Nederland vergelijkbaar rot kunnen voelen door het gevoel van schaamte als ze in armoede leven.

Advertentie

Wat kun je doen om mensen met hun schaamte te helpen?
Het gaat om menselijk contact – dat heb ik bij veel mensen gezien. Deze extreem arme mensen zijn compleet geïsoleerd en worden genegeerd. Het is voor hun mentale gesteldheid erg belangrijk dat ze weer gezien worden. Wat ontwikkelingsorganisaties wereldwijd vooral moeten doen als ze de allerarmsten willen bereiken, is focussen op het mentale aspect van armoede. Ze moeten gaan werken aan het zelfbeeld van zo’n persoon, bijvoorbeeld door middel van een coach. En het hoeven heus geen ellenlange psychologische sessies te zijn – het kan zo simpel zijn als een praatje maken en een schouder om iemand heen slaan.

“De extreem arme mensen zijn compleet geïsoleerd en worden genegeerd. Het is voor hun mentale gesteldheid erg belangrijk dat ze weer gezien worden.”

Wat is de toekomst van extreme armoede? Wordt het een groter probleem of gaat het minder worden?
Het kan absoluut minder worden, maar dan moeten er dingen op macroniveau gedaan worden. Ik weet niet of je dat rapport van Oxfam Novib hebt gelezen dat de 26 rijkste mensen ter wereld net zoveel middelen hebben als de armste 3,8 miljard mensen? Dat is natuurlijk te ziek voor woorden. Er zijn te veel plekken waar mensen nog naartoe kunnen om belasting te ontwijken. En we zouden bijvoorbeeld ook meer kunnen investeren om overheden te helpen om goede vangnetten op te zetten.

En als je op kleiner niveau met de allerarmsten wil werken, zul je programma’s moeten ontwikkelen die het mentale welzijn en de gemeenschap erbij betrekken. Je moet de gemeenschap ervan bewust maken dat de allerarmsten er ook bij horen.

Advertentie

Hoe zou je zo’n gemeenschap ervan overtuigen?
Je zou de lokale elites kunnen inzetten om ontwikkelingsprogramma’s uit te rollen en ze – met hun goedkeuring natuurlijk – semi-verantwoordelijk te maken voor het succes van het programma. En dan vraag je ook of ze het proces gaan begeleiden. Als de lokale elite erachter staat, dan zullen de andere mensen er ook in meegaan.

Oké. Tot slot: had je eigenlijk niet liever extreme rijkdom bestudeerd?
Ha, nee, ik denk dat ik me enorm ongemakkelijk had gevoeld. Ik vraag me weleens af: wanneer is het genoeg? Ik denk dat je om gelukkig te zijn niet heel veel nodig hebt, als de basis oké is: een dak boven je hoofd, de zekerheid dat je genoeg te eten hebt, liefde, gezondheid, goede familiebanden en misschien een leuke relatie. Ik vraag me altijd af wat alles daarbovenop nou toevoegt.

Bedankt, Anika!

Headerfoto door Anika Altaf

Hou je ook zo van geld? Like VICE Money en ontvang dagelijks gratis geldverhalen: