FYI.

This story is over 5 years old.

wetenschap

Dit is waarom sommige mensen het zo haten om gekieteld te worden

Waarom kan de ene persoon er prima tegen, en barst de ander in hysterisch lachen of huilen uit?
Foto via Dilsad Senol / EyeEm

Toen ik klein was, stond ik in mijn familie al bekend als de persoon die niet tegen kietelen kan. Mijn neven en nichten maakten hier dan ook gretig gebruik van, en veroorzaakten keer op keer gigantische lachbuien door me te kietelen. Toen ik jaren later in een massagesalon in lachen uitbarstte, vertelde de masseuse me dat ze had gemerkt dat gevoelige mensen vaak minder goed tegen kietelen kunnen. Mensen zeggen weleens tegen me dat ik een gevoelig persoon ben, dus vroeg ik me af: hebben die twee iets met elkaar te maken? En zo niet: wat maakt mensen dan zo gevoelig voor kietelen? Kietelen is een “voelbare stimulatie veroorzaakt door iemand anders dan jijzelf,” zegt Robert Provine, neurowetenschapper aan de University of Maryland en schrijver van de boeken Curious Behavior: Yawning, Laughing, Hiccupping, and Beyond en Laughter: A Scientific Investigation. “Er is een andere persoon voor nodig. Als je jezelf zou kunnen kietelen, zou je helemaal gek worden.”

Advertentie

Veel mensen reageren erop door te lachen, of ze het nu leuk vinden om gekieteld te worden of niet. Dat gelach is mogelijk een reflex dat de spanning wegneemt, zegt Alan Fridlund, docent in psychologie en neurowetenschappen aan de Universiteit van Californië. “Mensen associëren lachbuien vaak met humor en plezier, maar we lachen soms ook tijdens begrafenissen, of andere momenten waarop we bang zijn of onder druk staan. De glimlach die daarbij ontstaat is waarschijnlijk niet meer dan een manier van onze spieren om dat hoge gegil en gegiechel mogelijk te maken.” De meeste mensen zijn wel een beetje gevoelig voor kietelen, vertelt Provine me. En die gevoeligheid zal volgens Fridlund ook waarschijnlijk niet veranderen naarmate je ouder wordt. De precieze reden waarom mensen gevoelig werden voor gekietel, is onduidelijk. Maar er zijn twee theorieën die het mogelijk verklaren. Psychiater Donald Black denkt dat het kietelreflex ervoor zorgt dat we eerder geneigd zijn om kwetsbare lichaamsdelen te beschermen. Als dat zo is, zou dit betekenen dat mensen met felle reflexen (bijvoorbeeld wanneer een dokter tegen je knie tikt en je been omhoogschiet) slechter tegen kietelen kunnen. De andere theorie over de oorsprong van kietelen stelt dat het mensen met elkaar verbindt. “In de meeste culturen speelt kietelen een rol in hoe kleuters met elkaar spelen,” legt Fridlund uit. “Het gelach en gegiechel van het kind trekt de aandacht van de ouders, en vice versa.” Kietelen kan ook direct gerelateerd zijn aan humor, gaat Fridlund verder. “Charles Darwin en zijn tijdgenoot Theodur Piderit merkten beiden de gelijkenissen tussen de twee op. We moeten van allebei lachen en in beide gevallen is hier een element van verrassing en lichte aanraking voor nodig. Bij kietelen is dat fysiek, bij humor verbaal.”

Om erachter te komen of er daadwerkelijk een verband is tussen kietelen en humor, voerden Fridlund en zijn collega Jennifer Loftis een onderzoek uit dat werd gepubliceerd in Biological Psychology. Voor dit onderzoek ondervroegen ze honderd studenten over hun reacties op kietelen. Wat bleek: mensen die slechter tegen kietelen konden, waren ook sneller geneigd om te lachen. Bovendien zouden mensen die gevoelig zijn voor kietelen sneller gaan blozen, kippenvel krijgen en huilen. Al deze reacties werden door Darwin gezien als elementen van een goede lachbui. Fridlund en Loftis concludeerden hieruit dat kietelen mogelijk meer is dan een grappig spelletje – het zou het begin kunnen zijn van de ontwikkeling van volwassen humor. Hoewel er geen onderzoeken zijn gedaan die dit bevestigen, denken Provine en Fridlund bovendien dat mensen die het niet fijn vinden om aangeraakt te worden, ook slechter tegen kietelen kunnen. “Persoonlijk denk ik dat mensen die van nature vrij relaxed zijn, ook minder gevoelig voor kietelen zijn,” zegt Fridlund. “Mensen die wat angstiger zijn, vinden het vaak niet fijn als anderen ongevraagd in hun buurt komen. Zij zullen daarom het verrassingselement van kietelen minder fijn vinden.” Provine denkt daarnaast dat hoe gevoelig we zijn voor kietelen, ook te maken heeft met hoe onze hersenen sociale informatie verwerken. Hij onderzocht eens een autistische vrouw die helemaal niks voelde wanneer de onderkant van haar voeten werd gekieteld. Aangezien de aanwezigheid van een andere persoon een vereiste is bij kietelen, speelt het bewustzijn van wie jij zelf bent en wie de ander is dus een belangrijke rol. “Dat bepaalde mensen met autisme zo anders reageren op gekietel, zou kunnen wijzen op een fout in de verwerking van deze sociale informatie,” legt hij uit. Iets wat vrijwel geen verschil maakt in hoe gevoelig je bent voor kietelen, is je geslacht, blijkt uit het onderzoek van Provine. “Mannen zeggen vaker dat ze goed tegen kietelen kunnen, maar dat is over het algemeen niet waar,” zegt hij. “Als je mannen kietelt, blijken ze er even gevoelig voor te zijn als vrouwen. Als je toegeeft dat je er niet goed tegen kunt, geef je in principe aan dat een ander in staat is controle over je te hebben. Ik denk dat mannen dat nu eenmaal minder snel toegeven dan vrouwen.”

Maar of je tegen kietelen kunt of niet, zegt niks over of je het leuk vindt of niet. Als je het verschrikkelijk vindt om gekieteld te worden, heb je er misschien eens een negatieve ervaring mee gehad. Mensen die Provine vertellen dat ze er een hekel aan hebben, werden in hun jeugd vaak op deze manier geplaagd door bijvoorbeeld hun broertjes en zusjes. Toch zou het ook voor hen leuk kunnen zijn om gekieteld te worden, zolang ze er maar controle over hebben. “Ik heb weleens de kieteldood gekregen, en weet maar al te goed dat kietelen na een tijdje niet leuk meer is, maar ronduit vervelend wordt. Ook al roep je nog zo vaak dat de kietelaar moet ophouden, zal niemand dat natuurlijk geloven zolang je lacht,” zegt Fridlund. “Bovendien kun je onmogelijk terugvechten als je gekieteld wordt. Hard gekietel veroorzaakt namelijk kataplexie, een tijdelijke vorm van verlamming die vaak optreedt wanneer je je erg opwindt.” Naarmate je ouder wordt, krijgt kietelen echter een andere, flirterige betekenis. Zo is de kans dat een heteroseksueel persoon door iemand van het andere geslacht wordt gekieteld zes keer zo groot dan door iemand van hetzelfde geslacht, blijkt uit het onderzoek van Provine. “Kietelen speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol in het voorspel,” zegt hij. “Gekieteld worden is lang niet zo erg als je het uiteindelijk terug mag doen bij de ander.” Waarschijnlijk kom ik er nooit achter of mijn gevoeligheid voor kietelen iets te maken heeft met mijn gevoeligheid in het algemeen. Maar ik weet nu wel dat mijn extreme afkeer ervan voortkomt uit het meedogenloze geplaag van mijn familie. Misschien vind ik op een dag wel een kietelpartner die mijn grenzen respecteert, en zou ik er uiteindelijk zelfs van kunnen genieten.