Sport

Hoe Grétar Steinsson de voetbalbaas werd van Fleetwood Town

Als je een wedstrijdje van AZ bezoekt in Alkmaar, kan je er donder op zeggen dat je een keer keihard “RETTEKETETTEKETET!” door de speakers hoort galmen. Dat is niet de stem van een ijverige stadionspeaker of een fanatieke supporter, maar een oude opname van Grétar Steinsson die wordt afgedraaid. De IJslander schreeuwde de leus een keer in op verzoek van AZ, omdat hij zoveel van de club houdt.

In Nederland kennen we Steinsson vooral door zijn gemillimeterde kop en harde spel als back van AZ, waar hij tot 2007 speelde. Maar Steinsson kegelt al een tijdje geen buitenspelers meer onderuit. Hij is sinds 2015 technisch directeur van Fleetwood Town in de Engelse League One. In het kustplaatsje doet hij zijn best de Engelse voetbalpiramide te beklimmen. VICE Sports belde Steinsson op om erachter te komen hoe het met hem gaat.

Videos by VICE

VICE Sports: Hi Grétar, how are you doing?
Grétar Steinsson: Het gaat goed met mij. Met jou?

O, je spreekt nog vloeiend Nederlands. Wat goed.
Ja, dat verleer je niet zo makkelijk.

Hoe gaat het bij Fleetwood?
Het gaat goed, man. We proberen dit seizoen mee te doen om promotie naar de Championship. Dat is niet makkelijk als je tegen grootmachten als Sunderland, Bristol Rovers en Charlton Athletic moet strijden. We spelen vaak tegen clubs met een stadion dat groter is dan ons dorp. “We’re punching above our weight,” zeggen ze hier dan.

Wat trof je aan toen je bij Fleetwood Town begon?
De eigenaar Andy Pilley heeft de club ruim tien jaar geleden gekocht, toen het nog gewoon een amateurclub was. Toen ik hier kwam, werd er getraind op een rugbyveld, op een rugbycomplex. We hadden niet eens hele grasvelden, maar stukjes veld. Als we gingen ontbijten of lunchen, en de rugbyclub een verjaardagsfeest of iets anders had, moesten we vaak de kantine uit. Nu zitten we op een nieuw sportcomplex van tien miljoen euro met dertien velden, dat speciaal voor Fleetwood is gebouwd. Eerst hadden we ook alleen een eerste en tweede elftal. Nu hebben we een complete jeugdopleiding vanaf Onder 9. Fleetwood Town was een onbeschreven blad. Nu hebben we echt een professionele voetbalclub.

Steinsson tussen Van Gaal en Van Persie in 2014. (Foto: Proshots)

Hoe ben jij bij Fleetwood Town terechtgekomen?
Na mijn carrière als voetballer heb ik eerst een opleiding in sportmanagement gedaan aan de Johan Cruyff Academy. Daarvoor ben ik heel de wereld overgegaan om te kijken hoe clubs het aanpakken. Ik heb toen een plan opgesteld voor het uitbouwen van kleine clubs en ben daarover in gesprek gegaan met allerlei organisaties. Ik ging ook langs bij Fleetwood Town, want dat zit vlak bij Bolton, waar ik nog steeds een huis heb door mijn jaren als voetballer van Bolton Wanderers. Ik gaf ergens in 2014 mijn presentatie aan Andy Pilley. Tien maanden later werd ik opeens gebeld, toen ik voor mijn studie stage liep bij AZ. Andy hing aan de lijn en wilde het plan met mij uitvoeren. Het is sindsdien heel hectisch geweest.

Wat stond er in jouw plan?
Het ging over een club opbouwen vanaf de jeugdopleiding, met sportwetenschappers, een medische staf en alles wat er nodig is om stappen te zetten voor het zelf ontwikkelen van jeugdspelers. Dat is niet normaal in Engeland, op die manier je club opbouwen. Vier jaar geleden was ik een van de weinigen en een van de jongsten die zulke plannen had. Ik geloofde daar gewoon in. Ik wilde een club opzetten naar Europees model, op basis van mijn ervaringen in het buitenland. Ik had ook maandenlang stage gelopen bij de directie van AZ.

Wat heb je geleerd tijdens je stage bij AZ?
Dat was echt fantastisch, onder Earnest Stewart en Robert Eenhoorn. Max Huiberts ook trouwens, die toen de scouting deed, en Aloys Wijnker, die nu in Amerika werkt. Als je mee mag doen binnen zo’n club, waar iedereen overtuigd is van een visie, dan leer je daar heel veel van. Dat heeft AZ heel goed gedaan, in goede en slechte tijden. Als je niet in spelers kunt investeren zoals andere clubs, de grootmachten met het geld, moet je het anders doen. Dat doen ze fantastisch met moderne technieken en hoe ze denken over topsportmentaliteit. Dat creëer je ook niet in een week of een paar maanden. Dat is jarenlang investeren in een staf en spelers. Als je zo’n omgeving creëert, waarin spelers echt stappen kunnen maken, dan heb je iets dat andere clubs niet hebben.

Steinsson tackelt Wesley Sneijder in 2007. (Foto: Proshots)

Je hebt bij AZ ook gespeeld onder Louis van Gaal. Wat heb je van hem geleerd?
Hij was voor mij de beste trainer waarmee ik heb samengewerkt, maar ook een topmens. Hij heeft me heel veel geleerd, niet alleen in het voetbal, maar ook erbuiten, bijvoorbeeld hoe je leiding geeft aan mensen. Tuurlijk is hij als trainer tactisch ook heel goed, maar het leiderschap is wat ik van hem heb overgenomen als directeur. Ik had hier nooit gezeten zonder de invloed van Van Gaal.

Kan je een voorbeeld geven van wat je van Van Gaal hebt geleerd over leiderschap?
Hoe je je gedraagt, hoe je mensen spreekt en mensen beïnvloedt. Mensen gaan met jou mee als ze geloven dat jij aan hen denkt. Dat is leiderschap. Hij gaf me ongelooflijk veel verantwoordelijkheid, omdat hij in me geloofde als persoon. Dat doet hij met heel veel spelers. Hij creëert leiders door verantwoordelijkheid te delegeren. Hij neemt jochies aan en creëert mannen.

Het klinkt alsof je als speler al geïntrigeerd was door wat er komt kijken bij het leiden van een voetbalclub.
Zeker. Ik studeerde op mijn 22ste nog sportpsychologie in IJsland. Doordat ik zo lang op school heb gezeten, kwam ik met open ogen de voetballerij in. Bij AZ begon ik als speler uit interesse te praten met mannen als Van Gaal, Dirk Scheringa, Marcel Brands en Toon Gerbrands. Iedereen gaf me tijd om over hun werk te praten. Ik vond dat toen doodnormaal, maar later in mijn carrière besefte ik pas dat de tijd die zij me hadden gegeven, eigenlijk heel bijzonder was. In Engeland werkt dat bijvoorbeeld niet zo. Daar zijn voetballers gewoon voetballers, die zich niet met de business moeten bemoeien.

Steinsson viert een goal tegen Sparta in 2006. (Foto: Proshots)


Waarom heb je je studie sportpsychologie niet opgepakt na je voetbalcarrière?

Ik vond die studie leuk om te doen, maar toen ik als speler zag wat Marcel Brands deed bij AZ, had ik mijn zinnen er al op gezet om ook technisch directeur te worden. Misschien had ik dat trouwens al toen ik jong was. Ik speelde elke dag uren Football Manager.

Heb je nog contact met Brands gehad toen hij directeur bij PSV werd?
Ik ben een paar keer met Andy Pilley naar PSV en AZ geweest. Dat zijn de grote voorbeelden voor hoe wij werken bij Fleetwood Town. Dus daar ben ik tuurlijk met mensen van mijn club geweest, om in de keuken te kijken. Het is trouwens wel mooi dat Brands nu bij Everton zit. Liverpool ligt best dichtbij Fleetwood. We zijn nu allebei heel druk met de transferwindow, maar daarna gaan we zeker een kopje koffie drinken.

Je hebt een keer een Nederlandse speler naar Fleetwood gehaald, Ricardo Kip. Dat is helaas niet helemaal goed gelopen. Die ging snel terug naar Nederland.
Dat was niet de schuld van Ricardo. We hadden graag meer van hem gezien, maar er kwam kort na zijn komst een trainerswissel, waardoor we met een ander systeem gingen spelen. Dan is het mijn taak om te zorgen dat spelers kunnen blijven spelen. Ik vond snel een oplossing voor hem bij Cambuur in Nederland, waar hij op huurbasis heen kon. Maar Ricardo is een goede jongen en een echte professional.

Steinsson met Aron Gunnarsson voor Nederland-IJsland in 2008. (Foto: Proshots)

Vind je het niet jammer dat je zelf al op je 31ste bent gestopt met voetballen, vlak voordat IJsland naar het EK en WK ging?
Hmm, ik zie het meer als iets moois dat ik onderdeel was van het IJslandse proces om het zo ver te schoppen. Vlak voor de play-offs voor het EK van 2012 kreeg ik een blessure en moest ik ermee stoppen. Ik speelde voor IJsland in de jaren dat het nationale voetbal in ontwikkeling was. In die jaren ben ik trouwens nog een keer uitgelachen in een Nederlands televisieprogramma. Nederland zat in dezelfde kwalificatiegroep als IJsland en ik zei dat IJsland wel een kans maakte. Niet veel later stonden wij op het EK en WK, en jullie niet. “Karma bites you in the arse,” zeggen ze hier in Engeland dan. Als ik denk aan de val van Oranje, denk ik aan die arrogantie, toen ik werd uitgelachen op de Nederlandse televisie.

Je zegt “de val van Oranje”. Zo heet het boek van Pieter Zwart ook, dat deze zomer is uitgekomen. Heb je die al gelezen?
Ik heb stukjes gezien, maar het boek nog niet gelezen. Ik volg het werk van Pieter wel op Twitter en de stukjes die hij maakt. Hij is een interessant en ander type journalist, dat alles heel goed begrijpt.

Dus hij moet nog maar een boek jouw kant op sturen.
Jazeker. Als jij contact met hem hebt moet je hem dat maar vragen, want ik vind het heel interessant als mensen nadenken over hoe dit bij Oranje opgelost moet worden. Ik weet nog dat ik een keer, voordat ik naar AZ ging, met een paar IJslandse spelers op proef ging bij SC Heerenveen. Ik snapte daar helemaal niks van de tactische besprekingen. Nederland was toen zoveel verder dan de rest. Nederland was het technische en tactische utopia. Maar het is daarna te stil blijven staan.

Kwam IJsland in die tijd vaker naar Nederland om kennis over te nemen?
Zeker. IJsland reisde vroeger elk jaar naar Nederland om technische en tactische kennis over te nemen. De kennis die we overal opstaken combineerden we met de sterke IJslandse mentaliteit. We gaan echt over lijken om succes te krijgen. Dat heeft ons ver gebracht.

Schreeuw je nog weleens “Retteketetteketet AZ”?
Haha, dat filmpje was gewoon een grapje. Als mensen dat leuk vinden, vinden ze het leuk. Als mensen er moe van worden, dan is dat maar zo. Dat maakt mij niks uit. Ik neem veel dingen niet zo serieus, maar mijn werk wel. Daarin ben ik serieus.

Dat je soms wel in bent voor een lolletje zagen we ook toen je op regionale televisie Stijn Schaars interviewde. Hij wist niet wat hem overkwam.
Haha, dat is precies hetzelfde. Als mens moet je het een beetje gezellig hebben met de mensen om je heen, je vrienden en collega’s. Ik kan best serieus zijn als dat moet, maar ook mezelf zijn met teamgenoten. Ik zou dat nooit anders willen.

https://youtu.be/xFEeIZGmnMQ

Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.