Dante’s De Goddelijke Komedie is veel meer dan dat boek dat in de betere boekenkast ligt weg te schimmelen. Eerder bleek het 700 jaar oude verhaal al goed voor een spin-off in thrillervorm en nu is er in Amsterdam een heus kunstpretpark gebaseerd op de hemel en de hel van Dante. In het Paleis van Mieris hebben kunstenaar Marc van Dijk en scenarist Maurice van Turnhout, samen met kunstenaars uit binnen- en buitenland, Dante Land gebouwd.
Hoe letterlijk moeten we dat pretparkgedeelte nemen? “Voor Dante Land zochten we naar een symbiose tussen kunst en andere vormen van vermaak. De kunstenaars moeten uit hun comfortzone komen en samenwerken aan een narratief,” legt Marc van Dijk uit, die voor de gelegenheid verkleed is als Vergilius in een toga met een lauwerkrans. “Daarbij is het de bedoeling dat het publiek kan ‘spelen’ met interactieve installaties tijdens het festival.”
Videos by VICE
In Dante Land ga je als bezoeker door kunstinstallaties die de verschillende lagen van de hel voorstellen zoals Dante die beschreef. Elke misdadiger krijgt een speciaal plekje in de hel en de kunstenaars verwerken dat in hun werk. Vervolgens ga je via de louteringsberg naar de hemel. “Als je geluk hebt, ontmoet je god op het einde,” laat Marc nog weten, voordat ik aan mijn helse tocht begin.
Mijn reis begint in Het Donkere Woud, een helverlichte kamer vol krantenknipsels waar een klein veldbedje in staat. Op de muren is in bebloede letters ‘INFERNO’ te lezen, alsof je in het hoofd kruipt van een door de hel geobsedeerde Dante die opgesloten zit in een isoleercel. Dit is misschien de enige betaalbare kamer van Amsterdam. Toch zou ik er voor geen geld willen slapen.
Ik vraag of het toeval is dat het pretpark begonnen is op de eerste dag van de nieuwe Nederlandse regering. “Die datum was puur toevallig, maar komt wel erg goed uit,” zegt Marc. Deze kamer voorspelt in ieder geval niets goeds en in tijden van Trump en Geert Wilders voelt deze helverlichte gevangenisruimte vol politieke krantenknipsels beklemmender dan ooit.
Ik vervolg mijn weg doorheen de kronkelende kerkers van de Dantiaanse hel. Om mijn tocht te vervolgen door de hel, moet ik de draak Geryon van Sander Veenhof passeren. Daarvoor moet ik wel eerst even een HoloLens opzetten. Gigantische auto-onderdelen lijken op me neer te vallen. Ook word ik bijna gewurgd door een beklemmend doolhof van plastic doeken. Dan kom ik terecht in een kamer waar duidelijk een gruwelijke moord heeft plaatsgevonden. Donna Francesca, een werk van de twee curatoren en Sander Veenhof, doet me door de felrode lichten en onheilspellende bloedvlekken denken aan een scène uit Se7en. Ik lees dat ik via donnafrancesca.nu samen met een partner een dialoog moet voorlezen om te ontdekken wat hier gebeurd is. Ik ben alleen, dus de hel wordt er niet beter op.
Het zelfmoordbos van Lidewij Sloot is opgebouwd volgens de Nederlandse boswet: pas bij een rij van meer dan 20 bomen, kan je spreken over een ‘bos’. In de plaats van bomen, ‘plantte’ de kunstenares allerlei voorwerpen die verschillende kunstenaars altijd al eens wilden gebruiken in hun kunst, maar nooit gedaan hebben. “Eigenlijk is dit de zelfmoord van creatie,” legt de kunstenares me uit.
Volgens mijn museumplan zit ik nog maar in de helft van de hel, maar ik voel me nu al volledig leeggezogen. Wie dacht dat een uitstapje naar de hel gezellig was, dacht verkeerd. De hel is repetitief, beklemmend en uitputtend.
Het niveau van de geweldplegers, ‘Circle 7’ van Maarten Schuurman is een videospelletje zoals je die in een arcade vindt, waarin je met vier andere bezoekers moet proberen vuurballen te ontwijken. “Leuk,” denk ik bij mezelf. “Ik hou van videospelletjes en zo erg kan dat toch niet zijn?” Fout. Na voor de elfendertigste keer te sterven in anderhalve minuut komen mijn diepste agressieproblemen naar buiten en wint mijn frustratie van mijn competitiedrang.
Ook de installatie voor de kring van de bedriegers, ‘…And you keep on doing it’ van Eleonora Volpi, speelt in op het duiveltje op je linkerschouder. Je moet één euro betalen en vervolgens een klein balletje laten tollen in een houten installatie. Ik heb geen enkele cent bij me en schaamteloos beslis ik om het balletje te laten tollen zonder te betalen, om te zien wat er gebeurt (in de naam van de journalistiek, uiteraard). Ik voel me meteen ook schuldig, want ik besef dat dit juist is waar het werk om draait en blijkbaar ben ik niet de enige museumbezoeker die het kunstwerk probeert te bedriegen. Als ik de kunstenares hierover aanspreek, legt ze me uit dat het op twee manieren werkt. Of je betaalt en word je financieel opgelicht, of je bedriegt als bezoeker de kunstenares.
Ik heb het gehad met de hel en begeef me via een trap op de louteringsberg naar een aangename wachtruimte, waar ik een nummer trek en geniet van een fris glaasje muntwater. In Cato van Utica verwelkomt Victor Engbers mij met vijf andere toeschouwers. Als de Romeinse politicus Cato stelt hij ons enkele vragen die ons klaarmaken voor de louteringsberg. “Welke van je dromen is niet uitgekomen? Wie uit uw kenniskring wenst u naar de hel en wenst u naar de hemel? Hoe stelt u zich het paradijs op aarde voor? Kunt u uw persoonlijke definitie van schoonheid geven?” Met meer vragen dan antwoorden in mijn hoofd, mag ik de louteringsberg betreden.
De louteringsberg is veel ruimer en luchtiger dan de hel en heeft maar vijf kunstwerken. De buitengewoon intelligente kitten van Pinar Yoldas begroet me, met daarnaast PORNOSEXLIEFDE van Lotta de Beus. PORNOSEXLIEFDE is een driedelige installatie, waarin je pornofilmpjes bekijkt, een bondagefilmpje ziet en geconfronteerd wordt met je eigen spiegelbeeld, terwijl de kunstenares ‘ik hou van jou’ zegt. Liefde verdient zeker een plaatsje in de louteringsberg, maar door het confronterende karakter, voel ik me eerder beklemd dan vrolijk en liefdevol.
Tot slot ga ik eindelijk naar de hemel, waar Beatrice, Dante’s droomvrouw, me zou opwachten. In http://lo.hotglue.me creëerde Liza Prins een roze ruimte die naar wierook ruikt en waar een vrouwenkoor galmt. “Omdat het godwerk vooral een mannelijk beeld is, wou ik de hemel vrouwelijk maken. Daarbij gebruik ik stenen van verschillende godsdiensten om in te gaan tegen dat idee dat er maar één god is.” Zoals ik eigenlijk altijd al wist, is de hemel dus vrouwelijk, roze en behoorlijk spiritueel.
God werd geschapen door kunstenaar Merijn Bolink in ‘The God Portal’. Marc van Dijk maakte een heel klassieke kop in zijn atelier en combineerde het met een projectie van zichzelf vermenigvuldigende deeltjes uit kunstmatige intelligentie. Dat technologische aspect van god roept vragen op over kunstmatige intelligentie en over de mens als schepper. Is dit waar de loutering eigenlijk om draait? Beseffen dat we allemaal een beetje god zijn?
De twee uur durende trip zit er op. Ik ben niet misselijk van suikerspinnen, zoals ik dat meestal heb bij een pretpark. Noch heb ik gegierd van het lachen of kriebels in mijn buik gehad. Toch was het een boeiende en intense ervaring. En het allerbelangrijkste is dat ik mezelf beloof toch wat braver te zijn, want ik heb geen zin om een eeuwigheid in de hel te spenderen.
Meer informatie over Paleis van Mieris vind je hier!