Drugs

Ik ging naar een psychedelisch bootcamp en nam een vrachtlading drugs

Net voordat de vakantie begon, boekte ik voor mezelf een reisje naar het African Savannah Transformation Retreat. Dit is een tiendaagse retraite in Zuid-Afrika die mensen belooft te transformeren door middel van een combinatie van uithongering, zonneschijn, en psychedelische drugs.

De drugs die we zouden nemen waren ayahuasca, mescaline, en iboga, maar de deelnemers noemden ze niet bij hun echte naam. Ze noemden ze de Moeder, de Vader, en de Grootvader, wat wel even verwarrend was.

Videos by VICE

“Heb je al eerder Moeder gedaan?”

“Pardon?”

Er deden 25 mensen mee, voornamelijk uit Noord-Amerika en Europa. Hun leeftijd liep uiteen van 25 tot 50 jaar. Wanneer ik ze in eerste instantie vroeg waarom ze daar waren, antwoordden ze dat ze gewoon nieuwsgierig waren. Maar naarmate de dagen verstreken en we ons meer op ons gemak begonnen te voelen, kwamen er verhalen naar boven over heroïneverslaving, kindermisbruik, en meerdere gefaalde zelfmoordpogingen. Daarmee wil ik niet zeggen dat de mensen bij de retraite voornamelijk probleemgevallen waren, maar je boekt geen zeer experimentele, semilegale, en mogelijk gevaarlijke retraite met drugs als therapie, omdat je de all-in-vakanties zat bent. Veel van de deelnemers hadden al allerlei vormen van hulpverlening en therapie geprobeerd, en waren op een punt in hun leven beland waarop ze er zo aan gewend waren geraakt dat ze zich constant klote voelden, dat een tiendaags psychedelisch bootcamp niet eens zo gek klonk.

Ik moet toegeven: hoewel ik veel drugs heb geprobeerd, ben ik er nooit in geslaagd om er verslaafd aan te raken. Ik kan niet eens echt verslaafd raken aan sigaretten. Ik koop pakjes, vergeet dat ik ze heb, vind ze dan weken later terug in een jaszak, en denk dan bij mezelf: ik moet beter m’n best doen.

In minder dan 24 uur zouden we in elkaars bijzijn overgeven en oncontroleerbaar huilen.

Op de eerste dag kwamen we aan bij het retraitecentrum, op het platteland iets meer dan een uur van Johannesburg. Het centrum was omheind door torenhoge muren en beveiligingscamera’s. Iedereen was een beetje nerveus, alsof het de eerste schooldag was. In minder dan 24 uur zouden we in elkaars bijzijn overgeven en oncontroleerbaar huilen en zou al die nervositeit ons net zo vreemd zijn als slaap, een lekker ruikende adem, of een normaal bordje eten.

Fabian is het brein achter de retraite. Hij is een Duitser die veel geld verdiende als financiële man in Londen, om het vervolgens allemaal weer uit te geven om sjamaan te worden in de Peruaanse jungle. Fabian heeft zo vaak ayahuasca gedaan, dat het bij hem niet meer werkt, vertelt hij. Stel je voor: de eerste keer dat ik ayahuasca probeerde, dacht ik dat ik dood zou gaan. Het is zo sterk dat sommige mensen zichzelf onderschijten. Zo sterk dat je je kunt voorstellen hoe het is om weer terug in de baarmoeder te zijn, de druk voelt van alle kanten als je het baarmoederkanaal verlaat en de wereld weer inschiet. Voor Fabian is een kop rooibosthee nog spannender. Je komt op een punt dat de Moeder je alles al heeft verteld wat je moet weten en je niet meer kan vertellen, zegt hij.

Fabian is nogal een cultheld in psychedelische kringen, en past met zijn lange haar, baard, en groezelige t-shirt dat hij dagen achter elkaar draagt perfect in dat plaatje. De deelnemers zijn dol op hem. Hij is ongelofelijk charismatisch, zo charismatisch dat je jezelf erop betrapt dat je aan zijn lippen hangt tijdens zijn vele lezingen.

Fabian bereidt shotjes van mescaline. Foto’s met dank aan de auteur

“Hij is zeker niet op zijn mondje gevallen,” zeg ik tegen Jana, een Duits meisje met een tatoeage van haar overleden kat op haar schouder. (“Renate 1996-2012”).

“Ik zou willen dat hij nooit zou stoppen met praten,” antwoordt ze, terwijl ze wegloopt.

Jana heeft, zo ontdek ik later, haar huis opgezegd zodat ze de afgelopen zes maanden ceremonies van Fabian over de hele wereld kon bijwonen. Haar droom is dat Fabian haar zal aannemen als zijn leerling.

Fabian en zijn vrouw Nicole hebben zich in Zuid-Afrika gesetteld, omdat ze dol zijn op het land, maar ook omdat het een stuk veiliger is om hier een drugsretraite te runnen dan in Europa of Noord-Amerika. Mescaline is illegaal in de Verenigde Staten en wordt in het Verenigd Koninkrijk gezien als een klasse A-drug. En de werkzame stof in ayahuasca, DMT, is in Noord-Amerika net zo illegaal als heroïne. Ook in Nederland staan DMT en mescaline op Lijst 1 van de Opiumwet (al is het wel weer legaal om een mescalinecactus te hebben). Fabian is nooit in aanraking gekomen met de politie. Dat komt doordat hij het slim aanpakt, maar ook doordat er in veel landen geen wetgeving is voor natuurlijke hallucinogenen als mescaline. In Zuid-Afrika wordt DMT wel geclassificeerd als een Schedule 7-drug, wat betekent dat het een gereguleerde stof is met dezelfde wettelijke status als heroïne of zware pijnstillers.

Fabian kweekt sommige van de planten om de drugs te maken zelf – ook al noemt hij het een medicijn. De rest krijg hij opgestuurd via de post van een connectie die hij heeft in de Peruaanse jungle. Als hij niet bij de retraite in Zuid-Afrika is, dan houdt hij ceremonies in New York, Londen, Berlijn, en waar er ook maar vraag naar is. In 2014 heeft hij bijna 250 van deze evenementen gehouden.

Een uur later zit ik aan de andere kant van het gebouw op het grasveld een sigaret te roken en vraag ik me af wat me als eerste gaat irriteren: de drugs, de honger, of de slechte wifi-verbinding.

De eerste avond lopen we de ceremoniekamer binnen, die normaal gesproken wordt gebruikt als yogastudio, gaan we op matrassen liggen met kotsemmers ernaast, en nemen we onze eerste dosis ayahuasca, terwijl Fabian een nummer afspeelt met oerwoudgeluiden uit een paar kleine boxjes. Ik ben een beetje bekend met ayahuasca en weet wat me te wachten staat. Binnen een half uur zie ik fractalen, Azteekse patronen, en de steeds irritanter wordende muziek is nu een deel van mij geworden net als mijn eigen hartslag. Een uur later zit ik aan de andere kant van het gebouw op het grasveld een sigaret te roken en vraag ik me af wat me als eerste gaat irriteren: de drugs, de honger, of de slechte wifi-verbinding.

De volgende ochtend tijdens het ontbijt praten mensen over hun ervaringen. Sommigen zijn een beetje teleurgesteld door de eerste avond. Ze hebben allemaal een paar duizend euro betaald om hier te zijn. Een jongen, Bill, is bijzonder enthousiast over het hele gedoe. Hij lijdt aan extreme rugpijn als gevolg van een auto-ongeluk dat hij twintig jaar geleden had. De artsen hebben tegen hem gezegd dat hij genezen is, maar Bill heeft op de een of andere manier nog steeds last van pijn.

“Iets in mij wil zich slecht voelen,” zegt hij. “En ik weet niet wat het is, maar ik hoop dat dit het verhelpt.”

Ik vraag aan Bill wat hij in het dagelijks leven doet. “Ik woon in een omgebouwde garage en betaal nauwelijks huur, dus ik doe niet zoveel,” vertelt hij. “Vroeger deed ik meer,” vertelt hij verder, “maar toen was er mijn rug en tsja…” Hij valt stil. “Dit is moeilijk voor me,” fluistert hij in zijn handpalmen, “ik heb al een lange tijd niet meer met zoveel mensen gepraat.”

Fabian is een van de weinige sjamanen die zijn eigen ayahuasca kookt. Het ruikt naar gekookt schoenleer

Die avond nemen we allemaal weer ayahuasca. Bill neemt dubbele en daarna driedubbele shotjes. Het is onmogelijk om te zeggen hoeveel precies, omdat ik high ben en een soort van emotionele incontinentie ervaar. Ik huil en begin op hetzelfde moment te lachen. Maar ik ben er zeker van dat ik Bill minstens twee keer van zijn matras heb zien opstaan om een nieuwe dosis te halen bij Fabian. Hij waggelt als een boxer die een aantal flinke klappen heeft gekregen. Ik kan niet stoppen met lachen. Fabian lacht ook. Hij rent giechelend door de ceremoniekamer. Op een gegeven moment vraag ik om meer ayahuasca, maar als Fabian naar me toe komt met al zijn gegiechel, lijkt zijn gezicht precies op de grijns van Aphex Twin in Windowlicker. Ik zit gelijk weer in een diepe hallucinatie, en plof weer neer op mijn matras.

Mijn hallucinatie: ik struikel door dikke bananenbladeren terwijl ik een vos achter na zit die eigenlijk uit hout is gesneden. Elke keer als ik bij hem in de buurt kom, veranderen de bananenbladeren in takken of lange grassprieten, of reusachtige vleugels en dan verlies ik de vos uit het oog. Ik zie ook mijn moeder. Ze snelwandelt door de straat waar ik ben opgegroeid, wat vreemd is omdat ze zoiets nooit zou doen. Dan komt de vos weer terug en moet ik overgeven.

“Ayahuasca is een diepe, meeslepende, en ontwrichtende ervaring, terwijl mescaline pure vreugde is in een vettig borrelglaasje.”

In de ochtend nemen we mescaline. Het idee achter de methode om de twee drugs zo snel achter elkaar te nemen, is dat ze elkaar aanvullen. De een is de Moeder, de ander is de Vader. Ayahuasca is een diepe, meeslepende, en ontwrichtende ervaring, terwijl mescaline pure vreugde is in een vettig borrelglaasje. Fabian legt uit dat het je daadwerkelijk net zo kan laten voelen als de cactus waar het uit voortkomt, en de rest van de middag zitten wij bleekscheten met onze armen in de lucht als cactustakken te wachten totdat de hete Afrikaanse zon ondergaat.

Voorbij het zwembad, waar ook een boerderij ligt, zie ik Jana. Ze heeft een steen in haar armen die ze heen en weer wiegt en af en toe aait. In de verte zie ik een jongen die Keith heet. Hij had me eerder verteld dat hij met de koeien wilde gaan praten. Met een ontbloot bovenlijf en op blote voeten, en met een kale kop die eruitziet als een besneden eikel, loopt hij steeds weer tegen het schrikdraad aan en krijgt hij een elektrische schok. Hij giechelt net zoals Fabian dat deed. Naast mij is een meisje, aan wie ik nog niet ben voorgesteld, aan het kokhalzen op het grasveld. Ze is Duits. Ze heeft blond haar en draagt een Thaise vissersbroek, en kan niet ouder zijn dan 25 jaar. Tussen het kokhalzen door komt ze naar me toe en zegt ze met een mond die onder het braaksel, spuug en zweet zit: “Dit is me zeker wel een goede genezing.”

Opeens heb ik een verschrikkelijke gedachte: ik heb me per ongeluk aangesloten bij een sekte en mijn wifi-verbinding is te slecht voor RoutePlanner, Airbnb en Skyscanner om me in veiligheid te brengen.

We eten de hele dag niet. Er zijn twee redenen waarom Fabian dit doet: een is dat jezelf vrijwillig uithongeren je leert om discipline te hebben. Twee is dat hongerige mensen meer kneedbaar zijn. Als je niks in je maag hebt, dan werken de drugs beter en biedt je minder weerstand. Ik heb een voorraad aan noten, chocolade en rijstwafels in mijn tas zitten. Ik heb besloten dat ik het medicijn wel aankan, maar een constant hongergevoel niet. Om geen argwaan te wekken, sluis ik de noten uit mijn tas voorzichtig door naar mijn broekzakken en eet ik ze daarna in de badkamer op terwijl de douche aan staat.

Elke ochtend en avond, voordat we onze volgende dosis medicijn nemen, geeft Fabian of Nicole ons een lezing. De lezingen duren lang. Ze praten over het afbreken van het ego, de controle overgeven aan de Moeder of de Vader. De kracht van het geneesmiddel om ziekte te genezen en verslavingen te verhelpen.

“We hebben nog geen noot ontmoet die we niet kunnen kraken,” zegt Nicole. Iedereen lacht.

Die avond kickt de ayahuasca in zoals dat altijd gaat in het begin: fractalen, vervorming van geluid, en het verbonden gevoel dat je krijgt als je aan de mdma en paddo’s zit, waarbij objecten veranderlijk en vloeibaar worden en je voelt dat jij jij bent, en dat je hetzelfde bent als alle andere mensen in de ruimte, jij bent de maan in de hemel, en je bent zelfs de kots in de emmer tussen je benen.

Ayahuasca is euforisch en meeslepend en onthullend. Maar het speelt ook in op je herinneringen en brengt beelden uit je verleden tot leven, dingen waar je liever niet aan denkt. Een ex-vriendin verschijnt op een avond in mijn gedachten en ik voel een sterke neiging om haar een brief te schrijven om me te verontschuldigen.

We worden wakker en nemen weer mescaline. Je krijgt een hele grappige high van mescaline en hoewel Fabian ons instrueert om in de ceremoniehal te blijven en te mediteren op het genezende effect van de drug, doen de meesten dat niet. Het zou makkelijker zijn om een kind een speeltje te geven en tegen hem te zeggen dat hij er niet mee mag spelen. Ayahuasca is verbonden met de dood en het verleden; mescaline is zonneschijn en licht. De meesten van ons gaan naar buiten en voeren gesprekken alsof we op een after zijn. Ken je dat moment waarop twee mensen het voor elkaar krijgen om zo lang zo intensief te praten over een of ander klein onderwerp, dat ze niet eens doorhebben dat de ruimte steeds meer leegloopt en iedereen naar huis gaat? Ik praatte minstens een uur over het Ethiopische vliegveld van Addis Ababa met een meisje uit Toronto, ook al was geen van ons daar ooit geweest – als de kers op de taart was haar uiteindelijke conclusie over het onderwerp: “Het is in Mali, toch?”

Terug in de ceremoniehal is Janna, die van de dodekattentatoeage, door een hel aan het gaan. Ze zit op haar knieën, met haar hoofd in een kotsemmer. De rest van ons is buiten aan het lachen, naar onze handen aan het staren of de stenen aan het aaien. Mescaline is optimistische drug die ik ooit heb genomen, en het is hartverscheurend om te zien dat iemand er niet van geniet.

Terwijl het zwembad wordt schoongemaakt, slapen we onze mescalineroes uit

Rond de vijfde dag is de retraite in volle gang. Mensen worden een beetje raar als ze geen eten in hun maag hebben en elke dag twee dosissen psychedelische drugs achterover kieperen. Bill ligt op zijn rug in het gras. Hij zwaait met zijn armen en benen in de lucht als een schildpad die ondersteboven ligt. Bill nam vanochtend wat eruit zag als een limonadeglas vol mescaline. Ik vroeg hem of hij hulp nodig had om op te staan en hij lachte alleen maar terug. “Het werkt,” zegt hij. “Dit prachtige godverdomde bootcamp werkt echt.”

Ik rook een sigaret met een gozer uit Londen die Mark heet. Hij zag me eerder op de dag de douches uitkomen met een mond vol rijstwafel. Hij lachte en bood me een halve banaan aan, dus ik ging ervan uit dat ik hem kon vertrouwen.

“Ben je niet een beetje bang dat we nu bij een sekte zitten?” vroeg ik aan hem.

“We horen inderdaad bij een sekte,” zegt Mark. “Maar zo moeten deze dingen ook gewoon zijn. Ze werken alleen als je er met volle overtuiging in gelooft. Als je er niet 100 procent voor gaat, kan je net zo goed niet meedoen. Het is net als een afkickprogramma.”

Mark zal het wel weten. Hij was zo verslaafd aan cocaïne dat hij sommige buurten in Londen vermijdt omdat hij bang is dat hij zich dan toch weer laat verleiden. Om bij het vliegveld te komen voor deze reis moest hij een omweg maken van een uur.

“Ik ben net als jij een cynisch mens,” zegt Mark. “Maar ik weet ook dat ik behoorlijk verknipt ben en daarom moet ik erin geloven dat dit gaat werken.”

Ik besloot dat ik niet zo verknipt ben; ik ben gewoon een hopeloos nieuwsgierige journalist. Terwijl de rest van de mensen naar de ceremonieruimte sjokte, glipte ik het terrein af en hield ik de eerste de beste auto aan. Ik vraag de bestuurder waar de dichtstbijzijnde eettent is. Hij zet me af bij de deur van een fastfoodrestaurant. Ik bestel een vegetarische burger, friet en een chocolade- en bananenmilkshake. De maaltijd van een deserteur. Ik eet en krijg vervolgens buikpijn. Buiten op straat komen Zuid-Afrikanen terug van werk. Ze lopen langs de markt met manden vol aardappelen. Een kind fietst te snel door de menigte heen. Hij scheert rakelings langs een vrouw en zij schreeuwt moord en brand. C’est la vie.

Ik lift terug naar het terrein. Jana struint in het donker door de tuin. Tijdens de ceremonie is het gebruikelijk om wit te dragen – zo kan de sjamaan je zien in het donker. Maar het probleem met wit is dat kots- en grasvlekken moeilijk te verbergen zijn. De rug van Jana’s lange witte jurk is bedekt met afdrukken van modderige hondenpoten. Jana loopt naar me toe en zegt met onvervalste oprechtheid: “De Moeder sprak net tegen me. Ze zei dat je terug moet komen naar de ceremoniekamer. Je moet niet meer bang zijn, Colin. Alles zal goed komen.”

“De Moeder noemde me Colin?” vraag ik. Ze knikt. Ik ga naar de badkamer, zet de douche aan en prop me vol met studentenhaver.

Op dit punt zijn er twee soorten mensen bij de retraite: degenen die nauwelijks op hun benen kunnen blijven staan en degenen die opgewekt rondhuppelen. De eerste groep lijdt door een gebrek aan eten. Ze lopen rond alsof ze wekenlang onder het puin hebben gelegen. Hun tongen hangen uit hun mond. Als ze praten, komt er enkel gebrabbel uit. De tweede groep rent om ze heen met een grijns van oor tot oor. Ze scheppen op dat ze geen honger hebben, niet moe zijn, zich nog nooít zo goed hebben gevoeld; zo vrij en zo levend. Maar ze zullen even hard naar de klote zijn zodra de mescaline begint uit te werken.

Ik ben duidelijk de enige cynicus op de retraite. Ik praat met Fabian erover en leg uit dat dit misschien niet iets voor mij is. Dat ik er niet aan moet denken om weer terug naar de ceremoniekamer te gaan — de kots, de lichamen, het gejammer en het gehuil – het wordt me allemaal te veel. Fabian begrijpt het. “Sommige mensen hebben meer nodig,” zegt hij. “We gaan je niet dwingen om het medicijn te nemen.”

Toen hij dat zei, voelde ik me opgelucht. Hoewel ik ergens wel wist dat hij me niet zou dwingen drugs te nemen, was ik door de groepsdruk, de uitputting en de lichte paranoia die je krijgt als je een week lang niet eet en veel psychedelische drugs gebruikt even aan het twijfelen geraakt.

“Maar je wil nog steeds iboga proberen?”

“Jazeker”, zei ik.

Anthony, een leerling-sjamaan, geeft een van de deelnemers een knuffel

Dus nam ik de volgende dag in mijn eentje iboga op het grasveld in de schaduw van een boom, terwijl de rest van de groep in de ceremoniekamer was. Net als alle planten die we de afgelopen week hebben ingeslikt, smaakt iboga verschrikkelijk.

Fabian lost het op in water en ik giet het naar binnen. Iboga staat bekend als een wondermiddel tegen heroïneverslaving – iets in de psychoactieve samenstelling reset de opiatenreceptoren in het lichaam. Als je het goed gebruikt, kan je voor de rest van de dag uitgeschakeld zijn. De Grootvader, zoals iedereen het noemt, is het hoogtepunt van de retraite. Het brengt je in een staat waarin het lijkt alsof je droomt terwijl je wakker bent. Sommige mensen beweren dat ze daadwerkelijk met de drug kunnen praten, dat ze de Grootvader vragen kunnen stellen en de drug feedback kan geven op de keuzes die ze in hun leven hebben gemaakt. Tommy, een jonge gast uit Berlijn, heeft het al vijf keer genomen. Hij zegt dat elke keer als hij het neemt, de Grootvader hem weer een snipper informatie geeft over de vrouw van zijn dromen.

“Ken je haar dan?”

“Oh ja, ik heb haar ontmoet,” zegt hij.

“En heb je met haar gesproken?”

“Ja,” zegt hij. “Ik vertelde haar wat de Grootvader zei.”

“En?”

“Ze vindt het vreemd.”

“Dat zal vast wel.”

“En dat ik een beetje raar ben, maar de Grootvader zei al dat ze dat zou zeggen.”

Weg van de ceremonie, op het gazon, begint de iboga te werken en het voelt als cocaïne van hoge kwaliteit. Ik ben scherp, mijn ogen en oren kunnen zich op alles focussen. Op de een of andere manier kan ik de lokroepen van verschillende vogels onderscheiden. Al mijn zintuigen zijn scherper. Dit is niet de zachtaardige sensatie van een zijn met jezelf, zoals je krijgt met ayahuasca. Door iboga voel ik me alsof ik het meest krachtige wezen in het universum ben, dat alles en iedereen aankan. Maar de vreetkick komt ook hard aan, dus ik lift weer naar het fastfoodrestaurant waar ik wederom een vegetarische burger met frietjes eet. Dit keer bestel ik zelfs een tuttifrutti-milkshake als toetje. Als ik ga plassen, ziet mijn pis eruit als een soort gouden vlammen. Ik ben echter al acht dagen aan het hallucineren dus stoort dit me niet meer zoveel.

Eenmaal terug op het terrein, begint het eruit te zien als een scene uit Dawn of the Dead. Sommige mensen zitten nog steeds in de ceremoniekamer, terwijl anderen hun blote voeten over het gazon slepen of ingezakt in de tuinstoelen zitten. Ze proberen sigaretten te maken van tipjes en tabaksgruis. Niemand heeft het naar zijn zin. Het geluid van kokhalzen klinkt overal en het is luider dan een scheepshoorn. Het houdt maar niet op. Pas de volgende middag is het stil.

Op de laatste dag mogen we weer eten. Dit moment zou speciaal moeten zijn, maar iedereen zit in een dip. De Grootvader is blijkbaar niet op komen dagen. Fabian probeert iedereen te kalmeren, door te zeggen dat de planten nog lang na deze week zullen blijven werken. Voor de mensen die hun huizen hebben achtergelaten, hun baan hebben opgegeven en minimaal 3000 dollar hebben uitgegeven, is dit een schrale troost.

Jana komt naar buiten en beweert dat ze de hele week niets heeft gevoeld. Ze heeft het geen enkele keer voor elkaar gekregen om te hallucineren. “Ik denk dat dat komt omdat ik kots zodra de planten mijn mond raken,” zegt ze. “Alleen eraan denken, maakt me al misselijk.”

Sommige mensen ervaren echter een oprechte transformatie. De jongste persoon die erbij is, had nog nooit iets sterkers genomen dan alcohol voordat hij hier arriveerde. Hij zegt dat hij aan het trainingskamp deelnam omdat hij zich gedistantieerd voelde van de rest van de wereld. Ik antwoord dat ik nog nooit een twintiger heb ontmoet die zich niet gedistantieerd voelt van de wereld. Hij kijkt om zich heen alsof hij net verliefd is geworden. “Ik weet niet hoe ik dit aan mijn familie moet vertellen,” zegt hij. “Ze gaan me nooit geloven.”

Om eerlijk te zijn, weet ik ook niet hoe ik mensen hierover ga vertellen. Mijn voornaamste indruk is dat er iets niet klopt. Dat Fabian misbruik maakt van mensen die al lange tijd naar de klote te zijn. Door de drugs Moeder, Vader en Grootvader te noemen, heeft hij een trio van autoriteiten gemaakt voor mensen die liever niet verantwoordelijk willen zijn voor hun eigen levens. Zo zag ik het toen ik aan dit artikel begon, maar na een paar weken kreeg ik emails van andere deelnemers:

“Alles wat me tegenhield om oprecht gelukkig te zijn en de vrouw te worden die ik wilde zijn, heb ik losgelaten en ik ben dankbaar in elke vezel in mijn lichaam.”

Of deze:

“Ik nam lange tijd 60 milligram Prozac en minimaal 80 milligram Ritalin omdat ik mijn hele leven ADHD had en depressieve neigingen. Dit had allemaal te maken met mijn moeizame relatie met mijn moeder, die bipolair is en een alcoholist. Sinds de retraite heb ik de medicatie opgegeven en ik heb me nog nooit zo goed gevoeld.”

En dan deze:

“Ik voel me herboren.”

De eerste keer dat ik LSD nam, was ik met vrienden in een slaapkamer. Ik kan me niet eens de muziek herinneren, maar wat ik nog wel weet, is dat ik dacht dat niets hierna nog hetzelfde zou zijn. Ik was ook bang dat de trip nooit meer over zou gaan of dat een van ons gek zou worden. Wat het psychedelische trainingskamp ons bood was een omgeving die veilig aanvoelde, waar werd gelet op introspectieve ervaringen. Een plek die, zoals geadverteerd, transformatie garandeert.

Meerdere mensen zeggen dat ze bevrijd zijn van hun ongerustheid. Ze kunnen hun angst eindelijk loslaten en voelen dat ze controle over hun eigen leven hebben.

Van de 25 mensen die meededen, voelde bijna iedereen iets in zichzelf veranderen. Het is niet duidelijk of dat nou kwam door ondervoeding, doordat ze een time-out namen van hun routines, deel uitmaakten van een groep of gewoon het genezingsproces van negen dagen lang psychedelische drugs innemen. Ik heb valsgespeeld door hamburgers te eten en sommige medicijnen over te slaan, maar ik merkte toch hoe het een hoop onnodige stress uit mijn leven wegnam.

Jana klaagde weken later nog steeds dat ze niet kon slapen, dat ze depressief was en een soort magische palindroom had ontdekt die een nieuwe missie voor haar had uitgestippeld. Ze had ook een andere sjamaan gevonden, die hasj bij zijn ceremonies gebruikte. Ze zei dat ze dat maar eens keer ging proberen.