Drugs

Ik vluchtte naar Europa om opnieuw te beginnen, maar verkoop nu wiet in een park

trafic de droguri berlin, african refugiat sahara

De 23-jarige Jawara werd geboren in Gambia, stak de Sahara over om uiteindelijk Duitsland te bereiken en zat tijdens zijn reis zelfs even vast in een Libische gevangenis. Hij wist Duitsland te bereiken, maar zijn asielaanvraag werd afgewezen. Sindsdien is hij drugs gaan dealen in het Görlitzer Park in Berlijn – iets wat hij eigenlijk helemaal niet wil, maar uit noodzaak wel moet doen om te overleven.

We vroegen hem naar zijn reis, zijn huidige situatie en zijn dromen.

Videos by VICE

VICE: Hé Jawara, waar kom je precies vandaan?
Jawara:
Ik kom uit Gambia, aan de Atlantische Oceaan. Ik heb een normale jeugd gehad, helemaal niet zo slecht. Ik behoor tot de Soninke-stam, maar ik beschouw mezelf als wereldburger. Als we dezelfde manier van denken hebben en gewoon met elkaar kunnen omgaan, dan is het goed – ik geef niets om je nationaliteit of stam.

Waarom wilde je weg?
In Gambia heeft iedereen dezelfde mentaliteit – iedereen wil reizen, naar Europa of Amerika. Iedereen ziet hun broers gaan en succes hebben en denkt erover om ook te vertrekken, zonder precies te weten wat hen allemaal te wachten staat.

Voor sommigen was dit het niet waard. Je moet door de Sahara trekken, de zee oversteken en als je hier dan eindelijk bent, moet je jezelf nog bewijzen. Het kost enorm veel moeite, en als je al die moeite thuis ergens in had gestoken, had je daar echt iets kunnen doen.

Was het voor jou moeilijk om hier te komen?
De Sahara oversteken was verschrikkelijk, bro. Het was een lange reis, die vier maanden duurde. We stonden op elkaar gepropt in een pick-uptruck. Als je ervan afvalt, stopt niemand om je weer op te pikken – dus dan ben je zo goed als dood. De chauffeurs waren Arabieren. Ik ging door Senegal naar Mali, toen via Niger naar Libië, de zee over naar Italië en door Zwitserland naar Duitsland. Het was echt een belevenis. In elk land zag ik wel weer iets wat ik nog nooit eerder had gezien.

Van Gambia naar Libië ging snel – zo’n drie weken. In Libië werd ik gearresteerd, maar niet door de politie of het leger, want die waren er toen eigenlijk niet. Deze mensen waren rebellen die hun zakken wilden vullen en ons ontvoerden. Ik heb drie maanden opgesloten gezeten in Libië, totdat mijn familie omgerekend zo’n 1000 euro aan losgeld aan hen betaalde. Ik heb daar ook wat vrienden verloren – het was zo echt verschrikkelijk dat je je het niet kunt voorstellen. Er was op dat moment geen burgeroorlog, maar het leek wel zo. Het was er echt niet veilig.

We hoopten allemaal op een beter leven toen we hier naartoe gingen, maar je wordt teleurgesteld, omdat Europeanen denken dat je je moet bewijzen als je Afrikaan bent en hier komt. Maar waarom zouden we dat moeten?

Denk je nog weleens terug aan je reis?
Soms wel, omdat sommige vrienden het niet gehaald hebben. Sommigen stierven onderweg – vrienden van thuis, uit dezelfde buurt, met wie ik samen at, alsof we familie waren.

Hoe was het om te wachten op de uitspraak over je asielaanvraag?
Ik leefde niet op straat, maar in een asielzoekerscentrum in Karlsruhe. Ik kreeg wat geld van de overheid, wat prima was. Karlsruhe is oké, maar niet multicultureel zoals Berlijn.

Wat gebeurde er uiteindelijk?
Ze zeiden nee tegen mijn asielaanvraag. Ik moest eigenlijk een advocaat nemen, maar dat was nogal lastig. Na twee weken zeiden ze dat ik mijn paspoort mee moest nemen en dat ze me naar huis zouden sturen, dus toen ben ik maar gewoon weggegaan. Zo ben ik in Berlijn terechtgekomen. Nu krijg ik niets meer van de overheid. Alles wat ik heb, heb ik zelf verdiend. Ik werk en betaal voor waar ik woon en wat ik eet.

Waar ben je goed in?
Iedereen die hier komt heeft een talent, maar ze geven ons niet de kans om dat te benutten. Ik ben zelf eigenlijk een automonteur – ik ben echt goed met auto’s. Maar ze beoordelen je op basis van je land. 

Toen ik net in Berlijn was, wilde ik niet stelen, dus ik ging de straat op om te hosselen. Als de mensen op straat goed ondersteund zouden worden, een plek zouden hebben om te leven en naar school kunnen, zal je hen echt niet meer op straat zien. Niemand wil op straat leven. We verdienen allemaal een normale baan, een normaal leven. 

Wat voor drugs verkoop je allemaal?
Vooral wiet, want daar staat het park om bekend. Maar als iemand speed, coke of pillen wil, heb ik dat ook.

Hoe gaan de zaken?
Tijdens de pandemie waren er nauwelijks toeristen en kostte het me veel meer tijd om mijn voorraadje te verkopen. Maar ik heb wat vrienden hier, met wie ik in het park chill. En er zijn nog steeds af en toe mensen die iets nodig hebben – meestal buitenlanders of mensen van buiten de stad. 

Verdien je veel geld?
Wat is veel? Ik heb genoeg voor mezelf en mijn familie – ik heb een kindje. Ik heb genoeg om wat mooie kleren te kopen, maar ik word er niet rijk van. Nu de toeristen er niet zijn, heb ik geluk als ik 200 euro winst maak. En dat is dan op een goede dag.

Heb je weleens problemen met de politie?
Je moet gewoon voorzichtig zijn. Soms pakken ze je voorraadje wel af en noteren ze je naam niet eens – dan stoppen ze het in hun zakken en gaan ze weer.

Hoe je band met de andere jongens op straat?
Er is geen rivaliteit tussen ons Afrikanen, maar de Arabische gasten mogen ons niet. Ze proberen altijd te vechten hier in Kreuzberg en werken ons tegen, maar wij zijn sterker dan zij. Ze zijn gewoon jaloers – althans, dat is hoe ik het zie. De Arabieren hebben wel een groot netwerk, maar bij ons werkt het niet zo. Ik werk in m’n eentje. Ik koop m’n voorraad, verkoop die, pak mijn winst en ga weer verder.

Hoe zie je de toekomst voor je?
Elke dag is stressvol als je niet in het systeem zit. Je moet elke dag werken en overleven. De zwarte jongen uit Afrika heeft geen enkele kans, zelfs vergeleken met Syriërs. Maar onze kleur zal nooit veranderen – die zullen we voor altijd hebben. Hoe dan ook, het is tijd om te gaan, ik moet weer hosselen.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE UK.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.