Jessica Wade begon in haar tienerjaren ecstasy te gebruiken, en begon al snel daarna met dealen. In de vroege jaren ‘90 waren zij en haar groep de grootste leveranciers van ecstasy in de grote clubs van Dublin, maar toen ze in aanraking kwam met heroïne belandde ze in een neerwaartse spiraal die ertoe leidde dat ze werd gearresteerd en een drugssmokkelaar werd. Wade is nu al 14 jaar aan het herstellen en werkt in de verslavingszorg. Haar verhaal wordt verteld in de Engelse documentaire Dublin Narcos.
Ik weet nog dat ik druipend van het zweet op een vlucht naar Dublin zat, met duizenden ponden aan heroïne en crack in me en aan mijn buik gebonden. Er was geregeld dat ik op dezelfde dag naar en van Dublin zou vliegen om de lading aan iemand op het vliegveld te geven. Ik werd destijds door de politie gezocht, dus ik nam een enorm risico, maar m’n verslaving in stand houden was toen m’n hoogste prioriteit. In die tijd rookte ik de hele dag door heroïne, en in ruil voor mijn werk als drugssmokkelaar zou ik bij aankomst in Londen alle drugs tot mijn beschikking hebben die ik maar wilde.
Videos by VICE
Hoe ben ik hier beland? Ik denk dat het is begonnen toen ik iets van zeven was. Toen ik opgroeide in Ballyfermot waren drugs overal in onze gemeenschap – ze zaten in de familie. Voordat ik überhaupt echt begreep wat dealen was gooiden de volwassenen in mijn huis drugs uit het slaapkamerraam en moest ik naar beneden rennen om het geld te verzamelen dat door de brievenbus werd geduwd.
Ik was 14 toen ik voor het eerst dronken werd en hasj begon te roken – ik stapte al snel over op ecstasy. Het was slechts twee jaar na mijn communie in de Rooms-Katholieke kerk, waar ik plechtig had gezworen dat ik nooit drugs zou doen, maar drugs werden door iedereen om me heen volledig genormaliseerd. Het was een natuurlijke ontwikkeling.
Ik herinner me de eerste keer dat ik aan de x de club binnenliep nog zo goed – het was een geweldig gevoel, iedereen was aan het pompen, je kon het zweet letterlijk proeven. Ecstasy voelde alsof een tovenaar je met een knip van zijn vingers naar een magische wereld transporteerde. Ik ben feitelijk met mijn vrienden gaan dealen omdat ik dit gevoel zo graag met anderen wilde delen. Ik was erg goed in onder woorden brengen hoe goed ik me erdoor voelde, dus ik danste rond en ontmoette nieuwe mensen aan wie ik het vertelde. Onze kleren waren geweldig, mijn haar zag er super uit: we creëerden een publiek en hadden al snel mensen aan de haak geslagen.
We bewaarden de x in Kinder Surprise-eitjes en liepen met uitpuilende zakken de clubs binnen. We verdienden zoveel geld dat ik volgens mij nog nooit zelf een maaltijd heb hoeven koken: ik ging altijd lekker uit eten, kocht veel nieuwe kleren en probeerde het geld eigenlijk zo snel mogelijk uit te geven omdat we het niet op onze bankrekening konden storten. Ik kreeg het zelfs voor elkaar om een geweldige auto te kopen en een aanbetaling te doen op een huis in een prachtig landgoed.
Naarmate de jaren verstreken werd de operatie steeds groter en steeds beter georganiseerd. We kregen doelen aangesteld voor hoeveel we op een nacht moesten verdienen, en we verkochten duizenden pillen. We konden ze niet in één keer mee naar binnen nemen, dus we moesten steeds heen en weer naar onze voorraad in een auto die vlakbij geparkeerd stond. Ik probeerde niet meer dan 5000 pond per keer bij me te hebben, maar de zakken van onze jaren ‘80 overalls puilden bijna elk uur uit van het geld, dus we bleven naar buiten gaan om het bij een van onze maten op een motorfiets te dumpen. De bewakers gaven ons geen problemen, die zaten ook in het complot, dus dat is hoe we ermee weg konden komen.
Alles veranderde toen ik op mijn zeventiende een kind kreeg. De periodes dat ik zwanger was van mijn twee kinderen waren ook de enige keren dat ik stopte met drugs gebruiken; zodra ze geboren waren ging ik alleen maar harder raven. Ik denk dat mijn langste feestsessie ooit van donderdag tot dinsdagavond was – ik had pas door welke dag het was toen me dat bij thuiskomst werd verteld. Op dat punt begonnen de drugs hun tol te eisen op mijn mentale gezondheid: doordat ik het moederschap, het dealen en het gebruiken probeerde te combineren ging ik alleen maar zwaardere drugs gebruiken.
De gouden regel van dealen was dat je van heroïne moest wegblijven, maar ik dacht altijd dat regels er waren om gebroken te worden. Ik was 18 of 19 toen ik het voor het eerst kreeg aangeboden, door een gozer die het op een after aan het roken was om met de comedown om te gaan. Toen ik eenmaal met heroïne in aanraking was gekomen kon ik er niet meer mee stoppen. Voordat ik het wist was ik een expert in high worden van heroïne en rookte ik het elk moment dat ik kon – ik was vaker stoned dan nuchter.
Ik heb het nooit in het bijzijn van mijn kinderen gedaan, maar ik sloot mezelf thuis op in de badkamer en deed het terwijl ze in de buurt waren. Mijn verslaving werd in een hele korte tijdsspanne compleet onhandelbaar. We dachten dat we machtig en onaanraakbaar waren, maar heroïne had de leiding overgenomen.
Toen ik 23 was werd ik door de politie gesnapt toen ik 30 gram heroïne wilde oppikken – ik had geluk dat het alleen maar mijn wekelijkse persoonlijke voorraad was. Mijn kinderen waren ongeveer vier en vijf jaar oud toen ik uiteindelijk voor de rechter moest verschijnen. Ik zal het moment dat ik de rechtszaal inliep nooit vergeten. Mijn vader was erbij om me bij te staan, en hoewel we wisten dat ik zou worden veroordeeld, hadden we niet door dat ik diezelfde dag nog de gevangenis in zou moeten gaan. Toen mijn vader dit ontdekte, keek hij naar me en zei, “Rennen!” Ik holde met zweterige handen de rechtszaal uit, ervan overtuigd dat ik elk moment een hand op m’n schouder zou voelen die me terug zou trekken, maar dat gebeurde niet.
Ik sprak later die dag met mijn vader af, die me wat geld gaf en zei dat ik uit Dublin moest vertrekken. Ik gaf hem een knuffel, werd vervolgens knetterstoned en bevond me toen ineens op een veerboot naar Holyhead in Wales. Mensen met wie ik op de boot praatte vertelden me dat er veel Ieren in Londen waren, dus ik ging daar naartoe en vond al snel een nieuwe drugscrew: dat was het moment dat ik met crack en methadon in aanraking kwam.
Na tweeëneenhalf jaar in Londen werd ik na een roekeloos bezoekje aan huis om mijn familie te bezoeken gearresteerd en moest ik mijn gevangenisstraf met extra tijd uitzitten. Drie jaar later liep ik de gevangenis uit, zonder enig idee wat ik met m’n leven moest doen. Ik had tijdelijk verlof, onder de voorwaarde dat ik me een paar keer per week bij de gevangenis en het politiebureau meldde, maar ik hield me nergens aan en sloeg weer op de vlucht.
Het werd pas echt een puinzooi toen ik weer naar het VK terugkeerde. Nadat ik in de gevangenis nieuwe contacten had gemaakt en op nieuwe ideeën om geld te verdienen was gekomen werd ik een drugssmokkelaar, en smokkelde ik drugs vanuit het VK terug naar Dublin. Ik vraag mezelf nog steeds af waarom ik mezelf in zulke situaties heb gebracht. Ik had in Ierland kunnen blijven, mijn straf kunnen uitzitten en de relaties met mijn kinderen opnieuw kunnen proberen op te bouwen, maar dat deed ik niet – ik koos voor zelfvernietiging.
Ik werd eigenlijk gewoon gegroomed. Deze dealers gaven me een dak boven m’n hoofd en hielden mijn verslaving in stand, dus ik hoefde me nooit zorgen te maken over aan drugs komen – maar uiteindelijk was het mijn eigen keuze. Ik ben de tel kwijt geraakt van hoe vaak ik wel niet de grens over ben gegaan met smokkelwaar; soms kreeg ik een schoolmeisjesuniform aan om er zo onschuldig mogelijk uit te zien. Ik werd altijd volgestouwd met dihydrocodeïnepillen, een opiaat die op codeïne lijkt, omdat ik niet stoned mocht worden tijdens mijn smokkelreizen. Alles werd voor me geregeld en ik ben nooit betrapt – ik heb geen idee hoe.
Daarna was ik binnen en buiten de gevangenis te vinden, en vijftien jaar na mijn eerste keer ecstasy had ik er genoeg van. Ik injecteerde en rookte zoveel heroïne en crack dat ik gewoon geen onderdeel van deze wereld meer wilde zijn. In het begin van december 2008 ging ik naar de kerk waar ik mijn communie had gehad met het plan om buiten te overdosen. Ik had al talloze keren daarvoor geprobeerd mezelf van kant te maken, maar ik werd elke keer net op tijd gevonden om gereanimeerd te worden – vaak terwijl de naald nog in mijn arm zat. Ik wilde dat deze keer de laatste zou zijn. De drugs waren gekookt, ik had de naald in aanslag, maar ik ging eerst de kerk binnen om een kaars voor mijn kinderen en ouders op te steken – het was mijn manier van sorry zeggen. Toen kwam er een vrouw naar me toe die haar hand op mijn schouder legde en zei: “Steek ook een kaars voor jezelf op.”
Wat ik toen ervaarde kan alleen maar worden omschreven als de liefde van God die mijn hart instroomde. Ik liep de kerk uit en gooide mijn drugs weg alsof ik ze begroef – er moest die dag iets sterven. Binnen twee weken zat ik bij een christelijk behandelingsprogramma waarbij ik een volledige ontwenning moest doormaken, ik kon het niet stukje bij beetje doen. De eerste week kwam ik in een psychose terecht, maar langzamerhand kreeg ik beide benen weer op de grond. Ik had een hogere macht in mijn leven nodig, en God vervulde die rol voor me.
In totaal heb ik 27 maanden in twee verschillende behandelingscentra doorgebracht. Op dat punt waren mijn ouders mijn kinderen al aan het opvoeden, dus zij waren in orde. Ik gaf mezelf toestemming om beter te worden – het werkte.
Ik ben nu al 14 jaar aan het herstellen, en ik ben nog steeds de relaties met mijn familie aan het repareren. Ik werd niet bepaald met open armen door mijn kinderen ontvangen, maar ze houden van me en respecteren me voor de veranderingen die ik heb doorgemaakt. Ik ben terug naar de hogeschool gegaan en heb heel hard gewerkt om hier als behandelaar van verslaving te eindigen: door anderen te helpen blijf ik zelf ook met beide benen op de grond; het is een constante herinnering aan wie ik was, en het laat me nooit vergeten waar ik vandaan ben gekomen.
Er zijn hele jaren van mijn leven die ik me niet meer herinner, maar ik heb nu een leven opgebouwd waar niet meer van wil ontsnappen – het leven is niet perfect, maar het is perfect voor mij. Het is goed om bevrijd te zijn van de greep die drugs over me hadden. Ik heb gunst en genade meegemaakt in mijn leven, en ik neem het niet voor lief – ik weet dat ik uit een hels leven ben ontsnapt.
_Dit artikel verscheen oorspronkelijk op VICE UK.
_
Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.