Twee VVD-kamerleden dienden onlangs een motie in waarin ze pleiten voor onderzoek naar politieke overtuiging onder wetenschappers. Ze hebben het gevoel dat het linkse gedachtegoed overheerst in de wetenschap en ze zijn bang dat de wetenschappelijke resultaten hierdoor beïnvloed worden. Linkse rakkers produceren linkse wetenschap, is het idee.
Het was groot nieuws de afgelopen twee weken: “Wetenschappers zouden zich meer moeten blootstellen aan andere denkbeelden,” schrijft socioloog Eric Hendriks in NRC. “Het onderwijs verlinkst,” op de TPO. “Vooral rooie rakkers op de academie. Is dat erg?”, vraagt de Volkskrant zich af. De motie is door de Tweede Kamer aangenomen, en het KNAW gaat dit onderzoek naar het schijnt uitvoeren.
Videos by VICE
Alle linkse partijen stemden tegen de motie, en alle rechtse partijen waren voor, wat het probleem alleen maar groter doet lijken. Net als de ‘Mainstream Media’ lijkt ‘De Wetenschap’ door en door gekleurd te zijn. Socioloog Hendriks schrijft daarom in het NRC-artikel dat zo’n onderzoek er moet komen, en daar ben ik het mee eens. Maar we moeten wel beter definiëren waar we het precies over hebben als we het over ‘de wetenschap’ hebben.
De motie van de VVD-kamerleden komt op een moment dat grote delen van de bevolking de zogenoemde gevestigde journalistiek niet meer vertrouwen.
En dat wantrouwen reikt verder dan journalistiek, en gaat over alle informatievoorziening. Mensen weten in de totale free for all van informatie die het internet is niet meer wat echte kennis is, en met welke feiten ze een coherent wereldbeeld kunnen bouwen. Het lijkt alsof kennis een kwestie van smaak is, en berichtgeving over linkse wetenschap, alternatieve feiten en post-waarheid maken dat alleen maar erger.
Als journalisten nepnieuws en alternatieve feiten echt zo’n bedreiging vinden, laat ze dan vooral genuanceerd zijn over wat wetenschap is.
Als journalisten nepnieuws en alternatieve feiten echt zo’n bedreiging vinden, laat ze dan vooral genuanceerd zijn over wat wetenschap is. Laten we wetenschap zo definiëren dat het alleen het onderzoek beschrijft naar dingen die we echt kunnen vaststellen. Zo blijft wetenschap onafhankelijk voor politieke interpretatie en blijft het helder wat feitelijk waar is. De acceptatie dat er een feitelijke waarheid is, en dat wetenschap de methode is om daarachter te komen, is namelijk het fundament waar het hele informatiekaartenhuis op balanceert.
Een journalist schrijft dat het wel “duidelijk is dat het niet om wis- of natuurkunde gaat maar over psychologie en sociologie,” maar als iedereen collectief alles wat met een universiteit te maken heeft Wetenschap blijft noemen, of het nu sociologie, psychologie, economie, filosofie of wiskunde is, dan is dat voor de meeste mensen natuurlijk helemaal niet duidelijk.
Sociologen, economen en psychologen produceren een ander soort kennis dan wis- en natuurkundigen. Een wetenschapper in de exacte studies, zoals deze laatste twee, produceert resultaten in een lab, aan de hand van een methode: observatie, interpretatie, experiment en verificatie van de resultaten door ze te reproduceren. Als experiment op basis van een theorie keer op keer tot 27 decimalen achter komma hetzelfde resultaat geeft, dan klopt er iets; dan ontstaan er wetten en dan krijgt een theorie een voorspellende waarde. Daarom jagen natuurkundigen op deeltjes die nog nooit zijn gezien.
Sociaal wetenschappers doen onderzoek naar complexe menselijke systemen en gebruiken dezelfde wetenschappelijke methode, maar hun resultaten zijn niet op dezelfde exacte manier te reproduceren. Je kunt een studie blijven herhalen, maar het onderzoek zal altijd beïnvloed worden door omgevingsfactoren die niet te controleren zijn, en je kunt menselijk gedrag er niet mee voorspellen. Dat is een fundamenteel verschil. Daarom is E=mc2 is niet links of rechts, de aard van een atoom of een streng DNA ook niet, maar een sociologisch traktaat over IS-vrouwen wat de VVD-motie inspireerde weer wel.
Uit een beroemd Amerikaans onderzoek uit 2012 bleek dat zestig procent van de onderzoeksresultaten uit de sociale wetenschappen niet repliceerbaar waren, en dat komt niet alleen omdat onderzoekers slecht werk leveren, maar door de aard van het onderwerp.
Een voorbeeld: Afgelopen zaterdag zei socioloog Mark Elchardus over zijn eigen onderzoek uit 2013 naar het negatieve toekomstbeeld onder jongeren: “Als ik het onderzoek weer zou doen, denk ik dat het beeld nog negatiever wordt.” Een wiskundige zal nooit zeggen: “Als ik deze berekening vandaag zou maken, zou er iets heel anders uitkomen.” Wetenschap en geesteswetenschap zijn niet hetzelfde, benoem dat dan ook.
Net als Britten onderscheid maken tussen scientists en scholars, zo moeten wij duidelijk zijn wanneer we over wetenschap en wanneer we over de humaniora spreken, anders ondermijnen journalisten nog verder het vertrouwen in informatie.
Als journalisten schrijven dat “De Wetenschap links” is, maar onvoldoende duidelijk zijn over welke wetenschap het precies gaat, lijkt het of alle wetenschappelijke kennis op verschillende manieren te interpreteren is. En dat is een gevaarlijke afslag – het duidelijkste voorvoorbeeld van wetenschap die wordt gepolitiseerd en ondermijnd zijn de klimaatwetenschappen. Als wetenschap links of rechts kan zijn, dan kan elk feit een ‘alternatief feit’ zijn. Dan is alle wetenschap een mening, en weten we niks meer zeker.
Reken daarbij dat de machtigste man op aarde met zijn kleine mannetjes,een frontale aanval heeft geopend op onze informatievoorziening, en er doemt een postmoderne nachtmerrie op waar B.S. Johnson nog een puntje aan kan zuigen (je kent deze man niet en dat is oké: het is een vrij onbekende experimentele auteur die zich op het hoogtepunt van het postmodernisme de polsen doorsneed omdat hij als een dolle hond naar een waarheid zocht die niet bestond).
Gelukkig weten we sommige dingen wel zeker. “Het begrijpen van kernfysica is kinderspel vergeleken met het begrijpen van kinderspel,” zei de atoomfysicus Niels Bohr eens. De fundamentele gedragingen van elementaire deeltjes zijn voorspelbaar, het gedrag van een kind niet. Eigenlijk zegt hij hiermee: sommige dingen weten we zeker, andere dingen (nog) niet.
Dingen die we zeker weten zijn immuun voor links of rechts. Dingen die we niet zeker weten zijn dat niet. Laten we de dingen die we zeker kunnen weten Wetenschap noemen, en laten we alle dingen die we niet zeker kunnen weten (zoals kinderspel) voorlopig nog geen wetenschap noemen. Ik doe een voorstel: menskunde.
O ja, en mocht je het niet een zijn met wat ik zeg, kijk dan voor de zekerheid nog even hoe Richard Feynman het uitlegt in minder dan 2 minuten: