Een schildpad aan een band
Identiteit

Door de pandemie hebben we geen zin meer om gehaast te leven

Altijd druk zijn is een graadmeter voor succes. Maar nu de pandemie ons idee van vrije tijd heeft veranderd, blijft dat misschien niet zo.

Voordat de pandemie uitbrak, begon de dag van Gwen Clarke altijd om kwart voor zes ’s ochtends. Ze ging naar de sportschool, vlak bij haar huis in New York, en daarna 40 minuten met het openbaar vervoer naar haar baan als contentmaker. Ze werkte vaak tot laat in de avond, en in het weekend altijd ook nog wel een dag. Na het werk ging ze geregeld nog wat drinken met collega’s, waarna ze helemaal afgepeigerd thuiskwam.

Advertentie

Het afgelopen jaar verliep nogal anders. Vanwege de pandemie verhuisde de 26-jarige Clarke naar het huis van haar ouders in Southampton, een flink stuk buiten de stad. “Eerst sprong ik ’s ochtends meteen uit bed, maar nu kan ik nog heel lang blijven luieren en een beetje op mijn telefoon zitten of wat dan ook,” zegt ze. Haar werkdag wordt nu vrijwel altijd onderbroken door middagwandelingen of een yogasessie.

Ze is, kortom, bevrijd van de tirannie van de drukte. Druk zijn houdt niet alleen dat je elke dag zo vol inplant als je maar kan, maar ook de waarde die je daaraan hecht: het is iets waar veel mensen zich prettig bij voelen en wat ze gebruiken om zichzelf belangrijk te voelen. “Ik heb in de tv-productie altijd het idee gehad dat druk zijn iets positiefs is,” zegt Clarke. “Het betekent dat de mensen om je heen je vertrouwen.”

Aan het begin van de twintigste eeuw voorspelden economen dat vrije tijd het ultieme symbool van welvaart en succes zou worden: je laat ermee zien dat je zoveel succes hebt dat je minder hoeft te werken. Maar het tegenovergestelde gebeurde: in plaats van vrije tijd is juist drukte een graadmeter voor succes geworden.

“Als ik druk was, voelde ik me een waardevolle kracht met vaardigheden waar veel vraag naar was,” zegt Robbie McDonald (53) uit Vancouver, die voor de pandemie altijd lange dagen maakte bij een non-profitorganisatie. “Maar ik werd er ook onzeker van en nam taken op me om maar niet onbelangrijk gevonden te worden. Ik klaagde over de drukte bij vrienden en collega’s, maar vond het stiekem ook fijn dat zoveel mensen afhankelijk van me waren.”

Advertentie

Toch lijkt het erop dat veel mensen niet terug willen naar dat oude leventje, waarin je pas meetelt als je het druk hebt. In april kwam bijvoorbeeld in het stuk “The People Who Don’t Want to Return to Normalcy” uit New York Magazine een zekere William aan het woord, die het afgelopen jaar eindelijk eens “een goed excuus had om niets te doen. Het was fantastisch. En ik voel me schuldig dat ik het zeg.”

De NOS schreef ook al dat overprikkeling nu op de loer ligt en psycholoog Peggy Drexler schreef in The Wall Street Journal dat oudere angstklachten weer terug zouden kunnen komen: “Veel mensen vinden het heerlijk om niet zoveel keuzes te hebben en alleen op hun eigen voorwaarden contact te hebben met anderen. En of ze er klaar voor zijn dat dit zo allemaal voorbij is, is maar de vraag.” McDonald zegt dat ze het afgelopen jaar erg gewend is geraakt aan haar nieuwe routine. “Een routine zonder meetings om vijf uur ’s middags of spoedvergaderingen op zaterdag over facebookreacties.”

De pandemie bood een zeldzame kans om te ontsnappen aan de drukte, en misschien nog wel belangrijker: een kans om beter te begrijpen wat drukte eigenlijk is. In plaats van altijd de drukte op te zoeken, hadden we de tijd om na te denken over hoe we drukte gebruiken om onszelf te definiëren, hoe drukte leidt tot stress en ervoor zorgt dat we productiviteit verwarren met eigenwaarde.

Advertentie

Er zijn natuurlijk genoeg mensen die wel ergere dingen aan hun hoofd hebben dan hoe druk hun leven wel niet is en het is dus in zekere mate een voorrecht om tot dit soort inzichten over drukte te komen, maar dat is eigenlijk ook precies het punt. Uit onderzoek blijkt dat drukte voor mensen met een hoog salaris vaak als statussymbool wordt gezien, maar in de lagere sociale klassen wordt drukte eerder gezien als een soort bijproduct van dat je weinig over je eigen tijdsbesteding hebt te zeggen, overuren moet draaien en een gebrek aan sociale vangnetten hebt.

Mensen uit een hogere sociale klasse konden het zich ook meer permitteren om het de laatste tijd wat rustiger aan te doen. Maar heeft het afgelopen jaar ook betekend dat we drukte minder als teken van succes zijn gaan zien?

“Ik kan niet meer terug naar dat hectische tempo,” zegt McDonald. Ze weet nog dat ze op een ochtend op het strand was en toekeek hoe een kraai dichte mosselen vanuit de lucht op de grond liet vallen om ze te open te breken, en vervolgens naar beneden dook om de mosselen eruit te pikken. “Het zag er zo eenvoudig uit. Ik vroeg me af of ik ook niet zo zou kunnen leven.”

a to-do list alter

Rond 1840 was het in Parijs bij wijze van statussymbool een tijdje een ding om buiten je schildpad uit te laten, om te laten zien hoeveel vrije tijd je wel niet had. De negentiende-eeuwse econoom Thorstein Veblen schreef in zijn boek The Theory of the Leisure Class dat de toekomstige elites veel met hun vrije tijd zouden pronken. Dat idee kwam ook terug in Downtown Abbey, toen het personage van Maggie Smith vroeg wat een weekend überhaupt is – want als gravin bestaat er voor haar praktisch gezien geen verschil tussen werk en vrije tijd.

Advertentie

In 1928 gaf de econoom John Maynard Keynes een lezing, die later gepubliceerd werd als Economic Possibilities for Our Grandchildren, waarin hij voorspelde dat mensen in 2028 nog maar vijftien uur per week zouden hoeven werken, vanwege de technologische innovaties. Met zoveel vrije tijd zouden “mensen geconfronteerd worden met hun echte probleem, namelijk: hoe je deze vrijheid moet gebruiken, hoe je je vrije tijd moet benutten.”

In werkelijkheid ligt een werkdag van drie uur voorlopig niet zo voor de hand en zijn we ook niet massaal aan het flaneren om te laten zien hoe vreselijk weinig we hoeven te werken. “Zoals vrije tijd rond 1900 een teken van rijkdom was, is het idee nu juist dat de drukste mensen het rijkst zijn,” zegt Jonathan Gershuny, hoogleraar economische sociologie aan University College Londen en mededirecteur van het Center for Time Use Research.

Silvia Bellezza, universitair hoofddocent business in marketing aan Columbia Business School, onderzoekt hoe drukte vrije tijd heeft vervangen. Door druk te zijn geef je het signaal af dat je een schaars goed bent, om in economische termen te spreken. Je geeft ermee aan dat er veel vraag naar je is en er veel waarde wordt gehecht aan je intellectuele kapitaal. En daarom heb je ook een hogere status.

Uit het werk van Bellezza en haar collega’s komt naar voren dat dit soort signalen anderen het idee geven dat je belangrijk bent. Tijdens een van hun onderzoeken kwamen ze erachter dat mensen die hun boodschappen laten bezorgen worden aangemerkt als een drukkere en dus hogere sociale klasse, en vrouwen die een bluetooth-koptelefoon dragen meer status hebben dan iemand met eenvoudigere oortjes. Deelnemers van het onderzoek kregen de vraag om twee brieven voor te lezen: een van iemand die beschreef hoe druk het leven was en een van iemand die juist een ontspannen leven leidde. De deelnemers dachten dat de eerste meer geld had, over meer vaardigheden beschikte en een hogere maatschappelijke status had.

Advertentie

Maar wat de meeste deelnemers ook dachten, was dat de drukke persoon minder gelukkig zou zijn. Druk zijn heeft namelijk ook invloed op hoe je je vrije tijd indeelt, zegt Bellezza, want dan wil je de weinige tijd die je hebt zo optimaal mogelijk benutten en kun je er minder van genieten. Al verschilt dat wel per cultuur, want de Italiaanse deelnemers dachten bijvoorbeeld dat degene met het relaxte leven gelukkiger zou zijn, “maar de Amerikaanse deelnemers zagen het echt als erekwestie om druk te zijn – dat je nooit vakantie neemt, ook al kun je je dat wel veroorloven.”

a clock on the beach with hearts in it

Een andere reden waarom de werkweek van vijftien uur er niet van is gekomen heeft te maken met ongelijkheid, zegt Judy Wajcman, hoogleraar sociologie aan de London School of Economics en onderzoeker aan het Alan Turing-instituut in Londen. “Er is een bepaalde klasse van professionals van wie het loon erg is gestegen, maar er zijn ook veel slechtbetaalde banen in de dienstensector bij gekomen,” zegt ze.

De meeste mensen verdienen simpelweg niet genoeg om zich meer vrije tijd te kunnen veroorloven. “Zij zien hun werk eerder als iets wat ze nodig hebben om de rekeningen te kunnen betalen,” zegt Ann Burnett, een gepensioneerde hoogleraar communicatie en vrouwen- en genderstudies aan de North Dakota State University. Als zij het druk hebben, is dat geen statussymbool, maar een noodzakelijkheid.

Onderzoek heeft uitgewezen dat mensen die het meest over drukte klagen niet daadwerkelijk meer uren zijn gaan werken – het is eigenlijk vooral een gevoel. Dat is wat de 

Advertentie

Zweedse econoom Staffan B. Linder ook wel de 'gehaaste vrijetijdsklasse' noemde: als mensen meer geld verdienen, kunnen ze meer consumeren en hun dag met meer activiteiten vullen – en zo dus weer drukte ervaren.

De pandemie zou mensen, vooral die met een hogere status, kunnen laten inzien dat drukte vaak ook maar een construct is. Het zou wat Burnett betreft al een verbetering zijn als je de verleiding kunt weerstaan om te zeggen dat je het enorm druk hebt, als iemand vraagt hoe het met je gaat. “We moeten beter nadenken over hoe je op dat soort basale vragen ingaat. En dat je ze kunt gebruiken om op te scheppen, is het eigenlijk ook gewoon echt niet waard.”

to do list alter with candles

Voor de pandemie bestond er ook al weerstand tegen het drukke leven, bijvoorbeeld in de vorm van de slow movement. Daarbij is het de bedoeling dat je de tijd omarmt, in plaats van bijhoudt hoe weinig je er nog van hebt. “En om alles zo goed mogelijk doen, in plaats van zo snel mogelijk,” zegt Carl Honoré, de schrijver van The Power of Slow. “Het gaat over kwaliteit boven kwantiteit – of het nou gaat om werken, eten of hoe je voor je kinderen zorgt.”

Honoré besefte zelf voor het eerst dat hij te gehaast bezig was toen hij ’s avonds wel heel snel verhaaltjes voorlas aan zijn zoon. “Ik zag het ineens helder voor me,” zegt hij. “Ik dacht: is dit echt hoe ik mijn leven wil leiden? Dat ik erdoorheen race in plaats van gewoon leef? Een leven vol haast, drukte, afleiding, multitasken en ongeduld drijft je weg van wie je echt bent. Je wordt je eigen to-do-lijst: een ‘human doing’ in plaats van een human being.”

Advertentie

Aan het begin van de pandemie, vertelt Honoré, schreven veel mensen hem om te vragen of hij het ergens ook fijn vond dat de wereld een halt werd toegeroepen. “Een pandemie is natuurlijk iets verschrikkelijks, dus nee. Maar het had wel degelijk ook een voordeel: het afgelopen jaar hebben we een wereldwijde workshop ‘onthaasten’ gehad.”

Giana Eckhardt, een hoogleraar aan King’s College in Londen die onderzoek doet naar onthaasten, beschouwt activiteiten als meditatie, yogaretraites, pelgrimstochten ook als onderdeel van deze bredere trend. En ‘slow travel’ bijvoorbeeld, waarbij het er niet om draait dat je de ene na de andere toeristische trekpleister afgaat, maar wat langer op dezelfde plek blijft. In Zuid-Korea bestaat er zelfs een gevangenis waar overwerkte mensen terecht kunnen om even tot rust te komen: ze zonderen zich af van alle drukte van de buitenwereld door zich even op te laten sluiten.

Onthaasten is een antwoord op het fenomeen ‘sociale acceleratie’, een term die bedacht is door hoogleraar sociologie en politicologie Hartmut Rosa. Hij definieert het als een “toename van periodes van actie of ervaring per tijdseenheid” – oftewel: dat je op een dag meer dingen doet, meer meemaakt, meer e-mails verzendt, meer met vrienden gaat stappen, et cetera.

Advertentie

Zo’n versnelling leidt tot drukte en een gevoel van urgentie, schreef Eckhardt in een paper. “Het gevoel dat je geen tijd meer over hebt en harder moet rennen om alles bij te kunnen benen.”

Als gevolg daarvan proberen mensen zichzelf juist af te remmen, wat niet per se hetzelfde is als op de bank gaan liggen netflixen. Ook een pelgrimsroute lopen zou je er bijvoorbeeld onder kunnen scharen. Eckhardt en haar collega’s interviewden mensen die besloten om naar Santiago de Compostela te lopen en vroegen hen naar hun motivaties. In 2017 liepen meer dan 300.000 mensen uit 161 landen deze route, en veel niet van hen om religieuze redenen, maar juist om even wat rust te nemen, zegt Eckhardt.

Ze onderscheidt drie verschillende vormen van onthaasting: belichaamde, technologische en episodische vertraging. Belichaamde vertraging is de fysieke vertraging van je lichaam: dat je gaat lopen of fietsen in plaats van dat je de auto of het openbaar vervoer pakt. Technologische vertraging houdt niet in dat je technologie helemaal opgeeft, maar dat je er controle over krijgt. Episodische vertraging betekent dat je op een dag minder activiteiten hebt om uit te kiezen. “Dat je niet het gevoel hebt dat je van vergadering naar vergadering rent, dan weer je kinderen moet ophalen om ze naar zwemles en voetbal te brengen terwijl je ondertussen ook nog boodschappen moet doen voor het avondeten,” zegt Eckhardt. Als iemand alle drie vormen kan uitvoeren – bijvoorbeeld door een pelgrimsroute te lopen – zou er een hoop stress en overprikkeling weg moeten vallen.

Advertentie

Natuurlijk kan niet iedereen zich dit soort toevluchten tot retraites of lange vakanties veroorloven. Volgens Eckhardt heeft zich voor de pandemie al een verschuiving voorgedaan waarbij ook dat weer statussymbolen werden – wat dus eigenlijk best lijkt op hoe er vroeger tegen vrije tijd werd aangekeken. Denk bijvoorbeeld aan het boek Een werkweek van 4 uur van Tim Ferriss, die van mening is dat je een “rijk leven kunt leiden” door aan de 9-tot-5-mentaliteit te ontsnappen.

Tijdens de pandemie kregen meer mensen toegang tot deze vormen van vertraging. En dat is een goede zaak, vindt Eckhardt, want als onthaasting het dominante symbool wordt van status en succes, in plaats van het leiden van een druk leven, zouden ook andere mensen het wat rustiger aan gaan doen. Het zou de norm kunnen veranderen.

“Ik denk niet dat mensen terug willen naar een ritme waarbij je elke dag een uur lang onderweg bent naar je werk,” zegt Eckhardt. “Wil iedereen weer om vijf uur opstaan, een sportklasje volgen en daarna een uur in het openbaar vervoer? Nee. Ik denk dat veel mensen hard hun best gaan doen om de recente veranderingen in hun levensritme vast te houden.”

Eckhardt zegt dat we moeten proberen om de drie vormen van onthaasting vast te houden, als we ook na de pandemie niet zo’n gehaast leven willen leiden. En we zouden een tragere manier van leven meer moeten leren waarderen dan een leven van continue drukte.

Advertentie

Ontsnappen aan de drukte gaat er niet alleen om dat je wat vaker even door het park wandelt, maar ook dat je ruimte geeft aan je eigen mentale gesteldheid. En de slow movement staat niet alleen voor een tragere manier voor leven, maar ook voor iets breders: denk aan slow food of slow fashion, en de verbetering van levenskwaliteit en verminderde impact op het milieu die gepaard gaan met dat soort bewegingen.

Honoré heeft buren die het afgelopen jaar de tijd hadden om vrijwilligerswerk te doen en dat willen voortzetten. “Vertragen gaat grotendeels over het vrijmaken van tijd, ruimte en geduld om relaties op te bouwen,” zegt hij. “En niet alleen met vrienden, maar ook om andere mensen van dienst te kunnen zijn.”

Ook voor mensen die zich niet in een bevoorrechte positie bevinden, zijn er door de pandemie mogelijkheden ontstaan om hun tijd en drukte meer onder controle te houden. Denk aan sociale vangnetten, maar ook aan werkgevers die het welzijn van hun personeel serieus nemen, of de Franse wet die je het recht geeft om niet meer ’s avonds of in het weekend op werkmailtjes te hoeven reageren. Als mensen door beleid in staat worden gesteld (of gedwongen) om te onthaasten, wordt drukte vanzelf minder een statussymbool.

Of gaan we uiteindelijk toch terug naar een wereld waarin het juist goed is om druk te zijn? Bellezza is er niet over uit of onthaasting echt het nieuwe dominante statussymbool wordt, maar zegt wel dat toen ze begon met het onderzoeken van drukte, er überhaupt nauwelijks over vertragen of onthaasten werd gesproken. Ze is blij dat het in ieder geval een gespreksonderwerp is geworden en probeert het in haar eigen leven volop toe te passen.

Steven Taylor, een senior onderzoeker psychologie aan de Leeds Beckett-universiteit die zich bezighoudt met posttraumatische ontwikkelingen, zegt dat mensen opnieuw zijn gaan nadenken over hun relaties en wat ze in hun leven willen, omdat de pandemie ons bewuster heeft gemaakt van onze sterfelijkheid. Hij heeft er goede hoop in dat ook onze waarden daardoor zijn veranderd.

“Sociale systemen kunnen veranderen,” zegt hij. “En ze worden beïnvloed door mensen die in het systeem leven. Als we ons anders gaan gedragen, heeft dat ook invloed op hoe sociale structuren eruitzien.” Als vrije tijd en kortere werkdagen ooit gewaardeerd werden, kan dat dus weer opnieuw gebeuren.

Wat Taylor nu in ieder geval al heeft gezien, is dat mensen minder geïnteresseerd in werk zijn geraakt. “We vullen onze tijd nu graag met nietsdoen – gewoon in het moment zijn,” schreef hij voor The Conversation.

Clarke zegt dat ze binnenkort weer teruggaat naar New York. Ze heeft zin om dichter bij haar vrienden te zijn – en mist het hele stadsleven an sich – maar wil ook iets van haar nieuwe gewoonten blijven vasthouden. “Ik hou ervan om een beetje traag mijn dag te beginnen, en mijn werkdag af te wisselen met een wandeling,” zegt ze.

“Begrijp me niet verkeerd: ik heb nog steeds dagen dat ik vanaf half tien ’s ochtends tot half zeven ’s avonds ramvol zit. Maar ik kijk nu wel anders aan tegen de drukte en begrijp dat je je niet het schompes hoeft te werken om iets waard te zijn.”

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE US.
Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.