Romeins beeld met penis
Foto met dank aan Marie-Lan Nguyen en het Nationaal Archeologisch Museum Napels via Wikimedia Commons
Seks

De grote comeback van de kleine pik

De Oude Grieken zagen een grote pik als teken van losbandigheid, en in de middeleeuwen was het een symbool van kwaad en ketterij.

In de moderne westerse wereld houden we vooral van grote lullen. Dat blijkt niet alleen uit porno-normen en popcultuur in het algemeen, maar ook uit meerdere onderzoeken die naar dit vraagstuk zijn gedaan. (Die onderzoeken hebben vooral betrekking op de smaak van vrouwen; of mannen er ook specifieke voorkeuren op nahouden is minder bekend.) Het idee dat een grotere pik waardevoller is, zit zo diep in ons denken verankerd dat ook wetenschappers in de evolutiebiologie zich achter hun oren krabben om te snappen waar het vandaan komt. Voor mannen die niet zo groot geschapen zijn kan het ten koste gaan van hun zelfvertrouwen, wat weer een voedingsbodem kan zijn voor experimentele vormen van chirurgie.

Advertentie

Wat dat betreft is het vrij opmerkelijk dat de Oude Grieken, de voorouders van de westerse cultuur en onze esthetische waarden, grote piemels helemaal niks vonden. “In de Griekse Oudheid werden piemels vooral gewaardeerd als ze sierlijk waren,” zegt kunsthistoricus John Clark, die onder andere onderzoek heeft gedaan naar erotische kunst uit die tijd. “En mensen met zeer grote geslachtsdelen werden gezien als grotesk en lachwekkend – vooral de mannelijke geslachtsdelen.”

Zoals duidelijk terug te zien is bij

dit soort bronzen beeldjes

, gaat de voorkeur voor kleine penisjes zeker terug tot de achtste eeuw voor Christus, zegt

Timothy McNiven

. Hij is universitair hoogleraar aan de Ohio State University, en heeft talloze penisafbeeldingen onderzocht in klassieke Griekse kunst en literatuur.

Volgens Clarke hield deze voorkeur zeker aan tot de christelijke jaartelling en reikte het bovendien verder dan Griekenland; het drong door tot een groot deel van de westerse geschiedenis en cultuur. Maar wanneer, en vooral hoe zijn we toch op het idee gekomen dat grootgeschapen ook beter is?

Volgens kunsthistoricus Ellen Oredsson is het goed mogelijk dat de Grieken liever een bescheiden formaat hadden omdat hun “artistieke idealen in het teken stonden van balans: niets mocht te groot of uit balans zijn.” Deze hang naar balans zou ook in andere culturen een rol hebben gespeeld in hoe mensen tegen het lichaam aankeken. McNiven wijst er daarnaast op dat de Grieken er niet voor terugdeinsden om naakte lichamen van jonge mannen te portretteren, wat kan betekenen dat het Griekse schoonheidsideaal voorschreef dat je er als man vooral jong moest uitzien. “Dus dat het goed was als je als man weinig lichaamshaar had, en nog niet volledig ontwikkelde geslachtsdelen.”

Advertentie

De kunsthistorici die ik voor dit artikel sprak zijn het er over eens dat een theorie die breder geaccepteerd wordt, is dat de Oude Grieken een kleine pik als teken van bescheidenheid, rationaliteit en zelfbeheersing zagen, en een grote als teken van losbandige, dierlijke lust – een totaal gebrek aan controle. Half-menselijke wezens als de satyr – een behaard figuur op bokkenpoten – werden vaak afgebeeld met joekels van erecties, die soms zo groot waren als hun eigen torso. De satyr staat voor lust, wat vooral te merken is aan zijn liefde voor drank en zijn drang om nimfen te verleiden. Of, zoals McNiven het zegt: “De posterboys voor het verliezen van je zelfbeheersing.”

Je zou ook best kunnen zeggen dat dit gewoon maar een artistieke metafoor is, of een idee dat verder niet bepaald was terug te zien in de seksuele voorkeuren van de Griekse bevolking. Maar Oredsson wijst erop dat dit ook duidelijk terugkomt bij een aantal Atheense spelen – het Netflix van die tijd. In het stuk De wolken van Aristophanes werden mannen met kleine pikken op handen gedragen, en in Lysistrata werden mannen bespot die juist een wat langere leuter hadden.

Het is niet bekend of de Grieken hier destijds alleen in waren. Er is wel een keer een Egyptisch papyrus gevonden uit grofweg 1150 voor Christus, waarop kleine, kalende mannen met “overdreven grote geslachtsdelen” te zien zijn, wat waarschijnlijk satirisch bedoeld was. Maar deze vondst stond verder op zichzelf. Voor zover we weten waren dit soort beeltenissen voor omringende culturen een stuk minder gebruikelijk, zegt McNiven.

Advertentie

Wel werd het overgenomen door nieuwere culturen. De Romeinen lieten zich op het gebied van kunst en wetenschap sowieso veel door de Griekse cultuur inspireren, en dat gold ook zeker voor de geslachtsdelen van hun standbeelden. Ze kerfden kleine piemel-amuletten – soms ook met vleugeltjes – voor jonge mannen, en lieten mensen met grotere pikkenbeeldjes over het land paraderen om boze geesten te verdrijven. Door mensen te laten lachen wilden ze het kwaad op afstand houden. Clarke zegt dat ze vooral de god Priapus aanbeden, “in feite een soort vogelverschrikker met een grote fallus, die de beschermer was van tuinen en boomgaarden. Hij strafte overtreders door ze met zijn belachelijk grote geslachtsdeel te penetreren.” Echt een leuke vent.

Middeleeuwse kunstenaars gebruikten ook af en toe grote pikken om kwaad of ketterij af te beelden, of – denken sommige geleerden – om mensen simpelweg aan het lachen te krijgen. De Griekse bescheidenheid bleef terugkomen in de sculpturen uit de renaissance en het neoclassicisme, merkt Oredsson op. En, voegt docent klassieke oudheid Kirk Ormand toe, ook in de moderne cultuur is het nog mogelijk om sporen te vinden van het oude idee dat grote piemels staan voor impulsiviteit en lust, hoewel de kleine penis een stuk minder in onze kunst opduikt. (Denk aan mannen die ‘hun lul achterna lopen’, maar ook aan het racistische stereotype dat zwarte mannen groter bedeeld zijn, en daarmee ook wild en losbandig.)

Advertentie

Maar wat was nou het grote kantelpunt waarop we enorme lullen ineens wél aantrekkelijker vonden? Daar is een hoop over gespeculeerd door kunsthistorici en cultuurdeskundigen. De een denkt dat erotische gravures uit de renaissance daar verantwoordelijk voor waren, zoals uit het boek I Modi, de ander denkt dat de hoe-groter-hoe-beter-mentaliteit pas haar intrede deed bij de komst van hardcore porno.

Het zit er dik in dat er nooit een groot omslagmoment is geweest, aangezien ook het ‘modernere’ idee dat grotere penissen beter zijn niet eens zo modern is, en onze penisgerelateerde opvattingen dus altijd een beetje door elkaar heen hebben gelopen. Zoals Joseph Slade zegt, een historicus die gespecialiseerd is in culturele beeltenissen van seks en seksualiteit, hebben penissen in de kunsten vaak symbool gestaan voor macht, potentie en vruchtbaarheid. En die betekenis behouden ze zelfs als ze er een beetje raar uitzien. “Ook in de Griekse Oudheid waren er best wat situaties waarbij een groot lid juist positieve connotaties had,” voegt Ormand toe.

Geen enkele cultuur lijkt zo verzot te zijn geweest op kleine penissen als de Oude Grieken, zeggen alle experts die ik sprak. (Wel is er in andere culturen een hoop kunst gevonden met zeer gestileerde of overdreven zichtbare geslachtsdelen, zoals in Japanse shunga, Congolese vruchtbaarheidsbeelden en Peruviaanse aardewerk uit de Moche-cultuur.) De Romeinen gingen hier aan de ene kant in mee – ze lachten vogelverschrikkers met een afschrikwekkende penis uit en beitelden zelf bescheiden pielemuisjes in hun beeldhouwwerken - maar zagen een enorme erectie in sommige gevallen ook juist als teken van mannelijkheid. David M. Friedman schreef in zijn cultuurhistorische boek over de penis, A Mind of Its Own, dat Romeinse generaals soldaten beoordeelden op basis van hun penislengte. “Er zijn ook aanwijzingen dat er mannelijke sekswerkers in Rome waren die werden gewaardeerd vanwege hun enorme geslachtsdelen.”

Advertentie

“De Romeinen hadden wel degelijk een ander lichaamsideaal dan de Grieken,” zegt McNiven. “Maar de elite was zo gek op de Griekse cultuur dat dit niet erg goed zichtbaar is.”

Deze tweezijdige benadering van de penislengte binnen één cultuur is ook bij latere beschavingen terug te zien. In de middeleeuwen werden er

enge pikmonsters

getekend, maar waren er ook deftige

heren met schaambuidels

die zich bepaald niet schaamden voor hun machtige jongeheer. Tegenwoordig kunnen grote piemels voor humor staan, maar ook voor bedreiging of verlangen. “Zelfs vandaag is de manier waarop we tegen de penis aankijken nog behoorlijk complex,” zegt Oredsson.

Volgens Clarke is het waarschijnlijk “dat er altijd mensen zijn geweest die zich aangetrokken voelden tot grote penissen, ondanks de negatieve bijklank die het vanuit de Griekse en Romeinse tijd heeft gekregen.” En tegenwoordig is het heus niet altijd zo dat we – in tegenstelling tot wat porno en populaire cultuur ons probeert wijs te maken – staan te springen om gigantische pikken. Er zijn zat nare verhalen over de pijn die seks met een groot geslachtsdeel tot gevolg kan hebben. Wat mensen daadwerkelijk aantrekkelijk is uiteindelijk ook iets persoonlijks – mits ze najagen wat ze zelf interessant vinden, en zich niet door de beeldcultuur laten beïnvloeden. Seksuele aantrekkingskracht is rekbaar, en hangt niet zoveel af van penisgrootte als veel minder bedeelde mannen vrezen.

Wat als de ultieme pikgrootte wordt beschouwd is altijd iets ingewikkelds geweest. Het hangt er ook maar net vanaf wie er het meeste zeggenschap over heeft, en welke gedachtegang daarbij leidend is. “Het is zeker niet één duidelijke strakke lijn,” zegt ook Oredsson. “Er is geen specifiek moment geweest waarop onze perceptie van de penis compleet omsloeg – door de geschiedenis heen hebben er veel verschillende opvattingen bestaan.”

Uiteindelijk is er dus ook geen gegronde reden om veel waarde te hechten aan de penisgrootte. Of je nou groot geschapen bent of niet: de manier waarop mensen ertegenaan kijken verschilt per plek en per tijdperk. Het ene moment word je uitgelachen om je monsterlijk grote geslachtsorgaan, het andere moment wordt er een standbeeld van gekerfd.