In het boerendorp waar ik ben opgegroeid stond er eens in het jaar een circus. Als jong meisje zat ik jaarlijks op de tribune met open mond, gefascineerd en zelfs een beetje jaloers, te staren naar de schaars geklede dames die al hoepelend door de piste hupsten.
Toen ik hoorde dat Circus Renz na 115 jaar waarschijnlijk failliet gaat, vond ik dat dan ook best wel erg. Ik dacht dat iedereen dit aan het hart zou gaan, maar letterlijk nul van de mensen om me heen leek er een fuck om te geven. Iedereen die ik sprak zag circussen als iets waar je vroeger op saaie woensdagmiddagen verplicht met je chagrijnige oppas of oma naartoe ging. Oubollig vertier voor mensen in de leeftijdscategorie 0-5 en 80+. Misschien zijn circussen ook wel gewoon vergane glorie, dacht ik.
Videos by VICE
Toch wilde ik heel graag weer eens naar het circus, om oude herinneringen op te halen en om te kijken of het inderdaad zo stoffig en oubollig is als iedereen van mijn leeftijd beweert. Ik zocht stad en land af om iemand van mijn leeftijd te vinden die wél extreem fan is van circussen, en uiteindelijk vond ik Simon de Winter (25). Simon bezoekt meer dan twaalf circussen per jaar (ook in het buitenland), heeft Circus Renz zo’n dertig keer bezocht en had op zijn veertiende al een website (nog steeds in de lucht!) waarop hij de wereld op de hoogte hield van zijn circusavonturen. Hij is nu zelfs secretaris van de Vereniging Nederlandse Circus Ondernemingen, waarmee hij opkomt voor de belangen in de circuswereld. Simon is echt een diehard circusfan.
Samen met Simon ging ik – op zijn aanraden – naar Circus Sijm, in het immer bruisende IJmuiden.
“Hooggeëerd publiek!” roept de gastheer door de tent. Met opgetrokken knieën zitten we op de tribune, samen met zo’n honderd kleine kinderen. Simon komt uit België, maar zijn fascinatie voor circussen is in Amsterdam begonnen. “Ik heb het eigenlijk te danken aan mijn tante. Zij heeft mij en mijn familie meegenomen naar het kerstcircus in Carré toen ik vier jaar was. Sindsdien gaan we elk jaar.” Hij vertelt dat de Zwitserse familie Knie hem op jonge leeftijd betoverde. Ik heb zelf nog nooit van de familie Knie gehoord, maar enthousiast vertelt hij: “Ze zijn de beste ter wereld! Er is heel veel aandacht voor de kostuums en de muziek, wat het verschrikkelijk mooi maakt. En Carré maakt sowieso indruk op een kind.” Inmiddels werkt hij zelf in Carré, achter het buffet en als gastheer.
Voor ons worden jonge meisjes wild bij het zien van clown Paolo, die door de gastheer tot drie keer toe op een kindvriendelijke manier verzocht wordt op te rotten. Clown Paolo, met zijn trompet, laat de kinderen gieren door ‘tot sinas!’ te roepen. Ook Simon kan een gniffel niet onderdrukken. Ik vraag me af wat zijn vrienden eigenlijk vinden van zijn hobby. Zij staan waarschijnlijk de nodige biertjes achterover te tikken in de kroeg, op de momenten dat Simon circussen in Frankrijk en Duitsland bezoekt. “Tja, ze vinden het wel een beetje raar, maar ook omdat ze zich er gewoon niet zoveel bij voor kunnen stellen. Vorig jaar was ik met een vriend naar het kerstcircus van Herman Renz, en toen later op de avond, tijdens het stappen, vroeg hij: ‘Wanneer gaan we nog een keer?’ Dus ja, onbekend maakt onbemind!”
Terwijl een schaars gekleed meisje, zo één waar ik vroeger jaloers op was, erop los hoepelt en haar been in haar nek legt, vertelt Simon: “Er zijn veel verschillende soorten circussen. Maar het is net als bij thee: je houdt niet van alle smaken. Mijn voorkeur ligt bij circussen met wilde dieren, dat is altijd spannend en onvoorspelbaar.” Simon hoopt zelf ooit te schitteren in de piste met paarden of wilde roofdieren. Hij is bezig met het halen van zijn vrachtwagenrijbewijs, cruciaal om de dieren te kunnen vervoeren. Daarna moet hij in de leer bij iemand die dit al jaren doet en daarnaast in de stal werken en assisteren bij repetities. Een circuscarrière begin je onderaan de ladder.
Hij moet alleen niet al te lang meer wachten, want op leeftijd met leeuwen in de piste staan is volgens hem geen goed plan. “In een circus leven mens en dier onophoudelijk met elkaar. Een mooie act kan alleen ontstaan als er vertrouwen is tussen het dier en de persoon, en daar is tijd voor nodig.”
Ook zal hij in het buitenland moeten gaan werken, want sinds 15 september zijn wilde dieren in circussen verboden in Nederland. Ik vertel dat ik na het zien van de film Water for Elephants, waarin een circusolifant ernstig wordt mishandeld, ook wel enigszins geshockeerd was. “Het niveau van dierenwelzijn hier in Nederland is echt hoog,” zegt hij. “Dat er zo’n verbod komt, omdat het kabinet bepaalt dat het ‘niet meer van deze tijd is’, vind ik echt belachelijk. Circussen gaan ook gewoon mee met de moderne tijd. Het is een emotionele discussie geworden, ook voor mij.” Het circusgezelschap Circus Freiwald heeft al 23 jaar een olifant in de familie, maar staat nu volgens Simon voor een ziekelijke keuze: de olifant naar een dierentuin sturen, of het hele circus inpakken en uit Nederland vertrekken.
In de pauze kletsen we verder over de show. Circus Sijm is volgens Simon een circus met “klassieke elementen” waarbij je je even in een “exotische fantasiewereld waant” en waar de grenzen van het lichaam worden opgezocht. Dat zal ik volgens hem bij de finale-act wel zien.
Simons mooiste circusmoment ooit was in Parijs, in een heel oud circusgebouw. “Vorig jaar trad daar een Duitse familie op met een geweldige olifantenact. Afrikaanse olifanten trapten op een springplank, waardoor er een acrobaat op de rug van een andere olifant werd gelanceerd. Zo’n act is fysiek heel zwaar, helemaal als er drie of vier voorstellingen op een dag zijn. We zaten op ons puntje van onze stoel, het lukte en iedereen werd helemaal gek.”
Ik vraag Simon of het bijna-faillissement van Circus Renz tekenend is voor de vergane glorie van circussen, maar volgens hem gaat het juist best wel goed met de circussen in Nederland. En er zijn er redelijk veel, en circusfamilies uit heel Europa komen regelmatig naar Nederland om op te treden. “Ik ga niet ontkennen dat het circus een stoffig imago heeft bij mensen van onze leeftijd. Ik snap alleen niet zo goed waarom, misschien heeft het wel te maken met de negatieve aandacht in de media. Sommige circussen gaan ook meer met de tijd mee dan andere, door hun kostuums, de muziek en de acts aan te passen.”
Hoewel de mogelijke ondergang van Circus Renz eerder een bedrijfsprobleem dan een brancheprobleem is, zou het volgens Simon zeker een verlies voor de circusbranche zijn. Twee jaar geleden besloot Circus Renz alle wilde dieren al uit het programma te schrappen, nadat er een verbod werd aangekondigd in het regeerakkoord. “Sommigen zeggen dat dat invloed heeft gehad op de bezoekersaantallen, een hypothese waar ik wel iets in zie. Wilde dieren zijn toch een enorme pullfactor. Ik vind het artistiek en emotioneel gezien echt heel jammer.”
Het is tijd voor de finale: een rolschaatsact. Clown Paulo heeft zich omgekleed en ziet er nu uit als Adriaan tijdens een avondje Sensation White. Hij blijkt een koppel te vormen met het schaars geklede meisje. De vaart zit er goed in. Met een vrij simpele constructie van een touw en twee stroppen vliegen ze al rolschaatsend snoeihard door de lucht. Ik vrees even voor de kinderen op de eerste rij, maar het loopt goed af. Waarschijnlijk loopt het met Circus Sijm ook wel goed af. Voor Circus Renz is dat een stuk minder zeker; als dat ten onder gaat is dat een gemis voor iedereen die van circussen houdt – zoals duizenden kinderen, oma’s, opa’s en Simon.