Moslima’s delen hun gedachtes over Europa’s nieuwe hoofddoekverbod

Eerder deze week oordeelde het Europees Hof van Justitie dat een hoofddoek nu kan worden verboden op het werk. Deze mijlpaal van het Europees Hof is er een in een lange rij van besluiten die zich op moslims lijken te richten, van het controversiële Casey Report in Engeland van afgelopen december (waarin wordt beweerd dat moslimgemeenschappen in Groot-Brittannië zichzelf afzonderen) tot het recente inreisverbod van Trump – en ironisch genoeg lijkt het geluid van moslims zelf te zijn verdwenen uit het hele debat.

Moslima’s worden al benadeeld als het gaat om beschikbare plekken op de arbeidsmarkt. Het Engelse Women and Equalities Committee stelde in 2016 dat moslima’s drie keer zo vaak werkloos en werkzoekend zijn dan niet-moslimvrouwen – en het besluit over hoofddoeken kan ze nog meer isoleren van de werkvloer.

Videos by VICE

Volgens de nieuwe regeling geldt het verbod voor “alle politieke, filosofische of religieuze tekenen”, dus hoeft dat geen directe discriminatie te betekenen. Het is de moeite waard om te onthouden dat het dus gaat over álle religieuze symbolen (dus ook crucifixen en tulbanden), maar er is weinig twijfel over het idee dat dit wederom een manier is om controle te krijgen over de lichamen en keuzes van moslimvrouwen. Net als het boerkiniverbod, dat werd opgelegd in verschillende Franse steden afgelopen zomer, en wat zo uit de hand liep dat gewapende politie moslimvrouwen op het strand dwong om het pak uit te trekken.

Dus hoe voelen moslima’s – die het onderwerp zijn van dit beleid – zich over deze uitspraak? Hieronder vertellen vijf vrouwen over deze nieuwe ontwikkeling.

Afia, 23

‘Ontmoedigend’ is het woord dat mijn eerste reactie samenvat. Maar ik verwacht niet dat iemand mijn woorden in overweging neemt, want het lijkt erop dat deze beslissingen proberen om mij te ontdoen van mijn stem.

Ik werk, ik studeer en ik ben moeder en het voelt sterk alsof een beleid als dit averechts zal werken. Vrouwen zoals ik zijn de dupe van de gevolgen van deze beslissing. Als ik kijk naar mijn schoolloopbaan en mijn diploma denk ik: Wat heeft het voor zin? Wat is er het nut van dat ik in de weg word gezeten door een kledingstuk? Een kledingstuk dat me echt niet minder capabel maakt dan mijn collega’s.

Ik ben immuun geworden voor dit soort ontmoedigende ontwikkelingen en ik denk niet eens dat dit het ergste is. Ik ben al gevraagd om de idiote dingen die onwetende mensen hebben gedaan in de naam van mijn religie af te wijzen. Dus word ik er erg door beïnvloed nu? Niet meer.

Asma, 26

Ik ben iemand die sport inclusief probeer te maken en moslimvrouwen tot rolmodellen probeer te maken – zodat we naar buiten kunnen treden en om te laten zien dat we alles kunnen bereiken wat we willen in de sportwereld en overal. En dan gebeurt er zoiets.

Het gaat over de angst voor het onbekende. Ze weten niet hoe menselijk wij zijn. Dat komt door de media. Daarin wordt islamofobie aangedikt, er wordt gehamerd op het idee dat mensen bang voor ons moeten zijn. Nu is het uit de hand gelopen, tot het punt waarop het leven van vrouwen wordt beïnvloed. We blijven zeggen dat we open minded zijn en dat we moslima’s in vrijheid willen laten leven, maar we blijven ze inperken. Het is ontmoedigend.

Tahmeena, 25

Als iemand met veel familieleden die een hoofddoek dragen, ben ik extreem terughoudend over de toekomst. We lijken op te komen voor de rechten en de vrijheid van vrouwen, maar tegelijkertijd mogen moslima’s niet meedoen. We vechten voor rechten, maar niet voor de rechten van moslima’s. We strijden voor vrijheid, en belangrijker nog, voor de keuze dat we ons kunnen kleden hoe we willen, maar moslima’s mogen niet kiezen wat ze aantrekken. We lijken selectief in hoe en waar we voor strijden, onder de valse voorwendselen dat we vechten voor gelijkheid voor iedereen.

Vrijheid betekent niet dat je wordt verteld wat je moet dragen en hoe je je moet gedragen, en daardoor zogenaamd ‘echt’ bevrijd te worden. Het doel wordt tenietgedaan. Mensen lijken te denken dat de keuze voor het dragen van een hoofddoek een teken is voor onderdrukking, terwijl het eigenlijk een stap is die wordt genomen met trots. Maar die keuze wordt voortdurend bevraagd en onderzocht. Dat klinkt niet als vrijheid, het klinkt meer als mensen die vrouwen willen voorschrijven wat zij beschouwen als ‘bevrijd’.

Fauzi, 22

Ik weet niet meer hoe ik me voel – het is de ene klap na de andere. Het zou me niet verbazen als dit beleid ook in Engeland wordt doorgevoerd. Als mijn werkgever dit ooit ten uitvoer brengt, neem ik ontslag. Ik zal niet worden onderworpen aan dit soort wreedheden, of worden ontkend in het recht om te geloven wat ik wil. 

Lina, 24

Ik ben niet zozeer geschokt, ik ben vooral boos en uitgeput dat ons nogmaals wordt verteld wat we aan moeten trekken. Het is verdomme 2017! Wat betekent het voor de neutraliteit als een werkgever religieuze kleding mag verbieden? Waarom worden irrationele vooroordelen verheven boven individuele rechten?

De mensen die moslims ervan beschuldigen vrouwen te onderdrukken, beslissen nu wat wij moeten dragen. Ee wordt gezegd dat we moeten integreren; dat doen we. Om vervolgens te horen dat we ons niet mogen bedekken of anders ontslagen kunnen worden – we moeten dus letterlijk uit de kleren gaan om ons van onze eigen identiteit en bestaan te ontdoen.

Het is een duidelijke, wereldwijde vrouwonvriendelijke trend om moslima’s voor te schrijven wat ze mogen dragen. Net zoals het verbod op de boerkini, is dit niet om het secularisme te beschermen. Het gaat over het voorschrijven van hoe een religie moet worden beleefd, op een manier die begrijpelijk is voor de witte, westerse blik.

Ik twijfel er absoluut niet aan dat moslima’s net zo veerkrachtig blijven als ze altijd al waren – ook na de invoering van deze idiote regelgeving.

Yasmin, 24

In een zielige poging het feit te verhullen dat de uitspraak alleen vrouwen raakt die een hoofddoek dragen, heeft het Hof toegevoegd dat het gaat over ‘alle zichtbare religieuze symbolen’. De boodschap is duidelijk: rustig aan, we discrimineren alle religieuze mensen. Alsof dat op zichzelf al niet onrechtvaardig is.

Moslima’s – en vrouwen die een hoofddoek dragen in het bijzonder – worden geconfronteerd met enorme uitdagingen in het vinden van een baan op werkvloeren die al anti-moslim en seksistisch zijn. Maar werkgevers zullen dit nooit zo expliciet toegeven, en dat is waarom deze kwestie zo veel indruk maakt.

In de uitspraak van het Hof hoor je eigenlijk dat moslima’s niet welkom zijn op de arbeidsmarkt, en in het verlengde daarvan niet in de publieke ruimte. In plaats van werkgevers de macht te geven om in te breken op de burgerlijke vrijheden van moslima’s, moet de rechtbank aangeven waarom ze hoofddoekdragende moslima’s als een bedreiging ziet.