De musea zullen de komende maand nog gesloten zijn vanwege vermeend besmettingsgevaar. Als ze daarna open gaan, moeten bezoekers waarschijnlijk een test doen voordat ze naar binnen mogen – tot ongenoegen van een aantal kopstukken uit de kunstwereld. Begin deze week noemden ze het de “nekslag” voor de culturele sector in een open brief. ‘Niet-essentiële’ winkels zijn inmiddels wel weer open en zonder test te betreden. Voor het uitwisselen van bacillen kun je dus terecht in de rommelwinkel Action, voor het bekijken van kunst moet je je toevlucht zoeken tot het internet.
Vandaag komt daar verandering in. In Amsterdam opent het Museum Voor Niet-Essentiële Kunst, dat in tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden geen museum is, maar een niet-essentiële winkel. Je kunt er vreemde Action-vondsten kopen, én kunstwerken. Kunstenaars Lonneke van der Palen, Helmut Smits, Annegien van Doorn, Alice Wong en Crys Leung, Daniëlle van Ark en Julian Hetzel maakten speciaal voor het ‘museum’ nieuw werk, met uitsluitend materialen die je kunt kopen in niet-essentiële winkels. Ik ging de expo bekijken en praatte erover met Leon Caren van We Are Public, de organisatie die achter het museum zit.
Videos by VICE
“De Action is een aparte zaak, want bijna iedereen vindt het een waardeloze winkel, maar gaat er wel naar toe,” zegt Leon, die het idee voor de expo bedacht toen hij langs de gigantische rij bij de Action reed. “Maar het is niet per se om de Action te dissen, ofzo.” Hij wil mensen prikkelen om na te denken over wat essentieel is in het leven, en over het ondoorgrondelijke overheidsbeleid. “Ik mag wel naar deze Primark-badslippers kijken, maar niet naar de Rothko in het Stedelijk,” aldus Leon.
Kunstenaars als Mark Rothko hebben in de afgelopen eeuw hun ziel en zaligheid gestopt in het zoeken naar ‘de essentie’. Voor demissionair premier Mark Rutte is het al meer dan een decennium duidelijk dat de essentie niet in de kunst te vinden is. Hij behaalt goede verkiezingsresultaten met onder andere het idee dat kunst een linkse hobby is. Kunst is nutteloos, misschien zelfs waardeloos voor de VVD en hun stemmers. Tegelijkertijd bewijst het succes van de Action dat mensen een onbedwingbaar verlangen te hebben naar dingen waarvan het nut en de waarde niet direct duidelijk is. Gek genoeg lijkt dat verlangen te eindigen waar kunst begint.
In het Museum Voor Niet-Essentiële Kunst vervaagt de grens tussen kunst en andere menselijke maaksels. Een metallic roze tandenborstelstandaard met vier borstels had door Jeff Koons ontworpen kunnen zijn. Een collectie van gekke massageproduceerde Boeddha-spulletjes krijgt op een sokkel bijna weer een spiritueel aura. Een hyperrealistische foto van Lonneke van der Palen laat je op een andere, minder doelmatige manier kijken naar een cheap ass fotolijstje en de binnenkant van een scanner. Er is een stoel van Helmut Smits helemaal beplakt met viltjes die eigenlijk onder de poten horen te zitten, waardoor de onbeduidende stoel een design-achtige uitstraling krijgt.
In 1917 werd de kunst nog enigszins gerespecteerd. Marcel Duchamp plaatste een gesigneerd urinoir in een museum om die sacrale status ter discussie te stellen (het is overigens de vraag of hij terecht de credits krijgt). Dat is erg goed gelukt, misschien wel te goed. Het Museum Voor Niet-Essentiële kunst doet nu het omgekeerde. Kunst wordt tussen de fabrieksprullen geplaatst om onze verering van troepjes aan de kaak te stellen. Het is treurig dat het nodig is, maar het werkt.
Het Museum Voor Niet-Essentiële Kunst is te bezichtigen tot 26 mei, de dag dat andere musea hopelijk weer open gaan in Droog aan de Staalstraat 7B in Amsterdam.