FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Eén giftige tonijn met extra radioactiviteit alstublieft

De vissen van Fukushima bevatten verschillende, complexe reeksen van radioactiviteit, maar worden nog steeds gewoon gegeten.

Als je door Tokio wandelt ben je jezelf voortdurend bewust van de naschokken van de kernramp in Fukushima. Toen ik in april dik dertig uur moest wachten tijdens een tussenstop durfde ik bijvoorbeeld geen enkel stukje vis te eten. Ik overleefde op kip katsu, en heel veel Kirin-melkthee. (Sindsdien weet ik dat dit een goede bron voor [melamine](http:// http://www.kirkfood.com.au/index.php?newsID=5352) is). Met mijn basiskennis van de Japanse taal kon ik niet eens een ticket naar Shibuya kopen, laat staan dat ik mensen kon vragen naar de plaatselijk kwaliteit van de hamachi.

Advertentie

“Ga niet naar Fukushima! Het is een nucleaire bom!”, grapte een vriendelijke jongeman terwijl hij me hielp een kaartje naar Shibuya te kopen.

Maar hoe onveilig zijn Japanse schaal- en schelpdieren nu echt na al die tijd? Hoe erg kan een hapje van een vette tonijn zijn? En wat als de vis is gevangen aan de kust van Fukushima, waar ernstige hoeveelheden radioactief materiaal zijn gelekt?

Meer dan anderhalf jaar later is Ken Buesseler, een maritiem chemicus van het Woods Hole Oceanographic Institution, druk bezig om dergelijke vragen te beantwoorden. Uit 9.000 gepubliceerde bodemmonsters van het Japanse ministerie van Landbouw, Bosbouw en Visserij concludeerde Buesseler dat de vissen gewoon te eten zijn, zelfs als ze zijn blootgesteld aan diverse complexe reeksen van radioactiviteit.

Buesseler doet zijn research.

Terwijl MSNBC meldt dat de opslag van besmet water van Fukushima genoeg is om vijftig zwembaden van Olympische afmetingen te vullen, komt Buesseler met zijn eigen conclusie: een toekomstige voedselrel over besmette vis lijkt onvermijdelijk.

Buesselers rapport toont namelijk aan dat de vis niet schadelijk is voor consumptie, maar laat wel verschillende verspreidingsniveaus van radioactieve besmetting zien. Vissen die zich voeden met bodemplanten en -dieren dragen het hoogste niveau van besmetting met zich mee: de radioactieve elementen cesium-135 en -137. Cesium-137 heeft een halveringstijd van dertig jaar, maar diffundeert in oceaanwater. Daar is het veel minder een zorg dan in een droge omgeving.

Met het onderzoek van Buesseler in het achterhoofd is het moeilijk om niet te veronderstellen dat zogenaamde bodemeters erger worden aangetast door radioactiviteit, doordat het Cesium zich verzamelt op de bodem van de oceaan.

Als de verborgen hoeveelheid cesiumverontreiniging de Japanse ambtenaren van de gezondheidsdienst niet bang maakt (de regels zijn reeds aangescherpt, maar blijkbaar niet echt veel), wat dan wel?

Na het interviewen van Louie Psihoyos, maker van The Cove, bleef ik maar denken aan de met kwik beladen vis. Hij vertelde me over een experimenteel onderzoek dat had aangetoond dat de duurdere variant van tonijn (die ook gebruikt wordt voor kwaliteitssushi) ook een hoger kwikniveau bevatte.

Hoewel ik niet van plan ben om binnenkort te stoppen met het eten van vis, kan ik niet anders dan een toekomst overwegen waarin het daadwerkelijk zal moeten.