In een rokerig schuurtje bakken drie vrouwen verse zeevruchten op een metalen rooster boven een open vuur. De schelpen van awabi (zeeoor), ise ebi (Japanse kreeft), sazae (tulbandschelp), en uni (zeeëgel) worden zwartgeblakerd en borrelende sappen komen naar boven. Het doel van het roosteren is niet alleen om de zeedieren te bakken, maar ook om de drie vrouwen warm te houden. Ze hebben namelijk de hele ochtend gevist om de maaltijd voor vandaag te vangen. Het is november en het water is ijskoud, en aangezien de dames rond de 60 en 70 zijn duurt het langer voordat hun starre lichamen van de kou herstellen.
De vrouwen maken deel uit van een vijfkoppig duikteam en ze zijn drie van de zevenhonderd overgebleven Ama-duiksters in het Toba- en Shima-gebied van de Mie-prefectuur, een provincie aan de oostkust van Japan. Er zijn in het hele land nog maar 2.000 duikers actief. Er waren er eerst duizenden meer.
Videos by VICE
Meer dan 2.000 jaar hebben de Ama langs de kust van Japan hun vrije duiken gedaan. Ze waren vroeger beroemd; krachtige halfnaakte vrouwen van de zee die konden leven van het duiken naar parels, schelpdieren en zeewier. Volgens eeuwenoude legendes kwamen ze aan in Japan als zeevarende nomaden, maar eigenlijk zijn ze oer-Japans. De mensen in Ise-Shima en de rest van Japan dachten dat ze hier voor eeuwig zouden blijven.
Maar de tijd haalt hen nu eindelijk in.
De parels die zij eerst opdoken worden nu gekweekt. Zeeoren en zeeëgels worden binnenkort ook op industriële schaal gekweekt en de meeste Ama-vrouwen zijn nu ouder rond de 60 of zelfs 70. Ze hebben hun traditionele lendendoeken ingewisseld voor wetsuits en plastic flippers. Met elke generatie neemt het aantal jonge vrouwen die de koude zee willen trotseren af en worden de economische voordelen voor de duiksters kleiner. Met elke duik komen ze een stukje dichterbij andere ambachten die door technologie en tijd verdrongen zijn.
In dat metalen schuurtje in de buurt van de haven van Ise-Shima zitten we om de vangst van vandaag op te eten. De 64-jarige Sayuri Nakamure en de 70-jarige Shigey Nakayama serveren de gerechten op blokken hout. Ze hebben hun wetsuits en duikmaskers inmiddels ingewisseld voor truien en hoedjes. Shigeyo heeft een handdoek om haar hoofd gewikkeld en zit kaarsrecht.
Sayuri is de oudste duikster van de groep. Iedereen is het er over eens dat ze de beste en meest competitieve van het stel is. Als ze niet praat na de duik, is ze boos over haar vangst. Vandaag is ze stil. Ze kauwt wat op een stuk gegrilde onigiri (rijstbal) terwijl ze mij een blok hout aanreikt met een kleine kreeft erop. Er is geen bestek, dus we eten met onze handen.
Naast mij zit de 62-jarige Yoshino Uemura, die me laat zien hoe je de stekelige schelp van de ise ebi openbreekt om de puri-puri, het verse vlees, eruit te krijgen. Mijn stadse vingers hebben er moeite mee. Ik zet kracht tot de schelp openbreekt. Met duim en wijsvinger open ik de scheur verder en haal ik de ingewandn eruit. De stoom vult de hut terwijl ik eet.
Yoshino lacht terwijl ze praat en mijn vragen beantwoordt. Ik vraag haar hoe de levenswijze van de Ama wordt gezien door anderen. Zijn ze onder de indruk of kritisch? Ze pauzeert even en zegt dan, “Eerlijk gezegd heb ik nooit nagedacht over hoe mensen ons zien.”
Haar Ama zusters knikken en gaan verder met eten in stilte.
“We doen dit omdat we nergens van afhankelijk zijn. We gaan erop uit en zorgen dat we dezelfde dag wat te eten hebben en brengen vers voedsel terug voor onze families. De rest van onze tijd kunnen we doen wat we willen, dat is het.”
De zelfvoorzienende levensstijl is belangrijk voor hen, net als de blijdschap die het gevangen voedsel brengt voor hun familie en vrienden. Maar hun onafhankelijkheid krimpt. Hun moeders en grootmoeders konden er vroeger volledig van leven en verdienden geld met wat uit de zee haalden, maar de visserij heeft hun inkomen flink verkleind. Duiken is nog steeds essentieel voor de Ama om rond te komen, maar de meesten moeten er een tweede of zelfs derde baan bij nemen om genoeg te verdienen. Sommigen hebben er zelfs nog een ryokan (Japans hotel) of een kleine familieboerderij bij.
Veel van hen werken nu bij het Ama-themarestaurant bij het havengebied, waar ze toeristen zeevruchten voorschotelen en traditionele dansen opvoeren. Een van de restaurantmedewerkers somde het beknopt op: “We zijn erg dankbaar dat we zoveel gasten hier krijgen. Het zorgt ervoor dat we kunnen blijven duiken en onze cultuur kunnen delen. Vroeger konden we leven van het duiken.”
Voor onze maaltijd ging ik mee met Sayuri’s team voor de ochtenddienst. Ze arriveerden in twee witte pickuptrucks en gooiden hun spullen in de boot: flippers, duikbrillen, tampo (reddingsboeien met netten in het midden om hun vangst in te bewaren), en iso nomi (een soort beitel die ze gebruiken om de dieren van de rotsbodem af te wrikken). Ze vangen isi ebi en andere dieren met de hand, alles zonder zuurstoftanks of snorkels. De Ama zijn vrijduikers. Ze houden gewoon hun adem in.
De boot wordt bestuurd door Masumi Nakamura, de man van Sayuri. Als we een stuk van kust af zijn, trekken de vrouwen hun duikriemen met gewichten aan, knopen ze hun witte hoofddoeken om en roepen ze naar elkaar over het geluid van de dieselmotor.
Bij de duikplek zijn de andere teams al te water. Ze dobberen op de golven en klampen zich vast aan hun reddingsboeien om even bij te komen, voordat ze weer een volgende duik maken. De plek is gevuld met geluid en energie.
De Ama fluiten om hun longen te legen als ze bij de oppervlakte zijn aangekomen. Diegenen die niet kunnen fluiten, joelen op vol volume als ze uitademen. Sommigen schreeuwen naar elkaar over hoe koud het is, anderen klagen over gemiste vangst of maken grapjes.
De duiksters zijn vandaag bezig met een duik van 50 seconden naar een diepte van 4 tot 5 meter. Ze maken ongeveer 20 t0t 30 duiken per persoon. De oudere duiksters kunnen langer onder water blijven, maar het kost ze wel langer om te herstellen van een lange dag duiken.
Eenmaal klaar hijsen de duiksters zich terug in de boot. Ze hevelen hun vangst over van hun reddingsboei naar grote, blauwe bakken. Daarna gaan ze terug naar de kust om hun vangst te verkopen aan de groothandel. Ze laden hun vracht uit op de kade en onderhandelen met de kooplui die hen opwachten.
Veel van de Ama doen eerst het huishouden, bereiden maaltijden en brengen hun kinderen naar school voordat ze de zee op gaan. Duiken geeft hen net wat extra inkomen en verzekert ze van goed voedsel voor hun families.