Overal waar ik kijk, zie ik dikke armspieren en zweterige handen die lange halters beetpakken. Ik voel me een mager sprietje tussen al deze zwaargewichten. Je zou haast zeggen dat deze mannen McDonald’s als ontbijt hebben gehad, ware het niet dat hun extra kilo’s zich vooral ophopen op hun schouders en bovenarmen.
Ik zit midden in de warming-up van een Britse powerliftwedstrijd. De atleten om me heen gaan zo het podium op om hun beste squat, bench en deadlift te laten zien, en de hoogste totaalscore van de dag te behalen. Ze zijn al maanden bezig om hun voeding, training, supplementen – en in sommige gevallen steroïden – perfect af te stellen.
Videos by VICE
De mannen worden ingedeeld in verschillende secties, afhankelijk van hoeveel gewicht ze kunnen heffen. Maar daarnaast is er nog een verdeling, namelijk tussen degenen die prestatiebevorderende middelen gebruiken – vooral anabole steroïden – en zij die dat niet doen.
Sporters gebruiken deze middelen om meer kracht te krijgen, spiergroei te versnellen en beter te herstellen. Maar het heeft ook bijwerkingen, zoals haaruitval, hoofdpijn en misselijkheid. Bij mannen kan het er ook voor zorgen dat je zaadballen krimpen, en bij vrouwen juist dat de clitoris groeit.
Anabolen staan op de dopinglijst met verboden stoffen, en zijn dus verboden in vrijwel iedere sport – maar niet bij deze powerliftcompetitie.
De powerliftsectie van de Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessbond laat dopingcontroles uitvoeren, maar in het Verenigd Koninkrijk zit dat net iets anders. Daar heb je de ABPU (Amateur British Powerlifting Union) en de BPU (British Powerlifting Union). Bij de eerste worden willekeurige controles uitgevoerd, maar bij de tweede niet. Het zijn beide professioneel erkende bonden, maar ze hanteren dus wel verschillende standaarden.
Er zitten gigantische verschillen tussen wat geteste en niet-geteste powerlifters op kunnen tillen. Bij de eerste groep staat het record voor squat in de gewichtsklasse van honderd kilo op 332,5 kg – bij de mannen die niet getest worden staat dat op 416 kg.
Toen ik voor het eerst hoorde over deze verschillende bonden, was ik wat sceptisch. Ik ben heus niet vies van een pilletje op z’n tijd, maar van anabole steroïden kreeg ik altijd een wat vieze bijsmaak, die ik associeerde met valsspelen. Het deed me denken aan andere stereotiepe beelden, zoals woede-uitbarstingen, krimpende lullen en rood aangelopen spierbonken die in de kleedkamer van de sportschool een naald in hun arm zetten. Het leek me allemaal maar niks.
Maar toen ik me meer onder de niet-geteste powerlifters ging begeven en ze wat beter leerde kennen, kwam daar verandering in.
De doseringen, soorten steroïden en timing van deze lifters lopen sterk uiteen. Dat geldt ook voor de bijwerkingen: waar een bepaalde samenstelling er bij de een voor kan zorgen dat hij ineens veel makkelijker kan bankdrukken, kan het de ander angstaanvallen bezorgen. Doordat er op het dark web veel ondergrondse laboratoria opduiken, is het lastig om aan betrouwbare informatie te komen. Veel proberen er daarom zelf maar achter te komen wat goed werkt en wat niet, door gewoon wat uit te proberen.
Alexander Clarke is personal trainer en redacteur bij het tijdschrift British Strength. Nu hij dertig is, kan hij zeggen dat hij al zijn halve leven powerlifter is. Zijn tweejarige zoon Logan is er vaak bij als hij weer een prijs in de wacht sleept, waaronder die voor beste Europese powerlifter van 2019, in zijn categorie.
Terwijl hij tegenover me zit, valt zijn mok koffie in het niet bij zijn grote postuur. Afgezien van de trui die om zijn schouders hangt, had Alexander zo een personage uit de Noorse mythologie kunnen zijn.
“Ik vind het heel goed dat die twee categorieën er zijn,” zegt hij, “want sommige mensen willen gewoon geen anabolen gebruiken en andere mensen juist wel. De een kijkt waar het menselijk lichaam op een natuurlijke manier toe in staat is, de ander wat het menselijk lichaam kan als je er een extra hulpmiddel bij gebruikt. Laat mensen daar gewoon zelf tussen kiezen.”
Hij begon zelf veertien jaar geleden met anabolen en heeft inmiddels de dosering gevonden die voor hem het best werkt: per week gebruikt hij 600 milligram testosteron-enanthaat, 400 milligram deca en 400 milligram masteron.
“Sommige dingen werken niet bij me, of kan ik beter maar niet gebruiken,” vertelt Alexander. “Trenbolone-acetaat bijvoorbeeld, daar word ik angstig van. Iedereen denkt altijd dat we er woedeaanvallen van krijgen, maar van tren word ik juist bang.”
Voor veel powerlifters zoals Alexander zijn stemmingswisselingen de voornaamste bijwerking van prestatiebevorderende middelen. Voor sommigen, zoals Jack, was dit de reden om te beginnen met Testosterone Replacement Therapy (TRT).
Jack (38) is personal trainer, coach en mede-eigenaar van een sportschool in Richmond, in Londen. Hij is actief als powerlifter in de BPU en heeft meerdere wereldrecords op zijn naam staan. Nadat hij stopte met zijn kooivechtcarrière, realiseerde hij zich dat zijn kwaliteit van leven sterk achteruit was gegaan.
“Ik was gediagnosticeerd met een depressie, maar de antidepressiva werkten niet bij me,” zegt hij terwijl we bij hem thuis zitten. Alleen zijn bloemkooloren en zijn brutale lach verraden iets van zijn vechtersverleden. “Ik zat niet alleen in de put, maar ook mijn libido ging eraan onderdoor. Dat had veel impact op mijn zelfvertrouwen, en het ging ook ten koste van mijn relatie – mijn vrouw dacht dat er iemand anders in het spel was.”
“Ik besloot te stoppen met antidepressiva en probeerde er zelf van af te komen. Eerst deed ik ze door de helft, toen door een kwart en uiteindelijk nam ik ze niet meer. Nadat ik was overgestapt op TRT stabiliseerden mijn stemmingswisselingen, kwam mijn seksdrive weer terug en kon ik weer normaal slapen.”
Jack is niet de enige powerlifter die met testosteron begon voor redenen die los van zijn training stonden. Artsen schrijven TRT niet voor niets ook voor aan oudere mannen die met depressies worstelen en een laag libido hebben.
Dave is een powerlifter uit Widnes, een regenachtig dorp in de buurt van Liverpool. Met een norse stem vertelt hij hoe hij een balans moet zien te houden tussen prestatiebevorderende middelen en zijn eigen emotionele gezondheid. Dave lijdt aan een genetische ziekte waardoor zijn lichaam weinig testosteron aanmaakt, en hij dus vatbaarder is voor klinische depressies.
Hij neemt al twintig jaar steroïden en gelooft er heilig in dat het een positief effect op zijn mentale welzijn heeft. “Mensen begrijpen niet dat er een verband zit tussen een laag testosteron, libido en je algehele welzijn. Als je weinig testosteron hebt, voel je je niet goed over jezelf – je hebt geen zelfvertrouwen.”
Met een extra dosis hormonen voelen mannen zich vaak beter, energieker en sterker, en hebben ze meer zelfvertrouwen. Zoals Jack zegt: “Het voelt alsof je weer begin twintig bent.”
Door over te stappen op TRT kon Jack nooit meer ongezien door dopingcontroles gaan. Daarom koos hij ervoor om te powerliften tegen andere mannen die ook niet getest worden.
Er worden veel steroïden in krachtsport gebruikt, maar toch verbaast het me hoe open alle powerlifters erover zijn. “Er zijn maar weinig mensen die vertellen wat er echt aan de hand is,” zegt Alex. “Ze zijn bang dat iemand zal zeggen dat ze eigenlijk niet zo sterk zijn, maar dat het door dat spul komt.”
Die angst lijkt te worden opgevangen doordat er ook een bond bestaat die geen dopingcontroles uitvoert: er is een plek waar sporters op een eerlijke manier de concurrentie aan kunnen gaan, zonder dat hun prestaties in twijfel worden getrokken. Het zorgt er alleen ook voor dat er meer afstand ontstaat tussen deze lifters en de samenleving, waardoor ze onderling nog meer afhankelijk van elkaar worden.
“Hoe meer mensen ik ontmoet uit de powerliftcommunity, hoe meer ze mijn voornaamste informatiebron zijn geworden,” zegt Jack. “Ik hoef geen internetfora meer af te struinen of bodybuilders in de sportschool om advies te vragen.” Jack praat in plaats daarvan nu alleen met powerlifters die al lang meegaan en goed op hun gezondheid letten. “Samen filteren we het slechtere spul eruit,” zegt Alexander.
Hoewel de bond een oogje toeknijpt, is het wel nog altijd verboden om anabole steroïden te verkopen. Ondergrondse laboratoria verkopen stiekem producten die ze zelf produceren, met ingrediënten die ze in grote hoeveelheden uit China halen en vermengen met fillers. Het ene lab is betrouwbaarder dan het andere, maar er is geen enkele manier om te controleren wat je nou precies in je spieren injecteert – je zult deze mensen op hun blauwe ogen moeten geloven.
Promovendus Neha Ainsworth doet onderzoek naar de risico’s van prestatiebevorderende middelen en hoe sporters daarmee omgaan. Zij bevestigt dat de ondergrondse labs het gevolg hebben dat de sporters niet weten wat ze precies kopen, en of ze wel de juiste hoeveelheid gebruiken.
“Dat heeft te maken met het onsteriele productieproces, en wat er als filler wordt gebruikt.” De mengsels kunnen versneden worden met zware, verontreinigde metalen – wat op lange termijn ernstige schade toe kan brengen. “Ze doen zich voor als lab, maar in werkelijkheid is het gewoon een gast die wat poeders inkoopt en met elkaar vermengt in zijn badkuip.”
Er verschijnen steeds meer internetfora waar labs beoordeeld kunnen worden. Daar reageren de labs zelf ook weer op, door bijvoorbeeld achter bestellingen aan te gaan die verloren zijn gegaan. Zo probeert de gemeenschap er zelf voor te zorgen dat er toch nog verantwoordelijkheid wordt genomen. Wedinos, een dienst die recreatieve stoffen onderzoekt op kwaliteit en puurheid, moest stoppen met prestatiebevorderende middelen omdat het zoveel monsters kreeg toegestuurd. “Dat laat duidelijk zien dat steroïdegebruikers zo voorzichtig mogelijk willen zijn,” zegt Neha.
Er zijn mensen die vinden dat deze steroïdengebruikers niet echt geven om hun gezondheid. Niet-geteste powerlifters distantiëren zichzelf echter van recreatieve drugsgebruikers: zij zien zichzelf als verantwoordelijke burgers die netjes belasting betalen, naar de sportschool gaan alsof het de kerk is en voorzichtig omgaan met hun naalden.
Veel van hen houden hun gebruik echter geheim, omdat ze niet veroordeeld willen worden. Nadat Alexander zijn arts erover had verteld, kreeg hij later geen antibiotica omdat de arts vond dat zijn probleem te maken had met de steroïden – terwijl hij die al een jaar niet had gebruikt. Het frustreerde hem op een manier die veel andere niet-geteste sporters zullen herkennen: de angst dat je veroordeeld wordt, en je prestaties niet serieus worden genomen.
Aan het eind van ons gesprek neemt Alexander me mee naar zijn stoffige, donkere garage in Blackburn, die hij heeft omgetoverd tot gym. Hij tilt driehonderd kilo zonder ook maar een druppeltje te zweten.
“Veel mensen gebruiken steroïden terwijl ze dat eigenlijk helemaal niet nodig hebben,” zegt hij nadat hij zijn set heeft afgerond. “Als je gewoon wat sterker wilt zijn en een wasbordje wilt krijgen, moet je vooral gewoon hard trainen. Het heeft eigenlijk alleen zin als je echt een powerlift-freak wilt zijn. Als je heel competitief bent ingesteld, dan heb je er ook alles voor over.”
Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE UK.