Identiteit

Queer, zwarte en gehandicapte suffragettes die de geschiedenis even was vergeten

Rosa May Billinghurst gebruikte tijdens demonstraties haar rolstoel om op de politie in te rammen. Foto is eigendom van LSE via Flickr

Dit jaar viert Groot-Brittannië het honderdjarig bestaan van het vrouwenkiesrecht met evenementen door het hele land: van Londen tot Manchester tot Belfast. Maar als je een snelle blik werpt op sommige evenementen die ter gelegenheid van de Representation of People Act uit 1918 worden georganiseerd, zie je dat de archetypische suffragette als een bepaald soort vrouw in ons collectieve geheugen is gebrand, zoals ook blijkt uit de film Suffragette uit 2015: wit, hetero en gezond.

Hoe zit het met de queer suffragettes? Waren vrouwen van kleur erbij betrokken? En hoe zichtbaar waren de activisten met een handicap? De waarheid blijkt veel complexer te zijn dan oorspronkelijk werd gedacht.

Videos by VICE

Historica Diane Atkinson laat in haar nieuwe boek Rise Up Women! The Remarkable Lives of the Suffragettes zien dat queervrouwen prominent aanwezig waren in de beweging. Atkinson vertelt me over een “langdurige romantische relatie” tussen suffragettes Evelina Haverfield en Vera ‘Jack’ Holme, de chauffeur van de familie Pankhurst. “Deze twee waren vrij openlijk een stel en hadden elkaars initialen in hun bed gekerfd,” zegt ze.

In Atkinsons boek worden de levens van een aantal andere activistische queervrouwen beschreven, waaronder “het zeer openlijke stel” Lettice Floyd en Annie Williams. De vrouwen werden over het algemeen aanvaard binnen de beweging, grotendeels omdat ze een gemeenschappelijk doel hadden. “Ze zaten allemaal in homoseksuele relaties en waren allemaal erg actief betrokken, ze waren aanwezig en verstopten zich in geen enkele kast, en ze deden het allemaal in het openbaar,” zegt Atkinson. “Het was een beweging met maar één doel maar met een zeer diverse aanhang.”

Waarom hebben historici er dan zo lang over gedaan om deze relaties te documenteren? Hilary McCollum, die eerder dit jaar een lezing gaf met de naam Sapphic Suffragettes: The Key Role of Lesbians in the Fight for Votes for Women aan de London School of Economics, geeft enkele mannelijke historici de schuld.

“Er is heel veel gewist,” zegt ze. “De geschiedenis van de vrouwenbeweging is grotendeels vastgelegd door mannelijke historici, en sommige van hen erotiseerden dit verhaal alleen maar. Lesbische en biseksuele relaties zijn grotendeels onzichtbaar gemaakt, of opgetekend als sensationeel verhaal.” McCallum zegt dat deze vrouwen een “cruciale” rol binnen de beweging hadden en gelooft dat sommige van de “belangrijkste leiders” queer waren, zoals Ethel Smyth, de componist van het suffragette-lijflied The March of the Women.

Vera ‘Jack’ Holme (links). Foto eigendom van LSE via Flickr

Op eenzelfde manier wordt er nu eindelijk ook naar de rol van vrouwen van kleur in de kiesrechtbeweging gekeken. In 2010 ontdekte BBC-journalist Anita Anand een afbeelding van Sophia Duleep Singh – wier vader de laatste maharadja van het Sikhrijk was – waarop ze exemplaren van The Suffragette aan het verkopen was. “Ik wist gewoon, ook al was het een sepiafoto, dat ze net als ik bruin was,” zegt Anand. “Toen ik haar naam ontdekte, deed ik wat iedereen zou doen, namelijk zoeken naar haar in de geschiedenisboeken. Maar tot mijn afschuw was er helemaal niets over haar te vinden.”

De daaropvolgende vijf jaar bracht ze door met research naar “een van de geweldigste vrouwen die ik ooit ben tegengekomen.” In 2015 bracht ze het boek Sophie, Princess, Suffragette, Revolutionary uit. Anand zegt dat Singh – die werd geboren in het Verenigd Koninkrijk en de peetdochter van koningin Victoria was, die haar gratis liet verblijven in Hampton Court Palace – transformeerde van een feestende “Kardashian van haar tijd” naar een vooraanstaande suffragette.

Het keerpunt was een levensveranderende reis naar India, waar Singh getuige was van het racisme en geweld van het Britse rijk tegen zijn koloniale burgers. Ze doneerde grote bedragen aan de beweging en speelde een grote rol in de Women’s Tax Resistance League. Ze moest zelfs voor de rechter verschijnen omdat ze weigerde om belasting te betalen (ze weigerde ook de boetes voor haar onbetaalde belastingen te betalen).

“Tegen 1909 was ze een van meest zichtbare en rebelse suffragettes voor het Britse establishment,” zegt Anand. Singh werd meer dan eens gearresteerd, maar ze werd nooit in de gevangenis gegooid, vanwege de “schaamte” die dit zou veroorzaken bij de Britse regering.

Catherine Duleep Singh, de zus van Sophia, was ook bij de kiesrechtbeweging betrokken als niet-gewelddadige demonstrant. Ze had een lesbische relatie met haar Duitse gouvernante Lina Schäfer. Sommige Indiase vrouwen werden ook uitgenodigd om deel te nemen aan protestmarsen, zoals de Women’s Coronation Procession. Sumita Mukherjee, een geschiedkundige aan de Universiteit van Bristol, heeft drie Indiase vrouwen geïdentificeerd die meeliepen met de mars in 1911.

Mukherjee, van wie het boek Indian Suffragettes: Female Identities and Transnational Networks dit jaar verschijnt, vertelt me over een verontrustende kant van de witte boegbeelden van de beweging. “Er was absoluut een gevoel van raciale en imperialistische superioriteit die naar voren komt,” zegt ze. Ze noemt Christabel Pankhurst als voorbeeld. “Het is heel moeilijk om een paar van de problemen die ze absoluut hadden [rondom imperialisme en ras] te rijmen met de progressiviteit die ook in ze schuilde.”

Sophia Duleep Singh. Afbeelding afkomstig uit ‘The Suffragette’. Copyright van de Women’s Political and Social Union, eigendom van The National Archives

Volgens Mukherjee zijn er gevallen van Britse suffragettes bekend die beweerden dat als ze eenmaal mochten stemmen, ze “in principe de koloniale vrouwen – zwarte en bruine vrouwen – in het rijk konden ‘redden’.” Ze is het er niet mee eens dat we deze imperialistische houding sympathiek zouden moeten benaderen. “Het heersende argument is dat ze een product van hun tijd waren, en dat je ze niks kunt verwijten omdat het nou eenmaal was zoals het was – maar ik houd niet van dat argument, omdat iedereen op elk moment liberaal kan zijn.”

Rosa May Billinghurst. Foto eigendom van LSE via Flickr

Op dezelfde manier als er nu wordt gekeken naar de rol van vrouwen van kleur, hebben historici tot nu toe een paar voorbeelden gevonden van prominente gehandicapte suffragettes. Een daarvan is Rosa May Billinghurst, die een rolstoel gebruikte om zich te verplaatsen, aangezien ze in haar jeugd polio had gehad en daardoor niet meer kon lopen. Ze richtte de WSPU-tak in Greenwich op, nam deel aan protesten (zoals die in 1912 waarbij ramen werden ingegooid) en werd meerdere keren in de Holloway Prison gegooid.

“Ze deed veel voor de beweging en deed dat ongeacht haar handicap. Wel of geen rolstoel – ze zou deze dingen absoluut hebben gedaan,” zegt Sheila Hanlon, een deskundige en geschiedkundige van Cycling UK, een Britse fietsersbond. Billinghurst gebruikte naar verluidt haar rolstoel in haar voordeel. “Er zijn veel verslagen waarin te vinden is dat ze haar rolstoel gebruikte om op de politie in te rammen tijdens demonstraties.”

Een andere gehandicapte suffragette was Adelaide Knight, die met een stok liep. Knight werd secretaris van de Canning Town-afdeling van WSPU in 1906. “Ze had een kleine handicap, ze zat in de arbeidersklasse en was deel van een familie van gemengd ras,” zegt Hanlon. (Knight trouwde een Jamaicaanse man in 1894). “Onder de arbeidersklasse in de vrouwenbeweging was ze enorm belangrijk en een van de belangrijkste organisatoren in haar gebied.”

De strijd om vrouwenkiesrecht werd niet gestreden door een homogene groep witte vrouwen: het was een lappendeken van allerlei activisten, die zij aan zij, vrouw naast vrouw, vochten om één doel te bereiken. Dus hoe kunnen de levens van deze vrouwen beter worden geïntegreerd in de geschiedenis? Volgens Hanlon moeten historici terugkeren naar de primaire bronnen.

“We moeten teruggaan naar de originele bronnen en de geschiedenis van het vrouwenkiesrecht herschrijven,” zegt ze. “Als je op zoek bent naar lhbt-suffragettes, vrouwen van kleur-suffragettes, vrouwen met een handicap-suffragettes of suffragettes uit de arbeidersklasse, dan is de plek om ze te vinden in de archieven,” besluit Hanlon. “Al deze dingen – ras, klasse, handicaps, seksualiteit, gender – werkten samen en zijn een heel belangrijk onderdeel van het ongeschreven verhaal van het vrouwenkiesrecht.”