Steeds als er uit de gelederen van Forum voor Democratie iets racistisch of bezopens opborrelt is dat goed voor dagenlange media-aandacht. Dat is deels begrijpelijk, maar deels ook oneerlijk voor andere partijen die ook niet per se heel groot zijn, maar die geen gebruik kunnen maken van ophef om gehoord te worden, omdat ze daar bijvoorbeeld boven staan. Verder ook oneerlijk: als er ophef is rondom Thierry Baudet, krijgt zijn partij geen knauw in de peilingen.
De ophefcyclus voelt bekend aan: er komt iets naar buiten over hoe verdorven Forum voor Democratie is (dinsdag bracht Elsevier Weekblad gelekte whatsappberichten uit waarin Thierry en co zich onder meer afvroegen “Wil jij dat je zus met een [n-woord] thuiskomt?”). Journalisten verdringen zich vervolgens (terecht) voor Thierry om een quote. Hij reageert amper, gaat niet inhoudelijk in op die racistische uitspraken en zet een gare video op social media, waar dan weer een stel twitteraars om lachen. En ondanks de hoon, de kritische vragen en de ranzige bruine uitspraken die binnen- en buitenskamers door FvD worden gedaan, blijft de partij op vier zetels staan in de peilingen, wat betekent dat alsnog honderdduizenden mensen erop stemmen.
Videos by VICE
Hoelang nog? In april vorig jaar bracht HP/De Tijd via journalist Ton van Dijk berichten van klokkenluiders naar buiten dat in een appgroep van de FVD-jongeren alt-right-fascistische en antisemitische berichten, memes en grappen werden gedeeld. Maakte dat toen veel uit voor de partij en Baudet zelf? Neuh.
Iets heftiger was het in december, toen de partij leek te imploderen, mede door toedoen van Bart Nijmans relaas op GeenStijl waarin onder meer naar buiten kwam dat Baudet heeft gezegd dat hij antisemiet is, en dat Baudet-sympathisant Freek Jansen er neonazistische ideeën op nahoudt. Als je het dusdanig gortig hebt gemaakt dat Joost Eerdmans en Annabel Nanninga je clubje te bruin vinden, dan leek het mij einde oefening, maar dat was het niet! Forum voor Democratie bleef wederom steken op vier zetels in de peilingen, geen 25 of 28 zoals ze ooit stonden, maar nog altijd een verdubbeling ten opzichte van hun huidige twee stoeltjes in de Tweede Kamer.
En nu is het volgende niet bedoeld als harde kritiek op ‘de media’ of ‘de politiek’, maar er zit iets bedroevends aan wat Baudet met de ophef telkens voor elkaar krijgt. Koud twee weken nadat het einde oefening leek voor FvD, had ik mijn grootste Groundhog Day-moment tot dan toe: SP-Kamerlid Peter Kwint twitterde kritiek op een of andere uit de context getrokken grafiek met coronadata die Baudet deelde.
Het levert Kwint weer wat likes en retweets op, geeft hem meer profiel, en ik snap dat het hem daar niet alleen om te doen is; het komt ook voort uit een verlangen iets van het discours bij te trekken, maar ergens voelt het alsof de ophef Baudet keer op keer rehabiliteert, of regenereert. Zoiets.
Wat moet je doen? Er dan maar geen aandacht aan besteden? Het onbesproken laten is niet goed voor mensen die erdoor gemarginaliseerd worden. Maar misschien is dit een leuk experiment: om naar aanleiding van de laatste Forum-ophef juist eens te kijken naar wat voor interessante voorstellen er door andere partijen worden gedaan in het kader van antiracisme en antidiscriminatie. Een soort positieve whataboutism, de zendtijd voor ophef rondom Forum voor Democratie gebruiken om een sprankeltje oecumenische vooruitgangszin te verspreiden, zo u wilt!
Hier zijn vier voorstellen die we tegenkwamen:
Volt – Een minister voor Emancipatie en Kansengelijkheid
De Nederlandse tak van de ambitieuze Europese partij Volt heeft geheel volgens reputatie ambitieuze plannen om discriminatie aan te pakken: zij willen een “minister (zonder portefeuille) voor Emancipatie en Kansengelijkheid”. De partij noemt het een “belangrijk signaal dat we in Nederland discriminatie, gendergelijkheid en inclusiviteit hoog op de agenda zetten”. De minister gaat onder meer zorgen dat iedereen gelijke kansen heeft bij het solliciteren en dat in alle overheden gendergelijkheid en inclusiviteit wordt nagestreefd. Het is bij dezen door ons opgemerkt.
PvdD – Algoritmische discriminatie voorkomen
De Partij voor de Dieren heeft een bijzonder interessant punt gericht op het voorkomen van discriminatie door algoritmes. In hun partijprogramma staat: “Zelflerende systemen, waarbij computers besluiten nemen over mensen, zonder menselijke inmenging, worden aan streng ethisch en privacy toezicht onderworpen. Ook wordt er op gelet of deze systemen niet onbewust discriminatoire besluiten nemen. De overheid gebruikt geen ‘black box’ algoritmes.” Zeker in het kader van een toeslagenaffaire is dit een mooi punt om te overwegen bij je stemkeuze straks in maart.
BIJ1 – Het toevoegen van nationaliteit als discriminatiegrond in het Wetboek van Strafrecht
De progressieve strijders van BIJ1 hebben natuurlijk heel veel aandacht voor maatregelen omtrent antiracisme en discriminatie, maar eentje viel nu bij lezing van het programma op:
“Aangiftes en meldingen over racistisch geweld worden serieuzer opgepakt. Een veilige samenleving voor iedereen wordt topprioriteit. Bovendien wordt nationaliteit toegevoegd als discriminatiegrond aan Artikel 137 van het Wetboek van Strafrecht.” Vreemd, ik heb er nooit bij stilgestaan dat aangesproken worden op welke nationaliteit dan ook niet strafbaar zou zijn, wat in het kader van de vooruitgang een interessant voorstel is. Niet langer is iemand discrimineren op diens nationaliteit een reden om ongestraft door het leven te gaan. Het hele verkiezingsprogramma van BIJ1 is hier terug te lezen.
NIDA – Inclusiever feesten
NIDA is een Nederlandse politieke partij met een islamitische grondslag en een van de punten uit het programma die opvalt leest als volgt: “Waar is dat feestje? Hier is dat feestje!” Wat volgt is een oproep om bredere en diverser culturele en levensbeschouwelijke feestdagen in de publieke ruimte in Nederland te vieren (“Van dodenherdenking tot Keti Koti. Van Kerst en Holi tot het Offerfeest.”). Uitstekend!
Dat voor nu in de alternatieve zendtijd voor ophef. Dank voor uw aandacht.