Sport

Ricardo Quaresma en zijn carrière als ruziënde dribbelkoning

Als Besiktas-trainer Carlos Carvalhal in de rust van de wedstrijd tegen Atlético Madrid in de kleedkamer meldt dat hij Ricardo Quaresma gaat wisselen, slaan de stoppen bij de aanvaller door. Hij pakt de eerste de beste waterfles die hij ziet, smijt ‘m woedend naar het hoofd van Carvalhal en maakt hem in het bijzijn van het gehele elftal uit voor een “nobody”.

Bij Quaresma is dat nog intimiderender dan bij anderen – hij heeft niet voor niets die traantjes onder zijn oog laten tatoeëren. De situatie in de kleedkamer van Besiktas is typerend voor de Portugees, die vrijwel overal waar hij kwam ruzie kreeg met trainers en voor opwinding zorgde, maar de hoge verwachtingen nooit helemaal waar wist te maken.

Videos by VICE

Quaresma in 2007 op 23-jarige leeftijd in het Portugees elftal. (Foto: Proshots)


Quaresma werd in zijn jeugd niet op slag verliefd op voetbal, sterker nog, hij ”haatte” het. De jonge Ricardo deed liever aan hockey en karate. Zijn broer was echter een talentvolle keeper en zocht een trainingsmaatje. Meestal gaat het andersom en kiest een voetballer iemand die als levende schietschijf op doel wil staan, maar nu moest Ricardo eindeloos ballen op het doel van zijn broer vuren. Ze bleken beiden veel talent te hebben en kwamen uiteindelijk samen in de jeugdopleiding van Sporting Clube de Portugal terecht.

Op zijn zeventiende maakte Ricardo zijn debuut in het eerste elftal. Quaresma maakte naam met opwindende dribbels en trucs waarmee hij rechts- en linksbacks spijt liet krijgen van hun carrièrekeuze. Bij Sporting speelde hij samen met zijn vriend Cristiano Ronaldo, die later vijf keer tot beste speler ter wereld werd gekozen. Desondanks was Quaresma’s faam in die beginjaren groter. Dat werd een paar maanden geleden nog benadrukt door Peter Crouch, die ooit met Engeland Onder-21 tegen Portugal speelde: ‘’We maakten ons zorgen over Ricardo Quaresma, niemand had nog gehoord van Ronaldo.”

De beleidsbepalers van FC Barcelona overwogen in de zomer van 2003 om Ronaldo te halen, maar kozen uiteindelijk toch voor Quaresma. Hij bracht een Harry Potter-boek mee naar zijn presentatie, aangezien ‘Harry Potter’ zijn bijnaam was. Niet omdat hij leek op de bebrilde knul, maar vanwege zijn magische acties aan de bal. De Portugees ging in Barcelona spelen onder trainer Frank Rijkaard, in een selectie met maar liefst zes Nederlanders.

Quaresma houdt een balletje hoog bij zijn presentatie. (Foto: Proshots)


Quaresma had helaas moeite om zijn draai te vinden in Barcelona. Hij scoorde slechts één keer in de competitie. De enige tovertruc die de Catalanen van hem zagen, was dat hij soms de hele wedstrijd schitterde in afwezigheid. Ook waren er spanningen tussen Quaresma en zijn trainer: de Portugees vond dat hij te weinig vrijheid en vertrouwen kreeg en weigerde om nog langer onder Rijkaard te spelen. Bij Barça waren ze niet onder de indruk van Quaresma’s houding. De club besloot hem na een jaar te verkopen aan FC Porto.

Bij FC Porto kreeg Quaresma al snel weer een Nederlander als trainer: Co Adriaanse. Dat Co niet altijd lichtzinnig te werk ging – hij liet ooit de selectie van Willem II na een verloren oefenwedstrijd 26 kilometer lopen – merkte Quaresma meteen: ‘’We stonden om zes uur ’s ochtends op en fietsten naar een park, zonder te eten. In het park moesten we vier kilometer hardlopen. Ik zag spelers vallen en kotsen (…) Het kon hem niets schelen.” De buitenspeler begon het seizoen op de bank, maar wist het vertrouwen van Adriaanse te winnen. Het leverde resultaat op, want FC Porto won dat seizoen de dubbel en Quaresma werd verkozen tot Speler van het Jaar.

Quaresma kust het logo van FC Porto na een doelpunt. (Foto: Proshots)


In de zomer van 2008 donderde het op de burelen van Internazionale. Trainer José Mourinho wilde Quaresma aan zijn selectie toevoegen, terwijl eigenaar Massimo Moratti vond dat ze hem niet nodig hadden. Na veel gedram kreeg de trainer zijn zin en werd de Portugees gekocht. De trainer wilde Quaresma meteen in een compleet andere speler veranderen. ‘’Over een paar maanden praten we over een andere Quaresma,” aldus Mourinho na de komst van zijn nieuwe buitenspeler.

Mourinho zal, net als veel andere trainers, soms gegruweld hebben van Quaresma’s opvallende stijl. De trivela (een pass of schot met de buitenkant van de voet) en de rabona (een pass of schot achter het standbeen langs) zijn al jarenlang zijn handelsmerk. Sterker nog, als je ”trivela”googelt krijg je automatisch een foto van Quaresma te zien. Voor sommige trainers het toonbeeld van onprofessioneel gedrag, maar voor de fans leuk om te zien. Elk weekend scheuren ongetwijfeld wereldwijd talloze welwillende amateurs hun kruisbanden af nadat ze tevergeefs geprobeerd hebben Quaresma na te doen.

https://youtu.be/VC8G8NN9jqM

Dat Quaresma na een paar maanden onder Mourinho niet meer de oude was, is een understatement. De aanpak van de trainer en het gebrek aan speelminuten zorgden voor onzekerheid bij de aanvaller, die naar eigen zeggen soms huilend wakker werd als hij wist dat hij die dag moest trainen. Na een half jaar kreeg hij de Bidone d’Or, de ‘prijs’ voor slechtste speler van de Serie A. In diezelfde maand kreeg Cristiano Ronaldo overigens de Ballon d’Or, voor beste speler van het jaar.

Quaresma vertrok na een half jaartje bij Inter op huurbasis naar Chelsea, waar hij onder Guus Hiddink ook nauwelijks speelde. Hij komt nog regelmatig voor op lijstjes met de slechtste Chelsea-spelers, net als Winston Bogarde. In één adem genoemd worden met iemand die jarenlang alleen met jeugdspelers trainde, dat kan nooit positief zijn. Met de staart tussen de benen keerde Quaresma terug naar Internazionale. Mourinho klonk als een mentor op de middelbare school toen hij het over Quaresma had: ‘’Ik ben teleurgesteld in hem (…) Zonder vertrouwen in jezelf wordt het lastig.’’

De avonturen bij Inter en Chelsea werden helaas niks. (Foto: Wikimedia)

Gelukkig voor Quaresma werd hij in de zomer van 2010 door Besiktas uit z’n lijden verlost. In Turkije werd snel duidelijk waarom Quaresma niet alleen het imago van een hypercreatieve technicus, maar ook dat van heethoofd heeft. Zo kreeg hij niet alleen fikse ruzie met zijn trainer Carvalhal, maar ook met zijn ploeggenoot Nihat Kahveci. Bovendien pakte hij meerdere rode kaarten – in zijn gehele carrière heeft hij er in totaal maar liefst twaalf gehad. Voor iemand die een psalm op zijn achterhoofd heeft getatoeëerd is hij op het veld vrij gewelddadig.

Toen Quaresma in de zomer van 2012 weigerde om akkoord te gaan met een salarisverlaging, begon het grote circus rondom de Portugees pas echt. Hij mocht niet meer uitkomen voor het eerste elftal, en werd er zelfs van beschuldigd dat hij zijn edele delen aan een medewerkster van Besiktas had laten zien en over de materiaalman heen had gepist. Quaresma reageerde woedend en ontkende het verhaal. Daarna werd hij tot overmaat van ramp opgepakt, nadat zijn moeder op straat bestolen werd en hij iets te hardhandig ingreep. Ironisch genoeg gebeurde dit vlak voor de rechtbank, waar Quaresma vertelde over hoe hij zelf was beroofd.

Uiteindelijk verliet hij Besiktas door de achterdeur en tekende hij bij Al Ahli uit Dubai. Quaresma gaf eerlijk toe dat hij helemaal niets wist over de club en de competitie. Het is weer eens wat anders dan spelers die beweren dat ze als klein jongetje met het bord op schoot via een illegale stream naar de kraker tussen Al Ahli en Baniyas keken. In de zandbak deed hij wat elke voetballer daar doet: geld vangen en klagen dat het er warm is. Kort na zijn aankomst smeekte hij zijn zaakwaarnemer al om een nieuwe club voor hem te vinden.

Het belletje van de voorzitter van FC Porto kwam daarom als een geschenk uit de hemel, en op 1 januari 2014 keerde Quaresma verrassend terug naar zijn oude club. Bij zijn eerste training zaten er ruim 10.000 mensen in het stadion en Quaresma kreeg weer het gevoel dat hij meetelde in de voetbalwereld. Uiteindelijk kreeg hij bij FC Porto – verrassing – onenigheid met zijn trainer Julen Lopetegui.

Na anderhalf jaar in Portugal kwam de lokroep van zijn oude club Besiktas hem dus perfect uit. Al het eerdere gedoe was blijkbaar vergeten, en als een verliefde tiener keerde Quaresma terug naar zijn ex. FC Porto zal echter altijd in zijn hart blijven zitten. Toen Porto en Besiktas elkaar vorig jaar troffen in de Champions League, verklaarde hij beide clubs ‘’mee te nemen in zijn graf.’’ Uit de mond van Quaresma klinkt dat toch ergens een beetje als een dreigement. Hij sleepte in Turkije wel mooi meteen het kampioenschap binnen.

Quaresma en Ronaldo na de EK-winst van Portugal. (Foto: Proshots)

Het hoogtepunt uit Quaresma’s carrière volgde in 2016: al ploeterend en struikelend baande het Portugese elftal zich een weg door het EK, dat het team uiteindelijk zelfs wist te winnen. Tegen Kroatië scoorde Quaresma in de verlenging en toen Ronaldo in de finale geblesseerd raakte – en meteen de rol van coach en spiritueel leider op zich nam – verving hij hem. Na afloop grapte Quaresma over de medaille: ‘’Als die van goud gemaakt is verkoop ik ‘m.”

Inmiddels is Quaresma 34. Het afgelopen seizoen zette hij nog steeds hier en daar verdedigers voor schut, kreeg hij twee keer rood in wedstrijden tegen Fenerbahçe en werd hij opgeroepen voor het WK. Uit de schaduw van Cristiano Ronaldo zal hij nooit stappen, maar dat de dribbelkoning na zijn vlucht naar Dubai überhaupt nog zoveel prijzen op topniveau achter zijn naam heeft gekregen, is gewoon knap. Hij heeft zijn potentie wellicht niet volledig benut, maar zijn dribbels, trucs en uitspattingen zullen in ieder geval niet gauw vergeten worden.

Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.