FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Ik ging deur aan deur om mensen te bekeren tot de cd

Als de Jehova’s op zaterdagochtend mensen kunnen bekeren, kunnen we dan hetzelfde doen voor cd’s?

Cd’s kopen is tegenwoordig zo aantrekkelijk als het kijken naar oude afleveringen van Goudkust. Wie überhaupt nog muziek koopt, streamt of download het, of geeft zijn euro’s uit aan platen. Ondertussen wordt de cd-koper met uitsterven bedreigd. Als geluidsdragers beren waren, dan was de compact disc een impotente panda.

Neem het aantal cd-winkels: dat zijn er steeds minder. Ten opzichte van 2010 verschepen platenlabels jaarlijks nog maar de helft van het aantal cd’s, en voor artiesten levert de verkoop ook steeds minder op. Is het gedaan met de cd? Of kan de blinkende schijf gered worden voor het Eeuwige Leven?

Advertentie

Laten we kijken naar een ander cultureel systeem dat zichzelf ook tijdens de digitale revolutie prima kan verkopen: religie. Religie geeft geen reet om jouw technologische vooruitgang. De Paus zit op Twitter, en Jehova’s Getuigen – de vinylhoofden van de spirituele wereld – overtuigen nog dagelijks mensen om zich bij hun club van 8,2 miljoen aan te sluiten.

Als de Jehova’s op zaterdagochtend mensen kunnen bekeren, kunnen we dan hetzelfde doen voor cd’s? Is het onderschatten van deur-aan-deurverkoop de achilleshiel van de muziekindustrie? Ik ging de straat op om het uit te zoeken.

Ter voorbereiding leg ik mijn plannen voor aan een aantal Jehova’s. “Stel jullie gaan langs 25 deuren,” vroeg ik ze, “hoe vaak verwacht je binnen te worden gelaten voor een ‘veelbetekenend gesprek?” Zes op de honderd, is het opmerkelijk consistente antwoord. Een verbluffende anderhalf op 25. Om muziek op het niveau van Jehova te krijgen, moet ik op honderd deuren zeven cd’s verkopen. Dat moet te doen zijn.

Klaar voor het gevecht

Ik kies een aantal recente platen die ik als slachtoffers van de Zeitgeist zie: Young Chasers van de gehypete rockband Circa Waves uit Liverpool en Emotion van Carly Rae Jepson, releases van grote platenlabels die ondanks financiële en kritische steun, slechts op een lauw commercieel onthaal konden rekenen. In Groot-Brittannië tenminste. Ironisch genoeg heeft geen van de winkels bij mij in de buurt ze op voorraad.

Advertentie

Dag één

Ik loop tien minuten lang een straat op en neer. Achter de eerste deur waar ik aanbel hoor ik gekook, gepraat, gelach en zelfs The Weeknd zacht spelen. Ik ben bloednerveus. Een jongen achter in de twintig doet de deur open.

“Hallo daar, heb je een paar minuten?”

“Waarschijnlijk niet. Waar gaat het over?”

“Nou, ben je een muziekliefhebber?”

De deur gaat dicht en mijn zin ebt weg. Terwijl ik met een neplach mijn ongemak probeer te verbloemen, zet de jongen Love Me Harder een beetje harder.

Vanzelfsprekend ging de eerste slecht, zo gaat dat met eerste keren, maar daar blijft het niet bij. Bij de volgende huizen word ik getrakteerd op walgende blikken, schuddende hoofden en dichtslaande deuren. Het Britse publiek is niet alleen ongeïnteresseerd in muziek-cd's, ze willen er een straatverbod op lijkt het wel. Mensen vertellen me dat ik mijn tijd aan het verspillen ben. “Maar als ze eens wisten wat er op het spel staat!” probeer ik nog. De toekomst van de muziekindustrie, denk ik. De toekomst van de muziekindustrie.

Dag 1 samengevat:
12/25 - gesloten deuren.
3/25 - mensen vertellen me ergens in het gesprek om “op te donderen”
4/25 - lichten gaan uit na het aanbellen
0/25 - cd’s verkocht

Dag twee

Ik gel m’n haar naar achteren, verlaag m’n prijzen en ga richting het bejaardentehuis bij mij in de buurt. Helaas blijken de oudjes ook geen easy money. Om een beeld te schetsen: een oudere vrouw kijkt me zwijgend boos aan tot ik wegga en een andere man mompelt “venter” terwijl hij zich langzaam van me wegdraait. Toch was het niet enkel kommer en kwel in Dulwich Residency. De bewoners lijken mijn praatjes ook te kunnen waarderen.

Advertentie

Verderop in de wijk praat ik met een fulltime kindermeisje en fervent 6Music luisteraar. Na tien minuten neem ik afscheid. Net voor ze de deur sluit, pull ik een Detective Columbo:

“Nog een ding. Heb je al iets gehoord van het Circa Waves album?”

“Iets ja, ik vond het leuk.”

“Nou, ik heb toevallig een album bij me. Wil je het kopen?” Haar hoofd draait als dat van een nieuwsgierige labrador. Ik houd m’n adem in.

“Hoeveel?”

“Vijf pond.”

“Ja hoor, prima.”

Ik heb me nog nooit zo levend gevoeld. Ik kan dit!

Voor ik het weet trek ik twee deuren verder alweer een Carly Rae Jepson uit m’n tas. Ik laat de dame in kwestie het nummer Run Away With Me horen op mijn telefoon en ze haalt meteen een krakend vijfje tevoorschijn. Een no-nonsense verkoop. Ze vertelt me ook nog dat ze het beu is dat de lokale platenzaak “niets anders op voorraad heeft dan Greatest Hits-cd’s”.

Dag 2 samengevat:
9/25 - gesloten deuren
1/25 - vrouw die me met een bezem probeert weg te jagen
3/25 - leden van de Britse Legion die mij vertellen dat ze niet geïnteresseerd door mijn Midland-accent
4/25 - mensen die me vragen of mijn naam (Oobah) is afgeleid van de taxi service
2/25 - cd’s verkocht!

Dag drie

Kan de strijd voor de cd gewonnen worden in de ‘betere buurten’? Ik kom er snel achter dat rijke mensen, in tegenstelling tot hun kindermeisjes die wel openstaan voor een praatje, je echt HATEN als je bij ze aanbelt. Als bloedhonden ruiken ze je wanhoop nog voordat ze je gezicht gezien hebben. Ik had net een gesprek met een vrouw over haar muzieksmaak toen haar man ineens in een trainingsjack van de trap af gestormd kwam om me om mijn ID te vragen. Ik ben niet opgewassen tegen dat soort Stasipraktijken, dus ik gaf hem ook meteen mijn adres. Toen ik hem uitlegde dat ik geïnteresseerd ben in wat mensen van muziek vinden, dreigde hij de politie te bellen. Ik begin vaak te lachen als situaties erg ongemakkelijk worden, dus ik lachte, waarop de vrouw me aankeek met een blik van Ben je verdomme gek geworden? Een goed moment om weer eens op te stappen, dacht ik.

Advertentie

Tien deuren verder realiseer ik me dat de cd in deze buurt allang dood en vergeten is. Vergeleken met de euforie van gisteren is dag drie een anticlimax.

Dag drie samengevat:
14/25 - gesloten deuren
1/25 - oudere man noemt mij “een kut” als hij naar zijn medebewoners schreeuwt dat ik voor de deur sta
4/25 - kinderen onder de tien waren alleen thuis
1/25 - man beschuldigt me ervan zijn ‘geen verkoop aan de deur’-bordje te hebben verstopt
2/25 - mensen die boos hun gordijnen bewegen in een poging mij weg te krijgen
0/25 - cd’s verkocht

Dag vier (laatste dag)

Om de Jehova’s Getuigen te citeren: het is tijd om hard te gaan, of om naar huis te gaan. Ik heb nog 25 huizen over om vijf cd’s te slijten. Het is zaterdag en ik ga de huizen af, maar niemand doet open. De kruisbeelden op de deuren lijken steeds meer op middelvingers. Het beste wat ik meemaak zijn twee vrouwen die met elkaar een hoop te lachen hebben terwijl ze door een kanten gordijn en gebroken raam met mij praten.

Uiteindelijk opent een geamuseerde man de deur. “Je wilt praten over muziek” zegt hij lachend, “maar je bent gekleed als een deurwaarder en je praat als een ambtenaar.” Ik besluit m’n jas uit te doen, mijn bovenste knoopje los te maken en m’n haar uit de pijnlijk strakke coupe te bevrijden.

Het blijkt te werken. Mensen doen open. Ik krijg een hoop “Kan ik een petitie tekenen?”-achtige antwoorden, en sommige mensen willen me volgen op Twitter. Maar niemand wil zijn harde knaken uitgeven aan de cd’s van Carly Rae Jepsen en Circa Waves. 10, 7, 5, 4, 3, 2… Na mijn laatste deur loopt de straat dood, een passende metafoor voor de weg waarop de cd lijkt te zitten. Gedesillusioneerd loop daarheen waar alle wegen naartoe leiden in de zoektocht naar een wonder: ik ga terug naar waar ik begon.

Advertentie

Ik klop op de deur en wacht.

“Kan ik je helpen?”

“Ja, heb je even? Ik zou graag even binnenkomen en met je praten over muziek.”

“Oh, nou niet echt. Dit is niet echt de aangewezen plek om daarover te praten, denk je niet?”

“Oh, ik dacht ik kom gewoon even binnen zitten en je vertellen wat ik verkoop en—”

“Neen. Dit is een religieus gebouw en bovendien een privéruimte.”

“Oké…” Ik haper van verbazing en probeer iets intelligents te bedenken om te zeggen terwijl hij me wezenloos aanstaart. “Ik zal gaan.”

Alles samengevat:
Muziek-cd’s: 2/100
Jehova’s: 6/100

Reflectiemoment

Als iemand nog bevestiging zoekt dat cd’s definitief dood zijn, dan vindt hij die hier: muziekalbums zijn tegenwoordig moeilijker te verkopen dan religie.

Veertig dichtgeslagen deuren, een boel dreigementen dat de politie gebeld zal worden en minstens zoveel fuck you’s hebben het vertrouwen van deze jongen in de cd op een ongekend dieptepunt gebracht. Ik schrijf een brief aan Carl Rae Jepson en Circa Waves om uit te leggen wat er is gebeurd, en stop de schamele winst van de afgelopen dagen in de envelop erbij. Ik hoop dat ze mijn tranen proeven en mijn verslagenheid ruiken.

Als ik bijna klaar ben gaat de deurbel. Ik open het gordijn.

Twee Jehova’s op m’n stoep. God viert zegen, Carly Rae Jepson en Crica Waves niet. Vaarwel en veel geluk, mijn lieve, meedogenloze Getuigen.