Hoi, mijn naam is Talia en ik ben niet verslaafd aan eten.
Vroeger dacht ik dat ik dat misschien wel zo was. Tenminste, ik vond dat ik een of ander emotioneel probleem had, en een ongezonde relatie met eten.
Videos by VICE
Ik heb altijd precies geweten naar welk eetbaar medicijn ik hunkerde, en welke klacht het moest verhelpen. Op de middelbare school in Montreal, waar ik wanhopig probeerde om op mijn vrienden en familie over te komen als enorm zen, was poutine (een soort Canadese kapsalon) mijn redding. Ik at het altijd met mijn vrienden als we op het muurtje in de straat van onze school zaten, en dan voelde ik een uur of twee een valse verbondenheid. Toen ik naar Boston verhuisde om te gaan studeren aan de universiteit, sliep ik maar twee à drie uur per nacht door mijn drukke rooster vol extraculliculaire bezigheden. De remedie voor mijn stress en slaaptekort was toen een broodje gehaktbal van dertig centimeter. Tegenwoordig zijn het pizzastukken van één dollar die ik op de gekste tijdstippen naar binnen werk, en die pot pindakaas die in mijn bureaulade op kantoor zit. Het valt niet mee om volwassen te zijn.
Ik weet dat mijn eetgewoontes niet in de buurt komen van een echte ziekte, maar het is wel eng hoe doeltreffend eten werkt. Ik ben er zeker van dat de hoeveelheid serotonine die ik via mijn calorierijke vreetbuien binnenkrijg even goed werkt als antidepressiva, terwijl het minder gestigmatiseerd is. Echte eetverslaafden, weet ik sinds kort, lijden ondraaglijk. De drang om te eten is, net zoals bij elke andere verslaving, een manier van omgaan met een trauma. Zoals een vrouw op een recente FA-bijeenkomst (Food Addicts in Recovery Anonymous) zei toen het haar beurt was om iets te delen: “verslaafden zijn meestal gevoelige, intelligente en ongelooflijk interessante mensen, die heel erg hebben afgezien.”
Het verschil tussen mij en een echt dwangmatige eter is dat ik kan stoppen na één stuk pizza, een broodje van halve meter of een paar lepels pindakaas. Er is een einde aan mijn honger en ik bereik dat punt behoorlijk snel, alsof ik strand na een tijd verloren geweest te zijn op zee. Eetverslaafden voelen zich alsof ze constant aan het verdrinken zijn.
“Ik at tot het pijn deed om te ademen en de lege verpakkingen zich rond me opstapelden,” zei Tara, die de FA-meeting die ik bijwoonde, leidde.
“Ik heb een hele cake en meerdere zakken chips en koekjes opgegeten,” vertelde Patricia, die al sinds 1982 in Overeaters Anonymous (OA) zit. “Mijn ziekte is sterker dan ik. Mijn hoofd vertelt me dat ik het kan, gewoon een hap nemen, maar ik weet dat ik niet zal kunnen stoppen. Ik verlang er niet naar om het eten in mijn mond te stoppen, maar als het er eenmaal in zit, kan ik mezelf niet stoppen.”
Er zijn verschillende hulpgroepen voor eetverslaafden – daaronder worden alle mensen met overmatige vreetbuien verstaan, van boulimiapatiënten tot mensen met een dwangneurose met een voorliefde voor snacken. In Nederland heb je de Anonieme Overeters; in Amerika zijn er wel duizenden kleine hulpgroepen voor mensen die lijden aan eetgerelateerde psychische aandoeningen.
De drie belangrijkste hulpprogramma’s in Amerika – OA, FA en FAA – zijn op dezelfde methode als die van de Anonieme Alcoholisten gestoeld. Maar toch kunnen de verschillende eetverslavingen niet zo makkelijk op dezelfde manier behandeld worden.
“Bij alcoholisme weten ze precies aan welke drug de patiënt verslaafd is. Het is niet makkelijk om die op te geven, maar je kunt de fles wel als schuldige aanwijzen en daarna volledig ontwijken,” vertelde Patricia me. “Als voedselverslaafden moeten we onze vijand drie keer per dag in de ogen kijken. En veel van ons redden drie maaltijden per dag geeneens.”
In het Realization Center in New York, het hulpcentrum waar de bijeenkomst werd gehouden, zijn vergaderzalen voor bijna elke hulpgroep die je kan bedenken. Er worden hulpboeken zoals Big Book (de bijbel van de AA) en verschillende andere dikke pillen met dagelijkse gebeden en gedachten verkocht. God, of een andere hogere macht, is hier evenveel aanwezig als in AA. Je kan geen redding vinden zonder je over te geven aan Hem, of Haar, of Het.
“Je moet wanhopig genoeg zijn om jezelf over te geven,” vertelde Kate, een grote vrouw met brede schouders en grijs kort haar me. Kate zit sinds april vorig jaar in de FA, maar worstelde daarvoor al vijf jaar met een suikerverslaving. “Jarenlang bleef ik met verschillende dieetboeken naar de huisarts gaan, of maakte ik mezelf wijs dat ik naar de sportschool zou gaan. Als je nog steeds met je ego leeft, en tegen jezelf blijft zeggen dat je controle hebt over je eigen situatie, dan zal dit programma nooit voor je werken.”
Kate had een drukke, stressvolle baan bij een hypotheekbank toen ze besefte dat haar relatie met voedsel ongezond was. Ze deed een stap terug in haar carrière en verving haar werkverslaving met uitstapjes naar haar favoriete Joodse bakkerij. “Ik at bijna alleen maar suiker: voor het ontbijt, tijdens het ontbijt, na het ontbijt, tussen de maaltijden door. Het ging zo ver dat ik het op een gegeven moment niet meer lekker vond. Het was alsof een vreemde macht me overnam en naar de winkel leidde”, vertelde ze. “Als die macht toen had gezegd dat ik achteruit door de buurt moest lopen om mezelf te genezen, had ik het gedaan. Zo wanhopig was ik.”
FA heeft verschillende methodes om te leren hoe je met de ongezonde dwang om te consumeren om kunt gaan. De belangrijkste strategie is volledige onthouding van suiker, meel en persoonlijk vreetbuivoedsel – dingen die jou specifiek triggeren. FA-leden moeten elke korrel zout die ze eten afwegen en rapporteren.
“Een verslaving is een ziekte die isoleert,” vertelden verschillende mensen me. De mantra’s van het programma zijn stevig, en hoewel er tussen sommige organisaties een natuurlijke rivaliteit is (FA is de meest Draconische, FAA en OA zijn losser en meer vergevingsgezind), zijn hun boodschappen en strategieën verrassend vergelijkbaar. Patiënten moeten hun begeleider of een ander lid meerdere keren per dag bellen. Na de meeting kreeg ik dan ook een lijst met daarop alle voornamen en telefoonnummers van iedereen uit de hulpgroep van de bijeenkomst die ik bijgewoond had.
“Ik weet nog dat ik voor het eerst over dit programma hoorde en dacht dat het te moeilijk zou zijn voor mij om vol te houden. Daarom begon ik begon er nooit eerder aan,” vertelde Peg. “Nu, zeven jaar later, is het niet meer zo moeilijk. Het is goed te doen.”
*Alle namen in dit verhaal behalve dat van de auteur werden veranderd om de anonimiteit van de personen te beschermen.
Als jij of iemand die je kent worstelt met een eetverslaving of eetstoornis, neem dan contact op met Anonieme Overeters via hun website of bel 020 – 627 48 20.