Ik werd verwend door drones en computerstemmen in een futuristisch VR-hotel

Ik zweef op een groene drone door de de lobby van een gigantisch luxueus, maar toch ook lichtelijk postapocalyptisch hotel. Een computerstem stelt me op mijn gemak, er is kil, laserachtig licht en de kunst aan de muur verandert willekeurig door een algoritme. Op dit moment is dat een filmpje van een galopperend paard waar “fine art” bij is geschreven, om alle mogelijke verwarring te voorkomen. Alles is hier geautomatiseerd, en ik ben helemaal alleen. Heerlijk, want ik ben nu eenmaal mijn eigen lievelingsmens. Eindelijk kan ik ongestoord van mezelf genieten. Geen gezeur aan je kop, niemand die iets van je wil, en niemand die ongevraagd advies geeft. Totdat ik ineens een stem hoor.

Ik zet mijn koptelefoon af, en de droom van een mensenloze oase spat in een keer uit elkaar. Dit hotel bestaat helaas (nog) niet echt: ik zit in de kelder van de Haagse galerie Stroom, met een VR-bril op. Naast me staan kunstenaar Lawrence Lek en curator Lua Vollaard, die mijn rondleiding door het hotel op een scherm volgen en me er ondertussen dingen over vertellen.

Videos by VICE

Dit virtuele architectonische hoogstandje heet Nøtel, en het heeft de vorm van een enorme ronde ufo. “Het Nøtel speelt in op de behoeften van de elite van de toekomst,” zegt Lawrence. Een nomadische elite die eigenlijk nergens echt woont, omdat mobiliteit inmiddels belangrijker is geworden dan bezit en een thuis. Lawrence denkt dat het Nøtel zou kunnen voortvloeien uit de mogelijkheden die de deeleconomie biedt. Je zou het kunnen zien als een extreem luxe versie van Airbnb, waarbij een persoonlijke ontmoeting met een gastheer niet meer relevant is. In elke grote wereldstad zou het Nøtel een gestandaardiseerd en comfortabel toevluchtsoord kunnen zijn voor de mensenschuwe rijkaard die niet steeds met het plebs in contact wil komen. Je hebt zelfs geen bedienden nodig, of toeschouwers van je rijkdom. Zolang er maar comfort is.

Ik zou er wel aan kunnen wennen, moet ik zeggen. Het is allemaal niet zo gezellig, maar de esthetiek van het hotel straalt wel macht uit. Mijn drone brengt me naar mijn kamer. Op de vloer staat een chic laagje water, en het transparante bed heeft een nogal gotisch hoofdeinde. Typisch zo’n plek waar Disney-heks Malafide en Lord Voldemort een nachtje komen angerfucken en ‘s ochtends bij het ontbijt een ijskoffie drinken. Op de theatrale slechteriken-elementjes na is het interieur strak en monumentaal. “Het is een replica van het Bauhaus-paviljoen in Barcelona, maar dan met groen licht,” zegt Lawrence daarover. De modernistische Bauhaus-esthetiek was de blauwdruk voor alle bankgebouwen en luxe-hotels in de vorige eeuw, vertelt hij, en de Barcelona-stoelen die in het Nøtel staan zijn standaard in elke poenige lobby.

Zo nieuw is deze vorm van luxe dus ook weer niet. Ook de totale automatisering borduurt voort op iets dat de jetset al decennialang waardeert. “Eigenlijk zijn alle hotels nu ook al een soort machine,” zegt Lawrence. “De mensen die nu je kamer schoonmaken hoef je ook helemaal niet te zien, en er zijn ook in het echt al plekken waar je via een computer moet in- en uitchecken. Een receptionist is ook makkelijk vervangbaar door een hologram.” Je kunt het Nøtel dus zien als een revolutionair hotelconcept, maar ook als iets dat gewoon op het hier en nu reflecteert.

Daarom zijn er ook lokale verschillen in de verschillende Nøtels. Na zijn thuisbasis Londen, is Den Haag de tweede stad waarvoor Lawrence een virtueel hotel ontwierp. De Londense versie was vooral een kritiek op de uitholling van de stad die nu al gaande is. Het centrum is een speelbal van vastgoedspeculanten. Een exclusief elite-terrein waar Airbnb al bepaalt wie waar verblijft, en waar eigenlijk al bijna niemand meer echt woont. Dit postapocalyptische VR-hotel lijkt al griezelig, maar de realiteit is dat misschien wel nog meer.

Den Haag is weer een heel ander verhaal. De Haagse elite bestaat niet uit de exorbitant rijken, maar uit internationale politieke kopstukken, rechters en lobbyisten. Voor hen is exclusiviteit belangrijk, maar veiligheid is nog veel meer. In de The Hague Security Delta, een door de overheid gefinancierd broeinest voor cybersecurity-startups en wapenhandelaren, werken techneuten daarom aan een ultrabeveiligde toekomst. En in de Internationale Zone, waar de tribunalen en ambassades zitten, wordt nu al geëxperimenteerd met gedrags- en gezichtsherkenning.

Dat soort geruststellende en verontrustende luxe is ook allemaal beschikbaar voor de gasten van het Haagse Nøtel. Je hebt geen sleutels nodig en alles wordt continu voor je in de gaten gehouden door automatische camera’s. Zelfs het duinlandschap van Scheveningen dat je uit de ramen ziet is onderdeel van de cyber-verdedigingslinie. “De duinen kun je met beton versterken, en ze zijn nu ook in het echt al bezig er allerlei securityapparatuur in te bouwen om alles te monitoren,” zegt Lua. “Je geeft je privacy uit handen aan een machine en krijgt daar veiligheid voor terug,” voegt Lawrence toe, waarmee hij nog maar een keer benadrukt dat het Nøtel helemaal niet zo futuristisch is als het lijkt.

Dit weekend opent het Nøtel in Stroom Den Haag, en kun je er zelf een kijkje gaan nemen. Behalve de VR-tour hebben ze een installatie gebouwd om je het nog beter te laten ervaren. Er is een maquette van het Nøtel, er zijn schermen die artist-impressions geven en er zijn decadente Nøtel-badjassen. Er is ook een openingsfeestje waarop onder anderen Kode9 komt optreden, een Britse dj die al jaren vast onderdeel is van de futuristische Nøtel-elite. Het hotel vormde eerder al het decor van zijn show terwijl Lawrence er op een groot scherm doorheen gamede, en Kode9 maakte op zijn beurt de soundtrack van de installatie. Het belooft een intens exorbitant insiderfeestje te worden, waar je bij moet zijn. Als je van mensen houdt tenminste, want anders kun je beter nog even wachten totdat het Nøtel in de toekomst daadwerkelijk bestaat.