Dit zal me niet door iedereen in dank worden afgenomen, maar de waarheid is dat ik het soms mis om in de kast te zitten. Het is een volle tien jaar geleden dat ik uit de kast kwam, tijdens een zenuwinzinking die deels werd veroorzaakt doordat een geheime relatie die ik had met een man op de klippen liep. Toch dagdroom ik nog regelmatig over hoe het zou zijn als ik gewoon was blijven liegen tegen mezelf en iedereen om me heen.
Ik heb pas een roman geschreven waarin de verteller – een iets neurotischere versie van mijzelf – worstelt met zijn leven in de kast, en zijn seksualiteit en mannelijkheid. Hoewel hij obsessief bezig is met zijn seksuele geaardheid, vraagt hij zich nooit af waarom hij zich zo wanhopig vastklampt aan zijn leven in de kast. De voordelen van leven in ontkenning lijken zo vanzelfsprekend dat hij er niet eens over na hoeft te denken.
Videos by VICE
En dat geldt voor veel homoseksuelen. Hoewel het leven voor de lhbt-gemeenschap nu beter is dan vroeger, blijft een onbekend (maar vermoedelijk aanzienlijk) percentage van de populatie liever in de kast. En hoe graag ik ook zou willen dat het anders was: uit de kast komen is niet zonder consequenties.
Neem bijvoorbeeld de behoorlijk grote kans dat je in elkaar geslagen wordt. Elke keer als mijn vriend me een kus wil geven bij het stoplicht of me in een restaurant bij een koosnaampje noemt, zeg ik: “Stop, straks worden in elkaar gemept!” Ik zeg het altijd met een lollige ondertoon, maar er zit een kern van waarheid in mijn overreactie. Leden van elke minderheidsgroep hebben te maken met de dreiging van geweld in Amerika, maar volgens de New York Times heeft niemand zo vaak te maken met geweld als lhbt’ers.
En hier is nog iets wat mensen je niet vertellen over homoseksueel zijn: je bent nooit klaar met uit de kast komen. Misschien komt het doordat ik in het uiterst conservatieve Texas woon, maar uit de kast komen voelt soms als een parttime baan. Meestal is het geen groot probleem, maar voor mij voelt het altijd als een potentieel ongemakkelijke situatie die ik keer op keer moet confronteren. Het is een eindeloze verplichting waar hetero’s en homo’s die nog in de kast niet mee hoeven te dealen.
En dan is er nog het effect dat het heeft op mijn leven als schrijver. Een vriendin vertelde me recentelijk dat ze in een boekenwinkel op zoek was naar mijn boek, maar het niet kon vinden. Uiteindelijk vond ze het in een speciale lhbt-sectie. Hoewel ik het waardeer dat zo’n sectie bestaat, had ik toch het gevoel dat mijn boek in een bepaalde niche was gedrukt. Mijn doel als auteur is niet om alleen maar homo’s aan te spreken – ik schrijf gewoon voor mensen, ook mensen die mijn boek waarschijnlijk niet zullen vinden op deze speciale afdeling, afgezonderd van alle andere boeken.
De beslissing om wel of niet uit de kast te komen draait vaak om angst. Angst om je vrienden en familieleden kwijt te raken, angst voor het oordeel van vreemden, en angst om het respect en de bewondering van je naasten te verliezen. Tenslotte weet je nooit hoe degenen waarvan je houdt over homoseksualiteit denken. Er zijn zoveel voorbeelden van onterfde kinderen, verpestte carrières, geweld, en vriendschappen die stukliepen omdat iemand uit de kast kwam. En de makkelijkste manier om dat allemaal te vermijden, is lekker veilig in de kast blijven.
Ik dacht dat ik misschien nog andere redenen om in de kast te blijven over het hoofd zag, dus zocht ik contact met een aantal mannen die er nog in zitten. Ik plaatste een advertentie in de categorie Men Seeking Men op Craigslist: “Schrijver op zoek naar mannen die nog in de kast zitten voor een gesprek.” Binnen 48 uur hadden 16 mannen gereageerd – een opvallende hoeveelheid, aangezien deze categorie op Craigslist uitsluitend wordt gebruikt om een sekspartner te vinden, en deze mannen reageerden om alleen even te praten. Nog schokkender was echter hoe somber de reacties waren. De meeste waren van getrouwde mannen, die allemaal logen tegen hun omgeving om verschillende redenen. Nadat ik er een paar had gelezen, begon ik ernstig te twijfelen aan mijn nostalgische gevoelens voor het leven in de kast.
Gary*, een veertigjarige vader van twee kinderen die trouwde met zijn vriendinnetje van de middelbare school, vertelde me dat ze “bij elkaar bleven in hun studietijd en trouwden toen ze afgestudeerd waren. Uit de kast komen was nooit een optie waar ik überhaupt over nadacht. Ik groeide op in een religieuze familie en conservatieve gemeenschap. Toen ik jong was, dacht ik dat mijn gevoelens de duivel waren die me probeerde te laten zondigen. In m’n studentenjaren realiseerde ik me dat ik misschien wel homo was, maar er was geen denken aan dat dit ooit geaccepteerd zou worden door m’n vrienden en familie.” Gary zei dat z’n vader hem “absoluut zou onterven en nooit meer met hem zou praten” als hij erachter kwam – een van de belangrijkste redenen dat hij nog steeds in de kast zit.
Todd*, een vijftigjarige gescheiden man uit Californië, zegt dat z’n business – die voornamelijk bestaat uit conservatieve klanten – ineen zou storten als hij ooit uit de kast zou komen. Hij was jaren geleden verliefd op een man, een ervaring die hij als “geweldig” beschrijft. Nu, zegt hij, “date ik alleen nog maar met mannen…maar alleen buiten m’n woonplaats. Geen van m’n vrienden, familie of collega’s heeft enig idee.” Toen ik hem vroeg of hij weleens spijt heeft, zegt hij: “Absoluut. Ik had naar een grote stad moeten verhuizen, waar ik m’n eigen leven kon leiden.”
Jay*, zevenentwintig jaar en woonachtig in Austin, vertelt me dat hij nog steeds getrouwd is met z’n vrouw, al droomt hij ervan om ooit uit de kast te komen. “M’n seksualiteit was voor mezelf lange tijd niet duidelijk,” schrijft hij, “maar nu weet ik het zeker… een paar hele goede vrienden weten m’n geheim, maar ik kijk op tegen het moment dat ik het aan m’n vrouw moet vertellen.” Na het uitwisselen van meerdere e-mails, waarin hij zegt dat hij op z’n dertigste uit de kast wil komen, vraagt Jay: “Denk je dat ik een slecht mens ben, omdat ik mezelf in deze positie heb gebracht?”
Sommige mensen vinden dat het de plicht is van elke homoman om uit de kast te komen, omdat het homoseksualiteit normaliseert voor degenen om hen heen. Dat lijkt me op zich een goede redenen, maar ik vind de persoonlijke redenen om uit de kast te komen veel zwaarder wegen. Redenen als je eigen gezondheid, eerlijk kunnen zijn, en het idee omarmen dat jouw eigen geluk net zo belangrijk is als dat van een ander.
Hoe meer ik met mijn nieuwe penvrienden praatte – en het telkens weer had over onderwerpen als schuldgevoel, dubbellevens en diepe spijtgevoelens – hoe meer ik mijn geïdealiseerde beeld van de kast voelde wegglippen. Terwijl ik hun verhalen las, kwamen mijn eigen redenen om uit de kast te komen weer bovendrijven. Ik kwam uit de kast omdat ik niet met de oneerlijkheid kon omgaan en de schaamte niet meer kon verdragen. Ik kwam uit de kast omdat ik het gevoel haatte dat ik niet authentiek was. Het is waar dat het leven van een homoseksueel soms moeilijker is. Maar het leven in de kast is ondraaglijk.
*Namen zijn veranderd om de anonimiteit van de respondenten te waarborgen.