Toen George Christie in de jaren vijftig in Californië opgroeide, zag hij voor het eerst een langharige, in leer geklede motorrijder – en wist hij gelijk wat hij wilde worden als hij later groot was. Rond de late jaren zestig, nadat hij een tijdje bij de reservisten van de mariniers had gezeten, ging Christie veel om met de Question Marks en Satan’s Slaves – twee kleinere motorbendes die in de schaduw leefden van de veel grotere Hells Angels. De Angels stonden bovenaan de voedselketen van de motorbendecultuur, en het was Christies droom om lid te worden van de beruchte club.
In het midden van de jaren zeventig had Christie zijn droom gerealiseerd, en in z’n boek Exile on Front Street: My Life as a Hells Angel and Beyond dat binnenkort uitkomt, beschrijft hij de vier decennia die hij met de beruchtste motorbende van Amerika doorbracht. Christie was in die jaren het publieke gezicht van de groep; hij richtte een chapter op in Ventura in Californië, was olympisch fakkeldrager bij de Spelen in Los Angeles, en was de ster van zijn eigen serie Outlaw Chronicles op het History Channel.
Videos by VICE
Als gezicht van de Hells Angels raakte Christie ook regelmatig in de problemen met justitie. Hij werd onder andere beschuldigd van het beramen van de moord op een leider van de Mexican Mafia, maar werd uiteindelijk in 1987 vrijgesproken. En in 2011 werd hij gearresteerd voor de brandbomaanslag op een rivaliserende tattooshop, die vier jaar daarvoor plaatsvond. Hij pleitte schuldig aan een van de aanklachten, en zat een jaar in de gevangenis. Rond deze tijd besloot Christie om de bende te verlaten. Z’n vertrek nam al snel een lelijk wending toen er geruchten de ronde begonnen te doen dat Christie uit de Angels werd gezet omdat hij een informant zou zijn voor de overheid.
Ik sprak met Christie om erachter te komen hoe het is om een Hells Angel te zijn, waarom hij wegging bij de club, en hoe zijn leven sindsdien is veranderd.
VICE: Welke aspecten van de Hells Angels en soortgelijke motorbendes spraken je zo aan?
George Christie: Ik had het gevoel dat er echt een erecode was binnen de club. Dit waren mannen die ik kon vertrouwen. Ik wist dat als ik ze iets toevertrouwde of iets vertelde, zij het niet tegen me zouden gebruiken. Het was mysterieus en geïsoleerd en zodra je geaccepteerd werd en mensen wisten wie je was, had je een echte familie om je heen. Ik kon overal naartoe in Californië en er was altijd wel een bank waarop ik kon slapen en een plek waar ik aan mijn motor kon werken. Het was een feest waar nooit een einde aan leek te komen – en dan heb ik het niet over de hele tijd dronken zijn. Het was het einde van de jaren zestig en het begin van de jaren zeventig, en die hele tegencultuur was ontwrichtend – het liep uit de hand. En dit was een groep van individuen die strenge regels en codes hadden waar je je aan moest houden. Het ging om eer en zelfrespect en discipline. Een hoop mensen vinden dat moeilijk om te geloven maar daar draaide het allemaal om.
Je was een tijd de rechterhand van Hells Angels-leider Sonny Bargers en speelde als woordvoerder een belangrijke rol. Waardoor raakte deze relatie beschadigd?
Er was een periode waarin ik echt bewondering had voor Sonny. Hetgene wat ik echt interessant vond, was de eerste keer dat ik in de bak belandde. Ik zat in de FCI Terminal Island gevangenis in San Pedro, en vroeg aan een van de broeders: “Met wie hebben we hier een probleem?” Toen zei hij: “We vechten niet in de gevangenis.”
Clubs waarmee we op straat vochten, hadden we geen problemen mee in de bak. Sterker nog, we gingen vriendschappelijk met ze om. Toen ik vervolgens in 1987 vrijkwam, begon ik met groepen zoals de Outlaws, de Bandidos en de Mongols over vrede te onderhandelen. Ik sprak zelfs een paar keer met de Pagans. Dat was mijn visie, en ik denk dat die van Sonny niet verder ging dan zijn eigen kleine wereldje.
Waarom besloot je uiteindelijk om de banden met de bende te verbreken?
Ik had het gevoel dat we de mensen waren geworden waar we oorspronkelijk tegen rebelleerden, en dat was ook precies wat ik tegen ze zei toen ik vertrok. Er was een tijd dat we omgingen met alle andere clubs aan de westkust, maar rond 2011 vochten we met elke grote motorbende in de Verenigde Staten en dan ook nog met de politie en justitie. Daarbij verloren sommige mensen uit het oog waar de levensstijl nou echt om draait. Het begon steeds meer militair aan te voelen – als een leger dat tegen een ander leger vecht.
Was je altijd al van plan om een boek te schrijven over je ervaringen met de Angels?
Nadat ik de club in 2011 verliet, werd er een hoop onjuiste informatie over mij verspreid. Ik had formeel de club verlaten. Ik ging naar de bespreking en ik deed het zoals het hoort: volgde protocol, keek iedereen aan en zei dat we ondertussen verschillende ideeën over de club hadden, deed mijn patch af, vouwde ‘m dubbel en legde ‘m op tafel, en iedereen leek mijn beslissing te begrijpen. Een paar weken later kreeg ik een belletje dat mijn status was veranderd. Ik denk dat Sonny Barger hier iets mee te maken had. Blijkbaar was ik niet meer in goede gratie bij de bende; ik was “oneervol” vertrokken en mocht geen contact meer hebben met leden.
Ze zetten allerlei idiote dingen over me op sociale media en plotseling begonnen mensen me te beledigen en te beschuldigen – ook mensen die ik nog nooit had ontmoet, die niet eens clubleden waren maar meer vage bekenden. Daarom besloot ik mijn kant van het verhaal te vertellen.
Was dat het ergste dat er gebeurde? Een paar verbroken vriendschappen?
Als ze willen zeggen dat ik “oneervol” ben vertrokken, dan moeten ze dat lekker doen, maar ze insinueerden ook dat ik een informant was, wat volkomen onwaar is. Als ik dat wel was, tegen wie heb ik dan getuigd en bij welke rechtszaken? Er is geen papierwerk over mij te vinden. De Amerikaanse overheid heeft mijn dossier verzegeld omdat er informatie over tien informanten in staat die mij hadden verlinkt. Vanaf dat punt waren alle gegevens verzegeld. Dit doen ze zo vaak en ik was de enige die naar de gevangenis ging.
Waarom is het zo’n ding om “oneervol” te worden verklaard? Het klinkt alsof het je nog steeds dwarszit.
Oneervol verklaard worden betekent geen contact meer met mensen binnen de motorbendewereld. Het is een stigma: ze willen niet dat mensen met je omgaan, ze willen niet dat mensen met je praten. Leden met wie ik eerst goede vrienden was, lopen het risico dat zij ook uit de club worden gezet als ze met me communiceren.
Toen ik wegging, deed het me denken aan een echtscheiding: eerst wil iedereen het allemaal vriendelijk houden. Ze waren niet blij met mijn besluit, maar ze begrepen het wel. Maar na een tijdje werd de omgang agressief en dat was moeilijk om mee om te gaan. De telefoon gaat over, je neemt op en het is een van je voormalige broeders die zegt dat je niet langer een vriend van hem bent. Dat is mijn hele leven, aangezien ik geen vrienden buiten de club heb. Dat was een behoorlijke klap voor me.
Meer informatie over het boek van Christie, dat 20 september uitkomt, vind je hier.