Werken als lifeguard is nu ontzettend zwaar, maar ook extra dankbaar

lifeguard beach man woman sea noordzee scheveningen

Door een combinatie van mensonterende hitte en het feit dat iedereen noodgedwongen lokaal vakantie viert, vond dit weekend een massale volksverhuizing naar de kust plaats. Heel fijn voor de badgasten die hun felbegeerde verkoeling vonden in het troebele water van de Noordzee, maar voor reddingsbrigades waren het inspannende dagen. Door sterke muistromen, stevige wind en duizenden oververhitte strandbezoekers die allemaal tegelijk een plons wilden nemen, moesten alleen zondag al tientallen mensen uit zee worden gered. Vier van hen zijn overleden.

Noortje (20) is al zes jaar vrijwilliger bij de Reddingsbrigade Den Haag. Met haar team redde ze al tientallen mensen: surfers die ongemerkt zijn afgedreven naar een gevaarlijke vaargeul en uitgeputte zwemmers, maar ook kinderen die hun ouders kwijtgeraakt in de drukte op het strand en toeristen die flauwvallen van de hitte. VICE vroeg haar hoe het is om te werken tijdens deze hectische combinatie van hittegolf en coronacrisis.

Videos by VICE

VICE: Hoi Noortje, hoe is het om tijdens deze onmenselijke hittegolf als lifeguard te werken?
Noortje: Het is ontzettend druk. Onze werkdag begint om tien uur ‘s ochtends en eindigt om elf uur ‘s avonds. Zondag ging een bevriende collega een rondje patrouilleren met de waterscooter. Elke keer dat hij iemand gered had uit het water, was er alweer iemand anders die zijn hulp nodig had. Uiteindelijk heeft hij zes uur lang heen en weer gevaren, met alleen af en toe een plaspauze. De meeste mensen die we hielpen, waren gelukkig nog bij bewustzijn. Door de sterke aflandige stroming konden ze niet terugzwemmen naar de kant. Ik hoop dat mensen door de NL-Alert die dit weekend verstuurd werd beslissen om niet naar het strand te gaan, maar ik vrees er een beetje voor.

Merk je veel verschil op het strand, vergeleken met vorige jaren?
Nee, ik merk eigenlijk geen verschil. Wij houden natuurlijk wel afstand, maar het strandpubliek gedraagt zich niet anders dan normaal. Sommige mensen komen onnodig dichtbij, dan doe ik wel een stapje achteruit. We reanimeren uiteraard niet minder door corona. We hebben speciale mondkapjes die we kunnen dragen tijdens het reanimeren. Ook bij het verlenen van andere eerste hulp dragen we nu een mondkapje, en handschoenen zitten standaard in de EHBO-kit.

Hoe lang doe je dit vrijwilligerswerk al?
Zes jaar. Ik begon al op mijn veertiende. Ik heb altijd watersporten gedaan: zeilen, zwemmen en surfen. Dus dit was voor mij een logische volgende stap. In het begin was mijn functie nog ‘lifesaver beach’: ik mocht een jaartje meelopen, om te kijken hoe het werk was. Als ik geluk had, mocht ik mee op reddingsactie. Een jaar later heb ik een opleiding gevolgd tot junior lifeguard. Ik leerde over stromingen, windrichtingen, over wat de stand van de maan doet met de zee en hoe je iemand uit het water moet halen. Daarbij kreeg ik ook EHBO-cursussen. We hebben een jaar lang praktijkles, waarbij we elkaar uit het water moeten redden. Uiteindelijk heb je ook een examen. Hoe hoger je in de rang komt, hoe meer je mag en kan doen. Een senior lifeguard mag bijvoorbeeld met de boot mensen redden. De oefeningen worden ook steeds moeilijker: je leert bijvoorbeeld wat je moet doen als een kind in het water verdwenen is.

Dat moet een ontzettend spannend moment zijn, wanneer je in het echt mensen gaat redden.
Tijdens de opleidingsavonden wilde ik de oefenredding vooral zo goed mogelijk uitvoeren. Ik was toen nog niet zo bezig met het feit dat die oefenreddingen na het behalen van m’n diploma zouden veranderen in echte reddingen. Ik ben avontuurlijk en ik vond het allemaal wel spannend. Pas toen ik dichter bij het examen kwam, daalde het besef in dat ik ook mensen uit het water zou gaan redden die er niet zo goed meer uit zien, omdat ze buiten bewustzijn of zelfs dood zijn.

Wat moet je doen als iemand niet meer ademt?
Je moet altijd beginnen met reanimeren. Wij hebben niet de bevoegdheid om iemand klinisch dood te verklaren, dat mag de ambulance pas doen. Daarom gaan wij altijd door met reanimeren tot de ambulance er is. Alleen als iemand al langere tijd dood is, bijvoorbeeld een vermissing op zee die een dag later aanspoelt, hoeven we niet te reanimeren.

Jeetje.
Vorige week is er een jongen verdronken bij het strand bij Monster. Zijn vrienden zijn op tijd uit het water gehaald, maar hij was nog niet gevonden. De dag nadat hij verdronken was, moest ik werken. De hele dag was ik best wel zenuwachtig, je moet je voorbereiden op het vinden van een lichaam dat al uren in het water ligt. Uiteindelijk is hij niet door een lifeguard gevonden, maar door iemand anders. Dat is erg rot voor die persoon. Wij hebben gelukkig een bedrijfsopvangteam waarmee je kan praten, als je zoiets traumatiserend hebt meegemaakt. Het scheelt ook dat je er als lifeguard nooit alleen voor staat, er is altijd iemand van je team bij.

Ook voor jouw eigen veiligheid.
Ja, zeker. Je eigen veiligheid staat altijd op nummer een. Je gaat nooit in je eentje iemand redden. Dat is geruststellend. M’n team is een soort van familie, we zijn er altijd voor elkaar. Zondag nog heeft iemand van mijn team geprobeerd iemand te reanimeren, maar die persoon is helaas overleden. Op zo’n moment probeer je er alles aan te doen om je collega te ondersteunen.

Hoe was jouw eerste reddingsactie?
De eerste keer dat ik iemand uit de zee moest redden, was al gelijk met de reddingsboot. Dat was op mijn zestiende. Een surfer was aan het afdrijven naar het Noordelijke havenhoofd van Scheveningen. Daar varen enorme schepen, als je met je plankje voor zo’n boot terecht komt heb je echt een gigantisch probleem. De surfer was ontzettend dankbaar dat we hem hielpen. Het was een goede instapredding, omdat de surfer nog bij bewustzijn was.

Wat voor soort werk doe je nu vooral?
Nu doe ik voornamelijk patrouilles op het strand. De mensen die je dan helpt, zijn meestal nog aanspreekbaar. Soms ga ik met de boot. Vorig jaar hebben we een moeder en haar kind geholpen, die aan het surfen waren en naar de vaargeul dreven. Dat is ontzettend gevaarlijk. Het kind had het gevaar niet door. De moeder daarentegen was in paniek, omdat ze wist dat ze met haar kind niet tegen die stroming in kon zwemmen. Ze was erg opgelucht toen ze ons zag.

Het zijn geen alledaagse zomerbezigheden.
Nee, maar het is fantastisch. Er heerst zo’n sterk groepsgevoel onder de lifeguards. Hoe zwaar het ook is, je hebt het gevoel dat je met je team op zo’n ontzettend drukke dag iets doet wat echt belangrijk is. Je merkt dat mensen je dankbaar zijn, omdat het zonder jou heel slecht had kunnen aflopen. We hebben wel eens een flauwvallende Duitse toerist geholpen, die naar het ziekenhuis moest. De volgende dag bracht hij met z’n vrouw een taart langs, om ons te bedanken voor onze hulp.

Tot slot: heb je nog tips voor hoe we deze zomer veilig de zee in kunnen?
Mensen hebben vaak niet door hoe gevaarlijk de zee kan zijn. We geven heel vaak via vlaggen aan of het veilig is om te zwemmen, het is cruciaal dat je daar op let. Zorg er ook voor dat je genoeg gegeten en gedronken hebt. En heel belangrijk: overschat jezelf niet. Dat gebeurt heel vaak. Mensen denken: ‘nou, ik zwem wel even naar die boei’, en voor je het weet zitten ze vierhonderd meter in zee en kunnen ze door de stroming niet meer terug. En pas op voor golfbrekers: rond golfbrekers ontstaan gigantische stromingen. Het gebeurt ook vaak dat mensen op een luchtmatras liggen te dobberen en dan te laat merken dat ze ver afgedreven zijn van de kust.

Wat moet je op zo’n moment doen?
Als je echt in gevaar bent: zwaai met twee armen tegelijk in de lucht. Dan komen we gelijk. En dit klinkt misschien erg logisch, maar roep de woorden ‘help’. Als je in een muistroom terecht komt, dat is een sterke stroom die je wegduwt van de kustlijn, moet je niet proberen tegen de stroom in naar de kustlijn te zwemmen. Zwem met de muistroom mee, schuin richting het strand.

Bedankt!