Sacha Kridelka
Foto van de auteur.
Identiteit

Hoe psychologen me ervan overtuigden dat ik geen echte lesbienne was

Als queer leer je al snel dat zelfs het kleinste beetje twijfel je een hoop problemen kan bezorgen.

Ik denk dat ik mijn geaardheid altijd al in twijfel heb getrokken. Zelfs als klein kind vroeg ik me af “hoe het zou zijn” als ik meisjes leuk vond, ik had crushes op de meisjes in mijn omgeving en vond het moeilijk uit te zoeken of ik wou zijn zoals zij of gewoon met hen samen wilde zijn. 

Toen ik mijn eerste vriendin had, was het opeens duidelijk dat ik lesbisch was.  Ik was 14. Toen niemand er nog van wist, leek dat de normaalste zaak van de wereld voor mij. Ik groeide op in een vrij traditionele familie, maar zelfs dan had ik het moeilijk om de regels van een normaal persoon me eigen te maken. Dat geldt ook voor mijn interesse in meisjes. Voor mij was dat mooi, oprecht en met toestemming, dus snapte ik niet zo goed hoe mensen rondom me - of erger een heel deel van de bevolking - zo konden reageren. Maar dat zorgeloze gevoel, dat destijds echt aangenaam was, keerde zich snel tegen me. Ik was niet klaar voor de lesbifobie die ik zou moeten doorstaan. Ik was niet voorbereid op de veranderende blikken van mijn naasten, de haatdragende opmerkingen en het gevoel bekeken te worden als een soort andere die blij mag zijn om getolereerd te worden. Tijdens het opgroeien kon ik er niet goed tegen en begon te denken dat het leven gemakkelijker zou zijn als ik hetero was. 

Advertentie

Toen ik 15 was, brak mijn vriendin het af met me. Ik dacht om het maar eens te proberen met jongens, ook al had ik dat nog nooit gedaan. Ik wist niet goed wat ik verwachtte van de ervaring, noch wat zij van mij verwachtten. Op een nacht had ik seks met een jongen en … niets, helemaal niets. Geen aantrekkingskracht, geen plezier, alleen het gevoel dat het gebeurd was. Toen ik het erover had tegen vrienden zeiden ze me “ja, maar de eerste keer is meestal slecht, dat weet je toch…” Waarop ik ze vertelde dat het niet mijn eerste keer was, ik had al maanden seks met mijn vriendin en dat was geweldig, maar ik kreeg gewoon het antwoord: “Stop, je weet heel goed dat dat niet hetzelfde is.” En inderdaad, dat was niet hetzelfde, maar voor mij nog anders dan wat zij bedoelden. Omdat ik twijfelde, heb ik het nog een paar keer geprobeerd, het was iedere keer hetzelfde: ik staarde naar het plafond, wachtte tot het voorbij was, ik kleedde me opnieuw aan, en ging weg. Na een paar maanden kwam ik mijn ex tegen op een feestje en leerde een eerste lesbische traditie: het is niet gedaan zolang je niet minstens een keer opnieuw samen bent geweest. 

“Hoe voel je je als een man een stijve heeft voor jou?”

Deze ervaringen bevestigden wat ik al eerder had gedacht: ik ben lesbisch. Maar als queer leer je al snel dat zelfs het kleinste beetje twijfel je een hoop problemen kan bezorgen. Die periode van experimenteren bracht twee dingen met zich mee: de hoop van degenen in mijn omgeving die hoopten dat ik hetero was en de haat van zij die dachten dat ik bi was. De eerste groep kreeg een ferme nee en voor de tweede groep werd ik dubbel zo gevaarlijk. Op dezelfde dag kon ik beschuldigd worden van naar meisjes te gluren in de kleedkamers en ook hun lief te willen stelen. Een perfect voorbeeld daarvan was toen een meisje me vastgreep voor de ingang van een bar en me uitschold: “Jij dikke pot, je hebt mijn lief geneukt, je bent een fucking garage voor lullen.” Ik heb er nooit bij stilgestaan hoeveel haat er verstopt zit in die belediging, maar wat ik wel begreep was dat ze mijn poging tot hetero zijn niet snel zouden vergeten. 

Advertentie

Toen ik 18 was begon ik het moeilijk te hebben met mijn mentale gezondheid. Het was niet alleen discriminatie, daar ben ik zeker van, maar dat was wel een belangrijke factor. Destijds voelde ik mij gewoon helemaal niet thuis in mijn omgeving. Ik had het moeilijk in mijn relatie en ik kon er met niemand over praten. Als ik het erover had met mijn familie, wist ik dat ze me zouden voorstellen om het uit te maken voor de verkeerde redenen. En met mijn vriendinnen had ik het gevoel dat ze het gewoon niet begrepen. Mijn relatie was mijn enige referentiekader, mijn vriendin was mijn eerste liefde maar ze was ook de enige lesbische in mijn omgeving en daarom de enige persoon die me echt kon begrijpen. Na een paar maanden zwaar depressief te zijn, nam ik het heft in eigen handen en ging ik naar een hypnotherapeut. De sessie ging best goed tot mijn geaardheid ter sprake kwam. De therapeut die best goede bedoelingen leek te hebben, vertelde me dat het normaal is voor jonge meisjes om door zo’n fase te gaan en dat mijn gevoelens voor meisjes wel ophouden na een tijdje. Hoewel mijn geaardheid al meerdere keren betwijfeld werd, was dit toch de keer dat het me echt raakte. 

Een tijdje later ging het steeds slechter en gingen mijn gedachten van “misschien ben ik beter af als hetero” naar “misschien ben ik beter dood”. Ik zag mezelf genoodzaakt opnieuw een psycholoog op te zoeken en na een reeks afspraken stuurde die me door naar een psychiater voor een mogelijke diagnose. Al vanaf de eerste sessie had ik een gek gevoel. De dokter analyseerde mijn symptomen en kon in woorden uitdrukken wat ik al die tijd had gevoeld. Later zou ik begrijpen dat ik een specifiek ziektebeeld heb en dat hij alle symptomen in zijn hoofd had, maar op dat moment had ik de indruk dat hij mijn gedachten kon lezen. Na die afspraak was ik van een ding heel zeker: deze man begrijpt mij, ik kan hem vertrouwen. 

Advertentie

Tijdens de sessies bespreken we enorm veel dingen. Mijn jeugd, mijn relatie met mijn ouders, en dan hebben we het over mijn vriendin. Ik vertel hem dat we al 7 jaar samen zijn, dat we vrij jong samen waren en dat we - desondanks de verschillende keren uit elkaar te gaan en de moeilijke momenten - erg verliefd zijn op elkaar. In het begin lijkt mijn relatie hem een beetje te verrassen, hij maakt een boel vreemde statements: “ze is veel ouder dan jij bent, niet?” “Heeft zij het ook soms ook moeilijk met haar mentale gezondheid?” Ik snapte niet goed waar hij op aasde. Tijdens een andere sessie komen we terug op het onderwerp, waarbij hij me vraagt “Hoe voel je je als een man een stijve heeft voor jou?” Ik kijk hem - volledig in shock - aan. Hij neemt mijn reactie als een antwoord en gaat verder: “Zie, dat dacht ik wel. Jij ziet penetratie als een aanval, daarom lukt het je niet om met mannen te daten.” Helemaal relaxed legt hij me uit dat ik voor meisjes kies omdat ik getraumatiseerd ben door mannen, diep vanbinnen ben ik wel hetero. Ik weet zelfs niet meer wat ik daarop heb geantwoord want ik was zo geshockeerd. Wat ik nog weet is dat ik begon te twijfelen toen ik thuiskwam, “wat als hij gelijk heeft? Wat als ik het toch niet weet?” 

Ik speelde mijn leven in mijn hoofd alsof het een film was, keer op keer opnieuw en begon te twijfelen. Hij had gelijk over alle andere dingen die we hadden besproken, was dat ook zo voor dit onderwerp? Hoe meer tijd er voorbij ging, hoe meer ruimte dit idee begon in te nemen. Ik, die nooit gevoelens had gehad voor een kerel, begon mezelf te pushen. Misschien met deze gast, in een ander leven, zou het werken? Die acteur lijkt niet slecht, misschien kan ik mezelf inbeelden samen met hem? Al die gedachten brachten me tot een zekerheid: zolang het bij verbeelding blijft kan ik mezelf overtuigen, maar in de echte wereld lukt het me niet. 

Advertentie

Ik had de liefde in mijn leven op een zachte en natuurlijke manier ontdekt, maar heb een aantal intense jaren van identiteitscrisis moeten doorlopen voor ik eindelijk mezelf kon vinden.

Ondanks dit alles, bleef hetgeen wat de psychiater zei spoken door mijn hoofd. En in plaats van te aanvaarden dat ik ben wie ik ben, zie ik het als een probleem. Ik raakte overtuigd van het idee dat ik geen echte lesbienne was, maar een gebroken hetero vrouw die zichzelf voorliegt. Ik stak zoveel moeite in mezelf te brengen tot een geaardheid die niet bij mij pastte tot op het punt dat ik niet meer wist wie ik was. 

Gelukkig besloot hij na een paar sessies dat ik hem niet meer moest zien, dat ik mijn originele sessies met de psycholoog kon voortzetten. Hoewel ik haar nooit heb verteld over die ervaring, begreep ze al snel van onze gesprekken dat ik het moeilijk had te aanvaarden wie ik ben. Afspraak na afspraak maakte ze me duidelijk dat het oké is om lesbisch te zijn, en dat het zelfs oké is als dat op een dag zou veranderen en dat ik me aan niemand moet verantwoorden. Ik kreeg eindelijk te horen wat ik nodig had: ik mocht mezelf zijn en vertrouwen op mijn eigen gevoelens. Ik begon mijn twijfels te evalueren en besefte dat die niet uit mezelf kwamen. Ik had vertrouwd op de expertise van de verkeerde persoon tijdens een enorm kwetsbare periode in mijn leven. 

Op een dag had ik het erover met mijn vriendin. Ik legde haar uit dat ik het moeilijk vond om mijn leven met haar in te beelden, ondanks het feit dat we al zo lang samen zijn. Ik vertelde haar dat ik de indruk had dat ik zou eindigen in een hetero relatie. Uit haar eerste reactie leek ze een beetje beledigd door wat ik haar vertelde, maar hoe meer we het erover hebben, hoe beter ze de situatie begint te begrijpen. Ze vertelde me “kijk, als jij wil proberen met een kerel, dan is dat jouw keuze. Maar we hebben het er al vaak over gehad en je zegt dat je dat altijd al hebt gehaat. Waarom zou dat nu anders zijn?” Ik kon er niet op antwoorden. Ze impliceerde dat ik het al allemaal had geprobeerd en dat was ook zo. Ik had geprobeerd met kerels te daten en ik vond het niks. Dat had doorheen de jaren niet veranderd, dus waarom bleef ik daar zo mee zitten? Het was precies alsof het kind in mij nog steeds geloofde in de prins op het witte paard terwijl het leven me keer op keer had getoond dat dat niets voor mij was. Op dat moment besliste ik dat het eindelijk tijd was om naar mezelf te luisteren. 

Advertentie

Zelfs met de hulp van mijn psycholoog en de gesprekken met mijn vriendin die enorm geholpen hebben, heeft het jaren geduurd voor ik die twijfels eindelijk naast me kon leggen. Ik had de liefde in mijn leven op een zachte en natuurlijke manier ontdekt, maar heb een aantal intense jaren van identiteitscrisis moeten doorlopen voor ik eindelijk mezelf kon vinden. Gelukkig heb ik, met verloop van tijd, mezelf terug kunnen opbouwen en mijn lesbische identiteit kunnen erkennen. Tijdens het comfortabel worden met wie ik ben, wilde ik beter begrijpen waarom zoveel mensen mijn geaardheid in twijfel trokken, daarom werd dat het onderwerp van mijn dissertatie.

Heteronormativiteit, pleasure control, religie … Door het werk van Sandra Boehringer, Robert Aldrich, Louise-Marie Libert en andere historici ontdekte ik de geschiedenis van homoseksualiteit en begreep hoe lesbiennes onzichtbaar werden gemaakt en in diskrediet gebracht doorheen de geschiedenis. Dankzij mijn onderzoek ontdekte ik ook dat de LGBTQIA+ gemeenschap er altijd al is geweest en dat er verschillende periodes van acceptatie en viering zijn geweest voor deze identiteiten. Ik besefte dat ik, op een bepaalde manier, een erfenis had. 

Vandaag begrijp ik dat ik meisjes altijd leuk vond, onafhankelijk van het feit dat de samenleving me het tegengestelde wilde doen geloven. Ik wil me niet langer verstoppen, ik wil niet veranderen, ik ben trots op wie ik ben en ik kijk nu naar de toekomst. Ik hoop gewoon dat vakkundigen zich gaan verdiepen op vlak van seksualiteit en onderwerpen in verband met gender. Zodat wanneer je naar een therapeut gaat, het is om je te kunnen helpen, en niet om meer trauma te verwerven. 

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.